2 T/H WERKBOEK geschiedenis voor de onderbouw geschiedenis voor de onderbouw Memo helpt je met het begrijpen van de belangrijke ontwikkelingen in het verleden. Door de heldere teksten, treffende voorbeelden en goede oefeningen, leer je nadenken over het soms merkwaardige leven van mensen vroeger, maar ook over het herkenbare. Met Memo wordt geschiedenis tastbaar. De duidelijke en gestructureerde teksten van het handboek geven je een overzicht van de verbanden en hoe gebeurtenissen daarin passen. In het werkboek ga je met je klasgenoten aan de slag met gerichte opdrachten om steeds meer inzicht te krijgen. Digitaal kun je verder oefenen of je verdiepen in de stof. Door veel bewegend beeld en prachtige interactieve kijkplaten komt de stof tot leven. Met Memo weet je altijd hoe je ervoor staat en Memo biedt je de helpende hand als je meer uitleg of oefening nodig hebt. 2 T/H WERKBOEK ISBN 978 90 345 8417 5 552615 Inhoudsopgave Introductie Van jagers en boeren … naar regenten en vorsten Introductie 1 4 4 De tijd van pruiken en revoluties • De Franse Revolutie • 1 Basis • 2 • • • • 3 4 5 6 Verdieping • 7 Oriëntatie ........................................................................................................ 6 Frankrijk vóór de revolutie .............................................................................. De Franse Revolutie ........................................................................................ Frankrijk onder Napoleon ............................................................................... De Republiek in de 18e eeuw .......................................................................... Nederland in de Franse tijd ............................................................................. 8 10 12 14 16 Vechten voor Napoleon 18 ................................................................................... • 8 Afsluiting ......................................................................................................... 20 2 De tijd van burgers en stoommachines • De industriële revolutie • 1 Basis • 2 Oriëntatie ........................................................................................................ 22 Van handwerk naar machine ........................................................................... 24 • 3 Leven in een industriestad ............................................................................. 26 • 4 De voorsprong van Europa .............................................................................. 28 • 5 Nederlanders in Indië ..................................................................................... 30 • 6 Slavernij in Suriname ...................................................................................... 32 Verdieping • 7 Op weg naar de moderne geneeskunde ......................................................... 34 • 8 Afsluiting ......................................................................................................... 36 3 1800 – nu • Wie beslist? • 1 Basis • 2 • 3 • 4 • 5 • 6 Verdieping • 7 Oriëntatie ........................................................................................................ 38 De Oranjes worden de baas ............................................................................ Op weg naar kiesrecht voor iedereen ............................................................. Zo werken verkiezingen .................................................................................. Je stem laten horen ......................................................................................... Europa ............................................................................................................ 40 42 44 46 48 Hoe raakt politiek jou? 50 .................................................................................... • 8 Afsluiting ......................................................................................................... 52 2 4 De tijd van wereldoorlogen • Leven in een massasamenleving • 1 Basis • 2 • • • • 3 4 5 6 Verdieping • 7 Oriëntatie ......................................................................................................... 54 Spanningen in Europa ..................................................................................... De Eerste Wereldoorlog ................................................................................... Economische wereldcrisis ............................................................................... Ontevredenheid in Europa .............................................................................. Hitler aan de macht ......................................................................................... 56 58 60 62 64 Adolf Hitler 66 ...................................................................................................... • 8 Afsluiting ......................................................................................................... 68 5 De tijd van wereldoorlogen • De Tweede Wereldoorlog • 1 Basis • 2 Oriëntatie ........................................................................................................ 70 Blitzkrieg .......................................................................................................... 72 • 3 Duitsland, Italië en Japan verslagen ............................................................... 74 • 4 De moord op de Joden ..................................................................................... 76 • 5 Nederland bezet ............................................................................................... 78 • 6 Van Nederlands-Indië naar Indonesië ............................................................. 80 Verdieping • 7 Herdenken ........................................................................................................ 82 • 8 Afsluiting ......................................................................................................... 84 6 De tijd van televisie en computer • Nederland en de wereld na 1945 • 1 Basis • 2 • 3 • 4 • 5 • 6 Verdieping • 7 Oriëntatie ........................................................................................................ 86 Koude Oorlog in Nederland ............................................................................. Jongeren laten van zich horen! ........................................................................ Een nieuwe wereldorde .................................................................................... Een multiculturele samenleving ...................................................................... De moderne samenleving ................................................................................ 