“Niets is geheel waar en zelfs dat niet” Frederik Van Eeden De contaminatie van landtanks bij CMR-vervoer Eddy Willems Advocaat Ponet & De Vleeschauwer Welke aansprakelijkheid regelt het CMR-Verdrag? Art. 17: – geheel of gedeeltelijk verlies van de goederen – geheel of gedeeltelijke beschadiging van de goederen – vertraging in de aflevering “van de goederen” = het VERVOERDE goed Andere aansprakelijkheden? Art. 11 lid 3: onjuiste behandeling van begeleidende documenten Art. 12 lid 7: nieuwe instructies afzender Art. 21: remboursbeding Al deze aansprakelijkheden hebben direct of indirect met het vervoerde goed te maken Aansprakelijkheid bij contaminatie: Twee schade-aspecten: • • schade aan het vervoerde goed schade aan het goed in de landtank en bijkomende kosten, opruiming, productieschade, … Indeling op basis CMR-Verdrag: Verlies van het vervoerde goed (afgeleverd aan verkeerde bestemmeling) – – volledig gedeeltelijk (lossing stopgezet) Schade van het vervoerde goed (gelost bij juiste bestemmeling) – – volledige schade • vervoerd goed OK, maar verkeerde tank • vervoerd goed gecontamineerd gedeeltelijke schade (lossing verkeerde tank stopgezet) Vertraging? Mogelijk in combinatie met gedeeltelijk verlies of schade Aflevering aan “verkeerde” bestemmeling vervoerde goed: art. 20 CMR: de goederen mogen door de werkelijke bestemmeling “als verloren” worden beschouwd. – vergoeding: afzendwaarde, al dan niet beperkt STR/bruto kg – geen gevolgschade, behoudens art. 23 lid 4 CMR 8,33 (vrachtprijs, douanerechten en overige kosten m.b.t. vervoer) • goed in landtank: de “verkeerde” bestemmeling heeft extra contractuele schade: art. 1382 BW: onrechtmatige daad – vergoeding: alle bewezen schade – alle gevolgschade in oorzakelijk verband met de fout Art. 28 CMR: “wanneer het verlies, de beschadiging of de vertraging, ontstaan in de loop van een aan dit Verdrag onderworpen vervoer, volgens de toepasselijke wet kan leiden tot een vordering, die niet op de vervoersovereenkomst is gegrond, kan de vervoerder zich beroepen op de bepalingen van dit Verdrag, die zijn aansprakelijkheid uitsluiten of de verschuldigde schadevergoedingen vaststellen of beperken.” Niet toepasselijk wanneer de vordering uitgaat van “een derde” die geen overeenkomst onder de CMR-bepalingen heeft afgesloten; (Appel Paris, 11.6.1974, BT 1974,319) Aflevering aan de juiste bestemmeling … maar in een verkeerde landtank Casus 1: Antwerpen, 19 november 1991, ETL 1992, 127 Feiten: – – – vervoer vanuit Frankrijk naar Antwerpen van 2 producten verkeerde product (“paranox 24” ipv “paramine”) gelost bestemmeling vordert op basis van de CMR vervoerder stelt dat schade na het vervoer is ontstaan… (art. 1382 BW; foutief handelen wordt betwist) Hof: – – – art. 1382 BW speelt niet CMR (art. 17) toepasselijk: lossen = onderdeel afleveringsplicht vergoeding: “Er moet rekening worden gehouden met de producten “VI Improver”, dat reeds in de landtank aanwezig was, en “Castrol 000”, dat met de vorige producten (“paranox 24” en “VI Improver”) werd gemengd om tot een vers product te komen. Berekening in overeenstemming met de bepalingen van het CMR-Verdrag,….” Aflevering aan de juiste bestemmeling … maar in een verkeerde landtank Casus 2: Queen’s Bench division 29.10.1992,ETL 1993, 277 Feiten: – – – – vervoer vanuit Frankrijk naar het Verenigd Koninkrijk van het product “ADIP” in Hull werd de verkeerde tanktrailer aangekoppeld verkeerd product gelost bij bestemmeling productieverlies in fabriek Justice Saville: – – – CMR van toepassing op de schade, anders dan deze die betrekking heeft op het vervoerde goed, is art. 23,4 CMR niet van toepassing andere schade (product in landtank, productieverlies,…) wordt niet door het CMR-Verdrag uitgesloten en kan onder het gemeen recht worden gevorderd Aflevering in de juiste landtank ... maar het vervoerde goed is gecontamineerd Casus 3: OLG Köln, 26.9.1985, TransprtR. 