Betere bedrijfsresultaten dankzij oog voor diversiteit Samenvatting en conclusies Etnische minderheden hebben op hun werk weinig ervaring met onheuse bejegening. Slechts een bescheiden percentage allochtone medewerkers meldt vervelende incidenten of uitsluiting. Dit percentage is bovendien even laag onder allochtone als onder autochtone medewerkers. Medewerkers uit beide groepen rapporteren veel vertrouwen in hun arbeidsorganisaties, collega’s en leidinggevenden. Deelname op de arbeidsmarkt blijkt een sterk positieve invloed te hebben op het vertrouwen in Nederland. Ook als het gaat over de identificatie met Nederland is er weinig verschil tussen allochtone en autochtone medewerkers. Het verschil tussen deze twee groepen is kleiner dan dat tussen mensen die wel of geen werk hebben. Arbeidsmarktintegratie levert een belangrijke bijdrage aan het harmonieus samenleven van verschillende etnische groepen in Nederland. Dit goede nieuws laat onverlet dat er ruimte is voor verbetering in het omgaan met culturele diversiteit. Als wel discriminatie plaatsvindt, brengt dat hoge maatschappelijk kosten met zich mee. Met name de tweede generatie migranten is gevoelig voor achterstelling en heeft behoefte aan ruimte om zichzelf te kunnen zijn. Projectleiding Prof. dr. S. (Sabine) Otten Faculteit Gedrags- & Maatschappijwetenschappen Rijksuniversiteit Groningen Grote Kruisstraat 2/1 9712 TS Groningen Naam onderzoek Werkt diversiteit? Arbeidsintegratie en sociaal vertrouwen in een kleurrijke samenleving Looptijd: maart 2009 tot augustus 2013 Inhoudsopgave 1. 2. 3. 4. 5. Belangrijkste resultaten Aanbevelingen voor de toekomst Waarom was dit onderzoek nodig? Methode informatieverzameling Belangrijkste publicaties Instituut Gak | samenvatting afgerond onderzoek Nr 14, 2014 1. Belangrijkste resultaten Het hebben van werk vergroot de identificatie met de Nederlandse samenleving voor etnische minderheden. Werk gaat gepaard met een sterker gevoel erbij te horen in Nederland en meer vertrouwen in politiek en samenleving. Minderheden met werk ervaren minder sociale isolatie, hebben ook buiten hun werk meer sociale contacten en voelen zich vaker gesteund. Werk is een sleutelfactor bij het goed functioneren van de multiculturele samenleving. 1.1. Werkende minderheden worden correct behandeld op hun werk In vergelijking met autochtone Nederlanders rapporteren allochtone werknemers even hoge niveaus van sociaal vertrouwen in collega’s, het eigen bedrijf en leidinggevenden. Allochtone medewerkers hebben gemiddeld weinig ervaring met benadeling en uitsluiting op het werk. De gerapporteerde niveaus van onheuse bejegening zijn even laag onder allochtone en autochtone medewerkers. 1.2. De verschillen tussen minderheden zijn aanzienlijk Als het gaat om het hebben van werk, vertrouwen in de samenleving en het niveau van welzijn, dan bestaan er duidelijke verschillen tussen etnische groepen. Niet-westerse allochtonen blijven op deze gebieden achter bij andere groepen migranten. De verschillen worden minder of vallen zelfs weg als rekening gehouden wordt met het hebben van werk. Het regelmatige contact op de werkvloer met andere medewerkers laat het vertrouwen in de samenleving en individueel welzijn groeien. 1.3. De tweede generatie worstelt vaker met achterstelling De tweede generatie migranten in Nederland doet het in veel opzichten beter dan hun ouders. Ze hebben een hogere opleiding en beter werk, maar tegelijkertijd identificeren ze zich minder met Nederland en missen ze respect. De algemene wetmatigheid dat meer integratie de problemen tussen bevolkingsgroepen oplost gaat niet op voor deze specifieke groep. Deze uitzondering wordt aangeduid als de integratieparadox. Deze paradox is mogelijk te verklaren door het spel tussen verwachtingen en werkelijkheid. De eerste generatie migranten vergelijkt de eigen positie in Nederland met de rol die men waarschijnlijk gespeeld zou hebben in het land van herkomst. Voor de tweede generatie is deze referentie weggevallen. In plaats daarvan vergelijkt deze zelfbewuste groep zich met autochtone leeftijdgenoten. Hierdoor ontstaat sneller het gevoel achtergesteld te zijn. Wie alerter is op discriminatie, neemt die ook meer waar. 1.4. Discriminatie kent hoge kosten Ervaring met discriminatie voedt het wantrouwen van minderheden. Werknemers die hiermee te maken hebben gehad zijn extra op hun hoede voor toekomstige afwijzingen. Deze minderheden hebben minder vertrouwen dan autochtone medewerkers dat zij in de toekomst kunnen rekenen op een eerlijke bejegening. Het gevolg is dat vervelende incidenten veel gewicht in de schaal kunnen leggen. Ervaring met discriminatie vermindert vertrouwen en tevredenheid en gaat gepaard met minder inspanning op het werk. De frequentie van discriminatie in Nederland is gedaald, maar mede gezien de grote gevolgen blijft het nodig hier in de toekomst alert op te blijven en hier scherp tegen op te treden. 