88 90 92 94 96 De wereld na 9/11 ............................................................................................ 98 • 8 Afsluiting ......................................................................................................... 100 Colofon 102 3 3 2 De tijd van burgers en stoommachines De industriële revolutie 1 Oriëntatie 3 Intro 1 Bekijk HB bron 1 en lees de oriëntatie. Jan Zijlker reisde met Bedenk twee beroepen die vóór de industriële revolutie nog niet bestonden. oude en nieuwe vervoermiddelen. Zet alle vervoermiddelen uit de oriëntatie op de juiste plaats in het schema. Let op de periode. Historisch denken Tijdens de industriële revolutie Veranderingen Na de industriële revolutie Je hebt grote en kleine veranderingen. Bij het vak Lopen geschiedenis leer je meestal over grote veranderingen. Bijvoorbeeld dat de uitvinding van de landbouw grote gevolgen had. Ook de ontdekking van Amerika was een gebeurtenis die grote veranderingen teweegbracht. Toch zijn 2 er kleine veranderingen geweest die grote gevolgen hadden. Bekijk HB bron 2 en 3 en WB bron 1. Lees de uitspraken en Denk maar aan de uitvinding van papier, de spijker, lucifers zet het juiste begrip erbij. Kies uit: ambachten • spoor- of bijvoorbeeld de wc. Zonder die dingen had ons leven er wegen • kinderarbeid • ongeschoold werk • fabrieken • anders uitgezien. stoommachine. Eén begrip blijft over. Je kent inmiddels verschillende soorten veranderingen: a Kleine werkplaatsen verdwenen en er kwamen grote • politieke verandering: er verandert iets in het bestuur; hallen met machines voor in de plaats: • economische verandering: de middelen van bestaan van b Vóór de industriële revolutie leerden kinderen een mensen veranderen; beroep door in een werkplaats te werken: • sociale verandering: er verandert iets in het leven van c In fabrieken deden mensen meestal werk waar je niets grote groepen mensen (bijvoorbeeld meer welvaart of meer voor hoefde te leren: armoede); d Ze gingen niet naar school, maar moesten in de fabriek • religieuze verandering: er verandert iets in het geloof van werken: mensen. e Vervoer hierover was in Engeland eerder mogelijk dan in Bij geschiedenis kijken we naar de oorzaken van Nederland: Bron 1 veranderingen en naar de gevolgen. Je gaat oefenen in het begrijpen van veranderingen. Dan word je beter in Kinderarbeid. Deze tekening laat kleine kinderen zien, die in ondergrondse mijnen moesten werken. Na een lange werkdag geschiedenis. volgde de gevaarlijke tocht naar boven. Hun leven hing letterlijk aan 4 Lees WB bron 2. De landbouw werd 9.000 jaar voor Christus uitgevonden. een ‘zijden’ draadje. a Wat was het bestaansmiddel toen de landbouw nog niet was uitgevonden? b Welke twee andere middelen van bestaan kwamen er in de oudheid en de middeleeuwen bij? 22 □ Handeldrijven. □ Werken in fabrieken. □ Werken in de zorg. □ Nijverheid. 9 Bron 2 Gebruik de begrippenlijst. In paragraaf 3 wordt het begrip ‘modern imperialisme’ uitgelegd. Waar had het modern Grote veranderingen imperialisme mee te maken? Werk ging duizenden jaren lang op dezelfde manier. A Met de opkomst van fabrieken. Net als je ouders bewerkte je het land of hield je vee. B Met de aanleg van spoorwegen. Wie geen boer was, werkte bijvoorbeeld als smid, C Met de opbouw van een leger. bierbrouwer of wolhandelaar. Fabriekspijpen zag je D Met de verovering van kolonies. nergens. Er waren geen fabrieken, alles werd met de 10 Paragraaf 3 gaat ook over het nationalisme. Het nationa- hand gemaakt. Dat veranderde toen rond 1800 de lisme kwam op in de 19e eeuw. In de begrippenlijst, achter industrie opkwam. Er kwamen fabrieken en machines. De in het hoofdstuk, staat de uitleg van het begrip. industriële revolutie was de grootste verandering sinds Welke twee uitspraken horen bij nationalisme? de uitvinding van de landbouw. 5 □ Nationalisme heeft te maken met liefde voor je eigen vaderland. a Gebruik WB bron 2. Door allerlei uitvindingen kwam er in □ De Europese landen vonden de cultuur van volken in de 18e eeuw een ander middel van bestaan. Welk middel? Afrika en Azië net zo goed als hun eigen cultuur. □ In de 19e eeuw vonden Europeanen hun cultuur beter b Vóór 1800 waren er ook mensen die een ambacht dan die van volken in de kolonies. uitoefenden. Wat was het verschil met het werk tijdens de 11 industriële revolutie? Kies twee antwoorden. Gebruik HB bron 2. a Stel, je legt naast deze kaart een kaart die honderd jaar □ Er werd in de nieuwe bedrijven harder gewerkt. later is gemaakt. Welke verschillen zou je zien tussen het □ In de oude werkplaatsen stonden nog geen machines. oude Engeland en het nieuwe? Noem er twee. □ De oude werkplaatsen waren veel kleiner. □ Werkers in de oude bedrijven hadden geen gereedschappen. 6 Gebruik de tekst onder het kopje ‘Historisch denken’ en WB b In welke drie takken van nijverheid vonden de eerste bron 2. uitvindingen en vernieuwingen plaats? a Wat voor soort verandering was de industriële revolutie? □ In de automobielindustrie. □ In de mijnbouw. b Welke verandering, duizenden jaren geleden, is net zo □ In de textielindustrie. belangrijk geweest als de industriële revolutie? 7 □ In de ijzerindustrie. 12 a Een nieuwe machine speelde een belangrijke rol in de Gebruik de oriëntatie en HB bron 3. industriële revolutie. Welke machine was dat? a Je kunt zeggen dat Jan Zijlker met één been in de moderne tijd stond en met het andere been nog in de oude b Vóór de industriële revolutie gebruikten mensen andere tijd. Geef van elk een voorbeeld. aandrijfkrachten. Geef een voorbeeld. Moderne tijd: Oude tijd: 13 Lees WB bron 3. De industriële revolutie bracht vooruitgang, b Het Noord-Hollands Kanaal, de Zuid-Willemsvaart en maar er waren ook nadelen. Wat is de mening van de Franse het Noordzeekanaal zijn in de 19e eeuw aangelegd. Bedenk reiziger over de industriële revolutie? waarom zij belangrijk waren voor handel en industrie. 8 In de tekst hierboven heb je gelezen over een aantal kleine Bron 3 uitvindingen. De meeste zijn erg belangrijk geweest voor Engeland in 1835. Hij beschreef zijn indrukken. het dagelijks leven van mensen. Maar er zijn er veel meer. Een Franse reiziger bezocht de stad Manchester in Fabrieken in Manchester Bedenk zelf een voorbeeld van zo’n kleine uitvinding die Een soort zwarte rook hangt over de stad. In het halve voor mensen erg nuttig is. Leg je keuze uit. daglicht zijn 300.000 mensen zonder ophouden aan het werk. Uit dit vieze riool vloeit puur goud. 23 Hoofdstuk De tijd van burgers en stoommachines • De industriële revolutie Hoofdstuk 2 Basis 2 Van handwerk naar machine 7 Intro 1 a Welk middel van bestaan past bij de industriële revolu- Bekijk HB bron 1. Bedenk een voordeel van de stoomma- tie? chine ten opzichte van paarden en windmolens. A Handeldrijven. B Werken in fabrieken. C Werken in de zorg. 2 De machine van Watt maakte een op- en neergaande D Nijverheid. beweging. b Zet het juiste woord achter de zin. a Welk deel was het hart van de machine, waar de kracht Deze mensen stopten met de landbouw en trokken naar de vandaan kwam? industriegebieden voor werk: Fabrieken konden veel sneller en meer stoffen produceren. b Waarvoor kon je zo’n machine in de bouw gebruiken? Daardoor verdween deze vorm van bijverdienste voor de mensen: 8 c Om stoomlocomotief de Rocket te laten rijden, heb je Bekijk WB bron 1. Streep door wat niet juist is. niks aan op- en neergaande kracht. Welke beweging heb je Deze tabel laat zien dat de Engelse bevolking tijdens de daarvoor nodig? industriële revolutie groeide • gelijk bleef. In grote steden was meer • minder werk te vinden dan op het platteland. d Welk deel van de stoommachine levert deze beweging? 