K A N K E R DOSSIE R 9 DOSSI E R Michel Delforge 10 Nieuwe technologieën in de strijd tegen kanker ltekst: Astrid Boost en Ruth Van Caekenberghe beeld: Luc Loosveldl “Kanker is de tweede belangrijkste doodsoorzaak en velen van ons worden er vroeg of laat mee geconfronteerd. Het goede nieuws is wel dat het aantal patiënten dat aan kanker sterft kleiner wordt en dat een aantal kankers een meer chronisch karakter krijgt. Dat komt omdat er de voorbije jaren belangrijke evoluties zijn geweest in de behandeling en de diagnose van kanker waarbij we steeds meer op maat van de ziekte en de patiënt kunnen werken”, legt prof. Michel Delforge uit, hematoloog UZ Leuven en voorzitter van het Leuvens kankerinstituut. “Een kankerbehandeling bestond vroeger uit chirurgie, het wegsnijden van de tumor, en bestraling of chemotherapie” gaat prof. Delforge van start, “bij chemotherapie worden schadelijke cellen gedood, maar het richt ook schade aan gezonde weefsels. Toch blijft chemotherapie een doeltreffende behandeling. In plaats van een of-ofverhaal is het vaker een en-enverhaal waarbij we vaak chemo combineren met nieuwe geneesmiddelen.” Ten aanval tegen kanker De term 'kanker' verwijst naar een groep ziektes waarin abnormale cellen zich op een chaotische manier delen en verspreiden. Meestal vormen die abnormale cellen een massa, ook wel (kwaadaardige) tumor genoemd. Kanker ontstaat wanneer het erfelijke materiaal van de cel, het DNA, wordt beschadigd zonder te worden hersteld. Die beschadigingen heten mutaties. Wanneer meerdere mutaties zich ophopen in één cel ontstaat de eerste kankercel. Meestal zitten er vele jaren tussen de eerste mutaties en het ontstaan van die eerste kankercel. Daarna begint deze zich chaotisch te delen. De kankercellen verspreiden zich door in aangrenzende gezonde weefsels binnen te dringen, maar kunnen zich ook via bloed of lymfe naar andere organen in het lichaam verspreiden. Daar vormen ze nieuwe kwaadaardige tumoren, ook wel metastasen of K A N K E R ANTILICHAMEN Prof. Delforge: “Die nieuwe geneesmiddelen kunnen we naargelang de werking opdelen in drie categorieën. De eerste is de categorie van de monoklonale antilichamen. Iedereen heeft antilichamen. Die verdedigen ons lichaam tegen bepaalde infecties. Tumorcellen vertonen net zoals gezonde cellen talloze eiwitstructuren aan de oppervlakte. Een groot deel van die eiwitten is identiek aan wat je op gezonde cellen terugvindt. Een ander deel kan uniek zijn voor de kankercel of is in groter aantal aanwezig in vergelijking met de gezonde cel. Voor een aantal van die eiwitten heeft men via biotechnologie antilichamen aangemaakt die onder andere ingezet worden bij longkanker, borstkanker, lymfeklierkanker en beenmergziekten. Bijna elke ziekte heeft tegenwoordig een antilichaam en sommige antilichamen kunnen gebruikt worden voor verschillende kankers. Een antilichaam bindt zich met één kant aan de kankercel en met de andere kant trekken ze afweercellen aan. Zo wordt het immuunsysteem geactiveerd om de kankercel te bestrijden waarbij het antilichaam een tussenschakel is tussen de kankercel en het immuunsysteem. Om dit toe te passen moet het afweersysteem goed functioneren. Een voordeel is dat een antilichaam specifiek naar het doelwit gaat waardoor het weinig nevenschade veroorzaakt. Het is zelfs mogelijk om aan zo een monoklonaal antilichaam een molecule met chemo te verbinden zodat die chemo rechtstreeks tot bij de kankercel wordt gebracht. Zo wordt immunotherapie gecombineerd met chemotherapie. Antilichamen zijn de pioniers van de