Treasurystatuut Stichting Openbare Scholengroep Vlaardingen Schiedam (OSVS) Treasurystatuut Stichting Openbare Scholengroep Vlaardingen Schiedam vs. 1.2 28 november 2013 pagina 1 van13 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Begrippenkader 3. Doelstellingen van de treasuryfunctie 4. Risicobeheer 4.1 Renterisicobeheer 4.2 Koersrisicobeheer 4.3 Kredietrisicobeheer 4.4 Intern Liquiditeitsrisicobeheer 4.5 Valutarisicobeheer 5. Optimaliseren van de renteresultaten 6. Kasbeheer 6.1 Geldstroombeheer 6.2 Saldo- en liquiditeitenbeheer 7. Administratieve organisatie en interne controle 8. Treasuryplan 9. Slotbepalingen Treasurystatuut Stichting Openbare Scholengroep Vlaardingen Schiedam vs. 1.2 28 november 2013 3 4 6 7 8 9 10 11 12 pagina 2 van13 1. Inleiding De Stichting Openbare Scholengroep Vlaardingen Schiedam (OSVS) onderkent het belang van een verantwoord en adequaat beheer van haar financiële middelen. In dit treasurystatuut worden de kaders voor treasurymanagement vastgelegd in de vorm van uitgangspunten, doelstellingen, richtlijnen en limieten. Bij het opstellen van het statuut is rekening gehouden met de bepalingen uit de OCW-Regeling “Regeling beleggen en belenen door instellingen voor onderwijs en onderzoek 2010” met kenmerk FEZ/CC-2009/150185 dd. 16 september 2009. Allereerst worden het begrippenkader en de doelstellingen geformuleerd. Vervolgens worden de doelstellingen nader geconcretiseerd aan de hand van de verschillende deelgebieden van de treasuryfunctie: risicobeheer, kasbeheer en financiering. Daarna worden de interne organisatie en interne controle beschreven. Naast het treasurystatuut zal OSVS jaarlijks een treasuryplan opnemen in de begroting en zal een treasuryparagraaf worden opgenomen in de jaarrekening. In het treasurystatuut wordt verwezen naar de procuratieregeling van de stichting. Treasurystatuut Stichting Openbare Scholengroep Vlaardingen Schiedam vs. 1.2 28 november 2013 pagina 3 van13 2. Begrippenkader Artikel 1. In dit statuut wordt verstaan onder: - Derivaten - Financiering - Geldstroombeheer - Intern liquiditeitsrisico - Koersrisico - Kredietrisico - Liquiditeitenbeheer - Liquiditeitenplanning - Rating - Relatiebeheer - Renterisico - Saldobeheer - Rentevisie - Treasurymanagement - Treasurybeleid - Treasuryfunctie Financiële instrumenten die hun bestaan ontlenen aan een bepaalde onderliggende waarde, zoals leningen of obligaties. Derivaten kunnen worden gebruikt om renterisico’s te sturen en financieringskosten te minimaliseren. Het aantrekken van benodigde financiële middelen voor een periode van minimaal één jaar. Deze middelen kunnen bestaan uit zowel eigen vermogen als vreemd vermogen. Alle activiteiten die nodig zijn om liquiditeiten te verplaatsen zowel binnen de organisatie zelf als tussen de organisatie en derden (betalingsverkeer) De risico’s van wijzigingen in de liquiditeitenplanning en de meerjaren investeringsplanning waardoor financiële resultaten kunnen afwijken van de verwachtingen. Het risico dat de financiële activa van de organisatie in waarde verminderen als gevolg van negatieve koersontwikkelingen. Het risico op een waardedaling van een vordering ten gevolge van het niet (tijdig) na kunnen komen van de verplichtingen door de tegenpartij als gevolg van insolventie of deficit. Het financieren en uitzetten van middelen voor een periode tot één jaar. Een gestructureerd overzicht van de toekomstige inkomsten en uitgaven ingedeeld per tijdseenheid. De inschatting van de kans op eventuele wanbetaling bij toekomstige rente- en aflossingsbetalingen op schuldpapier. Het onderhouden van relaties met instellingen, waarmee in het kader van de uitvoering van het treasurybeleid contacten worden onderhouden. Het gevaar van ongewenste veranderingen van het resultaat door rentewijzigingen. Het beheer van de dagelijkse saldo op de rekeningen. Toekomstverwachting over de rente-ontwikkeling. De uitvoering van de treasuryfunctie binnen de kaders van het treasurystatuut. Vastlegging van de uitgangspunten, doelstellingen, richtlijnen en limieten, de organisatorische en administratieve kaders, de informatievoorzieningen de administratieve organisatie ter uitvoering van de treasuryfunctie. Alle activiteiten die zich richten op het besturen en