Lucht, het element om te leven George Al Sahour (5 ASO, 2008-2009) Elementen zijn de stoffen of krachten waartoe volgens oude religies alles op aarde te herleiden is. In dit artikel wordt vooral ingegaan op het element “lucht”. 1. Geschiedenis 1.1. Hindoeïsme Lucht: (Sanskriet Vāyu), ook bekend als Vāta, Pavana, (reiniger) is een van de voorname goden in het hindoeïsme en is de vader van Bhima en de spirituele vader van de god Hanuman. Net als bijvoorbeeld aarde en vuur is het een van de klassieke elementen (panchamahābhuta) in het hindoeïsme. Het Sanskrietwoord voor 'vāta' betekent geblazen, 'vāyu' blazer en 'prāna' ademen (ook wel levensadem). Er wordt daarom ook naar hem verwezen als de god van het leven. Hij wordt verder omschreven als "Mukhya-Vāyu" (de heerser Vayu) of "Mukhya Prāna" (de heerser van Leven) 1.2. Griekse filosofie 1.2.1. Anaximenes: lucht als oerelement Anaximenes was een Grieks filosoof uit de 6e eeuw voor Christus, die deel uitmaakte van de school van Milete. De Miletische filosofen, Thales, Anaximander en ook Anaximenes (570 v.Chr.), staan bekend als de eerste Griekse natuurfilosofen. Zij namen in hun denken voor het eerst significant afstand van het mythologische denken en traden binnen in het domein van het theoretische denken. Hiermee startten zij een traditie van het denken als poging om het universele en het algemene te verklaren. Alles in het universum kan hierdoor vanuit de menselijke gedachten benaderd worden. Concreet leidde dit bij de filosofen van de Miletische School tot het ontstaan van de eerste kosmologieën. Van de geschriften van Anaximenes zijn slechts enkele fragmenten overgeleverd. 1 Zijn belangrijkste werk, waarin zijn kosmologie beschreven werd, was getiteld "Over de natuur". In het werk van Diogenes Laërtius vinden we daarnaast ook een weergave van twee invloedrijke brieven die hij schreef aan Pythagoras. Anaximenes was een leerling van Anaximander, maar nam diens opvatting van het apeiron (het oerelement van waaruit alles geschiedt) als primaire oerstof niet over. Hij keerde terug naar de stelling van Thales dat alle substanties terug te voeren waren tot één concreet element; voor Anaximenes was dat lucht. In Anaximenes' kosmologie werden alle verschillen tussen substanties herleid tot een verschil in concentratie en densiteit van het element lucht (ἀήρ of Aèr). Lucht wordt gezien als eerste en enige stof van het universum, van waaruit alle andere substanties afgeleid kunnen worden. Het vuur was verdunde lucht; bij verdichting hiervan ontstond eerst water, bij verdere verdichting aarde, en tenslotte steen. Dit proces was gradueel en kon in beide richtingen verlopen, naargelang koude of warmte overheersen. Ook de menselijke ziel bestond uit lucht. Op deze manier was ook de aarde tot stand gekomen, als een platte ronde schijf, die zweefde op stromen van lucht die haar omcirkelen. De leermeester van Anaximenes, Anaximander, zag het beter, die meende dat de aarde de vorm had van een ton die in de ruimte zweeft. Anaximenes betoogde "Precies zoals onze ziel, die uit lucht bestaat, ons bijeenhoudt, zo omvatten de adem en de lucht de gehele wereld". Soortgelijke condensaties van lucht zouden dan geleid hebben tot het ontstaan van de zon en de sterren. De vurige staat van deze lichamen zou volgens Anaximenes te wijten zijn aan de snelheid van hun beweging. De gedachte van het universum als welgeordend, harmonisch geheel gaat waarschijnlijk ook terug op Anaximenes. De wereld had de aarde als centrum, met de sterren als verst gelegen objecten. Dichtst bij de aarde lag de maan, vervolgens de zon en nog verder lagen de planeten. Volgens Anaximenes zou de zon niet rond de aarde draaien, maar verdween ze elke avond achter de horizon om terug te keren naar het punt waar ze 's morgens weer zou opkomen. Ook vermoedde hij reeds dat de maan zelf geen licht gaf, maar dat zij haar lichtstralen ontleende aan de zon. Anaximenes had ook belangstelling voor de tijdrekening en Herodotus meldt dat hij toestemming kreeg om in Sparta een uit Babylonië afkomstige zonnewijzer met een indeling in twaalf uren op te richten. 2 1.2.2 Empedocles: lucht als één van de 4 oerelementen Empedocles (Akragas (Agrigento, nu Sicilië), ca. 492 v.Chr. - Peloponesos, ca. 432 v.Chr.) was een Grieks filosoof. Hij was een tijdgenoot van Zeno, die een leerling was van Parmenides. Hij was staatsman, dichter, godsdienstleraar, redenaar, profeet, arts, wonderdoener en wijsgeer. Empedocles wordt met Heraclitus, Leucippus, Democritus en Anaxagoras gerekend tot de Griekse natuurfilosofen. Tamelijk complete delen van zijn leerdichten zijn bewaard gebleven. Empedocles' bijdrage aan de filosofie bestond niet zozeer uit het afleiden van een nieuwe theorie, als wel uit het samenvoegen van elementen uit vroegere opvattingen. Met name combineerde hij elementen uit de filosofieën van Heraclitus en de Eleaten. Thales beschouwde het water als het oerelement; Anaximenes de lucht; Heraclitus het vuur; de Eleaten de aarde. Empedocles was vooral de man die