ISVW Basisopleiding Religie en Filosofie januari-juni 2014 Een nieuwe basisopleiding op de ISVW Aan het begin van de 21ste eeuw wordt het steeds duidelijker: de religie, in al haar verschijningsvormen, staat weer op onze culturele, maatschappelijke en politieke agenda. Natuurlijk, we leven in een geseculariseerd deel van de wereld, met alle verworvenheden van dien. Maar de oude religieuze tradities, van hindoeïsme tot islam en christendom, eisen nog steeds volop hun plaats op in die seculiere cultuur. Soms verzetten ze zich tegen onze ‘seculiere tijd’, zoals de filosoof Charles Taylor haar noemt, maar vaker vinden ze een heel eigen verbinding met de seculiere werkelijkheid. Dat maakt onze tijd tot een ingewikkelde tijd, en de maatschappelijke discussie over de betekenis van godsdienst en de rol die ze mag spelen in de samenleving, zijn dan ook heftig. Wat te denken van religieuze kleding, van het ritueel offeren van dieren, van de zondagsrust? Voor- en tegenstanders vinden we zowel in religieuze als seculiere kringen. Hoe hectischer het debat, hoe ingewikkelder de problematiek, des te belangrijker is de bijdrage van filosofen daaraan. Zij kunnen verbanden leggen, nuances aanbrengen, historische verdieping leveren en zo de al te snelle antwoorden onder druk zetten met nieuwe, trage vragen. Daarom komt de ISVW in 2014 voor het eerst met een gedegen basisopleiding Religie en Filosofie, voor iedereen die meer wil weten van hoe er door vernieuwende denkers over religie gedacht werd en wordt, en steviger in de schoenen wil staan bij dit spannende maar ook urgente debat. In deze basisopleiding wordt in vijf weekenden het rijke en fascinerende veld van de godsdienstfilosofie gepresenteerd. Daarbij gaan vakkundige uitleg, brede overzichten, grondige detailstudie, en verlevendiging in beeld, muziek en actuele discussie hand in hand. Het programma van de basisopleiding in vogelvlucht De vijf weekenden hebben alle hun eigen thematiek, en kunnen afzonderlijk gevolgd worden. Voor degenen die de hele opleiding volgen, is er tegelijkertijd een duidelijke opbouw aangebracht: een inleidend weekend, twee weekenden waarin basiskennis wordt verworven, en twee weekenden waarin we met een specifiek thema aan de slag gaan. 1 We beginnen met een weekend over onze tijd, en over het belang van fundamentele reflectie over de plaats van religie in de cultuur. De bekende denkers van de 20ste en 21ste eeuw, van Nietzsche en Levinas tot Taylor, verschijnen ten tonele. In het tweede en derde weekend leggen we de verdere basis. In het tweede weekend wijden we ons aan een systematisch overzicht. We oefenen de ‘discipline’ godsdienstfilosofie binnen de wijsbegeerte in, daarbij de diverse kernthema’s, benaderingen en stromingen behandelend: van de traditie van de ‘godsbewijzen’ via de bestudering van religie als een antropologisch en existentieel fenomeen naar de meer cultuurfilosofische en politiek-filosofische godsdienstfilosofie. Veel voorbeelden van filosofen en theologen worden verkend, zodat we het systematische ‘bouwwerk’ van de godsdienstfilosofie concreter in beeld kunnen krijgen. Na het systematische overzicht wijden we ons in het derde weekend aan een historisch overzicht van het denken over godsdienst, van de vroegste teksten over God, mens en wereld tot de 21ste eeuw. We volgen het chronologische verhaal van drie millennia godsdienstwijsbegeerte, en lichten er de belangrijkste namen uit. Ook zullen we aandacht besteden aan de verschillende cultuurgebieden waar het denken over religie opkomt: niet alleen in ons Westen, maar ook in het Oosten en Zuiden. In het vierde en vijfde weekend zoomen we in op twee thema’s, opnieuw met veel praktische voorbeelden, beeld en muziek: (1) transcendentie en immanentie (vierde weekend) en (2) religie