3/21/2011 8:59:00 AM Ontwikkelingsperiode: Kleutertijd Psychosexuele ontwikkelingstheorie Freud: (Über-ich net ontwikkeld) Psychische ontwikkeling Warre bevindt zich in de fallische/oedipale fase waar de belangstelling voor de genitaliën naar voren wordt geschoven. Kenmerkend voor deze fase is de fascinatie voor het verschil tussen de seksen. In deze fase heeft het oedipuscomplex een centrale rol inzake identificatieprocessen en gewetensvorming. Ook het omgaan met ambivalentie/dubbelheid inzake fundamentele relationele gevoelens vormt een centraal thema. Ambivalentie: Warre loopt tegen de regels en verwachtingen aan die door zijn ouders worden voorgehouden. Zo kan hij intense boosheid ervaren die hij via woedeaanvallen uit naar zijn ouders toe, terwijl het de steun van de ouders nog hard nodig heeft (=ambivalantie) De uitleg dat dat dat niet kan ’s nachts en dat hij moet slapen leidt tot een tweede woedeaanval. (woedeaanval) Affectieve & sociale ontwikkeling Psychosociale ontwikkelingstheorie Erikson: In de ontwikkelingstheorie van Erikson valt Warre in de locomotorischgenitale fase die draait rond de tegenstelling initiatief en creativiteit vs gevoel van onvrijheid en schuld. Kenmerkend voor deze fase is het efficiënter leren omgaan met de buiten- en binnenwereld, via de ontwikkeling van het bewegingsapparaat en de ontwikkeling van het fantasievermogen en cognitieve vaardigheden. De kleuter wil zelf beslissingen nemen, zich laten gelden en streeft hij naar onafhankelijkheid en zelfstandigheid. Aan de andere kant voelt hij hier zich ook schuldig over, hij vreest afscheiding, woede of teleurstelling van mama. De mate waarin beide tot ontwikkeling komen hangt af van hoe de ouders hierop reageren. ... is hij vastbesloten. Hij zal ook een boot maken. (zelf beslissingen nemen) ... dat hij overmorgen met zijn boot op reis vertrekt? , ... Bovendien hebben zijn ouders misschien vakantie, maar hij moet wel werken... (onafhankelijkheid & zelfstandigheid) In omgang met volwassenen (ouders,familieleden,juf) experimenten ze volop met fantasierollen, in die mate zelfs dat ze zich regelmatig verliezen in hun eigen gecreëerde fantasie. ... met een kleine pijl voor klein gevaar (zoals zeemeerminnen) en een grote pijl voor groot gevaar (zoals piraten) (verliezen in de fantasie) Zelfwaardegevoel: Het zelfwaardegevoel is in de kleutertijd vaak onrealistisch positief waardoor ze zich snel laten verleiden door zelfoverschatting. Ook de moeilijkheidsgraad van bepaalde taken wordt onderschat. ... hij zal ook een boot maken. (moeilijkheidgraad onderschatten) Geslachtsidentiteit: Warre hanteert een gendertypering waarbij kenmerken bepalen of een persoonlijk mannelijk dan wel vrouwelijk is. (“jongens spelen niet met poppen!”, “meisjes kunnen geen brandweerman spelen!”) ...”laat me met rust, dit is niet voor meisjes!” Ontwikkeling in waarnemen en cognitie Cognitieve ontwikkelingstheorie Piaget: Bij Piaget vinden we Warre terug in het preoperationeel ontwikkelingsstadium. Kenmerkend voor dit stadium is dat het kind aan de slag gaat met zijn voorstellings- en taalvermogen. Het voorstellingsvermogen werkt in twee richtingen, enerzijds objecten uit de nabije omgeving (buitenwereld) en anderzijds via de zelf voorgestelde dingen (binnenwereld), zoals fantasieën. Samenlopend met het voorstellingsvermogen wordt ook het taalvermogen verder ontwikkelt, maar ook hier ontsnapt het niet aan wat wel of niet mogelijk is. Een ander kenmerk is dat het kind nog niet in staat is tot operationeeldenken, of met andere woorden, het is nog niet in staat tot het toepassen van logische denkstrategieën. Dit heeft als gevolg dat ze zich regelmatig verliezen in hun eigen fantasieën, in die mate zelfs dat ze er bang van kunnen worden. De overgang van actie op extern niveau naar actie op symbolisch-talig niveau zorgt ervoor dat ze in het bevatten van de wereld een mix maken tussen werkelijkheid en fantasie. Hun denkproces is nog niet voldoende tot ontwikkeling zodat ze hun fantasie aanspreken om bepaalde dingen te verklaren. Piaget spreekt van een nieuw soort egocentrisme: ze benaderen de realiteit vanuit hun eigen subjectieve en fantasierijke beleving, wat leidt tot het typische ‘peuterdenken’ , wat ook nog in sterke mate aanwezig is bij kleuters. Denkwijzen aanwezig in de tekst: (onder voorbehoud) Fenomenistische causaliteit (met steen kan je niet timmeren) Finalisme (de vele waaromvragen) Eigen aan de denkwijze van kleuters is dat ze onmiddellijk oordelen op basis van de uiterlijke verschijningsvorm, wat men omschrijft in de cursus als het voornaamste aspect van het intuïtief denken, met als deelaspect het egocentrisme (zie hoger). Waarneming: (onder voorbehoud, verifiëren)!!! De kleuter verliest soms nog het overzicht Binnen een half uur is de tuin herschapen in een kleine bouwwerf.... niet veel later steekt de twijfel op. Biologische: Motorische veranderingen De kleuter gaat zijn reeds verworven vaardigheden specialiseren. Grove motoriek De kleuter leert rennen, springen en beschikt over een enorme energie Halsoverkop stormt hij het tuinhuis in Fijne motoriek Nieuwe taken zoals het spelen met speelgoed zorgen voor de ontwikkeling van nieuwe vaardigheden: constructiespel, tekenen Maar eerst moet hij een tekening maken..... Hij zal een eigen boot maken..... binnen een half uur is de tuin herschapen in een kleine bouwwerf. Wel kunnen we opmerken dat de cognitieve ontwikkeling nog niet in staat zal zijn tot het tekenen van vrij realistische waarnemingen, beter bekend als het visueel realisme. Warre kan men indelen in de verstandelijk realisme fase, wat de reden lijkt te zijn waarom zijn tekening niet lukt. .... wanneer hij er maar niet in slaagt om zijn idee degelijk op papier te zetten. Hypothesen – Mening – Reflectie Reflectie: Zelfs zonder het bekijken van de leeftijd van Warre werden enkele typische kenmerken van de kleuterperiode al snel duidelijk. Voornamelijk het intuïtief denken en redeneren op basis van waarneembare vaststellingen kwamen regelmatig aan bod in de tekst. Verder leek het mij er ook op dat Warre zichzelf doorheen de volledige tekst heeft verloren in zijn eigen fantasieën, al viel het mij wel op dat zijn mama hem (onder)steunde in het streven naar meer autonomie, wat zijn ontwikkelingsproces enkel maar ten goede kan komen. 3/21/2011 8:59:00 AM 3/21/2011 8:59:00 AM