Treasurystatuut Stichting Openbare Scholengroep Vlaardingen Schiedam vs. 1.2 28 november 2013 pagina 4 van13 - Treasuryparagraaf - Treasuryplan - Treasurystatuut beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële stromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s. Het onderdeel van de jaarrekening waarin verantwoording wordt afgelegd over de realisatie van het voorgenomen treasurybeleid. Onderdeel van de begroting waarin de directie jaarlijks de uitgangspunten en voornemens met betrekking tot de treasuryfunctie vastlegd. Het document waarin de beleidsmatig infrastructuur voor de uitvoering van de treasuryfunctie is vastgelegd Treasurystatuut Stichting Openbare Scholengroep Vlaardingen Schiedam vs. 1.2 28 november 2013 pagina 5 van13 3. Doelstellingen van de treasuryfunctie Artikel 2: De treasuryfunctie binnen OSVS dient tot: 1. Het beschermen van het vermogen tegen ongewenste financiële risico’s, zoals renterisico’s, koersrisico’s, kredietrisico’s en liquiditeitsrisico’s. 2. Het optimaliseren van de renteresultaten, binnen de kaders van de “Regeling beleggen en belenen door instellingen voor onderwijs en onderzoek” 3. Het minimaliseren van de interne verwerkingskosten en externe kosten bij het beheren van de geldstromen en financiële posities. 4. Het verzekeren van duurzame toegang tot financiële markten tegen acceptabele condities. Treasurystatuut Stichting Openbare Scholengroep Vlaardingen Schiedam vs. 1.2 28 november 2013 pagina 6 van13 4. Risicobeheer 4.1. Renterisicobeheer Artikel 3: 1. Het gebruik van derivaten is niet toegestaan. 2. Leningen/uitzettingen worden afgestemd op de bestaande financiële positie en de liquiditeitsplanning. Uitsluitend gelden die niet bedoeld zijn voor lopende betalingen mogen worden uitgezet. 3. OSVS heeft als visie dat de rente de komende twee jaren niet substantieel zal wijzigen en rond de 1,5 % zal blijven. Wanneer deze rente lager dan 1% zal komen zal de stichting zich gaan oriënteren op andere banken. 4.2. Koersrisicobeheer Artikel 4: 1. Bij het gebruik van uitzettingen wordt uitsluitend gebruik gemaakt van producten waarvan de hoofdsom gegarandeerd is aan het einde van de looptijd. 2. Beleggingen zullen niet plaatsvinden in aandelen. 4.3. Kredietrisicobeheer Artikel 5: Uitzettingen vinden uitsluitend plaats bij: 1. a. Nederlandse overheden en andere publieksrechtelijke lichamen met een solvabiliteitsratio van 0%. b. Financiële instellingen met ten minste een AA-rating voor de lange termijn (langer dan 3 maanden) en een A-rating voor de korte termijn (maximaal 3 maanden), afgegeven door ten minste twee ratingbureaus. c. Het reguliere bancaire betalingsverkeer zal plaatsvinden bij een bank met minimaal een A-rating. 2. In de vastgelegde procuratieregeling van de stichting staat welke procuratiehouders tot welk bedrag leningen dan wel rekening-courantfaciliteiten mogen aantrekken namens de stichting. 4.4. Intern liquiditeitsrisicobeheer Artikel 6: De uitzettingen worden afgestemd op een korte termijn liquiditeitsplanning (looptijd tot één jaar), alsmede een meerjarige liquiditeitsplanning die aansluit op het meerjaren investeringsprogramma. Treasurystatuut Stichting Openbare Scholengroep Vlaardingen Schiedam vs. 1.2 28 november 2013 pagina 7 van13 4.5. Valutarisicobeheer Artikel 7: Er zullen uitsluitend leningen worden aangegaan in de euro. Treasurystatuut Stichting Openbare Scholengroep Vlaardingen Schiedam vs. 1.2 28 november 2013 pagina 8 van13 5. Optimaliseren van de renteresultaten Artikel 8: 1. Bij het aantrekken en uitzetten van leningen worden ten minste 2 offertes van verschillende instellingen aangevraagd en beoordeeld. 2. Bankrelaties en hun bancaire condities worden ten minste jaarlijks beoordeeld. Treasurystatuut Stichting Openbare Scholengroep Vlaardingen Schiedam vs. 1.2 28 november 2013 pagina 9 van13 6. Kasbeheer 6.1. Geldstroombeheer Artikel 9: 1. Het betalingsverkeer wordt zoveel mogelijk centraal en elektronisch uitgevoerd door één bank. Schoolfacturen worden betaald ten laste van de centrale bankrekening. Centraal worden de betalingen meervoudig geautoriseerd en gecontroleerd via het vier-ogen-principe. 2. Geldstromen worden zoveel mogelijk op elkaar afgestemd aan de hand van de liquiditeitsplanning. 