immunotherapie en worden ook ingezet bij niet-kwaadaardige aandoeningen, bijvoorbeeld de ziekte van Crohn.” IMMUUNSYSTEEM “De tweede groep medicijnen binnen de immunotherapie zijn de immuun checkpoint inhibitoren”, gaat prof. Delforge verder, “van bij de geboorte weet ons afweersysteem dat het ons eigen lichaam met rust moet laten. Omdat een afweercel geen verschil ziet tussen een gezonde cel en een kankercel, valt hij uitzaaiingen genoemd. Het kankertype van die metastasen wordt echter altijd bepaald door de oorspronkelijke kanker, ongeacht de plaats waar de metastase zit. Prostaatkanker die naar de botten is uitgezaaid, wordt bijvoorbeeld geen botkanker maar blijft prostaatkanker. Een kankerbehandeling is altijd afhankelijk van de situatie. Elke persoon met kanker is immers specifiek en vraagt een aangepaste manier van aanpak. De keuze van de behandeling of van een combinatie van behandelingen hangt af van meerdere factoren zoals het type kanker, de omvang van de ziekte, de leeftijd van de patiënt, de aanwezigheid van andere ziekten en de algemene gezondheidstoestand van de persoon. Er bestaan diverse behandelingen van kanker die afzonderlijk of in combinatie worden toegepast. De keuze van deze behandelingen en van hun volgorde moet worden bepaald door een multidisciplinair medisch team. CHIRURGIE Chirurgie is de oudste techniek die wordt gebruikt voor de behandeling van kanker. Het is een lokale behandeling met als doel de tumor te verwijderen. Chirurgie wordt ook toegepast voor de verwijdering van lymfeklieren die door kankercellen zijn aangetast of van eventuele geïsoleerde uitzaaiingen op een afstand van de oorspronkelijke tumor. Chirurgie kan volstaan voor de genezing van een beginnende tumor die in een vroeg stadium wordt ontdekt. Maar meestal combineert men het met andere behandelingen zoals chemotherapie of radiotherapie. Soms voorafgaand aan de operatie om de tumor te verkleinen zodat hij gemakkelijker verwijderd kan worden. Soms nadien om het risico op herhaling van de kanker te beperken. RADIOTHERAPIE Radiotherapie vernietigt kankercellen door middel van stralingen met hoge energiewaarde. Alle weefsels in ons lichaam zijn in mindere of meerdere mate gevoelig voor de werking van stralingen. In weefsels met een hoger celvernieuwingsgehalte, zoals bij de meeste kankers, zullen stralingen meer cellen vernietigen. Bovendien zijn de herstellingsmechanismen van kankercellen minder efficiënt, zodat daar de beschadiging groter is. Hierdoor 11 de kankercel niet aan. Daarenboven maken kankercellen bepaalde eiwitten aan die het immuunsysteem verzwakken of misleiden. De immuun checkpoint inhibitoren blokkeren die negatieve signalen zodat ons immuunsysteem wel actief blijft en sommige kankercellen toch opspoort. Een voorbeeld hiervan is het medicijn Nivolumab dat wordt ingezet voor specifieke vormen van longkanker.” CELLEN HERPROGRAMMEREN Prof. Delforge: “De derde categorie is CAR-T-celtherapie waarbij we cellen afnemen bij de patiënt en de receptoren waarmee het afweersysteem de kankercel herkent, herprogrammeren tot een specifieke antikankerreceptor. Dat gebeurt via een heel streng kwaliteitssysteem in biotechnologiebedrijven. Wanneer we die cellen opnieuw in het lichaam van de patiënt brengen, gaan die cellen als gieren op hun prooi af om de kanker te bestrijden. Deze celgebaseerde therapie is momenteel nog toekomstmuziek, maar zal binnen vijf à tien jaar voor een revolutie zorgen. Nu voeren we het enkel uit in studieverband voor een selecte groep van patiënten.” 