1986, 285 Feiten: – – – – – “Amolit X” poeder vervoerd vanuit België naar Duitsland bij lossing is goederenstaal in orde landtank was leeg tijdens productie zwarte partikels in eindproduct vorige lading cement; rubberen hamer bij lossing gebruikt OLG Köln: – – – – CMR-Verdrag van toepassing bij lossing was uitsluitend het vervoerde goed beschadigd de latere productie-/gevolgschade valt niet onder art. 23 lid 4 CMR eine “abschliessende Regelung” Aflevering in de juiste landtank ... maar het vervoerde goed is gecontamineerd Casus 4: Kh. Antwerpen, 7.1.1977, ETL 1977, 420 Feiten: – – – – vervoer vanuit Antwerpen naar Denemarken van een chemisch product daags na lossing wordt silicone aangetroffen in het geleverde product echte schade-oorzaak niet duidelijk schadeclaim: kosten reinigen tanks Rechtbank: – – – onzichtbare schade (zeer geringe hoeveelheid) protest tijdig (binnen 7 dagen): vermoeden aansprakelijkheid “in zover de vordering betrekking heeft op de kosten ontstaan door de noodzakelijke reiniging der landtanks, is de rechtbank van mening dat, in zover de vordering gebaseerd is op de CMR-wetgeving, deze niet kan worden toegekend. Inderdaad geeft het verdrag geen grondslag tot het bekomen van schadevergoeding aan installaties van afzender of ontvanger….. Mogelijk is er een andere rechtsgrond….” Aflevering in de juiste landtank ... maar het vervoerde goed is gecontamineerd Casus 5: Hof ’s Hertogenbosch, 10.6.1991, S&S 1992, 44 Feiten: – – – een lading steenkool vanuit België naar Nederland cementresten vorige lading: contaminatie pas na lossing vastgesteld Eerste aanleg (arr. Rb. ’s Hertogenbosch) – – – – – wanprestatie onder de CMR schadevergoeding begrensd tot vermogenswaarde vervoerd goed andere schade komt niet in aanmerking mogelijk wel volgens gemeen recht (oud art. 1401 BW-onrechtmatige daad) vordering van de verzekeraar van de lading op grond van onrechtmatige daad werd afgewezen omdat de verzekeraar deze vordering niet mocht stellen (deze kreeg door cessie de rechten van de bestemmeling nadat deze al de schade met de afzender/ verkoper had gecompenseerd door facturen onbetaald te laten!) Aflevering in de juiste landtank ... maar het vervoerde goed is gecontamineerd Hof ’s Hertogenbosch: – – – – past uitsluitend het CMR-Verdrag toe beoordeling “onrechtmatig handelen” hoeft niet mee onderzocht te worden CMR-Verdrag wil de schade binnen de perken houden en de vervoerder is niet tot gevolgschade gehouden De zin van art. 23 lid 4 CMR: verdere schade is niet verschuldigd, wordt ruim geïnterpreteerd en beperkt zich niet tot de schade aan het vervoerde goed Nederlandse basisrechtspraak: Cargafoor: Hoge Raad 15.4.1994, S&S, 1994, 72 Feiten: – – – – – – vervoer van Rotterdam naar Tubize van azijnzuur tijdens lossing verstopt de losleiding van de tankwagen contaminatie met restanten in losleiding twee landtanks gecontamineerd schade aan het vervoerde goed werd geregeld claim voor de goederen die, voorafgaand aan de lossing, in de tanks zaten Eerste aanleg: rechtbank Maastricht (27.4.1989): – – CMR van toepassing Toepassing art. 29 CMR: alle schade onbeperkt vergoeden Hoger beroep: hof ’s Hertogenbosch (26.10.1992) – – – CMR niet van toepassing op deze schadeclaim onrechtmatige daad niet van belang of Belgisch dan wel Nederlands recht van toepassing is Cassatie: Hoge raad 15.4.1994 • • Adv.