Vak: Actualiteitentoets Periode: 14 feb. 2013 Docent: A.J. Wensink Klas: 45/46/56 Duur: Aantal pagina’s: 6 30 minuten DEZE TOETS BESTAAT UIT 35 VRAGEN Maximale score: 37 punten I Open vragen: Geef steeds antwoord met maximaal twintig woorden. Dit geldt niet voor de vragen uit dit onderdeel die 2 punten waard zijn! De vragen 5 en 8 leveren 2 punten op. De overige vragen van dit onderdeel zijn elk 1 punt waard. De eerste twee open vragen gaan over de crisis rond SNS Reaal. Onze minister van Financiën was onlangs veel in het nieuws toen hij werd gekozen tot nieuwe voorzitter van de groep eurolanden. De afgelopen weken stond hij in het middelpunt van de belangstelling door de nationalisatie van SNS Reaal. 1. Hoe heet onze minister van Financiën? Bestudeer de onderstaande cartoon van Fokke en Sukke uit NRC-Handelsblad van 9 februari 2013 en beantwoord daarna vraag 2. In de cartoon verwijzen Fokke en Sukke naar Sjoerd van Keulen. 2. Wat heeft deze verwijzing in de cartoon met de crisis rond SNS Reaal te maken? De volgende twee open vragen gaan over de troonswisseling in Nederland. Op 30 april aanstaande treedt koningin Beatrix af en wordt prins Willem-Alexander ingehuldigd tot Koning der Nederlanden. Deze plechtigheid vindt in een kerk plaats. 3. In welke kerk vindt deze inhuldiging plaats? Vanaf volgend jaar heeft Nederland geen Koninginnedag meer maar een Koningsdag. 4. Op welke datum wordt Koningsdag in de toekomst in principe gevierd? De volgende open vraag gaat over de Franse interventie in Mali. 1 OSG De Ring van Putten De Franse troepen in Mali hebben, gesteund door het regeringsleger, de steden in het noorden van het land op de islamitische rebellen heroverd. Dat betekent nog niet dat de oorlog in Mali daarmee voorbij is. 5. Leg in twee stappen kort uit waarom de oorlog in Mali daarmee nog niet voorbij is. De volgende open vraag gaat over match-fixing in het betaald voetbal. Bij match-fixing gaat het vaak om de beïnvloeding van de uitslag van een voetbalwedstrijd, maar dat hoeft niet altijd het geval te zijn. Er zijn ook andere mogelijkheden om op voetbalwedstrijden te gokken. 6. Noem één andere mogelijkheid om op voetbalwedstrijden te gokken. De volgende twee open vragen gaan over excellente scholen in Nederland. Afgelopen week kregen 52 scholen in Nederland door de staatssecretaris van Onderwijs het stempel ‘excellent’ uitgereikt. De bewindsman geeft deze stempels niet zomaar weg, hij wil er iets mee bereiken. 7. Wat wil de staatssecretaris met dit stempel ‘excellent’ bereiken? Wanneer een school in een bepaald gebied tot excellente school wordt uitgeroepen, kan dat leiden tot problemen voor de andere scholen in dat gebied die dit stempel niet hebben gekregen. 8. Leg in twee stappen kort uit waarom de andere scholen in de buurt van zo’n excellente school dan in de problemen zouden kunnen komen. De volgende open vraag gaat over de zaak-Dutroux in België. De ex-vrouw van Marc Dutroux (en tevens zijn medeplichtige) Michelle Martin kwam afgelopen augustus op vrije voeten. Zij woont sindsdien niet in een normaal huis, maar verblijft in een bepaald soort instelling. 9. In welk soort instelling verblijft zij sinds afgelopen augustus? De laatste open vraag gaat over koning Richard III. Richard III heeft maar heel kort geregeerd, namelijk van 1483 tot aan zijn dood in 1485. 10. Hoe kwam Richard III aan zijn eind? II Multiple choice-vragen Elke meerkeuzevraag levert 1 punt op. De eerste vier meerkeuzevragen gaan over de crisis rond SNS Reaal. Vroeger was SNS Reaal een bedrijf dat heel goed liep. De laatste tijd kwam het bedrijf echter in enorm grote problemen terecht. 11. Wat was de belangrijkste oorzaak waardoor SNS Reaal in deze enorm grote problemen kwam? A. de hoge salarissen en bonussen die binnen het bedrijf gangbaar waren; B. de aankoop in 2006 van hun vastgoedportefeuille; C. de hoge rente die ze op spaartegoeden gaven; D. de schommelingen in de koers van de euro. Bij de nationalisatie van SNS Reaal maakte de minister van Financiën voor het eerst gebruik van een nieuwe wet. 12. Welke wet is dit? A. de Faillissementswet; B. de Wet op het financieel toezicht; C. de Interventiewet; D. de Wet op de economische delicten. 