Het zoet en zuur van de perinatale glucose homeostase

advertisement
Het zoet en zuur
van de perinatale
glucose homeostase
Terry Derks
Mirjam van Albada
Take work message
Zorg voor de afname van de juiste samples gedurende een hypoglycemie! Inhoud
n 
Introductie
n 
4 casus
n 
Samenvatting
Introductie
n 
Veel discussie:
¨ 
¨ 
¨ 
Normaalwaarden / definitie hypoglycemie?
Drempel voor behandeling?
Drempel irreversibele neurologische beschadiging?
n 
Wanneer aanvullend onderzoek?
n 
Wanneer overleg met de kinderendocrinoloog?
n 
Wanneer overleg met de kinderarts metabole ziekten?
Glucose homeostase
Ruderman. Ann Rev Med. 1975.
Passieve foetale glucose homeostase
n 
Foetus: afhankelijk van placenta, geen endogene productie
n 
Transfer: GLUT1 (maternaal) en GLUT3 (foetaal)
n 
Belangrijk: opslag in derde trimester
¨ 
¨ 
Glycogeen: synthese start 2de trimester, tot 36 weken
Vet: 16% van lichaamsgewicht van a terme neonaat
Platt. Semin Fetal Neonatal Med. 2005.
Blood glucose
Neonatale transities glucose homeostase
Hours
Lactate
Glycog
enolys
is
sis
eogene
n
o
c
u
l
G
K
ene
etog
sis
Mitanchez. Archives de Pediatrie. 2007.
Blood glucose
Neonatale transities glucose homeostase
Hours
Lactate
Glycog
enolys
is
n 
n 
n 
n 
De normale glucoseconcentratie varieert in eerste 24 uur
Hormonale veranderingenneogenesis
Gluco
Zeer beperkte reservevoorraad
esis
n
e
g
Alternatieve brandstoffen noodzakelijk
(lactaat,
alanine, glycerol,
o
Ket
ketonen)
Mitanchez. Archives de Pediatrie. 2007.
Vraag
Hee7 u zich ooit gerealiseerd dat er slechts 1 hormoon is om de glucoseconcentra:e in het bloed te verlagen, terwijl er meerdere hormonen zijn om een hypoglycemie te voorkomen ? Endocriene veranderingen perinataal
n 
Hormonen
¨ 
¨ 
Glucagon 3-5 voudig ↑
Insuline ↓
n 
n 
¨ 
n 
Catecholamine surge → groeihormoon ↑
Receptoren
¨ 
¨ 
n 
respons na 20 weken, gereguleerd door glucocorticoiden
Insuline reguleert foetale glucosemetabolisme niet, maar is anabool!
↓ Insulinereceptoren (intra-uterien voor anabolisme/groei)
Functioneel worden glucagonreceptoren
Enzymactiviteit
¨ 
¨ 
Glycogeensynthase activiteit ↓
Fosforylasen ↑
Hormonale regulatie in gevaste toestand
Hormoon Glycogenolyse Gluconeogenese lever lever Insuline Remt Glucagon S:muleert Cor:sol Remt Ketogenese lever Remt Remt S:muleert S:muleert Groeihormoon Adrenaline Lipolyse vet S:muleert S:muleert S:muleert S:muleert S:muleert Casus 1: Marleen
0
Eerste kind, a terme geboren/3310 gram Goede start – kraamafdeling Eerste nacht veel spugen Dag
Casus 1: Marleen
1
Grauw, ma:g gecirculeerd DD? •  Infec:e (sepsis/meningi:s – GBS) •  Gastro-­‐intes:naal Obstruc:e Volvulus Malrota:e Dag
Casus 1: Marleen
1
Grauw, ma:g gecirculeerd Glucose 0,6 mmol/l Infuus met glucose → normoglycemie Amoxicilline/gentamycine Icterus (< 24 uur) waarvoor fototherapie Dag
Vraag
Doen we aanvullende diagnos:ek in verband met deze hypoglycemie?