1.5. Kenmerken inclusieve organisatie Kleurrijke organisaties functioneren beter als ze twee verschillende aspecten van insluiting op orde hebben. Het eerste aspect is dat iedereen het gevoel heeft ‘erbij te horen’ en gewaardeerd te worden. Daarnaast is het van groot belang dat individuen het gevoel hebben dat zij ‘zichzelf kunnen zijn’ binnen de organisatie en dus niet de druk voelen hetzelfde te zijn als de meerderheid. Dit tweede aspect verklaart onder meer dat werkende minderheden die zich met hun cultuur (blijven) identificeren, meer tevreden zijn met hun werk. Het gevoel van inclusie wordt voor minderheden gevoed door een multicultureel perspectief, waarbinnen verschillen erkend en gewaardeerd worden. Voor de meerderheid werkt het beter als de organisatie een ‘kleurenblind’ perspectief hanteert, wat wil zeggen dat niet naar iemands achtergrond gekeken wordt, maar alleen naar de individuele bijdrage aan het bedrijf. Instituut Gak | samenvatting afgerond onderzoek Nr 14, 2014 2. Aanbevelingen voor de toekomst Het bestrijden van werkloosheid onder migranten verdient een plek hoog op de politieke agenda. Twee belangrijke redenen hiervoor zijn dat het hebben van werk een positief effect heeft op het welzijn, het vertrouwen in de samenleving en de identificatie met Nederland. Bovendien vergroot werkloosheid de kans op criminaliteit en onnodige problemen tussen bevolkingsgroepen. 2.1. Geef ruimte aan verschillen Naast het stimuleren van arbeidsparticipatie voor minderheden, is ook het bieden van carrièrekansen van groot belang. De aandacht voor een betere opleiding van migranten lijkt hierbij niet te volstaan. Er is ook aandacht nodig voor gelijke behandeling en diversiteitsmanagement. De samenwerking tussen verschillende groepen op de werkvloer heeft er baat bij als werknemers het gevoel hebben dat zij erbij horen en zichzelf kunnen zijn. Voor inclusie is dus meer nodig dan het achterwege laten van exclusie. Organisaties doen er goed aan om verschillen te erkennen en te waarderen. 2.2. Vergeet de meerderheid niet Migranten hebben baat bij een multicultureel perspectief dat verschillen tussen groepen mensen erkent en waardeert. Deze benadering kan echter bedreigend zijn voor de meerderheid. Het is daarom van belang te komen tot een ‘all-inclusive multiculturalisme’ waarbij ook specifieke waardering uitgesproken wordt voor de kenmerken van de meerderheid. Dit vraagt veel invoelingsvermogen en deskundigheid van het management. Maak de doelstellingen van diversiteitmanagement expliciet en helder en maak duidelijk dat hiermee positieve resultaten worden nagestreefd voor alle werknemers. 2.3. Geen preventie, maar promotie Als Nederlandse organisaties de aandacht primair blijven richten op het aanpakken van de eventuele problemen die kunnen ontstaan door de kleurrijke achtergrond van medewerkers, dan doen zij zichzelf tekort. Het is beter om te kijken of er geen win-winsituaties gecreëerd kunnen worden voor alle betrokkenen. Heterogene groepen creëren samen meer innovatie binnen een bedrijf en werknemers zijn tevredener in innovatieve bedrijven. Het creatieve potentieel binnen organisaties kan aangeboord worden door medewerkers de ruimte te geven zichzelf te zijn. 3. Waarom was dit onderzoek nodig? De multiculturele samenleving lijkt soms op een mislukking te zijn uitgelopen, in die zin dat zowel vanuit het perspectief van de minderheden als van de meerderheid nog steeds sprake is van een gebrek aan onderling vertrouwen en wederzijdse onzekerheid. Hoe zit het met de acceptatie van de eigen identiteit van migranten en de bijbehorende normen en waarden? De statistieken laten zien dat er belangrijke verschillen tussen bevolkingsgroepen bestaan, waar ook de derde generatie migranten mee te maken lijkt te krijgen. De arbeidsmarkt is voor migranten minder toegankelijk. Ze zijn vaker werkloos en als ze wel werk hebben, vallen ze vaker uit. Er is ruimte voor verbetering in het managen van de kleurrijke achtergrond van Nederlandse werknemers. Dit kan het welzijn van migranten en andere betrokkenen op de werkvloer ten goede komen. De achterliggende gedachte is dat werkgevers die culturele diversiteit minder gaan zien als probleem en meer als kans, beter kunnen innoveren en efficiënter kunnen werken. Het bedrijfsleven heeft kennis nodig om deze omslag te kunnen maken. Instituut Gak | samenvatting afgerond onderzoek Nr 14, 2014 4. Methode informatieverzameling In de verkennende fase is literatuuronderzoek gedaan en zijn interviews gehouden met werknemers, het bestuurskader, leidinggevenden en HR managers van verschillende grote bedrijven en organisaties. Daarnaast zijn secundaire analyses gedaan op bestaande databestanden. Via een commercieel onderzoeksbureau is een vragenlijst verspreid onder ruim tweeduizend – zowel allochtone als autochtone – werknemers. Ook hebben de onderzoekers zelf onlinevragenlijsten uitgezet binnen een aantal organisaties. Ongeveer 30 procent van de deelnemers was eerste of tweede generatie migrant. Ook is een experiment gedaan waarbij deelnemers moesten aangeven in hoeverre zij zich thuis zouden voelen bij een beschrijving van een fictieve organisatie. 5. Belangrijkste publicatie Het eerstgenoemde boek is nog niet in druk verschenen en zal halverwege 2014 beschikbaar zijn. •Otten, S, Van Oudenhoven – Van der Zee, K. & Brewer, M. (2014) Towards inclusive organizations; Determinants of succesfull diversity management at work. Londen; Psychology Press. •De Vroome, T., Hooghe, M. & Marien S. (2013) The Origins of Generalized and Political Trust among Immigrant Minorities and the Majority Population in the Netherlands. European Sociological Review 29 (6), 1336-1350 Tekst: Ad Bergsma Instituut Gak | samenvatting afgerond onderzoek Nr 14, 2014