2 Vak: Actualiteitentoets Periode: 14 feb. 2013 Docent: A.J. Wensink Klas: 45/46/56 Duur: Aantal pagina’s: 6 30 minuten SNS Reaal bestaat uit verschillende onderdelen. Eén daarvan is een spaarbank. 13. Welke spaarbank is dit? A. de Friesland Bank; B. de WestlandUtrecht Bank; C. Van Lanschot Bankiers; D. de ASN Bank. 14. Uitspraak I: “De nationalisatie van SNS Reaal moet nog worden goedgekeurd door de Europese Commissie.” Uitspraak II: “De Rabobank is na de nationalisatie van SNS Reaal nog de enige grote bank in Nederland zonder staatssteun.” A. I en II zijn allebei juist; B. I is juist, II is onjuist; C. I is onjuist, II is juist; D. I en II zijn allebei onjuist. De volgende drie meerkeuzevragen gaan over de troonswisseling in Nederland. Op 30 april aanstaande doet koningin Beatrix afstand van de troon. Dit gebeurt in één van de paleizen die Nederland rijk is. 15. In welk paleis doet koningin Beatrix afstand van de troon? A. in het Paleis Huis ten Bosch in Den Haag; B. in Paleis Soestdijk in Baarn; C. in het Paleis op de Dam in Amsterdam; D. in Paleis Het Loo te Apeldoorn. Prins Willem-Alexander wordt binnenkort ingehuldigd als ons staatshoofd. Het is dan al meteen duidelijk wie als eerste in aanmerking komt om hem later op te volgen. 16. Wie komt als eerste in aanmerking om koning Willem-Alexander later op te volgen? A. koningin Maxima; B. prinses Amalia; C. prins Constantijn; D. prinses Margriet. 17. Uitspraak I: “Beatrix is tot nu toe de langstzittende koningin die Nederland gekend heeft.” Uitspraak II: “De ouders van prinses Maxima zullen aanwezig zijn bij de inhuldiging van prins Willem-Alexander tot Koning der Nederlanden.” A. I en II zijn allebei juist; B. I is juist, II is onjuist; C. I is onjuist, II is juist; D. I en II zijn allebei onjuist. De volgende drie meerkeuzevragen gaan over de Franse interventie in Mali. In één van de steden die door de Franse troepen en het Malinese regeringsleger op de rebellen zijn heroverd, hebben deze islamitische opstandelingen tijdens hun aanwezigheid daar eeuwenoude cultuurschatten vernietigd. 18. Welke stad wordt hier bedoeld? A. Bamako; B. Gao; C. Kidal; D. Timboektoe. 3 OSG De Ring van Putten 19. Uitspraak I: “De populariteit van de Franse president Hollande is in Frankrijk door de interventie in Mali sterk gedaald.” Uitspraak II: “Mali is een oud-kolonie van Frankrijk.” A. I en II zijn allebei juist; B. I is juist, II is onjuist; C. I is onjuist, II is juist; D. I en II zijn allebei onjuist. 20. Uitspraak I: “Tijdens de gevechten in het noorden van Mali zijn over en weer oorlogsmisdaden gepleegd.” Uitspraak II: “De Franse troepen zullen de komende jaren in het noorden van Mali aanwezig blijven.” A. I en II zijn allebei juist; B. I is juist, II is onjuist; C. I is onjuist, II is juist; D. I en II zijn allebei onjuist. De volgende drie meerkeuzevragen gaan over match-fixing in het betaald voetbal. De verdachten in het onderzoek naar match-fixing in het betaald voetbal zijn afkomstig uit 15 landen. 21. Uit welk land zijn de meeste van deze verdachten afkomstig? A. uit Duitsland; B. uit Turkije; C. uit Spanje; D. uit Rusland. Achter match-fixing in het betaald voetbal zou een crimineel goksyndicaat zitten, dat vanuit een bepaalde stad opereert. 22. Vanuit welke stad zou dit criminele goksyndicaat opereren? A. vanuit Napels; B. vanuit Singapore; C. vanuit Las Vegas; D. vanuit Macau. 23. Uitspraak I: “Volgens de internationale voetbalvakbond Fifpro is match-fixing vooral tegen te gaan door verbetering van de arbeidsvoorwaarden van de spelers.” Uitspraak II: “Justitie in Nederland start voorlopig nog geen strafrechtelijk onderzoek naar match-fixing.” A. I en II zijn allebei juist; B. I is juist, II is onjuist; C. I is onjuist, II is juist; D. I en II zijn allebei onjuist. De volgende drie meerkeuzevragen gaan over excellente scholen in Nederland. De commissie die moest beoordelen of een school voor het stempel ‘excellent’ in aanmerking komt, bracht onlangs advies uit aan de pas aangetreden staatssecretaris van Onderwijs. 