Bezwaarschrift Aan het bestuur van het Centraal Fonds Volkshuisvesting te Naarden Geeft eerbiedig te kennen: De Huurdersbelangenvereniging “Wieringen”, verder te noemen HBV, gevestigd en kantoorhoudende te 1777 XD Hippolytushoef aan de Lupinestraat no.: 12, aan het adres van haar secretaris de heer M. Haaksma, dat zij zich niet kan vinden in de wijze waarop het Centraal Fonds Volkhuisvesting, verder te nemen CFV, zich heeft geuit in haar besluit van 7 januari 2011, houdende dat het CFV niet voornemens is om het verslagjaar 2007 en 2008 van Woningbouwvereniging Beter Wonen te Wieringen aan een herzien oordeel te onderwerpen. Het besluit van 7 januari 2011, het bestreden besluit, alsmede de volmacht van de overige bestuursleden van de HBV wordt aan dit bezwaarschrift aangehecht. Ontvankelijkheid: De HBV ontleent haar bevoegdheden aan de Wet op het overleg Huurders Verhuur, ook wel Overlegwet genoemd. Verder is zij met Beter Wonen een zogenaamde samenwerkingsovereenkomst aangegaan. Beide organen manifesteren zich op het gebied van Volkshuisvesting en meer in het bijzonder legt zij zich toe op de sociale woningbouw/huisvesting op Wieringen. Zowel de rechtbank van Alkmaar (procedure 09/1539) als ook de Raad van State (procedure 201011477/1/H1) niet de minsten, erkennen de HBV ook als derde belanghebbende ex artikel 1:2 Algemene wet bestuursrecht. Redenen waarom de HBV zich in dezen ontvankelijk acht. Feiten en omstandigheden: Ieder jaar zend de minister voor Wonen, Wijken en Integratie (WWI) thans de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, rond december van ieder jaar een oordeelsbrief over het presteren van onze woningbouwvereniging Beter Wonen, verder te noemen Beter Wonen.. Beoordeelt dan de velden: financiële positie, de rechtmatigheid en toetst de governance. De oordeelsbrief 2008, verzonden 28 november, die betrekking heeft op het verslagjaar 2007 trok de aandacht van de HBV. Met name de zinsnede: (citaat, blz.: 2, 2de alinea) “Uit deze tabellen blijkt dat de gerealiseerde aantallen gemiddeld genomen in aanzienlijke mate afwijken van de geprognosticeerde aantallen. U wekt daarmee verkeerde verwachtingen, zowel naar mij alsook naar uw stakeholders. Tevens wordt daarmee het zicht op de financiële ontwikkeling van uw corporatie belemmerd. Ik verzoek u het Fonds vóór 1 februari 2009 een nadere toelichting te verstrekken (…)” (einde citaat) Na het verschijnen van dit oordeel heeft de HBV direct overleg aangevraagd met het bestuur van Beter Wonen, omdat wij als directe stakeholders, verbaasd waren over dit negatieve verhaal. Wij het bestuur van Beter Wonen verzocht hebben ten spoedigste deze kwestie tot een oplossing te brengen. De HBV krijgt van het bestuur van Beter Wonen uitgelegd hoe een oordeelsvorming over haar functioneren tot stand komt en verwijst ons voor het overige naar de website van het CFV. Daaruit maken wij op dat de heer J. van der Star de districtsadviseur is van Beter Wonen. Als bezorgd lid en aspirant bestuurder van de HBV, lid van Beter Wonen en lid van de commissie ter voorbereiding van statuten wijziging Beter Wonen, wendt onze thans de secretaris van de HBV zich eerst telefonisch en later per mail dan wel schriftelijk zich tot de heer Van der Star. (productie I) In die mail wordt inhoudelijk ingegaan op het plotselinge vertrek van de heer R. Peeters als voorzitter van Beter Wonen op 4 oktober 2007 en de opvolging van heer R.T.B. Visser op 8 oktober 2007. En met name het ‘maiden’ besluit’ van de heer Visser om de bouwaanvraag voor 36 levensloopbestendige woningen in te trekken wordt niet alleen onder de aandacht, maar ook uit de doeken gedaan