Samenvatting Geschiedenis

advertisement
Samenvatting Geschiedenis:
De handel na 1945
Het jaar 1945 is voor veel mensen een jaar van vreugde en overwinning. Maar dit einde
betekende niet het einde van de op grote schaal aangerichte schade. En dit was vooral betreft
de infrastructuur.
1. een derde van de handelsvloten was verloren gegaan
2. alles rondom de spoorwegen was ruim over de helft beschadigd of verwoest
3. hetgeen dat is overgebleven is in slechte staat.
Het tweede grote probleem was de energie ( in het bijzonder steenkool).
Het derde grote probleem was dat de landen een tekort hadden aan buitenlandse
betaalmiddelen.
Voor de VS werd het belangrijk om het herstel hiervan zo doelmatig mogelijk te laten
verlopen. De Verenigde Naties hebben toen enkele regionale commissies opgezet, de ECE (
economische commissie voor Europa) en de UNRRA. (De United Relief and Rehabilitation)
Deze commissies gaven economische bijstanden aan de landen.
Door deze economische bijstand kwam de industriële productie in die landen weer op peil
maar hier kwam in 1947 weer een einde aan, dat komt omdat men een ander belangrijker
probleem voor liet gaan, het tekort aan buitenlandse betaalmiddelen.
Die behoefte werd veroorzaakt door drie dingen:
1. De prijsstijging op de wereldmarkt voor grondstoffen
2. De grote investeringsplannen die nodig waren voor de opbouw van West-Europa,
3. De hulpverlening die in 1947 sterk achteruit ging, ( stop UNRRA)
Tijdens de oorlog verloor west europa steeds meer macht aan de groeiende machtsblokken
Verenigde staten en Sovjet Unie. Dat was de aanleiding voor het oprichtten van de EG ( later
de EU. Dit heeft twee gevolgen gehad: Het uitbreiden van het samenwerkingsverband ( steeds
meer landen wilde erbij horen), Integraties van de handel (door de handel en investeringen in
andere Europese landen gingen landen samenwerken.
Op dit moment kwam het Marshallplan, de essentie van dit plan was dat de Europese landen
zelf gingen overleggen hoeveel geld ze nodig hadden, en hoe ze dit gingen verdelen onder
elkaar. 16 landen namen hier deel aan. De hulp werd gegeven in de periode : 1948 – 1953 en
was 13.3 miljoen dollar.
De wereldpolitiek werd na de 2e wereldoorlog lange tijd overheerst door de koude oorlog,
Twee machtsblokken die tegenover elkaar stonden. Het kapitalisme en het communisme.
Kapitalisme: Een samenleving waarin het bezit in handen is van privé personen.
Communisme: Het streven naar een samenleving waarin iedereen gelijk is, d.m.v. van een
Revolutie.
De Nederlandse houding ten opzichtte van de Europese eenwording kan je in 3 kernwoorden
omschrijven: Continuïteit , gelijkmatigheid en stabiliteit.  Neutraliteitspolitiek
In 1990 is er een verandering opgetreden in het Nederlandse beleid. Ingrijpende buitenlandse
politieke ontwikkelingen lagen daaraan ten grondslag. ( de val van de muur, de Duitse
eenwording, ineenstorting van de Sovjet-Unie, de oorlog in Bosnië, en de uitbreiding van het
aantal lidstaten in de Europese Unie. Aangezien deze neutraliteitspolitiek niet meer kon
worden gehandhaafd, raakte Nederland al snel betrokken bij politieke en militaire verbanden.
( de VN, EDG, NAVO, Benelux, OEES en EGKS). Net zoals bij de oprichting van de EGKS
( in 1951) had Nederland als een van de 6 toekomstige lidstaten een zwaarwegende en
invloedrijke stem bij de totstandkoming van de Europese Economische Gemeenschap ( EEG)
die op 1 januari 1958 tot stand kwam.
Voor een klein land als Nederland dat sterk afhankelijk was van intensieve
handelsbetrekkingen was de economische samenwerking en integratie een belangrijk
speerpunt. Het beleid was dan ook gericht op het verwijderen van zoveel mogelijk
handelsbarrières , het opengooien van de grenzen en het creëren van een interne markt.
Het tegengaan van een overheersende machtsrol van Duitsland en Frankrijk is altijd heel
belangrijk geweest voor Nederland. Het risico van dit machtsblok nam echter af in de loop
van de jaren negentig, vanwege spanningen tussen de beide landen.
Vanaf midden jaren vijftig hadden de Nederlanders steeds meer te besteden. En door de
opbouw van het sociale stelsel kregen de Nederlanders steeds meer zekerheid. De
werkloosheidswet AOW en de algemene weduwen en wezenwet kinderbijslag etc. droeg hier
ook aan bij. Nederland veranderde van een welvaartsstaat in de jaren vijftig, naar een
verzorgingsstaat in de jaren zestig.
Na het jaar 1945 vond dekolonisatie plaats, (toen werd vrijheid en gelijkheid toegejuicht). Het
woord kolonisatie betekend het bezetten van andere landen met als doel de welvaart van eigen
land te vergroten, en de welvaart in de kolonie kwam dan pas op de tweede plaats.
Groot Brittannië verzamelde de koloniën, Frankrijk streefde naar cultuuroverdracht, en
Nederland streefde naar een harmonische situatie van uitheemse en inheemse groeperingen.
In Nederland wilde men Indonesië na de oorlog nog niet opgeven, en vond dat hun gezag daar
moest worden hersteld. Na allerlei conflicten die geen resultaten opleverden, moest Nederland
uiteindelijk de onafhankelijkheid van Indonesië accepteren.
Download