Casus 1: Marleen
7
Persisterend spugen, ma:ge groei Gas, lactaat gb Cholestase, echo lever/galwegen gb TSH 8,2 mU/l, FT4 22,2 pmol/l (normaal) Dag
Casus 1: Marleen
16
Persisterend spugen, ma:ge groei Na 140 mmol/l Totaal bilirubine 260 umol/l, direct bilirubine 34 umol/l Gamma-­‐GT 481 umol/l ASAT 30 U/l, ALAT 11 U/l ACTH < 1,1 pmol/l Cor:sol 12 nmol/l Normaal prolac:ne Normale gonadotrofines Dag
Casus 1: Marleen
(Meest waarschijnlijk) geïsoleerde ACTH-­‐deficien:e Dag
17
Start hydrocor:son Afname van spugen Groei Afname cholestase MRI geen afwijkingen Casus 1: Marleen
Geïsoleerde ACTH-­‐deficien:e Dag
?
Muta:e in beide allelen TPIT-­‐gen (Gevonden bij 2/3 van gevallen van geïsoleerde ACTH-­‐deficien:e) Casus 2: Lina
1
Thuis: 39+3 / 2780 gram Veel huilen, slecht drinken Afdeling: Cardiorespiratoire verslechtering Hypoglycemie 0.4 mmol/L dinsdag geboren
Dag
Vraag
Wat is de glucose behoe7e (endogene glucose produc:e) van deze 2.8 kg zware pasgeborene?
Endogene glucoseproductie
Endogenous Glucose Production
(mg/kg/min)
12
10
8
37°C
6
4
2
0
0
10
20
30
40
Body Weight (kg)
Bier DM et al. Diabetes. 1977.
50
60
70
Endogene glucoseproductie vs. temperatuur
12
Endogenous Glucose Production
(mg/kg/min)
41°C
40°C
10
39°C
38°C
8
37°C
6
4
2
0
0
10
20
30
40
Body Weight (kg)
Bier DM et al. Diabetes. 1977 & Du Bois EF. JAMA. 1921.
50
60
70
Casus 2: Lina
1
dinsdag geboren
Thuis: 39+3 / 2780 gram Veel huilen, slecht drinken Afdeling: Cardiorespiratoire verslechtering Hypoglycemie 0.4 mmol/L Werkdiagnose: sepsis-­‐meningi:s Behandeling: CPAP & 2x NaCl 0.9% bolus Glucose bolus 5 ml/kg gluc 10% Lab: CRP 70 mg/L Lactaat 10 mmol/L Dag
Casus 2: Lina
2
woensdag VT’s
Dag
Casus 2: Lina
7
maandag overleg
Dag
Casus 2: Lina
maandag overleg
Plasma acylcarni:nes: (C16+C18:1)/C2= 4 Urine organische zuren: Alapgrens = 0.04 Volgen Dag
7
RIVM hielprikuitslag afwijkend voor: IVA: C5 2.6 umol/L (< 1) C5/C2 0.93 (< 0.06) LCHADD: C16OH 0.13 umol/L (< 0.08) Vraag
Hee7 Lina 2 erfelijke metabole aandoeningen?
Casus 2:
Plasma acylcarni:nes: (C16+C18:1)/C2= 4 Urine organische zuren: Alapgrens = 0.04 glutaarzuur, ethylmalonzuur Dag
7
RIVM hielprikuitslag afwijkend voor: IVA: C5 2.6 umol/L (< 1) C5/C2 0.93 (< 0.06) LCHADD: C16OH 0.13 umol/L (< 0.08) Casus 2: Lina heeft glutaaracidurie type 2
Plasma acylcarni:nes: (C16+C18:1)/C2= 4 Urine organische zuren: Alapgrens = 0.04 glutaarzuur, ethylmalonzuur Dag
7
RIVM hielprikuitslag afwijkend voor: IVA: C5 2.6 umol/L (< 1) C5/C2 0.93 (< 0.06) LCHADD: C16OH 0.13 umol/L (< 0.08) Mitochondriële vetzuuroxidatie
Fernandes (Eds). 4th Ed. 2006.