12 DOELGERICHT BESTRIJDEN “Naast de immunotherapie zet men ook volop in op doelgerichte therapie waarbij medicijnen tot in de cel binnendringen en één of meerdere schakels van de cel gericht uitschakelen. Het eiwit dat zorgt voor de groei van de cel kan je vergelijken met een slot en het medicijn met een sleutel die het slot blokkeert en dus de verdere celgroei blokkeert. Doordat ze doelgericht werken, veroorzaken deze producten minder nevenschade dan de klassieke chemotherapie. Eén van de eerste producten en pionier in deze categorie was Imatinib of Glivec en wordt ingezet bij een bepaald type van chronische leukemie. Toen bleek dat dit medicijn ook werkt bij bepaalde vastweefseltumoren, heeft dat heel wat in gang gezet en zijn er doelgericht medicijnen aangemaakt die worden ingezet bij grote tumoren zoals borstkanker, longkanker en dikkedarmkanker.” slaagt radiotherapie erin de kanker te vernietigen terwijl de gezonde weefsels zich in stand kunnen houden. Om de doeltreffendheid van de behandeling te verhogen, past men radiotherapie toe in meerdere sessies en combineert men de therapie eventueel met chemotherapie. Ongeveer 60 % van alle kankerpatiënten hebben radiotherapie nodig. Er bestaan verschillende technieken. Bij uitwendige radiotherapie worden de stralen door een toestel in een bundel op de tumor gericht. Deze techniek evolueert snel, waarbij de focus vooral ligt op het zo precies mogelijk richten van de stralen op de tumor om het gezonde weefsel zo veel mogelijk te sparen. Bij inwendige radiotherapie wordt een radioactieve stof ingeplant in een orgaan, zodat er direct contact is met het gezwel. Hierdoor is de stralingsdosis sterk in de te behandelen zone en blijven de bijwerkingen van de bestraling op gezonde weefsels beperkt. CHEMOTHERAPIE Bij chemotherapie worden geneesmiddelen ingezet tegen de kankercellen, dikwijls gekoppeld aan chirurgie en/of radiotherapie. Het gaat meestal om een combinatie van geneesmiddelen die volgens verschillende mechanismen werken. Die ‘cocktail’ valt de kankercellen tegelijk en op verschillende fronten aan, wat de doeltreffendheid van de behandeling verhoogt. Chemotherapie valt cellen aan die zich snel vermeerderen zoals kankercellen, maar helaas ook cellen uit het beenmerg die bloed genereren, cellen die hoofdhaar doen groeien of voortplantingscellen. De duur en frequentie van de behandeling hangen dus niet enkel af van het type kanker en de gebruikte geneesmiddelen, maar ook van de manier waarop de patiënt de chemo verdraagt. Gewoonlijk wordt chemotherapie toegediend volgens een cyclus, afgewisseld met rustperiodes zodat het lichaam weer op krachten kan komen. De laatste jaren investeerde men zwaar in onderzoek naar het reduceren van de ongewenste neveneffecten van chemotherapie. De levenskwaliteit van mensen die behandeld worden met chemo verbetert hierdoor aanzienlijk. K A N K E R KANKERCELLEN INTERPRETEREN “Al deze nieuwe medicijnen kosten veel geld. Daarom is één van de grote uitdagingen het bepalen welke behandeling we inzetten voor welk type kanker en bij welke patiënt. Er gaat nu veel aandacht naar de predictieve of voorspellende factor die ons daarbij moet helpen. Wanneer er een medicijn bestaat dat voor 30 % van de patiënten helpt, moeten we bekijken of we die 30 % op voorhand kunnen definiëren. Zo vermijden we dat we bij de andere 70 % een medicijn toedienen dat niet werkt en kunnen we aan kostenbeheersing doen. Dankzij de nieuwe technologieën kunnen we de inhoud van een kankercel veel beter lezen en interpreteren. Voor elke patiënt een individueel traject is