en geweld (vijfde weekend). Met de behandeling van deze thema’s begeven we ons in de wereld van de religieuze taal en verbeelding, van de spirituele ervaring, en van religieuze praktijken. Ze spelen in de moderne godsdienstfilosofie al lange tijd een centrale rol. Daarbij zullen we telkens stuiten op drie kernonderscheidingen die in het filosoferen over religie steeds gehanteerd worden: transcendentimmanent, heiligprofaan en ziellichaam. Docent De basisopleiding Religie en Filosofie zal worden verzorgd door ISVWbasisdocent Laurens ten Kate, expert in de religiewetenschap, de theologie en vooral de godsdienstfilosofie.. Laurens ten Kate (1958) is filosoof en theoloog. Hij studeerde, promoveerde en werkte aan de Katholieke Theologische Universiteit Utrecht, waar hij in 1994 zijn dissertatie verdedigde, De lege plaats. Revoltes tegen het instrumentele leven in Batailles atheologie. Hij is thans verbonden aan de Universiteit voor Humanistiek te Utrecht, waar hij godsdienstfilosofie en religiestudies (m.n. de joods-christelijke tradities) doceert (zie zijn profiel op www.uvh.nl). Tevens is hij senior fellow aan de Faculteit Godgeleerdheid van de Vrije Universiteit Amsterdam, waar hij een programma coördineert over religie, kunst en literatuur vanuit godsdienstfilosofisch perspectief. De complexe relatie tussen humanisme en religie en de betekenis van de secularisering in de 21ste eeuw vormen kernthema’s in zijn onderzoek. Daarnaast richt hij zich de analyse van de problemen waar de huidige interculturele, globaliserende samenleving zich mee geconfronteerd weet; daarover publiceerde hij op het webforum www.socialevraagstukken.nl, en gaf hij online hoorcolleges op www.human.nl. 2 Ten Kate is co-auteur en redacteur van onder meer Het wakende woord. Literatuur, ethiek en politiek bij Maurice Blanchot (1997), Flight of the Gods: Philosophical Perspectives on Negative Theology (2001), en Retreating Religion: Deconstructing Christianity with Jean-Luc Nancy (2011). Tevens schreef hij een Encyclopedie van de filosofie (2007), en begeleidt hij boekprojecten op het gebied van de filosofie en de religiestudies bij Uitgeverij Boom te Amsterdam. Literatuur We gebruiken voor de basisopleiding Religie en Filosofie twee ‘basisboeken’. Deze worden gedurende de hele cursus gebruikt. B. Clack & B.R. Clack, The Philosophy of Religion: A Critical Introduction, Cambridge/Malden: Polity Press 2008. ISBN 978-0745638683. € 21,12. o Dit boek is een van de nieuwste inleidingen in de godsdienstfilosofie. Het is toegankelijk geschreven, behandelt de centrale thema’s, geeft veel verhelderende voorbeelden. De auteurs verrijken hun boek met boeiende vragen en opdrachten voor de lezer. o Het boek is eenvoudig via www.bol.com te bestellen, maar kan ook aan de boekenstand van de ISVW zelf gekocht worden. Naast dit basisboek zullen we, wanneer dat relevant is, extra teksten lezen, die door de docent voorafgaand aan de cursus via de electronische leeromgeving (elo) of, indien gewenst, door middel van geprinte kopieën, zullen worden verspreid. Studiebelasting We lezen ter voorbereiding door de docent opgegeven hoofdstukken uit het basisboek, en uit de aanvullende literatuur. Totale studiebelasting per weekendvoorbereiding is ong. 16 uur. NB: ook voor het eerste weekend is ter voorbereiding literatuur opgegeven! Afronding; certificaat Met deze basisopleiding kan de student een certificaat behalen. Dit is niet verplicht. Om het certificaat te behalen, dient de student de volgende aan de criteria te voldoen: Deelname aan de vijf cursusweekenden. Aantoonbare bestudering van de basisboeken en aanvullende literatuur. Het met goed gevolg uitvoeren van de thuisopdrachten die voor het tweede t/m vijfde weekend worden verstrekt. Het met goed gevolg afleggen