Mitochondriële vetzuuroxidatie
Fernandes (Eds). 4th Ed. 2006.
stap 1
Mitochondriële vetzuuroxidatie
CTD
CPT1
CACT
CTP2
Fernandes (Eds). 4th Ed. 2006.
stap 1
Mitochondriële vetzuuroxidatie
CTD
CPT1
CACT
CTP2
Fernandes (Eds). 4th Ed. 2006.
stap 2
Mitochondriële vetzuuroxidatie
CTD
CPT1
CACT
CTP2
VLCAD
MTP/LCHAD
MCAD
SCAD
SCHAD
Fernandes (Eds). 4th Ed. 2006.
stap 2
Mitochondriële vetzuuroxidatie
CTD
CPT1
CACT
CTP2
VLCAD
MTP/LCHAD
MCAD
SCAD
SCHAD
Fernandes (Eds). 4th Ed. 2006.
stap 3
Mitochondriële vetzuuroxidatie
CTD
CPT1
CACT
CTP2
VLCAD
MTP/LCHAD
MCAD
SCAD
SCHAD
RT
ETFα/ ETFβ
ETD-DH
Fernandes (Eds). 4th Ed. 2006.
stap 3
Mitochondriële vetzuuroxidatie
CTD
CPT1
CACT
CTP2
VLCAD
MTP/LCHAD
MCAD
SCAD
SCHAD
RT
ETFα/ ETFβ
ETD-DH
Fernandes (Eds). 4th Ed. 2006.
stap 4
Mitochondriële vetzuuroxidatie
CTD
CPT1
CACT
CTP2
VLCAD
MTP/LCHAD
MCAD
SCAD
SCHAD
RT
ETFα/ ETFβ
ETD-DH
Fernandes (Eds). 4th Ed. 2006.
stap 4
mHMG-CoA synthase
HMG-CoA lyase
Mitochondriële vetzuuroxidatie
CTD
CPT1
CACT
CTP2
VLCAD
MTP/LCHAD
MCAD
SCAD
SCHAD
RT
ETFα/ ETFβ
ETD-DH
Fernandes (Eds). 4th Ed. 2006.
stap 3
Casus 2: Lina heeft glutaaracidurie type 2
n 
Functioneel gecombineerd defect van:
¨ 
¨ 
¨ 
Lange/middenlange/kortketen mitochondriële vetzuuroxidatie (7)
Aminozuur metabolisme (2)
Koppeling mitochondriële ademhalingsketen
n 
Synoniem: multiple acyl-CoA dehydrogenase deficiëntie
n 
Homozygote mutatie promotorregio ETFα-gen
n 
Behandeling: erg moeizaam (dieet + andere trucjes)
Casus 3: Jeroen
1
G1P0, 42 wk/3630 gram Goede start Dag
Casus 3: Jeroen
6,5
Zwabberende ogen, symmetrisch schokken armen en benen, Nadien slap. Geen contact, niet goed doorademen. Door ambulance stesolid en zuurstof toegediend Maand
Glucose 2,4 mmol/l, insuline 4,4 mU/l (normaal nuchter 4,3-­‐16,9 mU/l) FT4 18 Cor:sol 650 nmol/l Lactaat 1,2 mmol/l, ketonen nega:ef Carni:neprofiel normaal Casus 3: Jeroen
6,5
Zwabberende ogen, symmetrisch schokken armen en benen, Nadien slap. Geen contact, niet goed doorademen. Door ambulance stesolid en zuurstof toegediend Glucose 3,3 mmol/l, insuline 18,3 mU/l Maand
Casus 3: Jeroen
6,5
Met intake van 6 mg/kg/min normoglycemie Vader als kind passagere hypoglycemieen gehad, waarvoor medicamenteuze behandeling Glucose 3,3 mmol/l, insuline 18,3 mU/l Ammoniak 118 umol/l Maand
Casus 3: Jeroen
Diagnose: Hyperinsulinisme hyperammoniemie syndroom (GLUD-­‐1 muta:e) 6,5
Behandeling met diazoxide en hydrochoorthiazide Maximale nachtpauze 8 uur Muta:e in GLUD-­‐1 gen beves:gd (autosomaal dominant) Echter bij vader dezelfde muta:e niet aangetoond (mozaiek?) Maand
Diagnose hyperinsulinisme
n 
Glucose-intake > 10 mg/kg/min
n 
Lage ketonen en vrije vetzuren bij hypo
n 
Normaal of verhoogd insuline
n 
Stijging bloedglucose van > 1,5 mmol/l in reactie op 1 mg glucagon
