Liposuctie – Liposculptuur Dr B De Frene Dr B Casaer Plastische Heelkunde Sint-Augustinuskliniek Veurne Jan Yperman Ziekenhuis, Ieper Consulent Plastisch Heelkunde AZ St Jan Brugge Liposculptuur is een techniek die hinderlijke vetophopingen, via fijne buisjes onder vacuüm, definitief verwijdert. Het resultaat van de ingreep is het gevolg van het wegzuigen van volledige vetcellen. Na de kinderleeftijd delen die cellen zich namelijk niet meer, zodat op de behandelde plaats het vetweefsel niet meer kan terugkomen. Hoewel een verleidelijk idee, is dit toch niet de aangewezen oplossing voor een probleem van overgewicht. De techniek biedt echter wel een uitkomst voor wie zijn/haar gewenste lichaamsgewicht heeft bereikt, maar bepaalde ongewenste rondingen niet kwijt raakt, hoeveel er ook gesport of gelijnd wordt. De vaakst behandelde zones zijn de buik, de heupen en de buiten- en binnenzijde van de dijen. De patiënt kan kort na de ingreep naar huis. Om de zwelling ten gevolge van de ingreep te helpen verdwijnen, moet hij/zij gedurende een viertal weken een nauwsluitende panty dragen. Wat is liposculptuur? De term liposculptuur heeft sinds enige tijd de ooit gangbare term ‘liposuctie’ verdrongen. Dat komt omdat de essentie van de techniek in het sculpteren ligt, het ‘beeldhouwen’ of boetseren van het lichaam, met de bedoeling om op die wijze een idealer lichaamssilhouet te bekomen. Liposculptuur is nooit een methode om te vermageren. Met andere woorden: als u geconfronteerd wordt met overgewicht, denk dan niet dat een liposculptuur het probleem zal oplossen. Een liposculptuur is wél de uitgelezen methode om een storende plaatselijke vetophoping te corrigeren, maar alleen wanneer u het ideale lichaamsgewicht hebt bereikt of wanneer u gewoon tevreden bent met uw huidige gewicht. Zowel slanke als minder slanke vrouwen kunnen bijvoorbeeld aan de buitenzijde van de dijen geplaagd worden door een storende vetophoping (of ‘rijbroek’ in de volksmond), wat het vinden van gepaste kledij vaak bijzonder moeilijk maakt. Een 1 dergelijke afwijking kan perfect gecorrigeerd worden door middel van een liposculptuur – net als bij mannen de vaak storende vetophoping ter hoogte van de heupen (de zogenaamde ‘zwembandjes’ of ‘love handles’). Het is van fundamenteel belang dat men beseft dat een liposculptuur haast nooit tot een belangrijke gewichtsdaling leidt. De hoeveelheid vet die op die manier verwijderd wordt, is beperkt tot hooguit enkele liters. En vermits vet slechts ongeveer 2/3 van zijn volume weegt, zal voor 1 liter geaspireerd vet slechts een gewichtsdaling van hoogstens 600 à 700 gram merkbaar zijn. Samengevat: liposculptuur is geen vermageringstechniek, maar een methode van vormcorrectie. De ingreep kan zowel onder plaatselijke als algemene anesthesie worden uitgevoerd. De Ingreep onder plaatselijke verdoving Ter hoogte van de betrokken zones wordt een verdovingsvloeistof ingespoten, u wordt dus niet volledig in slaap gebracht. We dienen meestal ook geen andere geneesmiddelen toe om u rustig of slaperig te maken. Na de locale verdoving wordt het vetweefsel door middel van fijne buisjes van 2 tot 3 mm diameter weggezogen. Dat gebeurt zeer geleidelijk, zodat de chirurg intussen in staat is om de lichaamsvorm werkelijk te boetseren. Het gebruik van fijne buisjes laat de chirurg bovendien toe om uiterst nauwkeurig te werk gaan. Het voorkomt ook het ontstaan van putjes in de huid, iets wat vroeger wel vaker gebeurde bij onzorgvuldig uitgevoerde liposucties. Na het voltooien van de liposculptuur worden de gaatjes waarlangs de buisjes ingebracht werden, met een fijn draadje dichtgemaakt. Per gaatje van 3 à 5 mm is doorgaans slechts één draadje