-Gen. Strikwerda: – CMR niet toepasselijk (art. 23,4 CMR = vervoerd goed) – onrechtmatige daad (niet relevant B. of N. recht) – uitvoerige verwijzing rechtsleer en rechtspraak bevestiging door Hoge Raad België: de suikeroorlog Feiten: – – – – – een lading van 28,5 ton kristalsuiker wordt in een silowagen vervoerd slechte reiniging, contaminatie met vorige lading mestkorrels lossing in vlaksilo met 10.500 ton suiker hiervan werd +/- 4.500 ton als gecontamineerd beschouwd wat met deze bijkomende 4.500 ton schade? Eerste aanleg: Kh. Antwerpen, 4.6.2004 – – – vervoerd goed = CMR 4.500 ton = gemeen recht Art. 23 lid 4 CMR is hierop niet van toepassing • onduidelijkheid: niet expliciet gesteld dat de 4.500 ton niet onder de CMR viel • gevolg: discussie mogelijk of art. 28 CMR speelt bij toepassing gemeen recht Beroep: Antwerpen, 19.2.2007, ETL 2007, 427 – – – – art. 28 CMR belet dat art. 23 lid 4 CMR niet toepasselijk zou zijn enkel de in art. 23,4 CMR voorziene schadeposten zijn verschuldigd schade aan goederen uit landtank zijn geen ‘overige kosten’ zoals in art. 23,4 CMR bedoeld gevolg: enkel vervoerd goed moet vergoed worden Cassatie: 16.1.2009, RW 2009-2010, 738 met uitvoerige noot F. Stevens – – – – plaatst de schade aan het goed in de landtank volledig buiten de CMR analoge redenering als Cargafoor-arrest: CMR regelt niet de aansprakelijkheid voor andere schade dan deze aan het vervoerde goed voor die schade is het nationaal recht toepasselijk (bijkomende contractuele schade) artikel 23 lid 4 CMR noch art. 28 CMR is hier aan de orde Verrassende wending: het verwijzingshof: Gent, 20.6.2011, ETL 2011, 543; T. Verz. 2012, 145 • uitspraak geïnspireerd op de commentaar van prof. Kristiaan Bernauw (De verzekering, 2009, 326) • deze ziet drie scenario’s: – – – • scenario 1: vervoerde goed heeft geen schade terwijl er bij de bestemmeling wel goederen werden beschadigd. (Vb.: tankwagen rijdt tegen landtank die barst. Vervoerde goed is intact gebleven: claim buiten de CMR) scenario 2: vervoerde goed en andere goederen samen beschadigd (klassiek scenario) Als de schade aan het vervoerde goed gedurende het transport is ontstaan, kan in navolging van art. 23 lid 4 CMR enkel de schade aan het vervoerde goed voor vergoeding in aanmerking komen volgens prof. Bernauw scenario 3: het vervoerde goed wordt intact aangeleverd maar bij de lossing worden deze goederen zowel als de goederen in de landtank beschadigd (levering in verkeerde tank). Hier is de discussie of vervoer al dan niet als beëindigd moet beschouwd worden. (lossen en afleveren zijn verschillende begrippen) M.a.w. deze verfijningstheorie komt erop neer dat de vervoerder bij verlies of schade aan het vervoerde goed alle andere schade als niet vergoedbare gevolgschade zou kunnen afwenden. Art. 17 CMR bepaalt de toepasselijkheid en niet art. 23 lid 4 CMR dat de vergoeding regelt. Beslissing Hof Gent: – – – – – de vordering situeert zich volledig binnen het contractuele vervoerskader de schade is tijdens het vervoer ontstaan en is aan de CMR onderworpen