van een schriftelijk take home-tentamen dat aan het einde van het laatste cursusweekend wordt meegegeven. Dit tentamen bestaat uit een essay-opdracht over een van de thema’s die we 3 in deze basisopleiding hebben uitgediept. Deze essay-opdracht mag de student in max. vijf bladzijden uitwerken. De docent voorziet de tentamens schriftelijk van feedback en een beoordeling, voorafgaand aan de examenmiddag. Tijdens de examenmiddag worden door de studenten de take home essays door de studenten aan elkaar gepresenteerd, waarna uitreiking van de certificaten zal plaatsvinden. De leerdoelen van de cursus zijn de volgende: De student verwerft kennis en inzicht in de kernthema’s van de godsdienstfilosofie. De student verwerft een globaal overzicht in de geschiedenis van het denken over religie, van de religieuze verbeelding en praktijken. De student is in staat om verbanden te leggen tussen de opvattingen over religie van verschillende filosofen. De student wordt vaardig in het voeren van het debat over de betekenis en rol van religie in de 21ste-eeuwse samenleving. Hoe ziet een weekend in deze basisopleiding eruit? De vijf weekenden hebben telkens een zelfde opbouw: We beginnen met inleidende colleges door de docent op zaterdagmorgen (vanaf 10.30), in twee blokken, onderbroken door een koffiepauze. Van 12.45-13.30 is er de lunch. Op zaterdagmiddag gaan we in het eerste blok van14.30-15.30 uiteen in kleinere groepjes, om een tekstfragment te lezen aan de hand van een leesopdracht. o De tekstfragmenten en opdrachten worden op de zaterdagmorgen uitgedeeld. Het tweede blok (15.30-17.00) van de zaterdagmiddag is er voor plenaire discussie op basis van het tekstfragment en de opdracht. Van 17.00-20.00: aperitief en diner. In het zaterdagavondprogramma (20.00-21.30) is er een speciaal visueel en muzikaal college door de docent. Het eerste blok van de zondagmorgen (9.30-10.30) sluit aan op de colleges van de zaterdagmorgen. De docent leidt u verder rond in de godsdienstfilosofie en in het thema van het weekend in het bijzonder, daarbij ingaand op de basisliteratuur. Het tweede blok van de zondagochtend (10.45-12.30) is dan de afronding, in de vorm van een workshop. Twee of meer cursisten bereiden een korte ‘miniatuurvraag’ voor op basis van de in het weekend behandelde stof. Deze vragen worden besproken, en vormen de aftrap voor verdere vragen. Van 12.30 – 13.30 is er een afsluitende lunch. 4 Na de lunch, van 13.30-14.00, neemt de docent het gemaakte huiswerk en het huiswerk voor het volgende weekend door. o Dit geldt uiteraard alleen voor de studenten die de hele opleiding volgen en het certificaat willen behalen. 5 10 en 11 mei 2014 Transcendentie en immanentie Literatuur: Clack & Clack, The Philosophy of Religion, hoofdstuk 5: ‘Divine Action and the Beyond’, pp. 142-167. Eventuele aanvullende literatuur. Het onderscheid tussen transcendentie en immanentie, tussen een mensoverstijgende en een menselijke dimensie in het bestaan, is van meet af aan van centrale betekenis geweest in de godsdienstfilosofie. Vele andere begrippenparen zijn hiervan afgeleid, zoals heilig-profaan, ziel-lichaam, bovennatuurlijk-natuurlijk, leven-dood, sterfelijk-onsterfelijk, tijdelijk-eeuwig. Clack & Clack behandelen dit centrale onderscheid door twee voorbeelden uit te lichten: wonderen en onsterfelijkheid. Het zijn twee bijna ouderwetse woorden: wonderen horen toch tot bijgeloof, en onsterfelijkheid is niet te bewijzen. Toch ontdekken we in dit weekend dat de ervaring van het wonder en het verlangen naar onsterfelijkheid belangrijke filosofische thema’s zijn, ook in onze tijd. Ze vertellen ons veel over transcendentie en immanentie als kernelementen in ons mens- en wereldbeeld. Daarbij letten we tevens op de rol die symbolen en rituelen in