IM/IV
Kliniek van hyperinsulinisme
n 
Belangrijk
¨ 
n 
Hersenen hebben geen alternatieve brandstof
Daarbij
¨ 
Neonaten genereren vaak inadequate cortisolrespons op
hypoglycaemie
Hussain et al., J Clin Endocrinol Metab 2003
Hussain et al., Diabetes 2005
Lord and De León International Journal of Pediatric Endocrinology 2013, 2013:3
Hyperinsulinemische hypoglycemie
n 
n 
n 
Passagere hyperinsulinisme (soms medicatie nodig)
¨  IUGR, prematuriteit
¨  IV glucose gedurende bevalling
¨  Kind van diabetische moeder
¨  Asfyxie
Congenitaal hyperinsulinisme
¨  Ernstig fenotype (macrosoom, hoge glucoseintake > 20)
n  Recessieve K-kanaal mutaties (Kir6,2, SUR1)
n  Focale K-kanaal mutaties (loss of heterozygosity maternale 11p15)
¨  Milder fenotype
n  Glutamaat dehydrogenase (GLUD1)
n  Glucokinase
n  Dominante K-kanaal mutaties
n  SCHAD (HADHSC)
n  Overig: HNF-4alfa, UCP-2, MCT-1
Hyperinsulinsme geassocieerd met syndroom (oa. Beckwith-Wiedemann)
Congenitaal hyperinsulinisme
n 
Congenitaal hyperinsulinisme
¨  Ernstig fenotype
n  Recessieve K-kanaal mutaties (Kir6,2, SUR1)
n  Focale K-kanaal mutaties
¨  Milder fenotype
n  Glutamaat dehydrogenase
n  Glucokinase
n  Dominante K-kanaal mutaties
n  SCHAD
n  Overige
Hyperinsulinisme hyperammoniemie
syndroom
n 
n 
n 
n 
Normaal geboortegewicht
Hypoglycemieen op leeftijd 1-2 jaar
Autosomaal dominant
Gain of function mutatie
¨ 
¨ 
n 
Mitochondrieel matrixenzym – reguleert aminozuur metabolisme in oa
betacel
Leucine stimuleert insulinesecretie (o.a. eieren, rijst, aardappelen, vis,
soja en tarwekiemen)
Asymptomatische hyperammoniemie – geen behandeling nodig
Behandeling - medicamenteus
n 
Diazoxide
¨ 
¨ 
¨ 
¨ 
¨ 
KATP-kanaal opener
Bindt aan SUR1 eiwit
Effectief bij 15 – 60% van de patiënten
Bijwerkingen: vochtretentie en hypertrichosis
In combinatie met hydrochloorthiazide
Diagnostiek - behandeling
Giurgea Horm Res 2006;66:289–296
18Fluoro-DOPA
PET-scan
n 
Differentiatie tussen focale en diffuse vorm
n 
In combinatie met CT/MRI-abdomen
n  18Fluoro-L3,4-dihydroxyphenylalanine
n 
positron emissie tomografie
Neuro-endocriene eigenschappen β-cellen waardoor ze aminozuren
opnemen
F: focus pancreaskop
T: pancreasstaart
B: blaas
E: epifysairschijf
distale femur
Otonkoski et al., Diabetes 2006
Behandeling - medicamenteus
n 
Glucagon
¨ 
¨ 
¨ 
¨ 
Mobiliseert glucose uit
glycogeen lever
Effectief middel, echter
stimulator afgifte insuline
Combinatie octreotide, vaak
overbrugging tot operatie
Bijwerkingen: misselijkheid,
braken
n 
Octreotide
¨ 
¨ 
¨ 
¨ 
¨ 
Somatostatineanalogon
Activeert KATP-kanaal
Beïnvloedt intracellulair
transport Ca2+
Resistentie voor octreotide
kan optreden
Bijwerkingen: remt afgifte GH
en glucagon, malabsorptie,
galstenen