uit voorafgaande stelsels het beste trachtte te halen en tot een eenheid te verenigen. Hij stelde deze elementen gelijk aan elkaar, en komt zo tot de leer van de vier elementen: aarde, water, lucht en vuur. Deze verschillen kwalitatief, zijn eeuwig, en kunnen zich in verschillende verhoudingen met elkaar verenigen om het aanschijn te geven aan de wereld om ons heen. Hij nam waarschijnlijk aan dat de grondstoffen voorkwamen als onwaarneembaar kleine deeltjes. De dingen veranderen door het samenkomen en weer uiteengaan van deze deeltjes, onder invloed van de krachten liefde (Philotes) en haat (Neikos). Dit spel van aantrekkende en afstotende krachten gebeurt bij toeval en noodzakelijk, en in een kringloop. Op een bepaald moment zijn de elementen volledig vermengd door liefde. Dan worden zij door haat geleidelijk weer gescheiden, om vervolgens door liefde weer verenigd te worden. Bij Heraclitus was het uitsluitend de strijd die veranderingen teweegbracht; bij Empedocles zijn het de strijd en de liefde. Plato zou later de ideeën van beiden combineren in "De Sofist - of over het Zijnde". Deze leer van de vier elementen kunnen we zien als het eindpunt van het zoeken naar de oerstof, dat de Ionische filosofie beheerste. 2. Lucht als symbool in allerlei (irrationele) theorieën We kunnen het niet zien, maar het is het element waarin we leven: lucht. We delen het met alle levende wezens en ademen het in zonder daar veel over na te denken. Hoe vreemd het ook in eerste instantie lijkt voor zo'n vluchtig medium: lucht bindt. Juist omdat we het delen met medemensen en andere wezens. Omdat het ons aan de aarde kluistert. Omdat het de juiste samenstelling moet hebben (synthese = verbinding) om ons in leven te houden, het juiste evenwicht tussen de verschillende gassen waaruit de atmosfeer is opgebouwd. Zoals het fysieke element lucht de drager is van geluidsgolven, staat het magische element lucht voor communicatie. Taal, muziek, reizen en handel vallen onder dit 3 begrip en Hermes/Mercurius met zijn gevleugelde helm en voeten, zijn caduceüs en lier, symboliseert ze alle. Zijn beeld siert bijvoorbeeld de hal van het beursgebouw in Amsterdam. (Diefstal, een ander aspect van lucht, is een jeugdzonde van Hermes). Bij lucht hoort ook het denken, het verstand; het gehoorzintuig; de astrale wereld en het dierenrijk; het sanguinische temperament en de planeten Mercurius, Jupiter en Uranus. Het oosten, de morgen en de lente worden geassocieerd met lucht, en zo ook de aartsengel Gabriël en de Oostenwind, Euros, en de sylphen of sylphiden (feeën), de luchtwezens. 3. Belang van lucht 3.1. Enkele wetenschappelijke gegevens Onder lucht worden de samengestelde gassen verstaan waarin wij op aarde leven. Dit wordt ook aangeduid met atmosfeer. Zonder lucht konden we op aarde niet ademen, maar ook zou er geen wind zijn, geen geluid, geen vliegtuigen en geen wolken. Daarentegen zouden ruimteschepen veel lager kunnen vliegen. De lucht op aarde bestaat voor ongeveer 78% uit stikstofgas en 21% uit zuurstofgas. Daarnaast (resterende 1%) bevat lucht sporen van edelgassen, een sterk wisselende hoeveelheid waterdamp (0-7%), en koolzuurgas, dat ook in hoeveelheid sterk kan wisselen. In de buitenlucht is de hoeveelheid koolzuurgas ongeveer 0,03 %, binnen een woning kan dit, als er gestookt of gekookt wordt, veel hoger zijn. Bij onvolledige verbranding kan dan bovendien het gevaarlijke koolstofmonoxide ontstaan. De samenstelling van de lucht varieert met de hoogte. Omdat stikstof (massagetal 14) minder weegt dan zuurstof (met massagetal 16) is er op grotere hoogte verhoudingsgewijs minder zuurstof aanwezig. Droge lucht (die dus weinig waterdamp bevat) is een zeer goede warmte-isolator, en heeft ook een lage warmtecapaciteit. Daarom wordt droge lucht gebruikt in dubbel glas voor het isoleren van gebouwen. Omgeven door droge lucht kan een mens dan ook de zeer hoge temperaturen in een sauna doorstaan. De persoon gaat weliswaar zeer sterk zweten, maar doordat het zweet in de droge, hete lucht snel verdampt, koelt de huid af, en wordt de persoon niet snel oververhit. 3.2. Luchtvervuiling Het verkeer is de bron van heel wat verontreinigende stoffen in de lucht. Deze stoffen zorgen voor te hoge ozonconcentraties, die nadelige effecten hebben op de gezondheid. Het verkeer is niet de enige oorzaak van luchtvervuiling. Ook de industrie en de gezinnen hebben hun aandeel. 4 Vervuilende stoffen komen ook vrij bij het gebruik van solventhoudende producten zoals verven, verdunners, vernissen en lijmen. En dan is er nog de toenemende hoeveelheid CO2 in de lucht die zorgt voor stijgende temperatuur, een probleem waarover de laatste tijd veel geschreven wordt. Conclusie: Lucht is iets dat we niet kunnen missen. Het is dus belangrijk dat we er voor zorgen dat het niet vervuild wordt. Er zijn natuurlijk veel oplossingen zoals: bomen planten, minder gebruik van auto’s, minder fabrieken. Een klein weetje: weet u dat een koe een heel grote hoeveelheid CO2 uitlaat als haar staart naar boven gaat???? 5