nodig, soms twee. Een week later worden ze verwijderd. Na de behandeling draagt u gedurende een week of vier een ‘lipopanty’, een speciaal ontworpen elastisch pak dat de vochtophoping, die ontstaan is als gevolg van de ingreep, zo snel mogelijk wegdrukt. De ingreep onder volledige verdoving Uitgebreide liposucties verlopen best onder algemen verdoving. De techniek en het verloop zijn hetzelfde. Alleen wordt u hiervoor opgenomen via het dagziekenhuis. ’s Namiddags kan u het ziekenhuis verlaten. Komt de weggenomen vetophoping terug? Neen! Een liposculptuur verwijdert namelijk vetcellen. En doordat het aantal vetcellen bij een volwassene niet meer toeneemt – vetcellen kunnen zich namelijk niet vermenigvuldigen – zal het effect op het silhouet van het lichaam definitief 2 zijn. Dat betekent echter niet dat u daarna niet meer kan verdikken of vermageren. Bij een belangrijke toename van uw lichaamsgewicht zal u uiteraard overal wat bijkomen, dus ook op de behandelde zone. Maar de verhoudingen die door de liposculptuur gewijzigd zijn, zullen in het vervolg altijd dezelfde blijven. Bovendien is het een fabeltje dat de behandelde zones extra veel vet zouden opslaan in vergelijking met niet behandelde zones. Stelt u zich de vetcellen in het vetweefsel even voor als ballonnen in een zak. Stel dat het aantal ballonnen bij een volwassene 100 stuks bedraagt. De ballonnen kunnen zich vullen als de betrokkene verdikt, of krimpen als hij of zij vermagert. Indien we nu 10 ballonnen wegnemen (door liposculptuur of door ze weg te snijden, wat eigenlijk op hetzelfde neerkomt), dan blijven er voor de rest van het leven 90 ballonnen over. Maar: die 90 ballonnen blijven wél de mogelijkheid hebben om op te zetten of in te krimpen. Voor de ingreep? Gedurende twee weken voor en twee weken na de operatie neemt u beter geen pijnstillers als Aspirine, Aspro of Sedergine en raden we ook vitamine E en het eten van look af, aangezien die stoffen het bloed wat kunnen verdunnen en bijgevolg nabloeding in de hand kunnen werken. Op de dag zelf van de operatie brengt u de lipopanty mee, zodat we u die direct na de behandeling kunnen aantrekken. Deze wordt door uw arts op voorhand besteld. Vermijd die dag het gebruik van een bodycrème of lotion, want die maken het moeilijker om na de behandeling klevertjes op de wondjes aan te brengen. Zorg er ten slotte voor dat iemand u na de ingreep kan komen ophalen. Hoe verloopt de ingreep? Als dat nog niet eerder gebeurd is, zal men eerst foto’s nemen die in het medisch dossier bewaard blijven. Daarna duidt de chirurg met een stift op uw lichaam de zones aan die behandeld zullen worden. U gaat terug naar uw kamer en zodra de operatiekamer beschikbaar is, komt de verpleegster u halen. Ze ontsmet de huid die behandeld wordt, installeert u op de operatietafel en brengt steriele lakens aan rond de zones die straks behandeld worden. In een eerste fase van de operatie wordt de te behandelen zone ingespoten met een zeer verdunde verdovingsvloeistof (xylocaïne), samen met een stof die de bloedvaatjes doet samentrekken (adrenaline), zodat aan de hele operatie nagenoeg geen bloed te pas komt. Het inspuiten gebeurt zeer langzaam en zorgvuldig, stapsgewijs en met een steeds dikkere naald, zodat u nauwelijks enige pijn gewaarwordt. Ongeveer de helft van de operatietijd wordt aan de injectie besteed. 