bij het CFV. Nu nog steeds is dit plotselinge intrekking onderwerp van een geschil tussen de leden van Beter Wonen en het vorige bestuur onder leiding van de her R.T.B. Visser. Vanaf die tijd is de secretaris van de HBV verwikkeld geraakt in een pennenstrijd met de heer Van der Star waar geen eind aan is gekomen. Een voorbeeld hoe dit zich in 2008 ontwikkelde wordt bijgevoegd (productie II en III) Teneinde informeert de HBV op 5 februari 2009 bij het CFV of Beter Wonen voldaan heeft aan het gestelde van de minister van WWI. Dat bleek het geval te zijn. Het CFV zond de HBV op 16 februari 2009 een afschrift van die brief van Beter Wonen, gedateerd 26 januari 2009 (productie IV) Het bestuur van de HBV gaat zich buigen over de inhoud van opgemelde brief. De aantallen die genoemd worden onder Realisatie-index nieuwbouw kloppen absoluut niet. De leden ingewijden van Beter Wonen kennen de locaties waar gebouwd kan gaan worden en van een dergelijk aantal te realiseren woningen is absoluut geen spraken. Hoe naïef is de heer R.T.B. Visser wel niet om hier zijn handtekening onder te zetten. Meer dan 20 jaar bestuurder van Beter Wonen, niet in het minst een persoon waarvan gezegd kan worden dat hij doorgeleerd heeft en zich maatschappelijk behoorlijk ontwikkeld heeft, nu als het gaat om de sociale woningbouw op Wieringen wel enige desinteresse heeft getoond. De 96 eenheden (verwachte oplevering 2007) plan Den Oever is onzin van de bovenste plank. Op dat moment heeft Beter Wonen drie locaties waar respectievelijk 21, 36 en 12 woningen gerealiseerd kunnen gaan worden, ware het niet dat het gemeentebestuur van Wieringen bij de uitvoering van die plannen behoorlijk dwarsligt. Het CFV kan niet ontkennen te weten hoe moeizaam realisatie van levensloopbestendige woningen op Wieringen tot stand moet komen. Immers heeft de minister van WWI het CFV opgedragen om onze brief van 8 december 2009 voor hem te gaan beantwoorden. (productie V) Redenen van bezwaar. Reden waarom het bestuur van de HBV zich met dit bezwaarschrift tot u richt laat zich als volgt omschrijven: Uit opgemelde brief d.d. 22 januari 2010 van het CFV (zie productie V) is op te maken dat het CFV op dat moment er nog niet aan toe is om inhoudelijk een herzien oordeel te geven, zich een andere oordeel aan te meten, over de eerder door Beter Wonen foutieve opgave in geprognosticeerde en gerealiseerde aantallen woningen op Wieringen; dat daaraan werd 2 gekoppeld, wellicht terecht, dat het CFV het zicht op dat moment omtrent het financiële reilen en zeilen van Beter Wonen even kwijt was. Dat kan dan zo zijn, maar nu de HBV bij herhaling tracht uit te leggen dat die opgegeven aantallen niet kloppen, van het CFV een herziene beoordeling verwacht mag worden en door te geven aan de minister van WWI. Het bestuur van de HBV verlangt zulks te doen omdat in het heetst van de pennenstrijd die heeft gewoed met de districtsbestuurder van het CFV en de secretaris van de HBV het bestuur van Beter Wonen op een gegeven moment op één lijn werd gezet met Rochdale uit Amsterdam. Dat nog daargelaten, menen wij als bestuur van de HBV die een groot deel van de leden van Beter Wonen vertegenwoordigen, dat de leden van woningbouwvereniging Beter Wonen recht en belang hebben op een oordeel van de minister die recht doet aan het werkelijke presteren van onze woningbouwvereniging. Deze nu is verstoord door een onjuiste voorstelling van zaken welke na herstel van de gemaakte fout, in aanmerking komt voor een nieuwe overweging c.q. beoordeling; dat het CFV hierin niet meegaat kunnen wij niet begrijpen. In de brief van 22 januari 2010 (productie V) zegt de