nog niet mogelijk, maar we spreken wel in termen van groepen patiënten. In functie van de aan- of afwezigheid van een bepaald kenmerk gaan we na welke behandeling geschikt is voor groep A en welke voor groep B. Momenteel loopt er samen met de overheid een project rond het bepalen van genpanels. Daarbij wordt nagegaan welke stukjes genetisch materiaal vooral gemuteerd zijn en welke mutaties het meest frequent voorkomen. Die gaan we met een soort DNA-strip (zoals een urinestick) achterhalen en aan de hand daarvan kunnen we de beste behandeling voor die patiënt bepalen. Deze projecten staan in hun kinderschoenen, maar zijn belangrijk voor de toekomst willen we de kankerbehandeling voor iedereen betaalbaar houden.” AANDACHT VOOR PATIËNT “Die onderzoeken spelen zich af in de farmaceutische industrie en ook in biotechnologiebedrijven en aan universiteiten. Het is belangrijk dat er een goede onderlinge communicatie is en dat we zo goed mogelijk op elkaar afstemmen, want het einddoel is en blijft dat de patiënt er beter van moet worden. Tenslotte mogen we niet vergeten dat het niet alleen gaat om de behandeling van een ziekte maar om de behandeling van een patiënt met die ziekte. We moeten rekening houden met de toestand van de patiënt, de leeftijd, of er sprake is van een hart- of longlijden en hoe de patiënt zelf aankijkt tegen de ziekte. Wanneer een patiënt al veel behandelingen heeft ondergaan, moet je durven praten over wat wij nog kunnen doen en wat de patiënt wil dat we nog doen. Soms is het beter over te schakelen op een ondersteunende palliatieve behandeling dan hardnekkig te blijven te behandelen om de confrontatie met het einde te ontlopen.” DOSSIE R HORMOONTHERAPIE Hormonen stimuleren de ontwikkeling van bepaalde kankercellen. Ze zetten zich vast op de receptoren aan de oppervlakte van de cellen, activeren ze en zetten zo reacties op gang zoals celdeling. Bij hormoontherapie probeert men met medicatie de werking of productie van natuurlijke hormonen te blokkeren om dit te verhinderen. In tegenstelling tot chemotherapie of radiotherapie, die de kankercellen snel willen vernietigen, wil hormoontherapie ze op langere termijn doen afsterven door voor hen een ongunstig hormonaal milieu te creëren. Niet alle kankercellen zijn uitgerust met hormoonreceptoren en dus vatbaar voor hormoontherapie. Om te weten of je te maken hebt met een hormoongevoelige kanker, moet een stukje van de tumor weggehaald en geanalyseerd worden. Hormoontherapie is vooral belangrijk geworden in de behandeling van borst- en prostaatkankers, afzonderlijk of in combinatie met andere behandelingen. Het is een efficiënte maar langdurige behandeling, vaak met bijwerkingen. Toch overtreffen de voordelen ruimschoots de ongemakken. IMMUUNTHERAPIE Immuuntherapie of immunotherapie tracht het afweersysteem van de patiënt te mobiliseren tegen zijn ziekte. Ons immuunsysteem bestaat uit gespecialiseerde cellen die ‘indringers’ zoals microben of virussen opsporen en uitschakelen. Kankercellen ontsnappen hier blijkbaar aan. De behandeling wil het immuunsysteem terug in staat stellen om kankercellen te bestrijden. Het gaat om een belangrijk spoor in het huidige kankeronderzoek. Vandaag de dag zijn er al meerdere behandelingen met immuuntherapie beschikbaar. DOELGERICHTE BEHANDELINGEN Sinds enkele jaren zijn er nieuwe, doelspecifieke geneesmiddelen in ontwikkeling die gericht de kankercellen aanvallen en de gewone cellen minder verstoren. Deze geneesmiddelen mikken op de specifieke afwijkingen van de kanker, zoals genen, proteïnen of