Voorhoeve et al., Ned Tijdschr Geneeskd 2004
Behandeling - medicamenteus
n 
Glucagon
¨ 
¨ 
¨ 
¨ 
Mobiliseert glucose uit
glycogeen lever
Effectief middel, echter
stimulator afgifte insuline
Combinatie octreotide, vaak
overbrugging tot operatie
Bijwerkingen: misselijkheid,
braken
n 
Octreotide
¨ 
¨ 
¨ 
¨ 
¨ 
Somatostatineanalogon
Activeert KATP-kanaal
Beïnvloedt intracellulair
transport Ca2+
Resistentie voor octreotide
kan optreden
Bijwerkingen: remt afgifte GH
en glucagon, malabsorptie,
galstenen
Voorhoeve et al., Ned Tijdschr Geneeskd 2004
Behandeling - operatief
n 
Bij therapieresistente vormen
n 
Diffuse vorm: 95% pancreatectomie
¨  zeer grote kans op ontwikkelen diabetes mellitus
n 
Focale vorm: partiële pancreatectomie
Cherian et al., J Pediatr Endocrinol Metab 2005
Casus 4: Jade
1
Z’huis: 41+6 / 4190 gram MHVW, olv verloskundige, geen glc controles Thuis: Bijvoeding Ondertemperatuur ‘s Ochtends (18h pp) blauwe lippen, glucose 1.2 mmol/L Dag
Casus 4: Jade
1
Z’huis: 41+6 / 4190 gram MHVW, olv verloskundige, geen glc controles Thuis: Bijvoeding Ondertemperatuur ‘s Ochtends (18h pp) blauwe lippen, glucose 1.2 mmol/L Afdeling: Glucose onmeetbaar Convulsies wv fenobarbital en midazolam Overplaatsing UMC UMC: 1x lactaat 2.7 mmol/L Uitgebreide aanvullende metabole diagnos:ek: uiteindelijk normaal Dag
Vragen
Wat betekent eigenlijk ‘uitgebreide metabole diagnos:ek’? & Welke metabole aandoening(en) zijn nog niet uitgesloten?
Casus 4: Jade
5
HA-­‐post ivm LWI: Zwelling in bovenbuik bij lichamelijk onderzoek Kinderafdeling: Aanvullende anamnese: slaapt van 21 tot 6, dan wel heel hongerig Geen symptomatologie van hypoglycemieen Lever 8cm palpabel Mnd
Vraag
Welk aanvullend onderzoek zou u verrichten?
Casus 4: Jade
Casus 4: Jade
5
HA-­‐post ivm LWI: Zwelling in bovenbuik bij lichamelijk onderzoek Kinderafdeling: Aanvullende anamnese: slaapt van 21 tot 6, dan wel heel hongerig Geen symptomatologie van hypoglycemieen Lever 8cm palpabel Mnd
Casus 4: Jade
5
HA-­‐post ivm LWI: Zwelling in bovenbuik bij lichamelijk onderzoek Kinderafdeling: Aanvullende anamnese: slaapt van 21 tot 6, dan wel heel hongerig Geen symptomatologie van hypoglycemieen Lever 8cm palpabel Aanvullende diagnos:ek: Cholesterol 6.6 mmol/L; TG 12.3 mmol/L; urinezuur 0.47 mmol/L Na 3 uur vasten glucose 2.5 mmol/L en lactaat 5.8 mmol/L Mnd
Casus 4: Jade heeft GSD type 1
5
HA-­‐post ivm LWI: Zwelling in bovenbuik bij lichamelijk onderzoek Kinderafdeling: Aanvullende anamnese: slaapt van 21 tot 6, dan wel heel hongerig Geen symptomatologie van hypoglycemieen Lever 8cm palpabel Aanvullende diagnos:ek: Cholesterol 6.6 mmol/L; TG 12.3 mmol/L; urinezuur 0.47 mmol/L Na 3 uur vasten glucose 2.5 mmol/L en lactaat 5.8 mmol/L Mnd
Levergebonden GSD
GSD 0
