Anatomie / fysiologie

advertisement
Anatomie / fysiologie
Cxx53 7 en 8
Hart 1
FHV2009 / Cxx53 7+8 / Anatomie & Fysiologie - Circulatie
1
Ligging van het hart
Kegelvormig, hol, gespierd
orgaan.
Ca. 10 cm lang en omvang
vuist
FHV2009 / Cxx53 7+8 / Anatomie & Fysiologie - Circulatie
2
Functie van het hart
• In stand houden van de bloedcirculatie;
– Stroming door drukverschillen
– Actieve drukopbouw
– Eenrichtingsverkeer
– Aanpassen aan wisselende fysiologische
condities, zoals:
• activiteit
• bloedvolume
• bloedsamenstelling
FHV2009 / Cxx53 7+8 / Anatomie & Fysiologie - Circulatie
3
Hart interne verdeling
• 2 holle spieren, de atriumspier en
de ventrikelspier, gescheiden door anulus
fibrosus.
• Er zijn 4 gedeelten, twee atria (boezems)
en twee ventrikels (kamers).
• Atrium en ventrikelspier zijn gescheiden
door een septum. Beide atria door een
bindweefseltussenschot. De ventrikels
worden gescheiden door hartspierweefsel.
FHV2009 / Cxx53 7+8 / Anatomie & Fysiologie - Circulatie
4
Weefselopbouw hart
• Endocard (endo =binnen) endotheel +
dun laagje bindweefsel, binnenste laag
• Myocard (myo = spier) hartspier
• Epicard (epi = op of boven)
binnenstevlies van het hartzakje =
(bindweefsellaag) hartbekleding ,
• Pericard (peri = om, rondom) buitenvlies
ook wel hartzakje genoemd
• Atria (boezems), ventrikels (kamers)
• Kleppen
FHV2009 / Cxx53 7+8 / Anatomie & Fysiologie - Circulatie
5
Tweestromen beleid
• Hart bestaat uit 2 helften; li en re hart.
• Elke helft uit 2 compartimenten (Atrium =
boezem en ventrikel = kamer)
• Elk compartiment is onderdeel van een
specifieke circulatie.
FHV2009 / Cxx53 7+8 / Anatomie & Fysiologie - Circulatie
6
Grote en
kleine circulatie
• Grote circulatie of
lichaamscirculatie
• Kleine circulatie of
longcirculatie
FHV2009 / Cxx53 7+8 / Anatomie & Fysiologie - Circulatie
7
Bouw van de hartwand
FHV2009 / Cxx53 7+8 / Anatomie & Fysiologie - Circulatie
8
Bouw van het hart / schema
FHV2009 / Cxx53 7+8 / Anatomie & Fysiologie - Circulatie
9
Bouw van het hart, vaten
FHV2009 / Cxx53 7+8 / Anatomie & Fysiologie - Circulatie
10
Bouw van het hart; kleppen
FHV2009 / Cxx53 7+8 / Anatomie & Fysiologie - Circulatie
11
Bloedvoorziening hart
• linker en rechter kransslagader, de
coronaire arteriën
• eerste zijtakken in de aorta
• eindarteriën
coronairtak
klep
FHV2009 / Cxx53 7+8 / Anatomie & Fysiologie - Circulatie
12
Coronairvat ingang
FHV2009 / Cxx53 7+8 / Anatomie & Fysiologie - Circulatie
13
Grote en
kleine circulatie
Schematisch
bekijk de genoemde gebieden
- hoofd
- arm
- longen
- lever
- poortader (vena portae)
- darm
- nier
- been
FHV2009 / Cxx53 7+8 / Anatomie & Fysiologie - Circulatie
14
Bloedsomloop
Kleine bloedomloop: (lage druk gem 15 mmHg)
• RV => arteria pulmonalis (zuurstof arme arterie)
=> longen
• => Vena pulmonalis (zuurstofrijk/gemengd vanuit
longen) => LA
Grote bloedsomloop: (hoge druk gem 100 mmHg)
• => LV => Aorta (grote lichaamsslagader) =>
lichaam
• => Vena cava inferior/superior (holle aders,
bloed vanuit het lichaam) => RA
FHV2009 / Cxx53 7+8 / Anatomie & Fysiologie - Circulatie
15
Harttonen, hartwerking
• Eerste doffe harttoon: aanspanningtoon van
de hartmusculatuur, en sluiten AV-kleppen
• tweede harttoon (kortere en heldere): sluiten
van de kleppen (aorta en a. pulmonalis)
• Diastole = ontspanningsfase (vullingfase)
• Systole = contractiefase
• Hartminuutvolume = HMV = cardiac output,
norm:4-24 liter/minuut
FHV2009 / Cxx53 7+8 / Anatomie & Fysiologie - Circulatie
16
Prikkelgeleidingssysteem
• Intrinsiek systeem (autoritmie)
– zet hartspier automatisch aan tot contractie zonder
stimulatie van buitenaf.
• Systeem kan worden gestimuleerd of onderdrukt
door zenuwimpulsen uit de hersenen.
• Hartspiercellen zijn niet elektrisch geïsoleerd
van elkaar (syncytium) waardoor prikkels steeds
van de ene naar de andere cel gaan.
FHV2009 / Cxx53 7+8 / Anatomie & Fysiologie - Circulatie
17
Geleidingssysteem
• Voort geleiding elektrische stroom cellen
• prikkelgeleidingweefsel
– Sinusknoop
– atrioventriculaire knoop (av-knoop)
(vertraging 0,1 sec)
– Bundel van His
– Purkinje vezels
FHV2009 / Cxx53 7+8 / Anatomie & Fysiologie - Circulatie
18
Prikkels
van het hart
1 nervus vagus (-)
2 nn accelerantes (+)
3 AV-knoop
4 sinusknoop
5 bundel van His
6 bundeltakken
7 vezeltjes van
Purkinje
FHV2009 / Cxx53 7+8 / Anatomie & Fysiologie - Circulatie
19
De snelste wint
• Elk onderdeel eigen frequentie
– Sinusknoop: 60 - 80 min.
– AV-knoop: 40 - 55 min.
– Spiercellen: 25 - 40 min.
• De sinusknoop is de snelste en bepaald
de slagfrequentie (sinusritme)
FHV2009 / Cxx53 7+8 / Anatomie & Fysiologie - Circulatie
20
hartritme
Mens wordt geregeerd door FFF
Fright (bang worden)
Fight (vechten)
Flight (vluchten)
Dus:
nervus vagus = parasympathisch
=> vertraagd
nn accelerantes = sympathisch
=> versnelling
Beïnvloeding
sinusritme
FHV2009 / Cxx53 7+8 / Anatomie & Fysiologie - Circulatie
21
Regulatie
hartfrequentie
FHV2009 / Cxx53 7+8 / Anatomie & Fysiologie - Circulatie
22
Stijging hartfrequentie
• Bij arbeid of inspanning, tot effectief circa
170 per minuut
• Bij koorts ongeveer 10 slagen per graad,
veroorzaakt door de toegenomen vraag
stijging basaal metabolisme
• Adrenaline, bevordert de werking van het
hart, cardiotonisch
FHV2009 / Cxx53 7+8 / Anatomie & Fysiologie - Circulatie
23
Download