de schade aan de goederen in de vlaksilo is het gevolg van de foutieve uitvoering de CMR beheerst alle schadelijke gevolgen CMR is evenwichtsoefening: enerzijds vermoeden van aansprakelijkheid met anderzijds als compensatie een beperkte aansprakelijkheid Tweede voorziening in cassatie: Cass. 23.1.2014, C 12.0356 N/1 – Uit de artikelen 17, 23 en 25 CMR volgt dat het CMR-Verdrag slechts de aansprakelijkheid van de vervoerder regelt voor verlies of de beschadiging van de vervoerde goederen alsook voor de vertraging in de aflevering ervan. – De appelrechters stellen dat bij beschadiging van de vervoerde goederen in beginsel als vergoedbare schade elke andere schade uitsluit dan deze ten gevolge van het verlies van de intrinsieke waarde van de vervoerde goederen, ook de gevolgschade door verlies of beschadiging van de vervoerde goederen. – De appelrechters die op die grond oordelen dat de gevolgschade aan de in de vlaksilo opgeslagen goederen niet in aanmerking komt voor vergoeding, verantwoorden hun beslissing niet naar recht. Rechtbank koophandel Gent, 5 november 2013, AR A/10/04189 Feiten: – – – nationaal vervoer van korrels in bulk (CMR-vervoer) na lossing schade tijdens productie contaminatie met eerdere lading aangetoond (slechte reiniging voertuig) Vonnis: – – – artikel 17 CMR spreekt van beschadiging VAN het vervoerde goed en niet DOOR het vervoerde goed de rechtbank volgt niet het Hof te Gent, maar de eerste cassatie-uitspraak schade aan andere goederen (productie) bijkomend te vergoeden volgens gemeen recht Aansprakelijkheid bij vertraging • • vervoerd goed: vergoeding beperkt tot maximaal de vrachtprijs (art 23,5° CMR) goed in landtank (vb. product onderhevig aan bederving omdat conserveringsproduct niet tijdig is toegevoegd) Gelet op bovenvermelde rechtspraak wordt deze schade afgehandeld volgens gemeen recht (contractuele aansprakelijkheid) Fout en oorzakelijk verband met de schade moet bewezen worden! EVALUATIE: uitsluitend CMR-vergoeding versus dubbele vordering (cassatie) 1. de vervoerder moet de risico’s duidelijk op voorhand kunnen inschatten – dit • • • is niet altijd mogelijk! Vb bij schade aan “derden” (onrechtmatige daad) artikel 28 CMR geldt niet voor “derden” discussies omtrent “zware fout”, gelijk te stellen met “opzet” blijven naast CMR-polis blijft een polis aansprakelijkheid tgo derden noodzakelijk – beperking risico is perfect te organiseren • vervoerd goed = dwingende schadebeperking behoudens grove fout/opzet (art. 29 CMR) • andere schade = geldige contractuele beperkingen, behoudens opzet/bedrog 2. er moet evenwicht blijven: vermoeden aansprakelijkheid versus beperking – – blijft zo voor vervoerd goed! niet voor andere schade, maar hier speelt vermoeden van aansprakelijkheid ook niet! (fout vervoerder bewijzen) 3. de theorie dat verlies en schade aan het vervoerde goed of vertraging in de aflevering tot gevolg heeft dat alle verdere schade ook onder de CMR valt, heeft een pervers kantje: – de vervoerder heeft er alle belang bij om transportschade aan te tonen! 4. de door prof. Bernauw uitgewerkte scenario’s zijn ingewikkeld en werken betwistingen in de hand – – grijze zone wanneer er sprake is van “transportschade” verkeerde “lossing” versus verkeerde “aflevering” 5. ongelijke situatie naargelang de aard van het goed – vb. “gecontamineerde” vervoerd goed geeft geen schade aan het vervoerd goed maar wel aan het eindproduct: geen transportschade?