24. Hoe heet deze staatssecretaris? A. Sander Dekker; B. Frans Weekers; C. Fred Teeven; D. Martin van Rijn. 4 Vak: Actualiteitentoets Periode: 14 feb. 2013 Docent: A.J. Wensink Klas: 45/46/56 Duur: Aantal pagina’s: 6 30 minuten 25. Uitspraak I: “Alle excellente basisscholen in Nederland zijn gevestigd in rijke buurten.” Uitspraak II: “Geen enkele vmbo-school heeft dit jaar het stempel ‘excellent’ gekregen.” A. I en II zijn allebei juist; B. I is juist, II is onjuist; C. I is onjuist, II is juist; D. I en II zijn allebei onjuist. 26. Uitspraak I: “Bij het bepalen of een middelbare school een excellente school is, wordt uitsluitend gekeken naar het gemiddelde cijfer dat die school op het centraal schriftelijk eindexamen haalt.” Uitspraak II: “Slechts een klein deel van de middelbare scholen in Nederland heeft zichzelf voorgedragen voor het stempel ‘excellente school’.” A. I en II zijn allebei juist; B. I is juist, II is onjuist; C. I is onjuist, II is juist; D. I en II zijn allebei onjuist. De volgende twee meerkeuzevragen gaan over de zaak-Dutroux in België. 27. Uitspraak I: “Marc Dutroux is tot levenslang veroordeeld voor meervoudige moord, verkrachting en ontvoering.” Uitspraak II: “Dutroux heeft 16 jaar van zijn straf uitgezeten en komt daarmee in theorie in aanmerking voor een voorwaardelijke invrijheidstelling.” A. I en II zijn allebei juist; B. I is juist, II is onjuist; C. I is onjuist, II is juist; D. I en II zijn allebei onjuist. 28. Uitspraak I: “In de gevangenis waar Marc Dutroux verblijft, heeft hij volop contact met zijn medegevangenen.” Uitspraak II: “De nabestaanden van de slachtoffers van Dutroux hebben hem vergeven en steunen zijn verzoek tot voorwaardelijke vrijlating.” A. I en II zijn allebei juist; B. I is juist, II is onjuist; C. I is onjuist, II is juist; D. I en II zijn allebei onjuist. De laatste twee meerkeuzevragen gaan over koning Richard III. Met de dood van Richard III kwam een eind aan een periode van binnenlandse oorlogen in Engeland tussen 1455 en 1485. 29. Hoe staat deze periode van oorlogen in Engeland bekend? A. als de Dertigjarige Oorlog; B. als de Rozenoorlogen; C. als de Engelse Burgeroorlog; D. als de Engelse Successieoorlog. 30. Uitspraak I: “Het gebeente van Richard III is geïdentificeerd via de mannelijke lijn.” Uitspraak II: “Richard III zal in Londen worden bijgezet in Westminster Abbey.” A. I en II zijn allebei juist; B. I is juist, II is onjuist; C. I is onjuist, II is juist; D. I en II zijn allebei onjuist. 5 OSG De Ring van Putten III Vijf vragen over vrije onderwerpen (elke vraag levert 1 pt. op) De eerste vraag van dit onderdeel van de toets gaat over film. Het jaarlijkse Filmfestival in Rotterdam werd vorige week afgesloten met de toekenning van de publieksprijs. Deze prijs ging dit keer naar de nieuwste film van regisseur Diederik Ebbinge. 31. Hoe heet zijn nieuwste film? A. Matterhorn; B. Succes; C. Gewoon Hans; D. Naakt. De volgende vraag gaat over aardbevingen. De afgelopen dagen werd de provincie Groningen opgeschrikt door een serie aardbevingen. 32. Waardoor worden deze aardbevingen veroorzaakt? A. door de winning van aardolie; B. door langskomend zwaar verkeer; C. door de winning van aardgas; D. door de winning van steenkool. De volgende vraag gaat over president Obama. Vorige week was er ophef over een foto in de pers van president Obama. Deze foto dreigt afbreuk te doen aan het imago van deze president. 33. Hoe werd hij op deze foto afgebeeld? A. in een zwembroek; B. handenschuddend met Osama bin Laden; C. onder werktijd aan het golfen; D. met een geweer. De volgende vraag gaat over het aftreden van paus Benedictus XVI. 34. Uitspraak I: “Binnen de rooms-katholieke kerk is het gebruikelijk dat een paus na een bepaald aantal jaren in functie te zijn geweest, vrijwillig aftreedt.” Uitspraak II: “Benedictus XVI heeft op het gebied van geboorteregeling ouderwetse opvattingen.” A. I en II zijn allebei juist; B. I is juist, II is onjuist; C. I is onjuist, II is juist; D. I en II zijn allebei onjuist. De volgende vraag gaat over doping in de sport. Eén van de meest sportgekke landen ter wereld werd afgelopen week opgeschrikt door het verschijnen van een rapport over doping in de sport. 35. Welk land wordt hier bedoeld? A. Groot-Brittannië; B. Australië; C. de Verenigde Staten; D. Zuid-Afrika. --EINDE-- 6