3. Schoolbankrekeningen zullen worden afgeroomd wanneer deze centraal nodig zijn. 6.2. Saldo- en liquiditeitenbeheer Artikel 10: 1. OSVS streeft naar concentratie van liquiditeiten binnen één rentecompensatiecircuit bij de bank met de gunstigste condities. 2. Indien er een liquiditeitsbehoefte ontstaat, kan de directeur-bestuurder kortlopende middelen aantrekken. 3. Overtollige liquiditeit op schoolniveau zal centraal worden beheerd, conform lid 1 van dit artikel. Treasurystatuut Stichting Openbare Scholengroep Vlaardingen Schiedam vs. 1.2 28 november 2013 pagina 10 van13 7. Administratieve organisatie en interne controle Artikel 11: 1. Alle relevante treasury-activiteiten worden onder verantwoordelijkheid van de directeur-bestuurder in procedurebeschrijvingen vastgelegd 2. De organisatiestructuur richt zich op de taakverdeling tussen de Raad van Toezicht, de directeur-bestuurder, de schooldirecteuren en de directeur bestuursbureau. Dit is vastgelegd in de procuratieregeling van de stichting. 3. De directeur-bestuurder is belast met de uitvoering van het vermogensbeheer binnen de randvoorwaarden, zoals vastgelegd in dit treasurystatuut. Hij wordt hierbij ondersteund en geadviseerd door de directeur bestuursbureau. 4. Het vermogensbeheer kan bij volmacht en binnen nader te stellen randvoorwaarden worden overgedragen aan één of meer door de directeurbestuurder en de Raad van Toezicht gezamenlijk aan te wijzen externe vermogensbeheerders. 5. Tenzij het vermogensbeheer bij volmacht is overgedragen aan een externe vermogensbeheerder heeft de directeur-bestuurder beschikkingsbevoegdheid binnen de randvoorwaarden van dit treasurystatuut. 6. De schooldirecteuren beschikken over maximaal één bankrekening voor financiële transacties ten behoeve van de betrokken school, waarbij betalingsverkeer meervoudig geautoriseerd moet worden. 7. De hoofdlijnen van de organisatie van het vermogensbeheer zijn: a. De Raad van Toezicht keurt het treasurystatuut en beleggingsbeleid goed. b. De directeur-bestuurder voert het vermogensbeheer uit binnen de kaders van het treasurystatuut. c. Indien sprake is van één of meer externe vermogensbeheerders, dan dienen zij te werken binnen de kaders van het treasurystatuut en conformeren zij zich aan het door de Raad van Toezicht goedgekeurde beleggingsbeleid. d. De directeur bestuursbureau adviseert de directeur-bestuurder over kasgeldbeheer en beheer van het werkkapitaal. e. De directeur-bestuurder rapporteert 1x per jaar aan de Raad van Toezicht over de met het vermogen behaalde resultaten. f. De directeur-bestuurder rapporteert 4x per jaar aan de Raad van Toezicht over de actuele stand van zaken ten aanzien van liquiditeiten, beleggingen, renteposities, rendementen en liquiditeitsplanning. Treasurystatuut Stichting Openbare Scholengroep Vlaardingen Schiedam vs. 1.2 28 november 2013 pagina 11 van13 8. Treasuryplan Artikel 12: 1. Het treasuryplan maakt onderdeel uit van de jaarlijkse begroting en bevat: a. Liquiditeitsplanning (korte en middellange termijn) De planning voor de eerstvolgende 12 maanden is grotendeels gebaseerd op historische patronen, aangevuld met de behoefte uit (project-)plannen. De planning voor de middellange termijn (2 jaar) is tevens gebaseerd op de verwachtingen ten aanzien van investeringen. b. Rentevisie banken De rentevisie van ten minste twee banken is gewenst. c. Renterisico De leenmomenten, de renteaanpassingen en de samenstelling van de leningen en uitzettingen worden weergegeven. d. Geld- en kapitaalmarktpartijen Hier wordt aangegeven waar overtollige middelen mogen worden belegd. Treasurystatuut Stichting Openbare Scholengroep Vlaardingen Schiedam vs. 1.2 28 november 2013 pagina 12 van13 9. Slotbepalingen Artikel 13: 1. Dit treasurystatuut treedt in werking met ingang van 27 september 2012 en vervangt eerdere afspraken. 2. Uiterlijk na 3 jaar of zoveel eerder als wenselijk wordt geacht, draagt de directeur-bestuurder zorg voor de actualisatie van dit treasurystatuut, met inachtneming van het gestelde onder lid 3. 3. Wijzigingen in dit statuut dienen opnieuw vastgesteld te worden door de directeur-bestuurder en goedgekeurd door de Raad van Toezicht. Treasurystatuut Stichting Openbare Scholengroep Vlaardingen Schiedam vs. 1.2 28 november 2013 pagina 13 van13