onze cultuur spelen. Want in symboliek en ritualiteit proberen mensen die lastige dynamiek tussen immanentie en transcendentie in taal en praktijken te vatten. Van het kruisbeeld en de lotusbloem naar het V-teken: de rol die symbolen spelen in de cultuur is heel complex. Zijn symbolen altijd religieus? Wat zegt die vraag over onze definitie van religie? En hoe hebben de godsdienstfilosofen de betekenis van symbolen en symboliek doordacht? Van het offer, de pelgrimage of de doop naar de meditatie en de healings: de rol die rituelen spelen in de cultuur is net als die van symbolen heel complex. Zijn rituelen altijd religieus? Wat zegt die vraag over onze definitie van religie? En hoe hebben de godsdienstfilosofen de betekenis van rituelen en ritualiteit doordacht? 6 Programma Zaterdagmorgen: 10.30-11.30 College I: o Kennismaking, introductie in het thema van het weekend: Transcendentie en immanentie, een oppositie?... of gaan ze samen? o We nemen als concreet voorbeeld de manier waarop filosofen over wonderen hebben gedacht; en we gaan kort in op het werk van de bekende Canadese godsdienstfilosoof Charles Taylor. 11.45-12.45 College II: o Symbolen en rituelen: wat zijn het, hoe werken ze, hoe denken filosofen erover? o Als voorbeeld nemen we enkele passages uit hedendaagse films; deze vergelijken we met veel oudere tradities van symboliek en ritualiteit. 12.45-13.30 lunch Zaterdagmiddag o Intussen hebben we ons al aardig beziggehouden met het thema ‘wonderen’; deze middag concentreren we ons op het andere thema, ‘onsterfelijkheid’, en meer in het algemeen het vraagstuk van leven en dood in de godsdienstfilosofie. 13.30-14.30 Individuele voorbereiding tekstlezing 14.30-15.30 Tekstlezing in groepen o We lezen aan de hand van een opdracht in kleinere groepjes een tekstfragment uit de paragrtaaf over onsterfelijkheid in het boek van Clack&Clack (pp. 152-166). 15.45-17.00 Plenair: vragen en discussie aan de hand van het besproken tekstfragment. 17.00-18.00 aperitief 18.00-20.00 diner Zaterdagavond 20.00-21.30 : ‘Sterven om te leven…’ muziek en theater als rituelen en symboliek rond de dood, van de Oudheid tot de huidige tijd. o Een beeld- en klankcollege door de docent. Zondagmorgen 9.30-10.30 College III: Wonderen in onze tijd… o Vervolg van College I. o Is de term ‘wonder’ nog geschikt om gebeurtenissen in onze seculiere tijd aan te duiden? Of moeten we zoeken naar een nieuw vocabulaire? 10.45-12.30 Gezamenlijke workshop waarin we de ‘miniatuurvragen’ behandelen, en verder ieder eigen vragen en bevindingen kan inbrengen. Brug naar de volgende keer. 12.30-13.30: lunch 13.30-14.00 Feedback op ‘t gemaakte en nieuwe huiswerk (alleen voor 7 degenen die de hele opleiding volgen en het certificaat willen behalen) Vooruitblik naar de volgende weekenden 14 en 15 juni 2014 Religie en geweld – de uitdagingen van het fundamentalisme Literatuur: Clack & Clack, The Philosophy of Religion, hoofdstuk 6, pp. 168-186. Eventuele aanvullende literatuur. In dit laatste studieweekend buigen we ons over een actueel en urgent thema dat in de godsdienstfilosofie, maar ook daarbuiten, in alle politieke en cultuurwetenschappen in onze tijd centraal staat: is religie in essentie vreedzaam of juist gewelddadig? We laten ons leiden door het slothoofdstuk uit het boek van Clack & Clack om deze lastige thematiek te bestuderen. Tevens worden aan het einde van dit vijfde weekend de take home-tentamens meegegeven. VI 28 juni 2014 Examenmiddag Deze middag is alleen verplicht voor de studenten die het certificaat willen behalen. De andere studenten zijn hartelijk welkom! De studenten presenteren een take home-essay aan elkaar (zie hierboven, het hoofdstukje ‘Afronding; certificaat’). Daarna worden de certificaten op feestelijke wijze uitgereikt. 8