Basisstof 4 BLADEREN

advertisement
Thema 2 PLANTEN
Basisstof 4
BLADEREN
Onderdelen van een blad
1= Hoofdnerf
2= Zijnerf
5= Bladschijf
3= Bladmoes
4= Bladsteel
Onderdelen van
het blad
• Hoofd- en zijnerven:
hierin liggen de
vaatbundels die vanuit
de stengel naar alle
delen van de bladeren
gaan
Bladsteel:
hiermee zit het blad
vast aan de stengel
Bladmoes:
alles wat tussen de
nerven ligt
Bladschijf:
het hele blad zonder
de bladsteel (dus:
nerven + bladmoes)
Bladskelet
• Bladskelet = Een blad zonder bladmoes.
Alleen nerven en bladsteel.
Huidmondjes
• Aan de onderkant van een blad zitten vaak
kleine openingen: de huidmondjes.
• Hiermee kan een plant gassen uit de lucht
opnemen in het blad,
• of gassen kunnen vanuit de plant aan de lucht
afgegeven worden.
Organismen en hun voedsel.
Alle organismen hebben voedsel nodig.
Voeden is een van de kenmerken van het leven.
Planten: hoeven
geen andere
organismen te eten.
Ze maken hun eigen
organische materiaal
aan.
Alle dieren, schimmels
en (bijna alle)
bacteriën: moeten
andere organismen
(organisch materiaal)
eten om aan voedsel te
komen.
Alle andere organismen gebruiken het voedsel
(organische materiaal) wat door planten gemaakt is.
Fotosynthese
• Als planten hun eigen voedingsstoffen
(organische materiaal) maken noem je dat:
foto-synthese.
• Waar gebeurt dat in de plant?
In bladgroenkorrels. Die zitten in alle
onderdelen die groen zijn. Vooral in bladeren.
Wat hebben planten daarvoor nodig?
• Licht
(rood en blauw)
• Lucht
(Koolstofdioxide)
• Water
Dat moet allemaal in de bladgroenkorrels bij elkaar komen.
Lucht (koolstofdioxide):
Kleine openingen in het
blad (huidmondjes)
laten koolstofdioxide
(CO2) binnenkomen.
Water:
Water wordt met de
wortels opgenomen
Vaatbundels brengen het
water naar de bladeren.
Via de nerven komt het
water bij het bladmoes.
Licht:
De zonnestralen van de
zon schijnen op de
bladgroenkorrels in
het blad
Waarom doen
planten dit?
• Ze maken zo glucose
(een organische stof).
• De glucose kunnen ze
gebruiken om alle
andere organische
stoffen te maken die ze
nodig hebben voor
groei en ontwikkeling.
Hiervoor hebben ze
ook zouten uit de
grond nodig.
Glucose is een soort suiker.
Waar gaat glucose naar toe?
• Glucose is nodig in alle delen van
de plant voor groei en
ontwikkeling
• Glucose wordt daarom via de
vaten vervoerd vanaf de bladeren
naar alle andere delen (stengel,
wortel, bloemen, knoppen)
• Teveel gemaakte glucose kan de
plant opslaan als reservevoedsel.
Glucose: rode pijl in de afbeelding
Water: blauwe pijl in de afbeelding
Wat ontstaat er nog meer?
• Tijdens
fotosynthese
ontstaat behalve
glucose ook
zuurstof.
• Voor de plant is
die zuurstof niet
nodig: hij geeft het
af aan de lucht via
de huidmondjes.
• Wij hebben die
zuurstof wel nodig
om te ademen.
Fotosynthese in bladgroenkorrels
Wat is ervoor nodig?
Water + koolstofdioxide + zonlicht
Wat ontstaat er?
Glucose (=organisch materiaal) + zuurstof
Reactievergelijking van fotosynthese
• Water + koolstofdioxide + zonlicht  glucose + zuurstof
• H2O + CO2+ zonlicht  C6H12O6 + O2
Waarom kunnen wij zonder planten
niet leven?
• Planten maken de organische stof glucose uit
water, koolstofdioxide zonlicht. Andere
organismen kunnen dat niet, maar hebben die
stoffen wel nodig als voedsel om te leven.
• Planten nemen koolstofdioxide op uit de lucht
en geven zuurstof af. Ze zorgen zo voor nieuwe
zuurstof. Andere organismen hebben zuurstof
nodig om te ademen.
Wij hebben
planten
nodig om te
overleven
glucose
Download