wijzigingen van de weefselomgeving die bijdragen tot de groei van de kanker om zo de kankercellen uit te schakelen of de groei ervan te blokkeren. Meer informatie www.kanker.be 13 14 Er wordt veel onderzoek verricht naar de oorzaak van kanker. Helaas is dat voor veel kankers moeilijk te achterhalen. Anderzijds zijn er wel een aantal risicofactoren gekend waar je best rekening mee houdt, zoals roken en overmatige blootstelling aan uv-stralen. Ook genetische aanleg kan een rol spelen. Voor kankers die langzaam ontstaan en frequent voorkomen, is preventieve screening van groot belang. Want voorkomen is altijd beter dan genezen. Preventieve screening kan levens redden ltekst: Astrid Boost VROEGTIJDIGE OPSPORING Er bestaan voor verschillende kankers vroege opsporingsmethoden. Maar niet voor elke methode bestaat er voldoende wetenschappelijk bewijs dat het werkt en nut heeft om op grote schaal uit te voeren. Elke vorm van screening heeft voor- en nadelen. Door kanker of het risico op de ziekte vroegtijdig op te sporen, kan je verwikkelingen of een (zwaardere) behandeling vermijden en is de kans op genezing aanzienlijk groter. Anderzijds biedt een on- derzoek niet altijd 100 % zekerheid en moet je steeds waakzaam blijven, het kan leiden tot overdiagnose en overbehandeling en soms word je onnodig ongerust gemaakt wanneer beeldkeuze: Luc Loosveldl een bijkomend onderzoek nodig is. Voor dikkedarmkanker, borstkanker en baarmoederhalskanker is het wel bewezen dat voor bepaalde leeftijdsgroepen de voordelen opwegen tegen de nadelen. De Vlaamse overheid organiseert voor deze kankers bevolkingsonderzoeken of georganiseerde vroege opsporing. Wie een verhoogd risico heeft op een bepaalde kanker kan in overleg met de arts voor individuele vroege opsporing kiezen, bijvoorbeeld bij familiale voorgeschiedenis of mensen met een zeer zongevoelige huid. STOELGANGTEST Dikkedarmkanker komt vooral voor bij mensen ouder dan 50 jaar en is bij mannen de derde en bij vrouwen de tweede meest voorkomende kanker. Het duurt gemakkelijk 10 jaar voordat een poliep, een uitstulping in de wand van de dikke darm, zich ontwikkelt tot een kwaadaardig gezwel. Voor het bevolkingsonderzoek naar dikkedarmkanker krijgen alle mannen en vrouwen tussen 56 en 74 jaar om de twee jaar een testkit waarmee ze een staal van de stoelgang kunnen K A N K E R nemen en opsturen. In het labo wordt onderzocht of de staal bloed bevat. Dit kan wijzen op dikkedarmkanker of poliepen, de voorlopers van dikkedarmkanker. Deze test is gratis, heel eenvoudig en is tegenwoordig zo gevoelig dat een vals positief resultaat nog heel klein is. Bij een afwijkend resultaat kan een bijkomend onderzoek aan de hand van een coloscopie nodig zijn. Sinds 1 juni 2017 is de doelgroep uitgebreid naar 55-jarigen. Mensen met een verhoogd risico omwille van familiale voorgeschiedenis, ziekte van Crohn of colitis ulcerosa vallen buiten deze screening omdat ze reeds worden opgevolgd door de huisarts of gastro-enteroloog. MAMMOGRAFIE Ook borstkanker kan men in een vroeg stadium opsporen. Alle vrouwen van 50 tot en met 69 jaar kunnen om de twee jaar gratis een mammografie laten uitvoeren. Een mammografie is een röntgenfoto van de borsten. Meerdere radiologen beoordelen onafhankelijk van elkaar de mammografie waardoor de kans om de kanker te missen veel kleiner is. Ook jonge vrouwen kunnen borstkanker krijgen maar het risico is kleiner. Ruim drie kwart van alle borstkankers komt voor bij vrouwen die ouder zijn dan 50. Ook hier betekent een afwijkend resultaat niet noodzakelijk dat je borstkanker hebt. Wanneer de mammografie een niet-afwijkend resultaat geeft, is het aangeraden om toch steeds waakzaam te zijn en naar de huisarts te gaan indien je veranderingen opmerkt aan de borst: een knobbeltje, verkleuring van de huid, een kuiltje, een tepel die intrekt, uitslag rond de tepel, ontsteking of verlies van vocht of bloed uit de tepel. UITSTRIJKJE Baarmoederhalskanker wordt meestal veroorzaakt door het humaan papillomavirus (HPV) dat wordt overgedragen door seksueel contact. 