3 Daarom trokken mensen wel • niet naar Londen. Bron 1 De Rocket moest regelmatig ‘tanken’. Welke twee stoffen Veranderingen tijdens de industriële revolutie. Bevolking Engeland en Wales Bevolking Londen Leeft van landbouw 1750 6 miljoen 500.000 65% 1850 21 miljoen 3 miljoen 25% had de machine nodig? □ Water. □ Benzine. □ Elektriciteit. □ Steenkool. Verwerking 4 Vul de ontbrekende jaartallen en woorden in. werkten veel mensen in de Vóór en 9 in kleine werkplaatsen. Om wat bij te verdienen werd thuis spinnewiel of de wielen van een truck, heb je kracht nodig. aan spinnen en weven gedaan. Dat heet Wat kwam eerst, wat kwam later? Zet de volgende krachten . Het grootste deel van de bevolking woonde op het in chronologische volgorde. , in dorpen en kleine steden. Toen er A Stoommachine in fabrieken fabrieken kwamen, werd werken in de industrie een nieuw middel van kwam in grote tussen B Windmolens om graan te malen . De meerderheid van de bevolking C Waterkracht om de eerste spinmachines aan te drijven te wonen. Deze veranderingen D Benzinemotor om vrachtwagens te laten rijden en 1850 hadden te maken met de E Paardenkrachten om karren te trekken revolutie. 5 Juiste volgorde: Welke twee zinnen over huisnijverheid zijn juist? 10 Bekijk HB bron 2 en gebruik je kennis van de Engelse taal. □ Huisnijverheid vond plaats in steden waar fabrieken Tijdens de industriële revolutie werd de techniek steeds beter. stonden. a Zet achter de naam van de uitvinder met welke industrie □ Spinners en wevers maakten wollen en katoenen stoffen. hij bezig was. Eén antwoord is al ingevuld. □ Door machines werd de huisnijverheid steeds belangrijker. E. Wedgwood: aardewerkindustrie. □ Spinnen en weven werd gedaan om wat bij te verdienen. 6 Om iets te laten draaien, bijvoorbeeld maalstenen, een R. Arkwright: De industriële revolutie ontstond niet zomaar. Maak de G. Stephenson: zinnen met de oorzaken af. J. Watt: Door de groei van de bevolking kwam er meer Om meer kleding te kunnen maken, deden uitvinders hun best om nieuwe 24 b Leg uit dat de uitvinding van James Watt erg belangrijk Bron 2 was voor de uitvinding van George Stephenson. De strijd tegen het water. Jan Adriaansz Leeghwater was een Nederlandse molenbouwer uit de 17e eeuw. Hij is beroemd doordat 11 hij wist hoe je meren moest droogmaken. Leeghwater a Bekijk HB bron 3. Twee belangrijke takken van industrie wilde ook het Haarlemmermeer met 170 windmolens worden in HB bron 2 niet genoemd. Welke zijn dat? □ Landbouw. □ Mijnbouw. □ IJzerindustrie. □ Huisnijverheid. droogmaken. Maar dat was niet haalbaar. In de 20e eeuw was de techniek veel verder. Toen werden de Afsluitdijk en de Deltawerken aangelegd. b Om welke reden waren deze industrietakken erg belangrijk? 14 Gebruik HB bron 4 en 5 en WB bron 3. a Hoe moest het meer worden drooggelegd? Bestuurders keken naar de voordelen en nadelen van windmolens en stoommachines. Zet die in het schema. 12 Vul de ontbrekende woorden in. Grote Windmolens die in de textielindustrie werden . gebruikt, pasten niet meer in de Stoommachines Voordelen bouwen, Daarom gingen ondernemers waar de machines beter pasten. De industrialisatie leidde ook tot de opkomst van grote in Engeland, zoals Manchester, Leeds en Liverpool. Er werden aangelegd waar locomotieven over reden en gegraven voor de bin- Nadelen nenscheepvaart. Het vervoeren van steenkool en andere hielp bij de industrialisatie. Toepassingsopdracht b Welke techniek werd gekozen om het meer droog te maken? De vuurmachine tegen de Waterwolf Nederland had grote meren. Daarvan zijn er aardig wat drooggelegd. Met windmolens … en met de vuurmachine. Zo werd de stoommachine in de 19e eeuw genoemd. Bron 3 13 Bekijk en lees HB bron 5. Door stormen en dijkdoorbraken De drooglegging van het Haarlemmermeer. Windmolens of stoommachines groeiden de vier meren uit tot het grote en diepe Haarlem- Koning Willem I zag wel wat in de nieuwe stoomtechniek. mermeer. Een Nederlandse ingenieur rekende uit wat goedkoper a Waarom kreeg het meer de bijnaam ‘Waterwolf’? was: het droogmaken van het Haarlemmermeer met windmolens of met stoommachines. De 114 molens zouden samen drie miljoen gulden kosten en moesten bediend worden door 114 molenaars. Zes stoommachines kostten één miljoen en konden door 33 monteurs b Lees WB bron 2. Water heeft een grote invloed gehad bediend worden. De wind voor de molens was natuurlijk op de geschiedenis van ons land. Denk maar aan het grote wel gratis en steenkool voor de stoommachines niet. aantal dijken dat Nederland moet beschermen tegen het In 1841 gingen Nederlandse ingenieurs naar Engeland water. Vul de juiste woorden in. In 1932 werd de om stoommachines te bekijken. Het besluit over de gebouwd, waarmee droogmaking werd kort daarna genomen. Toen werd als de Zuiderzee werd afgesloten. Dat werd het IJsselmeer. eerste het kanaal aangelegd dat het opgepompte water Na de grote watersnoodramp in 1953, waarbij veel mensen verdronken, werden de uit het meer moest afvoeren. In 1848 was de ringvaart aangelegd klaar, het pompen ging van start. In 1852 kwam het om de zee tegen te houden. bericht: ‘Het meer is droog.’ 