GSD I
GSD III
GSD IV
GSD VI
GSD IX
GSD XI
glycogeen synthase glucose-­‐6-­‐phosphatase
-­‐ type Ia -­‐ type Ib debranching enzyme
-­‐ type IIIa -­‐ type IIIb branching enzyme phosphorylase
phosphorylase kinase GLUT2 von Gierke
Cori
GYS2
G6PC SLC37A4 AGL Andersen Hers
Fanconi-­‐Bickel
GBE1 PYGL PHKA2, PHKB en PHKG2 SLC2A2 Levergebonden GSD
GSD 0
GSD I
GSD III
GSD IV
GSD VI
GSD IX
GSD XI
glycogeen synthase glucose-­‐6-­‐phosphatase -­‐ type Ia -­‐ type Ib debranching enzyme -­‐ type IIIa -­‐ type IIIb branching enzyme phosphorylase phosphorylase kinase GLUT2 Levergebonden GSD
GSD I
glucose-­‐6-­‐phosphatase -­‐ type Ia -­‐ type Ib Levergebonden GSD
TYPE
0
Ia
Ib
IIIa
IIIb
IV
VI
IX
XI
Lever
N
Groot
Groot
Groot
Groot
Groot
Groot
Groot
Groot
Nieren
N
Groot
Groot
N
N
N
N
N
N
Glucose
↓↓
↓↓↓
↓↓↓
↓↓
↓↓
N
↓
↓
↓
Lactaat
N
↑↑
↑↑
N
N
N
N
N
N
Urinezuur
N
↑↑
↑↑
N
N
N
N
N
N
ASAT/ALAT
N
↑
↑
↑↑↑
↑↑↑
↑↑
↑
↑
N
Ketonen
↑
N
N
↑↑
↑↑
N
↑
↑
N
Neutro’s
N
N
(↓↓)
N
N
N
N
N
N
CK
N
N
N
↑↑
N
N
N
N
N
Lipiden
N
↑↑↑
↑↑↑
↑
↑
N
↑
↑
N
Fanconi
N
N
N
N
N
N
N
N
Ja
CMP
N
N
N
HCM
N
DCM
N
N
N
AR
AR
AR
AR
AR
AR
AR
XL/AR
AR
Erfelijkheid
Casus 4: Jade heeft GSD type 1b
n 
Functioneel gecombineerd defect van:
¨ 
¨ 
n 
Behandeling met exogene koolhydraten:
¨ 
¨ 
¨ 
n 
Glycogenolyse
Gluconeogenese
Overdag frequente voedingen
‘s Nachts continue sondevoeding of ongekookte Maizena
Restricties suikers die lactaatvorming geven
Complicaties:
¨ 
¨ 
¨ 
Lever / nieren / darmen
Groei / botten / hematologisch / schildklier
Bij type 1b: neutrofielen
Samenvatting: algemeen
n 
Endocrinologische ‘leads’:
¨ 
¨ 
¨ 
¨ 
n 
Hoge glucosebehoefte:
Cholestase:
Micropenis / niet-ingedaalde testes:
Midline defecten:
hyperinsulinisme
hypocortisolisme
hypofyse
hypofyse
Metabole ‘leads’:
¨ 
¨ 
¨ 
Wel / geen ketonen
Hepatomegalie
Overige orgaanbetrokkenheid (hersenen / hart / spieren / nieren)
Samenvatting: ‘leads’ naar de diagnose
n 
Casus 1: ACTH deficiëntie
cholestase
n 
Casus 2
VT
n 
Casus 3: GLUD1 deficiëntie familie-anamnese
n 
Casus 4: GSD1b
MADD / GA2
convulsies
Samenvatting: timing van hypoglycemie
GSD1b
Ruderman. Ann Rev Med. 1975.
GA2
Samenvatting: ‘leads’ naar de diagnose
n 
Casus 1: ACTH deficiëntie
cholestase
cortisol
n 
Casus 2
MADD/GA2
VT
ketonen
n 
Casus 3: GLUD1 deficiëntie familie-anamnese
gepaard glucose-insuline, NH3
n 
Casus 4: GSD1b
convulsies
hepato/nefromegalie
lactaat, urinezuur, TG, chol
Take work message
Zorg voor de afname van de juiste samples gedurende een hypoglycemie! De ‘juiste’ samples……
glucose, lactaat, pH, NH3
insuline, c-peptide, GH, cortisol, TSH, FT4
ASAT, ALAT, urinezuur, cholesterol, TG
vrije vetzuren, acetoacetaat, beta-OH-boterzuur
urine ketonen
plasma: acylcarnitines, aminozuren
urine: ketonen, organische zuren
Download