3 Zodra de zone goed verdoofd is, beginnen we met het wegzuigen van vet. Dat gebeurt langs buisjes van 2 à 3 millimeter dik, via één of twee sneetjes van 3 à 4 millimeter lang. Het werken met zulke fijne buisjes duurt wel wat langer dan met dikkere exemplaren, maar het werkt veel nauwkeuriger en het voorkomt het optreden van putjes in de huid. Het wegzuigen van het vet is pijnloos. Af en toe wordt de patiënt wel wat druk gewaar tegen de onderliggende spieren, maar dat is heel kortstondig en makkelijk te verdragen. Na de operatie worden de sneetjes zorgvuldig met draadjes dichtgemaakt en komt er een steriel verband op de wondjes. Dan wordt u geholpen om de lipopanty aan te trekken, en een halfuurtje later mag het ziekenhuis verlaten. Bij het beeïndigen van de operatie worden de sneetjes zorgvuldig gesloten met één à twee fijne draadjes en komt er een steriel verband op de wondjes. Vervolgens zal u geholpen worden om de lipopanty aan te trekken. Indien de ingreep onder algemene verdoving zal gebeuren, wordt u ’s morgens opgenomen via de het dagziekenhuis. U dient nuchter te blijven vanaf 12 uur ’s nachts. U brengt alle nodige onderzoeksresultaten mee die door uw arts of via uw huisarts werden aangevraagd. De ingreep zelf verloopt volledig gelijkaardig, maar u wordt volledig in slaap gebracht door de anesthesist. Wat mag of moet ik doen na de behandeling? Alles mag, niets moet. In principe mag u meteen de normale dagelijkse activiteit hernemen. U bent immers niet ziek. Het is ook niet nodig om extra te rusten of in bed te gaan liggen. Sommige mensen nemen een poosje vrijaf, andere gaan meteen weer aan de slag. Aan u de keuze. Tot twaalf uur na de operatie zal u, als gevolg van de werking van de verdovingsvloeistof, nagenoeg niets gewaarworden in de behandelde zones. Langzaamaan echter keert het gevoel terug en ontstaat een pijn die te vergelijken is met die van een 'blauwe plek' of bloeduitstorting, of na een zware spieroefening. Wie zich kalm houdt, zal nauwelijks iets gewaarworden. Wel kan bij druk op de behandelde zones een milde pijn ontstaan - bijvoorbeeld als men na het wegwerken van een rijbroekdeformiteit op een harde stoel gaat zitten, of na behandeling van de heupen op de rug slaapt, of na behandeling van de buikzone op de buik slaapt. Om een dergelijk pijngevoel te bestrijden, bevelen we een zachte pijnstiller aan, bijvoorbeeld Dafalgan-bruistablet, tot maximaal viermaal 1 à 2 tabletten per dag. Gedurende twee weken voor en twee weken na de operatie neemt u beter geen pijnstillers als Aspirine, Ibuprofen en Voltaren en raden we ook vitamine E en het eten van look af, aangezien die stoffen het bloed wat kunnen verdunnen en bijgevolg nabloeding in de hand kunnen werken. Sommige patiënten nemen overigens helemaal geen pijnstillers. Hoe dan ook, de pijn houdt in normale omstandigheden gemiddeld een viertal dagen aan en vermindert fel vanaf de vijfde dag na de operatie. Ze is het meest uitgesproken van 24 tot 48 uur na de operatie, daarna mildert ze gestaag. Neemt de pijn om een of andere reden toch in ernstige mate toe, dan is het raadzaam om uw arts te contacteren. 4 Baden en douchen De dag na de behandeling vervangt u zelf de kleefverbandjes door speciale steriele plasticverbandjes, waarmee u ongehinderd kunt douchen. Hoe zie ik eruit in het begin? Tijdens de eerste week na de operatie treedt er, als gevolg van het opstapelen van vocht, een zwelling op in de behandelde zones. Als u in die periode en zonder lipopanty aan in de spiegel kijkt, kan het zijn dat u met een bang hart vaststelt dat uw silhouet niet eens veranderd is of misschien zelfs nog minder fraai oogt dan voorheen. Maakt u zich daarover geen zorgen, de zwelling is volkomen normaal. De behandelde zone zal trouwens ook gedurende één à twee maanden vaster aanvoelen dan voorheen, soms ook vrij onregelmatig. Ook dat is normaal. Op termijn verdwijnen al die symptomen. Vanaf de tweede week beginnen de behandelde zones pas goed te ontzwellen. Sommige mensen vertonen in de eerste week