25 Hoofdstuk De tijd van burgers en stoommachines • De industriële revolutie Hoofdstuk 2 3 Basis Leven in een industriestad □ Er werkten te veel mensen in de landbouw. Intro 1 □ Het was goed voor de economische groei in Engeland. Bekijk HB bron 1. Voor welke taak werd de stoommachine in 6 de mijn gebruikt? Vul de ontbrekende woorden in. Er waren bijna geen regels waar zich aan moesten houden. De regering vond het niet nodig 2 Tegenwoordig duurt een gemiddelde werkdag ongeveer om acht uur, zonder pauze. en normale werktijden. Dat moesten a Hoe lang duurde de werkdag van de arbeiders in de 19e ondernemers onderling maar regelen. Om sterker te staan eeuw? tegen de bazen, richtten arbeiders 7 te maken voor betere lonen en op. De regering kan wetten maken om mensen te beschermen. Welke twee maatregelen had de regering kunnen invoeren? b Vergelijk de werkuren per week toen en nu: vul de juiste Voor kinderen: getallen in. Mensen werken tegenwoordig (gemiddeld) uur = dagen × Mensen werkten in de 19e eeuw (gemiddeld) uur = 3 Voor de werktijden: uur per week. 8 dagen × uur per week. Bekijk en lees HB bron 2. Vrouwen uit de rijke burgerij werkten niet. Dat hoorde niet. In de lage klassen was er wel Er bleef niet veel vrije tijd over. Welke taken hadden mannen veel vrouwen- en kinderarbeid. Leg dat uit. en vrouwen na werktijd nog? 9 a Wat valt je op aan de leeftijden op de gedenksteen? Verwerking 4 Bekijk HB bron 4 en lees het bijschrift. Gebruik de leertekst. b Wanneer waren de ongelukken in de mijnen minder erg a Geef twee voorbeelden van onveilige werkomstandigheden. geweest? Kies twee antwoorden. □ Als de regering veiligheidswetten had ingevoerd. □ Als de ouders beter hadden opgelet. □ Als de scholen de kinderen hadden gewaarschuwd. □ Als de ondernemers zich verantwoordelijk voelden voor b Wonen in de industriesteden was ongezond. Geef twee ongelukken. voorbeelden van ongezonde leefomstandigheden. 10 Tijdens de industriële revolutie waren de jongste kinderen die moesten werken, 6 of 7 jaar oud. Bedenk twee redenen die ouders hadden om hun kinderen te laten werken. c Verhuizen naar andere buurten was voor de arbeiders niet mogelijk. Wat zijn twee verklaringen hiervoor? □ Er waren nog geen bussen, treinen of ander openbaar vervoer. 11 □ Het was verboden om in de stad te gaan wonen. a In welke periode begonnen steden in Engeland snel te □ Er waren geen andere huizen te vinden. groeien? □ Huizen die ver van fabrieken stonden, waren duurder. 5 Bekijk WB bron 1. De Engelse regering was blij met de ondernemers die fabrie- b Wat was de belangrijkste oorzaak van deze groei? ken en steenkoolmijnen stichtten. Om welke twee redenen vond zij dat goed? □ De fabrieken waren allemaal van de regering. □ Nieuwe fabrieken zorgden voor werkgelegenheid. 26 14 Gebruik WB bron 3: vergelijk de twee tijdbalken. Noteer c Welke uitspraak is juist? A Rotterdam was al vroeg een industriestad. drie verschillen tussen jouw dag en de werkdag van een B Birmingham groeide net zo snel als Rotterdam. arbeiderskind in 1800. C Rotterdam groeide eerder dan de Engelse steden. D Nederland industrialiseerde pas na 1850. Bron 1 Het aantal inwoners van Birmingham (Engeland) en Rotterdam (Nederland) in verschillende jaren. 1800 1850 1900 Birmingham 71.000 242.000 842.000 Rotterdam 53.000 87.000 516.000 15 Lees WB bron 4. Zet alle werkzaamheden en taken van deze vrouw in de klok (WB bron 5). Werk op dezelfde manier als bij vraag 13, met verschillende kleuren. Bron 4 12 Bekijk HB bron 3. Een vraaggesprek uit 1890. Een onderzoekscommissie sprak met een 57-jarige vrouw die bij een katoenfabriek werkte. a Wat valt je op aan de ligging van de fabrieken? Het werk moest staand gebeuren. Zij werkte al 48 jaar voor het bedrijf en vóór de Arbeidswet van 1889 werkte b Gebruik WB bron 2. Wat maak je op uit deze gegevens? zij 12 uur per dag. In de jaren dat zij zes kleine kinderen had, zag het er zo uit: ‘’s morgens om 4 uur stond ik op, en dan zorgde ik eerst voor het eten en zette dat bij de Bron 2 kindertjes in bed. Die kleedde ik aan en ik bracht ze naar Leeftijd van Engelse bevolkingsgroepen uit 1842. Groep Gemiddelde leeftijd mijn moeder. Ik betaalde haar 3 gulden in de week, want Ondernemers en bankiers 55 jaar zij kon het geld ook niet missen. Daardoor hield ik met Winkeliers 24 jaar mijn man maar 7 gulden over. Als ik na de ochtend om Arbeiders 22 jaar kwart over 12 thuiskwam, was mijn eerste zorg het eten op het vuur te zetten en de boel een beetje op te ruimen. Toepassingsopdracht Kwam ik dan ’s avonds van de fabriek, dan moest ik nog Kinderarbeid en vrouwenarbeid bij nacht en ontij gaan wassen en kleertjes oplappen. Arbeiders maakten lange dagen: niet alleen mannen, maar Vandaar dat mijn krachten mij geheel ontnomen zijn.’ ook vrouwen en kinderen. Vrouwen hadden vaak een dubbele Vrij naar: F. Messing, Werken en leven in Haarlem (1972). taak. In deze opdracht ga je daarnaar kijken. Je maakt een 24uurs klok met daarin alle werkzaamheden van deze vrouwen. Bron 5 Een fabrieksklok. 13 In WB bron 3 staan twee tijdbalken. Ze zijn verdeeld in 24 uur, dus een dag en een nacht. a Gebruik de intro van deze paragraaf. Vul op de eerste balk de gegevens in van een kind dat in een fabriek of mijn moest werken. Geef alles een kleurtje: werktijd rood, pauzes en vrije tijd groen, reistijd (naar het werk) blauw en slaaptijd zwart. b Vul op de tweede tijdbalk gegevens in over jouw dag. Gebruik paars voor school en verder dezelfde kleuren als bij a. Bron 3 Een gewone dag van kinderen rond 1800 en een gewone dag van kinderen nu. 16 Leg uit dat de vrouwen uit de arbeidersklasse eigenlijk een dubbele taak hadden. 27 Hoofdstuk De tijd van burgers en stoommachines • De industriële revolutie Hoofdstuk 2 Basis 4 De voorsprong van Europa Intro A Europeanen beginnen met winstgevende specerijenhandel 1 a Bekijk HB bron 1 en lees de intro. Welke twee uitspraken B Modern imperialisme zijn juist? C Versterkte handelsposten □ De kaart werd eind 19e eeuw gemaakt. D Veel veroveringen in Afrika en Azië □ De belangrijkste Engelse kolonies lagen in Amerika. E Slaven werken op suiker-, katoen- en tabaksplantages □ Engeland had geen kolonies in Azië. 1500-1870: □ De kaart toonde aan hoe groot het Britse wereldrijk was. 1870-1914: b Aan de zijkanten en de onderkant van de kaart staan b Zet de volgende zinnen in chronologische volgorde. mensen en dieren. Zij horen bij gebieden van het Britse Rijk. A Aanleg plantages en bouw van handelsposten Welke mensen of dieren horen bij de volgende gebieden? B De eerste handel met West-Indië en Oost-Indië Australië: C Verovering van land om een imperium te stichten D Ontdekkingsreizigers ontdekken Amerika en Azië Canada: Juiste volgorde: 6 Hong-Kong: 2 Bekijk HB bron 2. Welke drie uitspraken over dit soort India: handelsposten zijn juist? a Spanje had al eerder kolonies. In welk werelddeel lagen □ Ze lagen in het binnenland van een kolonie. die? □ Ze waren gebouwd om handelswaar te bewaren en dan naar Europa te vervoeren. □ De meeste lagen langs de kust. b Veel Spaanse kolonies werden al begin 19e eeuw □ Ze zagen eruit als forten. onafhankelijk. Toch kun je nog steeds horen dat Spanje 7 daar de baas is geweest. Leg dat uit. Hieronder staan oorzaken van het modern imperialisme. Maak de juiste combinaties, zodat goede zinnen ontstaan. 3 a HB bron 1 geeft je het idee dat iedereen in de kolonies A Door de industriële revolutie had Europa blij was met de Britse heersers. Welke woorden geven je dat B Door betere scheepvaart en grotere schepen idee? C Er gingen steeds meer Europese producten naar de gebieden overzee b Waarom waren mensen in de kolonies niet altijd blij met D Door hun rijk te vergroten ontstond bij Europeanen de Engelse heersers? 