Oefentoets 3 Havo – Hoofdstuk 2

advertisement
Oefentoets 3 Havo – Hoofdstuk 2
1. Is er in de volgende situaties sprake van een chemische reactie? Antwoord ja of nee.
a. Het oplossen van zout in water
b. Het bevriezen van alcohol
c. Het verbranden van hout
d. Het stollen van eiwit, als je een eitje bakt.
2. Geef aan welk type mengsel hieronder wordt omschreven:
a. Met azijn en olie wordt een ondoorzichtige saus aangemaakt voor de sla.
b. Bij vulkanen vind je soms superlicht vulkaansteen. Dit is steen met allemaal
kleine gasbelletjes erin.
3. Kan dit? Antwoord met ja of nee
a. De vaste deeltjes uit rook filteren?
b. Een emulsie indampen?
c. Eén stof uit een suspensie extraheren?
4. Welke extractiemethode kun je het beste gebruiken om:
a. De smaakstoffen uit een koffieboon te krijgen?
b. Het vruchtvlees uit sinaasappelsap te verwijderen?
5. Zonnebloemolie heeft een dichtheid van 0,90 g/cm3. Diesel heeft een dichtheid van
0,80 g/cm3. Klaas wil goedkoop autorijden, en besluit om wat zonnebloemolie aan zijn
diesel toe te voegen.
In zijn tank van 60 liter, doet hij 40 liter diesel en 20 liter zonnebloemolie. 1 liter =
1000 cm3.
a. Bereken het volumepercentage zonnebloemolie in de tank.
b. Bereken de massa van de diesel in de tank
c. Bereken de massa van de zonnebloemolie in de tank.
d. Bereken het massapercentage van de zonnebloemolie in het totaalmengsel.
6. Leg met het deeltjesmodel uit:
a. Waarom een vloeistof vloeibaar is.
b. Hoe het kan dat een vloeistof ook kan verdampen, terwijl je nog lang niet op
het kookpunt zit.
Download