na de operatie een bloeduitstorting in de huid (blauwe plekken). Bij de ene patiënt is dat nauwelijks merkbaar, bij een ander kan het effect vrij spectaculair zijn. Maar op zich heeft dat geen enkele betekenis, maximum veertien dagen na de operatie zijn die plekken verdwenen. Vanaf de tweede week na de ingreep worden de resultaten stilaan zichtbaar. De behandelde zones zijn ontzwollen, maar bij aanraking voelen ze voos aan en wordt men ook harde knobbeltjes onder de huid gewaar. Het voze gevoel wordt veroorzaakt door het feit dat, tijdens het wegzuigen van het vet, de fijne onderhuidse zenuwtjes worden aangeraakt. Maar die herstellen zich in de loop van de volgende maanden, en het voze gevoel verdwijnt. De verharde knobbeltjes zijn niet meer dan een soort littekenweefsel onder de huid. Na twee à drie maanden is de betrokken zone weer helemaal soepel. In de meeste gevallen stelt de plastisch chirurg, ongeveer 1,5 à 2 maand na de eerste controle, een nieuwe afspraak voor. Bij die gelegenheid worden opnieuw foto’s genomen, zodat een goede visuele vergelijking mogelijk is met de toestand van voor de operatie. Deze zullen in de loop van de volgende maanden opnieuw herstellen en het voos gevoel zal verdwijnen. Verharde knobbeltjes zijn een soort littekenweefsel dat onder de huid ontstaat en dat volledig soepel zal worden na 2 à 3 maand. Meestal krijgt u 1,5 à 2 maand na de eerste controle een nieuwe afspraak bij uw plastisch chirurg. Bij deze gelegenheid zullen opnieuw foto’s worden genomen die kunnen worden vergeleken met de foto’s die genomen werden vóór de operatie. Wat gebeurt er met de littekens van de insnijdingen? Eén week na de ingreep verwijdert uw behandelend chirurg de hechtingen. Gedurende de periode dat ze een rode verkleuring vertonen (dat is gemiddeld 2 à 3 maand), mag u met die verse littekentjes niet in de zon of onder de zonnebank. Wel 5 kan u ze afdekken met bijvoorbeeld Micropore kleefpleisters, voorgeschreven door de chirurg. Als u in de periode na de liposculptuur een reis maakt naar de zon, strijk de littekentjes dan voor elk zonnebad overvloedig en om de twee uur in met een zonnecrème met hoge beschermingsfactor (sunblock, écran total). Wat met het dieet? Aangezien we u tijdens de ingreep geen slaapmiddelen toedienen, mag u tot kort ervoor een lichte maaltijd nuttigen (een ontbijt indien de ingreep in de voormiddag gebeurt, een lunch als we in de namiddag opereren). Nuchter blijven is niet nodig en kan u zelfs nodeloos prikkelbaar maken. Meteen na de ingreep mag u eten en drinken manifeste zwaarlijvigheid spreekt het vanzelf dat u uw eetgewoonten op langere termijn zal moeten aanpassen, wil u ten minste uw overgewicht helpen reduceren. Vergeet niet dat liposculptuur geen methode is om af te slanken, maar alleen een middel om het silhouet te corrigeren. Het is zelfs mogelijk dat u vlak na de ingreep meer weegt dan tevoren, als gevolg van de ingespoten hoeveelheid vloeistof en het opstapelen van vocht (oedeem) in de behandelde zones. Wat kan er fout gaan? Bij een correct uitgevoerde liposculptuur doen zich slechts zeer zelden verwikkelingen voor. Voelt u zich toch om een of andere reden onwel of koortsig, voelt u neiging tot braken of ervaart u een overmatige toenemende pijn, neem dan contact op met uw arts. In zeer zeldzame gevallen is het mogelijk dat u een infectie van de betrokken lichaamszones doormaakt en dan dient u tijdig behandeld te worden met antibiotica. Liposculptuur blijft immers een operatieve ingreep, en dus behoort een infectie altijd tot de mogelijkheden. In sommige gevallen overigens schrijft de plastisch chirurg preventief antibiotica voor, om elk risico op infectie te vermijden. 6