1 zodat de kolonies ook afzetgebieden werden. 2 op technisch gebied een voorsprong. 3 het gevoel dat hun landen belangrijker waren. 4 werd het gemakkelijker om grondstoffen uit de kolonies Verwerking 4 te halen. a In welke werelddelen stichtten de Europeanen vanaf Juiste combinaties: 1500 plantages of handelsposten? 8 a Welk begrip hoort bij vaderlandsliefde? b Vul de ontbrekende woorden in. In Amerika legden de Europeanen grote aan. Daar werden gewassen verbouwd als b Soms leidde het imperialisme tot ruzie tussen Europese , landen. Bedenk een oorzaak voor zo’n ruzie. . Om aan goedkope arbeidskrach- suiker en ten te komen, haalden de Europeanen Vaderlandsliefde was ook een reden voor het imperialisme. uit . In Afrika en Azië stichtten ze alleen . Daar verhandelden ze c Voor landen als Oostenrijk en Zwitserland was het moeilijk en 5 om kolonies te veroveren. Leg uit wat het probleem was. a Wat hoort bij welke periode? Zet de letters achter de juiste periode. 28 9 Toepassingsopdracht Bekijk HB bron 4. Wat bedoelde de tekenaar van deze Liepen Europeanen voor? spotprent? In de tijd van het modern imperialisme bestond bij 10 Gebruik HB bron 1, WB bron 1 en de leertekst. Kleur in WB Europeanen het idee dat zij voorliepen. Je gaat die ideeën in bron 2 de Engelse gebieden blauw en de Franse gebieden deze opdracht verder onderzoeken. rood. 11 Bron 1 Gebruik de leertekst. Veel Europeanen wilden hun beschaving verspreiden. Schrijf in het schema wat dat betekende Hoe dachten Europeanen over andere volken? voor de mensen in de kolonies. Twee antwoorden zijn al Th.S. Raffles, een Engelse gouverneur, schreef in 1820: ingevuld. ‘De Batakkers zijn geen slecht volk, al eten zij elkaar op Voordelen verspreiden Nadelen verspreiden en vinden ze mensenvlees beter dan vlees van buffels beschaving beschaving of varkens. Zij zijn geen wilden, zij kunnen lezen en Hulp door priesters en zendelingen Onderdrukking schrijven en denken beter na dan personen die op onze scholen worden opgeleid.’ Een Franse marineofficier schreef in 1875: ‘Alles is goed! Met 200 man heb ik Hanoi veroverd. Niemand 12 Gebruik HB bron 5 en WB bron 1. liep een schram op. Onze kanonneerboot verbijsterde de arme wilden, die nog nooit een granaat hadden zien a Waarom is de gebeurtenis in HB bron 5 een voorbeeld ontploffen. Met steun is binnenkort heel Indochina van racisme? [Vietnam, Laos en Cambodja] in onze handen.’ R. Kipling, een Engelse schrijver, schreef in 1899: ‘Zend b Welke racistische woorden gebruikt de Franse marine- uw beste zonen uit. Laat hen hulp bieden aan de volken officier in WB bron 1? die aan u zijn toevertrouwd. Het zijn wilde en trage c Welke schrijver in WB bron 1 gebruikt geen racistische mensen, half duivel en half kind.’ woorden? Leg je antwoord uit. W. Bagehot, een Engelse econoom, schreef in 1872: ‘De sterkste landen hebben de macht. Dat is altijd zo 13 Gebruik WB bron 1. De Europeanen leggen uit waarom zij geweest: de sterkste volkeren hebben de zwakkere overheerst en hun gebieden ingenomen.’ hun imperium vergroten. Welke twee redenen noemen ze? Bron 2 29 Hoofdstuk De tijd van burgers en stoommachines • De industriële revolutie Hoofdstuk 2 Basis 5 Nederlanders in Indië Intro □ Op Sumatra. 1 a Bekijk HB bron 1. Vul de ontbrekende woorden in. □ Op Borneo. Nederlands-Indië werd niet alleen door □ Op Celebes. bestuurders geregeerd. Er waren ook □ Op Java. bestuurders maar zij moesten gehoorzamen aan de d Leg uit waarom Nederland het belangrijk vond om Sumatra in bezit te hebben. b Lees de intro en bekijk HB bron 4. Hoe heten de verschillende bestuurders? Zet de juiste nummers achter de functie (baan) in het schema. Eén nummer is al ingevuld. Functie Nummer in HB bron 1 Taak (letter) e Geef nog een reden voor meer veroveringen in Regent 1 Nederlands-Indië. Inheemse vorst 4 Gouverneur-generaal Gebruik HB bron 2. a Kleur op WB bron 2 in paragraaf 4 het gebied van Resident Nederlands-Indië groen. c De bestuurders hadden allemaal een taak. Welke taak b Wat valt je op aan de grootte van Nederland in vergelij- hoorde bij welke bestuurder? Zet de letters op de juiste plek king met Nederlands-Indië? in het schema. A Hij was in naam van de Nederlandse regering de 5 hoofdbestuurder van Nederlands-Indië. 2 De Nederlanders regeerden in Nederlands-Indië met een B Hij bestuurde een deel van Nederlands-Indië en hield indirect bestuur, net als de Engelsen in India. toezicht op de regent. a Welke twee zinnen horen bij een indirect bestuur? C Hij was van hoge Indonesische adel en stond boven de □ Er zijn veel Europese ambtenaren nodig. inlandse bevolking. □ Je hebt minder ambtenaren nodig, dus is het goedkoper. D Hij bestuurde zijn eigen gebied. Hij gehoorzaamde aan □ Het volk gehoorzaamt gemakkelijker aan de eigen vorst de gouverneur-generaal. dan aan een vreemde ambtenaar. De bestuurders van Nederlands-Indië hadden de macht over □ Het volk gehoorzaamt alleen aan blanke bestuurders. een groot gebied. Welk begrip uit paragraaf 4 past hierbij? b In andere kolonies hadden Europese landen een direct bestuur. Wat is de beste uitleg van een direct bestuur? A Iedereen mag meebesturen. Verwerking 3 B Alles wordt geregeld door Europese bestuurders. Bekijk HB bron 2. In de 19e eeuw werd de Nederlandse C Er zitten alleen inlanders in het bestuur. invloed in Nederlands-Indië steeds groter. D Gewone burgers hebben niets te vertellen. a Van welke twee eilanden had Nederland rond 1820 het 6 grootste deel in handen? Bij het besturen van Nederlands-Indië werkten de Nederlanders samen met Indonesiërs. Dat had een reden, die □ Van Java. hieronder staat. Maak de juiste combinaties, zodat goede □ Van Nieuw-Guinea. zinnen ontstaan. □ Van Celebes. A Er waren in Nederlands-Indië maar heel weinig Neder- □ Van de Molukken. landers b Welke producten waren tussen 1600 en 1800 heel B Om toch de macht in handen te houden, werkten de belangrijk voor de Nederlandse handel? Nederlanders C Dat betekent dat sommige Indonesische vorsten c Op welke twee eilanden veroverde Nederland eind 19e D Door vorsten tegen elkaar op te stoken eeuw veel gebied? 30 10 Lees WB bron 1. Het boek van Douwes Dekker werd een 1 voordelen kregen die andere Indonesiërs niet kregen. 2 in vergelijking met de Indonesiërs. bestseller. Wat kun je daaruit opmaken? 3 kwam het nooit tot massaal verzet van de Indonesiërs. 