directeur van het CFV in zoveel woorden: “ er loopt nog een onderzoek en om die reden komen wij inhoudelijk niet toe aan de beantwoording van de brief van de HBV aan de minister”. (de brief van 8 december 2009 waarvan de minister van WWI de beantwoording heeft opgedragen aan het CFV) Het bestuur van de HBV respecteert die uitleg. Heeft ook geen ander keuze. Het komt er wel op neer dat zowel de minister alsook het bestuur van het CFV niet bereid zijn om vooralsnog naar een simpel rekensommetje te gaan kijken. Het gaat enkel en alleen om het tellen van het aantal huizen. Dat daar mogelijk een andere consequentie aan vast zit wordt mogelijk door partijen doorzien. Het is niet anders. Respecterende het onderzoek bij Beter Wonen neemt de HBV van tijd tot tijd om beurten contact op met het ministerie van Volkhuisvesting en dan weer het Centraal Fonds Volkshuisvesting. Er zit geen schot in het onderzoek. In september 2009 nam de secretaris van de HBV contact op met districtsadviseur Van der Star en maakte de opmerking dat er toch wel snel duidelijkheid moet komen omdat het oordeel van de minister van WWI over het verslagjaar 2008 ook aanstaande is. De districtsadviseur de opmerking maakt: “nu dan, dan onthouden wij ons toch van een advisering aan de minister”. En zo geschiedde dat de minister van WWI op 27 november 2009 (oordeelsbrief 2009, verslagjaar 2008) zich onthouden heeft van een oordeel over de punten: financiële positie, naleving wet- en regelgeving en toetsing de governance code. Dit oordeel, of liever gezegd geen oordeel van de minister van WWI deed het bestuur van de HBV besluiten om actie te gaan ondernemen. Over het verslagjaar 2007 was een onjuist oordeel geveld, althans in de ogen van de HBV en over het verslagjaar 2008 was al helemaal geen oordeel voorhanden. Wat moet wij hier van denken, wat moeten onze leden hier van denken, hoe leggen wij dat onze leden uit. Adequaat antwoord van het CFV en van de minister van WWI zit er echt niet in. Het bestuur van de HBV prikkelt kennelijk het bestuur van het CFV door te melden dat de heer J.W. van der Star met de raad van toezicht van Beter Wonen, welker raad op dat moment gebrouilleerd is met het bestuur van Beter Wonen, op een voor het bestuur van Beter Wonen geheim gehouden locatie bijeen is geweest. De HBV heeft niet gesteld dat geheime afspraken zijn gemaakt. Dat kan ook niet. De HBV was daar niet bij. Maar de uitwerking van die bijeenkomst heeft zijn doel niet gemist. Bij deze enkele mededeling willen wij het als HBV 3 laten, omdat dit onderwerp de zaak niet dient, maar aan wil geven hoe de verhoudingen op dat moment lagen. (Productie VI) Van belang is dat Beter Wonen over het verslagjaar 2008 onthouden wordt van een oordeel van de minister en dat laat de HBV niet onberoerd. Van tijd tot tijd worden wij daarmee geconfronteerd. Op 5 maart 2010 wordt de volledige Raad van Toezicht van Beter Wonen naar huis gestuurd. Een ontslagen lid, ene dhr. L. richt zich op 15 april 2010 daarna tot de Tweede Kamercommissie WWI met het verzoek om het Beter Wonen onder toezicht te stellen en dringt ‘zijn denkbeelden’ uit die van een gefrustreerd ontslagen dhr. L. verwacht kan worden. ( Er zijn overigens twee ex leden raad van toezicht welke een achternaam hebben die met een ‘L’ begint) Dit voorbeeld brengt de HBV er toe om er voor te gaan dat hoe dan ook de lucht eens gezuiverd gaat worden. Meerdere van soortgelijke aanvallen op onze vereniging Beter Wonen zijn voorhanden. Een ex lid van de raad van toezicht van Beter Wonen (wederom ene dhr. L.) heeft zelfs een website geopend waar men zijn gal kan spuien. Dat moet toch eens een keertje