80 tot 85 % van de vrouwen komt er ooit mee in contact. Soms veroorzaakt dat virus letsels die kunnen ontaarden in kanker wanneer je ze niet laat behandelen. Alle vrouwen van 25 tot en met 64 jaar krijgen om de drie jaar een uitnodiging om een uitstrijkje te laten nemen bij de huisarts of gynaecoloog. De patiënt betaalt enkel het remgeld voor de consultatie. Het uitstrijkje dient om letsels die nog geen kanker zijn op te sporen. De voorstadia van baarmoederhalskanker zijn niet dodelijk, maar indien de kanker pas in een zeer laat stadium wordt opgespoord, is de overlevingskans kleiner dan één op vijf. Er bestaat ook een vaccin voor het humaan papillomavirus. De Vlaamse overheid biedt dat vaccin gratis aan voor alle meisjes in het eerste jaar secundair onderwijs in Vlaanderen. Meisjes van 12 tot en met 18 jaar die niet via het programma van de Vlaamse overheid gevaccineerd werden, komen in aanmerking voor een gedeeltelijke terugbetaling. Ook voor wie gevaccineerd is, blijft opsporing noodzakelijk omdat het vaccin geen absolute bescherming geeft. RISICOFACTOREN Bij ongeveer 5 % van de kankerpatiënten is erfelijkheid de oorzaak. Dat wil zeggen dat er nog andere factoren in het spel zijn bij het ontstaan van kanker. Die risicofactoren zijn roken, overmatige blootstelling aan uv-stralen, alcoholmisbruik, obesitas, sommige virussen en bacteriën, stoffen zoals asbest en milieufactoren. We hebben er allemaal baat bij om een gezonde levensstijl te hanteren om onze kansen op een lang en gezond leven te vergroten. DOSSIE R Het is echter geen garantie om kanker te voorkomen. Tenslotte speelt ook je leeftijd een rol. Naarmate je ouder wordt, is het risico op kanker groter en moet je nog attenter zijn voor alarmsignalen. LUISTER NAAR JE LICHAAM Ons lichaam stuurt signalen uit die ons iets vertellen over onze gezondheidstoestand. Bij het minste panikeren is niet nodig, maar wees wel alert voor alarmsignalen die zich meer dan twee weken voordoen of zich herhalen. Aarzel niet om je arts te raadplegen. Die kan bepalen wat de oorzaak is van de onregelmatigheid en of dit al dan niet te maken heeft met kanker. 15 De meest courante alarmsignalen zijn: •hardnekkige heesheid of hoest, vooral bij rokers en ex-rokers. •moeilijk slikken, vooral bij mensen die roken en alcohol drinken. •chronische verandering van de stoelgang (constipatie, diarree of afwisseling van beide). •problemen bij het plassen, vooral bij mannen. •gewichtsverlies, vermoeidheid of aanhoudende koorts zonder duidelijke oorzaak. •abnormaal bloedverlies (vaginaal buiten de maandstonden of na de menopauze, bloed in de urine, de ontlasting of fluimen, spontaan opduikende blauwe plekken ...). •knobbeltje of zwelling, eender waar op het lichaam (teelbal, borst, onder de huid ...). •bij vrouwen: een plotselinge verandering van de borst (samentrekking van de huid, uitstroming, roodheid ...). •wijziging of verschijning van een pigmentvlek op de huid. •niet-genezende wonde in de mond of op de huid. K A N K E R © St. Baldrick’s foundation DOS S I E R Wanneer je de diagnose ‘kanker’ krijgt, lijkt het alsof de grond onder je voeten wegzakt. Je krijgt een zware emotionele opdoffer te verwerken. Maar er zijn ook vele vragen. CM is bekommerd om je welzijn en gaat samen met jou op zoek naar oplossingen en ondersteuning. “Hoe gaat het met u?” is bij ons geen loze vraag. Samen met CM op zoek naar oplossingen ltekst: Brigitte Stevens 16 DIENSTVERLENING Kanker kan je toekomstverwachtingen drastisch beïnvloeden. Je voelt je machteloos, boos, verdrietig en afhankelijk. Al deze gevoelens een plaats geven, kost tijd en energie. De maatschappelijk werker van CM helpt je door een toekomstplan op te stellen op basis van je mogelijkheden en zoekt met jou en je omgeving naar de beste hulp. De dienst Maatschappelijk Werk is erkend door de Vlaamse Liga Tegen Kanker en de Stichting tegen Kanker. Hierdoor kunnen we voor jou een aanvraag tot tegemoetkoming vanuit deze diensten indienen. Een gesprek met een maatschappelijk werker is mogelijk op kantoor of tijdens een huisbezoek. Ook de CM-medewerkers in de kantoren staan voor je klaar om je vragen te beantwoorden. Tip Al onze contactgegevens zijn terug te vinden op www.cm.be. Of vraag een kaartje met onze zitdagen in je CM-kantoor. EEN VERWITTIGD PATIËNT … Een ziekenhuisverblijf kost wel wat geld. Bij een opname moet het ziekenhuis je een opnameverklaring voorleggen. Op dit document duid je je tarief- en kamerkeuze aan en staat heel wat belangrijke informatie over het financiële aspect van de opname. Bovendien heb je als patiënt niet enkel plichten, maar ook rechten. Zoals je recht op privacy, informatie, inzage in je dossier, vrijheid van keuze van ziekenhuis en zorgverstrekker, recht op een juiste prijs en een beroepsbekwame verzorging. Gaat het fout, dan staat CM haar leden bij, indien nodig tot in de rechtbank. CM informeert je over je rechten als patiënt, bemiddelt in problemen rond honoraria van zorgverleners en ziekenhuisfacturen. Tip Informeer vooraf bij je dokter of specialist wat de kostprijs zal zijn van de ingreep en welk ereloon je kan verwachten. GOED VERZEKERD Bij ziekte is een hospitalisatieverzekering geen overbodige luxe. Kanker wordt door het CM-Hospitaalplan erkend als ernstige ziekte. Als kankerpatiënt ontvang je een tussenkomst voor ambulante kosten die rechtstreeks in verband staan met je ziekte. Een greep uit het aanbod: • Voor kankerpatiënten die aangesloten zijn bij het CM-Hospitaalplan wordt de eerste terugbetaalbare haarprothese op doktersvoorschrift vergoed. Infogids voor mensen met kanker en hun familie 1 beeldkeuze: Luc Loosveldl • Wie aangesloten is bij het CM-Hospitaalplan en kiest voor het hersteloord Ter Duinen in Nieuwpoort, Domaine de Nivezé in Spa en Hooidonk in Zandhoven, kan een groot deel van de persoonlijke kosten recupereren vanuit het CM-Hospitaalplan. • Opnames voor een preventieve borstamputatie en borstreconstructie komen in aanmerking voor een terugbetaling vanuit het CM-Hospitaalplan. Tip Ontdek op www.cm.be/verzekeringen wat het CM-Hospitaalplan voor jou kan betekenen. GOED OMRINGD Vanuit de ziekteverzekering en het pakket CM-diensten en -voordelen kunnen kankerpatiënten een beroep doen op heel wat tegemoetkomingen zoals medisch materiaal bij hospitalisatie, rooming-in, ziekenvervoer, oncorevalidatie, voedingen dieetadvies … Tip Een overzicht van alle CM-tegemoetkomingen en -diensten waarop je een beroep kan doen, vind je terug in de brochure ‘Infogids voor mensen met kanker en hun familie’. Deze is beschikbaar in de CM-kantoren of kan je aanvragen via mail naar [email protected].