4 met de ene vorst samen tegen een andere vorst. Juiste combinaties: 7 Bron 1 Bekijk en lees HB bron 3. De bestseller van Multatuli. a Welke twee uitspraken zijn juist? Max Havelaar □ Het KNIL bestond uit Nederlandse en Indonesische Het boek was een keiharde aanklacht tegen de uitbuiting soldaten. van de gewone Indonesiërs, die Multatuli zelf van dichtbij □ Samen met de opstandelingen vochten KNIL-troepen had meegemaakt. tegen de Nederlandse overheersers. Koffiehandelaar B. Droogstoppel is een belangrijke □ De KNIL-troepen vochten tegen soldaten van de VOC. persoon in het boek. Hij is een brave, godsdienstige man □ Nederlandse officieren hadden de leiding over het KNIL. die keurig naar de kerk gaat. Tegelijkertijd let hij niet b Hoe kwam het dat het KNIL in de 19e eeuw steeds groter op de ellende van de Indonesische boeren: als hij maar en belangrijker werd? winst maakt. Ook resident Slijmering komt er niet goed vanaf. Hij doet niets aan de misstanden en uitbuiting tijdens het cultuurstelsel. 8 De bevolking moet werken zonder loon en moet goederen Vul de juiste woorden en jaartallen in. leveren zonder betaling. Dat eisten niet alleen de ging de VOC in Na 200 jaar handel in Nederlanders maar ook de Indische regenten. failliet. De Nederlandse regering wilde veel verdienen aan de kolonie Nederlands-Indië. Daarom werd in 11 een nieuw landbouwsysteem ingevoerd. De Indonesiërs? boeren werden verplicht gewassen Voor de vorsten en Indonesische adel: te verbouwen voor de handel in Europa. Dit landbouwstelsel . De winst ging naar heette het De boeren en arme mensen in Indonesië: en werd besteed aan de aanleg van spoorwegen en het 9 Vul in: wat betekende het cultuurstelsel voor de 12 Multatuli schreef in zijn boek over onrecht. Welke twee a Leg in je eigen woorden uit hoe het cultuurstelsel soorten onrecht lees je in WB bron 1? werkte. 13 De meeste Indonesische boeren verzetten zich niet tegen de onderdrukking en uitbuiting. b Om welke reden was het cultuurstelsel heel voordelig a Bedenk daarvoor de juiste verklaring. voor de Nederlandse staat? b Welke middelen zou je tegenwoordig kiezen om te protesteren tegen onrecht? Noem er twee. Toepassingsopdracht Een schrijver strijdt tegen onrecht 14 Wat vind jij van de houding van Droogstoppel en Slijmering De Nederlander Eduard Douwes Dekker (1820-1887) was ambtenaar in Nederlands-Indië. In 1856 werd hij benoemd tot in het boek Max Havelaar? assistent-resident in Lebak (op het eiland Java). Maar na twee maanden nam hij ontslag en keerde hij terug naar Nederland. Onder de naam Multatuli schreef hij het boek Max Havelaar, waarin hij vertelde wat hij gezien had. 31 Hoofdstuk De tijd van burgers en stoommachines • De industriële revolutie Hoofdstuk 2 Basis 6 Slavernij in Suriname 6 Intro 1 De Europeanen gebruikten bij het eten en drinken Bekijk HB bron 1 en lees de intro. De bron is een tekening producten uit de kolonies. Van cacao kun je bijvoorbeeld over werk op een suikerrietplantage. chocolade maken. a Wie moesten het werk doen op deze plantage? a Welke kruiden uit Azië ken je nog? b Leg uit dat het werk bij de molens gevaarlijk was. b Noem drie dranken die werden gemaakt van producten uit de kolonies. 2 Gebruik HB bron 1 en de intro. a Wat zou de taak geweest zijn van de blanke persoon c Steeds meer Europeanen gebruikten deze dranken. Leg rechts? uit dat de planters van de suikerplantages dat erg prettig vonden. b Voor de eigenaren van plantages telde alleen de winst. Waaruit maak je dat op? Kies twee antwoorden. □ Je ziet ook kinderarbeid op de tekening. 7 □ De slaven kregen goed betaald. a Wie waren de eerste bewoners van Suriname? □ Iedereen werkte zoveel mogelijk. □ Het werk ging dag en nacht door. b Zet de volgende zinnen in chronologische volgorde. A De WIC verkoopt slaven aan planters in Suriname. Verwerking 3 B Veel indianen sterven aan ziektes. Gebruik de leertekst. C Slaven uit Afrika bewerken de plantages in Suriname. a Welke kolonies bezat Nederland rond 1700? Noem er D Indianen moeten werken op de eerste plantages in drie. Suriname. 1 E Afrikaanse slavenjagers ontvoeren de slaven om ze aan 2 de schippers van de WIC te verkopen. 3 Juiste volgorde: b Welke Nederlandse handelscompagnie hoorde bij de c Gebruik de bronnen in je handboek. Vul de juiste kolonie? Schrijf de namen achter je antwoorden bij a. 4 getallen in. Hieronder staan drie belangrijke jaartallen voor de bevol- Bij zin A uit vraag b hoort HB bron king van Suriname. Bij één jaartal staat al een gebeurtenis. . Bij zin E hoort HB bron Welke belangrijke gebeurtenissen horen bij de andere 8 jaren? Er waren grote verschillen tussen de landbouw in Europa en de landbouw in de kolonies in Amerika. 1667: a Noem drie verschillen. 1863: 1975: Suriname wordt onafhankelijk van Nederland. 5 a In 1635 kwam het eerste slavenschip van de WIC aan op Curaçao. Daar ontstond een Nederlandse slavenmarkt. Hoe b Wat is een ander verschil tussen de economie van lang heeft de slavernij in de Nederlandse kolonies geduurd? een kolonie en de economie van landen zoals Engeland, Frankrijk en Nederland? A In de kolonies werd niet gehandeld. b Hoeveel slaven zijn er naar de Nederlandse kolonies B De kolonies hadden geen fabrieken, die stonden in vervoerd? Europa. C Alle producten die op de plantages werden verbouwd, moesten ook in de kolonies verkocht worden. D In de kolonies verwerkten fabrieken de katoen. 32 9 Gebruik de leertekst en de bronnen in je handboek en Land werkboek. Niet alle slavenhouders waren onmenselijk, Jaartal maar sommigen wel. Aantal slaven a Welke straffen kom je in de bronnen en teksten tegen? Besluit door Nederland Verenigde Staten Regering en Tweede Kamer b Lees WB bron 1. Welke beweging past bij het verhaal van Toepassingsopdracht de schrijver Voltaire? Vrijheid voor de slaven Bron 1 Op 1 juli 2013 vond een speciaal Keti Koti-festival plaats. Keti Dit schreef de beroemde schrijver Voltaire in 1759. Koti betekent ‘dag van de vrijheid’ of ‘ketting doorsnijden’. Op weg naar de stad (in Suriname) ziet Candide een Mensen vieren de bevrijding van de onderdrukking. Deze gruwelijk verminkte man, hij mist zijn linkerbeen opdracht gaat over dat feest. en rechterhand. Hij blijkt de slaaf te zijn van een 12 a Welke gebeurtenis van 150 jaar eerder werd in 2013 koopman. Dat is de gewoonte, zegt de man. Als we in de gevierd op het Keti Koti-festival? suikermolen werken en onze vinger komt in de molen, hakken ze onze hand eraf. Als we weglopen, hakken ze b Wat heeft ‘ketting doorsnijden’ met het feest te maken? ons been eraf. Tegen die prijs eten jullie suiker in Europa. 