stoppen. Wij verzoeken daarom het bestuur van Beter Wonen nu nog eens duidelijk voor het voetlicht te brengen hoe de vork nu precies in de steel steekt. Wat zijn de juiste getallen; wat is geprognosticeerd en wat is gerealiseerd. Hoe zit dat? Op 26 april 2010 voldoet Beter Wonen aan ons verzoek. (productie VII). De DPI van 2005 is daarbij leidend en het enige goede antwoord. Wanneer uw Centraal Fonds Volkshuisvesting en de Bezwarencommissie wil weten waarom deze aantallen nog steeds niet gerealiseerd zijn, willen wij dat graag uitgebreid uit de doeken doen. Dat is niet in een uurtje uitgelegd. In één van de projecten die maar niet van stapel komen heeft de HBV zich gevoegd in de zaak die bij de Raad van State aanhangig is. Dit om aan te geven dat onze huurdersvereniging ons stinkende best doen om ook voor de minder draagkrachtige onder ons een sociaal aanvaardbaar en vooral voor de oudere een toegankelijke levensloopbestendige woning te gaan realiseren. Dit brengt ons bij onze laatste brief van 23 december 2010 aan het CFV en het antwoord van 7 januari 2011 (bestreden besluit) Waar het bestuur van het Centraal Fonds Volkshuisvesting de HBV meldt dat voor wat de inbreng van het CFV betreft het hoofdstuk beoordeling 2007 en 2008 een afgesloten zaak is. (Productie VIII = bestreden besluit) Dit besluit van het CFV wenst de HBV niet te respecteren. De leden van Beter Wonen wordt onrecht gedaan als niet duidelijk tot uiting komt hoe de minister denkt over het functioneren van Beter Wonen over de verslagjaren 2007 en 2008. Het verslagjaar 2008 wordt ‘opgehangen’ aan het jaar 2007. Dat kan niet. De HBV is wel verheugd dat de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het verslagjaar 2009 een goede beoordeling aan Beter Wonen heeft toegekend. Feitelijk een contradictio met de voorgaande jaren omdat er feitelijk niets veranderd is, maar daarom niet minder belangrijk voor onze vereniging dat deze beoordeling uitstekend is te noemen. 4 Conclusie: De HBV is van mening dat wij, de leden van Beter Wonen die wij vertegenwoordigen, recht en belang hebben op een herzien oordeel over 2007 en alsnog een oordeel over 2008. Voor enige meerdere motivatie dan tot nu toe door de HBV gesteld verwijzen wij u ook naar de bladzijde 24 van de publicatie: ”Verslag financieel toezicht woningcorporaties van 16 november 2009”. Verder zijn wij zo vrij om u als bestuur van het CFV er op attent te maken dat de Beleidsregels 2009, gedateerd 17 november 2008, niet van toepassing zijn op de verslagjaren 2007 en 2008. Wij zijn en blijven van mening dat het primair aan het Centraal Fonds Volkshuisvesting is om de eerste aanzet te geven om opnieuw een beoordeling te doen en vervolgens de minister te informeren, waarna een ieder in het openbaar kennis kan nemen van het presteren van onze woningbouwvereniging Beter Wonen. Meer belangrijk, de minister in staat stelt om de Tweede Kamer juist, naar behoren en volledig te informeren. Hippolytushoef, 25 januari 2011 het bestuur van Huurdersbelangenveeniging “Wieringen” namens deze, M. Haaksma, de secretaris 5 PRODUCTIELIJST Behorende bij bezwaarschrift d.d. 25 januari 2011 HBV “Wieringen”contra het CFV I. mail aan CFV de heer J. van der Star d.d. 28 december 2008 II. mail aan CFV de heer J. van der Star d.d. 4 juni 2009 III. mail aan CFV de heer J. van der Star d.d. 23 december 2009 IV CFV 16.02.2009 aan HBV overleg stukken (WOB) V. CFV 22.01.2010 aan HBV aangaande beantwoording brief 8.12.09 aan minister VI. CFV 22.12.2010 aan HBV. CFV gaat niet in op het verzoek. VII. Beter Wonen 26.04.10 aan HBV bijstellen gegevens VIII. Bestreden besluit d.d. 07 januari 2010 6