13 De afschaffing van de slavernij ging niet gemakkelijk. Vrij naar: Voltaire, Candide ou l’optimisme … (1759). a Zijn de volgende uitspraken juist of onjuist? Streep door. 10 Lees WB bron 2. • De Nederlandse regering stelde de afschaffing van de a Welk Amerikaans boek had in de Verenigde Staten en slavernij steeds uit: juist • onjuist. Nederland veel invloed op de beweging van het abolitio- • Vanaf 1840 protesteerden mensen in Nederland tegen nisme? de slavernij: juist • onjuist. • De Nederlandse regering volgde snel het voorbeeld van b Bekijk HB bron 4. Geef een voorbeeld van acties om Engeland: juist • onjuist. slaven vrij te krijgen: • De Nederlandse regering keek meer naar de belangen • in de Verenigde Staten: van de planters dan naar de slaven: juist • onjuist. b Vul de juiste woorden in. • in Nederland: De eigenaren van de plantages kregen in 1863 een . Door de afschaffing van de Bron 2 raakten zij namelijk hun Protesten tegen slavernij. kwijt. Het geld voor de schadevergoeding kwam eigenlijk van de Het abolitionisme arme boeren in 14 Keti Koti wordt niet alleen in Suriname en op de Antillen In de Verenigde Staten verscheen in 1853 het boek De negerhut van oom Tom. Ook in Europa werd het verhaal gevierd, maar ook in Nederland. Leg dat uit. over de slaaf Tom een bestseller. Dit boek leidde tot meer protest. In de VS hielpen mensen slaven via geheime 15 Werk samen met andere leerlingen. Bespreek de volgende vluchtwegen te ontsnappen. De Amerikaanse president Lincoln maakte in 1863 bekend dat de slavernij werd stelling: ‘Het Keti Koti-festival lijkt op Bevrijdingsdag verboden. Vier miljoen slaven kwamen vrij. (5 mei, als Nederland het einde van de Tweede Wereldoorlog viert). Daarom moeten alle mensen eraan meedoen.’ 11 Hoe ging de afschaffing van de slavernij? Vul het schema Ben je voor of tegen? Geef argumenten voor je mening. in. Gebruik de leertekst en de bronnen in je handboek en Luister ook naar de mening en argumenten van je medeleer- werkboek. lingen. Zet de meningen en argumenten op papier. 33 Hoofdstuk De tijd van burgers en stoommachines • De industriële revolutie Hoofdstuk 2 Verdieping 7 Op weg naar de moderne geneeskunde De 18e eeuw was een tijd van grote veranderingen. Er werden b De methode die dokter Jenner toepaste, was veiliger dan technische uitvindingen gedaan en er ontstonden moderne de variolatie. Vul in wat het verschil was. ideeën. Mensen geloofden dat hun leven beter kon worden Variolatie was inspuiten met door ontdekkingen in de wetenschap. Onderzoekers van de geneeskunde wilden drie grote problemen oplossen. De methode van Jenner was inspuiten met • Hoe kunnen we de oorzaken van ziekten achterhalen? • Hoe kunnen we het uitbreken van besmettelijke ziekten c Hoe dacht de tekenaar van HB bron 2 over de vaccinatie? voorkomen? • Hoe kunnen mensen veilig en pijnloos in het ziekenhuis 5 een operatie ondergaan? Deze vragen worden behandeld in deze paragraaf. Lees WB bron 1. Dokter Jenner wist niet precies hoe het kwam dat zijn methode werkte. a Welke onderzoekers vonden de verklaring? Hoe kunnen we de oorzaken van ziekten achterhalen? 1 Lees de intro. Bodysnatchers waren een soort grafrovers. Ze waren alleen niet uit op de bezittingen van de doden, want b Om welke redenen werd eind 19e eeuw de sterfte aan die waren meestal arm. veel besmettelijke ziekten minder? a Waar ging het de bodysnatchers om? A Misdadigers helpen. B Lichamen ontleden. Bron 1 C Betere medische kennis. D Geld verdienen. De strijd tegen ziekteverwekkers b Bodysnatcher Burke ging veel verder dan de ‘gewone’ In augustus 1900 werden vier mensen uit een gezin lijkenrovers. Wat deed hij? plotseling erg ziek. Zij hadden de builenpest, een ziekte die in de middeleeuwen miljoenen slachtoffers maakte. 2 a Bekijk en lees HB bron 1. Voor de ergste misdadigers was Deze keer werd het echter geen epidemie. Eind 19e eeuw de doodstraf niet genoeg, vonden mensen in de 18e eeuw. hadden de geleerden de micro-organismen ontdekt die Wat moest er nog meer gebeuren? hondsdolheid, cholera, difterie, longontsteking, malaria, melaatsheid, mond-en-klauwzeer, de pest, tetanus, tuberculose en nog meer veroorzaakten. Dankzij de b Er is geen respect voor de dode misdadiger. Uit welke onderzoeken van de geleerden Louis Pasteur, Robert ‘grappige’ details op de prent blijkt dat? Noem er twee. Koch en anderen was er veel meer bekend over bacteriën. De onderzoekers vonden bovendien antistoffen om veel ziekmakers te bestrijden. 3 Tegenwoordig kunnen mensen aangeven of ze donor willen zijn. Ook kunnen ze aangeven of hun lichaam later Hoe kunnen we het uitbreken van besmettelijke ziekten voor medisch onderzoek gebruikt mag worden. Leg uit voorkomen? dat vrijwillig donorschap heel anders is dan de Engelse 6 Bekijk HB bron 3 en lees het bijschrift. Leven in de overvolle industriesteden was erg ongezond. Vul de ontbrekende maatregel uit 1832. woorden in. In arbeidersbuurten woonden grote gezinnen in veel te 4 Bekijk en lees HB bron 2. kleine a De pokken zijn een voorbeeld van een besmettelijke ziekte. . De woningen hadden geen stromend en geen . Uitwerpselen en belandden op straat. De Welke andere besmettelijke ziekten ken je? Noem er twee. nog geen ophaaldienst voor afval. Dicht bij had je veel last van luchtvervuiling. 34 had 7 Bekijk en lees HB bron 4. A Veel dokters hadden geen ervaring met operaties en a Leg uit wat je op elke tekening ziet. B Op plaatsen waar operaties werden uitgevoerd, Tekening A: C Artsen en verplegers waren niet gewend aan hygiëne en Tekening B: D Verdoving was tot 1850 onbekend, zodat operaties snel moesten gebeuren b Leg uit dat tekening B het gevolg laat zien van tekening A. 1 om de pijn zo kort mogelijk te laten duren. 2 lieten het snijden over aan mensen die beter met het mes overweg konden. 8 a Cholera, tuberculose en andere gevaarlijke ziekten 3 liepen de patiënten gevaar: meestal was het er niet maakten de meeste slachtoffers in de arme buurten. In schoon, zodat er infectiegevaar bestond. vraag 6 heb je al één verklaring hiervoor ingevuld. Welke 4 dachten dat het niet nodig was om handen en instru- twee andere verklaringen zijn juist? menten schoon te maken. □ De meeste huizen waren slecht gebouwd. Juiste combinaties: 12 Bekijk HB bron 5. Onderzoekers in de 18e en 19e eeuw □ Dokters kwamen meestal niet bij arme mensen thuis. □ De huizen stonden dicht op elkaar. deden belangrijke medische ontdekkingen. Hieronder staan □ Er was niet veel politie op straat. enkele beschrijvingen. Schrijf de naam erachter. b Pas aan het einde van de 19e eeuw deden stadsbesturen a Een apparaat om koorts te meten: iets aan de slechte leefsituatie in de fabriekssteden. Om b Materiaal om gebroken botten te fixeren: welke twee redenen deden ze dat niet veel eerder? Kijk ook c Instrument waarmee je micro-organismen kunt zien: naar paragraaf 3. □ Voor die tijd waren er nog geen steden. d Methode om patiënten voor een operatie in slaap te □ Ze vonden het niet de taak van de overheid. brengen: □ Ze wisten niet wat ze tegen de problemen konden doen. e Pijnstiller, gefabriceerd in een chemische fabriek: □ Ze hadden er geen geld voor. 9 Kijk nog eens naar HB bron 3. f a Waarom was het verstandig dat overheden eind longen kan luisteren: Apparaat waarmee de arts van buiten naar hart en 13 Bekijk HB bron 6. Vanaf 1850 veranderde het opereren. 19e eeuw grachten in steden gingen dempen? Artsen en verplegers hoefden hun patiënten niet meer vast b Welke andere maatregelen nam de overheid om epide- te binden of dronken te voeren. Familie en vrienden waren mieën tegen te gaan? Noem er twee. niet meer nodig om armen en benen stil te houden. a Leg uit hoe dat kwam. 10 Tegenwoordig worden kinderen in Nederland gratis ingeënt. Zo krijg je geen ernstige keel- en longziekten, levensgevaar- b Welke twee uitspraken over operaties na 1850 zijn juist? lijke spierziekten en ontstekingen. □ Patiënten werden vastgebonden. a Tegen welke ziekten ben je zelf ingeënt? Noem er vier. □ Operaties werden beter uitgevoerd, want er was meer tijd voor de ingreep. □ Iedereen kon zo’n operatie uitvoeren. b Niet alle ouders laten hun kinderen inenten. Wat vind jij: □ Mensen durfden een operatie te ondergaan die pijnloos moet inenting verplicht zijn? was. 14 Kijk nog eens naar de drie belangrijke problemen in de geneeskunde. Geef je mening: welke verandering in de Hoe kunnen mensen veilig en pijnloos in het ziekenhuis een geneeskunde in de 19e eeuw is het belangrijkst geweest? operatie ondergaan? Leg je keuze uit. 11 Medische operaties waren tot 1850 gevaarlijk voor de patiënt. Maak de juiste combinaties, zodat goede zinnen ontstaan. 35 Hoofdstuk De tijd van burgers en stoommachines • De industriële revolutie Hoofdstuk 2 8 Afsluiting 5 Vaardigheid Lees WB bron 1. Machines konden sneller spinnen en Veranderingen in de geschiedenis weven. 1 a Welk gevolg had dit voor de mensen in de huisnijverheid? Wat weet je nog van de belangrijke veranderingen die in dit hoofdstuk zijn behandeld? Vul de juiste woorden in. a Technische verandering: de overgang van productie met de hand naar productie met b Wat was het plan van Thomas Duckworth en zijn b Economische verandering: de overgang van werken metgezellen? in de landbouw en huisnijverheid naar werken in de c Sociale verandering: de overgang van wonen in dorpen c Geef je mening: was de industriële revolutie een goede op het platteland naar wonen in grote verandering voor de spinners en wevers? d Verandering in transport: de overgang van paard en wagen naar snellere 2 3 en Bron 1 Het verhaal van Thomas Duckworth in 1826. Welke twee andere veranderingen passen bij dit hoofdstuk? Die morgen trokken we eropuit om in fabrieken de □ Er kwamen kleine bedrijfjes in de huisnijverheid. weefmachines stuk te slaan. Toen we op de weg kwamen, □ Goederenvervoer door zeilschepen en trekschuiten zagen we soldaten te paard op ons afkomen. De verdween voor een groot deel. soldaten reden naar ons toe, hun getrokken zwaarden □ Veel mensen zochten werk in de landbouw. glinsterden. De menigte week uiteen om de soldaten □ Er werden kanalen gegraven. door te laten. Een aantal mensen wierp hun stokken weg. Welke uitvinding bracht de grootste verandering? Leg je Toen de soldaten midden in de menigte waren, riepen antwoord uit. de officieren: ‘Halt!’ Iedereen verwachtte dat ze een aanval gingen uitvoeren, maar de officieren spraken de menigte toe en waarschuwden voor de gevolgen, als we doorgingen met ons plan. 4 Tussen 1750 en 1830 deed de Engelse regering vrijwel niets aan 6 sociale problemen als kinderarbeid, lage lonen en lange Bekijk HB bron 1 en lees WB bron 2. Er zijn waarschijnlijk werktijden. De verklaring lees je in de volgende uitspraken. meer dan tien miljoen Afrikaanse slaven ontvoerd en Maak de juiste combinaties, zodat goede zinnen ontstaan. verkocht. Noem drie veranderingen in het leven van de A De overheid deed niets aan sociale wetten en zorg, slaven, nadat zij in Afrika verkocht waren. B De meeste ondernemers en bestuurders geloofden C Regels over prijzen, lonen en werktijden waren slecht voor de economie, D De enige taken van de overheid waren diefstal tegengaan en misdadigers oppakken, 1 dat economische vrijheid zou zorgen voor meer welvaart. 2 dat moesten mensen zelf regelen. 3 zodat handel en industrie konden groeien. 4 daarom hield de regering zich daar niet mee bezig. Juiste combinaties: 36 Bron 2 De 10-jarige Eguiano uit Benin (Afrika) werd rond Onze tijd 10 De meeste mensen zijn het er wel over eens: de industriële 1760 ontvoerd en verkocht. Hij werd slaaf op Barbados, leerde daar Engels en werd later vrijgelaten. Zijn beschrijving is revolutie zorgde voor grote vooruitgang. In geïndustriali- bewaard gebleven. Hieronder staat een stukje daaruit. seerde landen is de welvaart groter geworden. Toch zijn er ook grote problemen ontstaan. Dat zag je al tijdens de 18e We waren slechts een paar dagen in het bezit van de en 19e eeuw. koopman, toen wij op de gebruikelijke manier werden Heeft de industriële revolutie de samenleving beter verkocht: op een gegeven teken (de trommelslag) rennen gemaakt? Geef je eigen mening aan de hand van de de kopers allemaal tegelijk de binnenplaats op waar de volgende punten. slaven zijn opgesloten en kiezen het pakket dat hun het Welvaart: beste lijkt. Op die manier worden verwanten en vrienden gewetenloos van elkaar gescheiden, waarvan velen Techniek: elkaar nooit meer terug zullen zien. Waarom moeten ouders hun kinderen verliezen, broers hun zusters of Transport: echtgenoten hun vrouwen? Uit: P.C. Emmer, De Nederlandse slavenhandel 1500-1850 (2003). Medische kennis: Chronologie 7 Milieu: Gebruik HB bron 1, 2, 3 en 4 en WB bron 1 en 2. Zet ze in chronologische volgorde in de eerste kolom van het 11 schema. Schrijf in de tweede kolom in één of enkele a In de 19e en het begin van de 20e eeuw hadden de woorden waar de bron mee te maken heeft. Chronologische volgorde Lees WB bron 3. Europeanen Afrika in handen. Welk land heeft daar nu veel Uitleg invloed? b Wat valt er voor dit land te halen in Afrika? c Afrikanen handelen liever met dit land. Leg uit waarom. Bron 3 8 Rond 1800 veranderde het denken over slaven. Het Westen verdwijnt uit Afrika Welke drie uitspraken zijn juist? China haalt in Afrika koper, tin, bauxiet, ijzererts en □ Surinaamse slaven werden in 1833 vrijgelaten. hardhout, legt wegen, bruggen, spoorwegen, vliegvelden □ Slaven in Engelse kolonies waren vóór 1848 vrij. en voetbalstadions aan. Zit er voor de blanke Europeaan □ Afrikanen liepen na 1807 minder kans om ontvoerd te niks anders op dan Afrika te verlaten? Ja, Europa moet worden. opnieuw nadenken over zijn rol en zijn relatie met Afrika. □ Het abolitionisme kwam op voor mensenrechten. 9 Krantenartikel over China en Afrika. Ten eerste: afstappen van het gevoel hoger te staan en Vul de juiste begrippen in. het vaderlijke gedrag [alles beter weten] waarmee Europa a Tussen 1870 en 1914 veroverden Europeanen zoveel zich 150 jaar lang door Afrika bewoog. De Chinezen mogelijk gebieden in Afrika en Azië: gedragen zich zakelijk – dat is: als gelijken. Vrij naar: Marcia Luyten, NRC Handelsblad, 2 februari 2013. b Het bezit van veel kolonies gaf aanzien en versterkte de vaderlandsliefde: c De macht van Europa leidde daar tot het gevoel dat sommige rassen beter zijn dan andere: 37