handboek iran - Nederlandse Vereniging van Banken

advertisement
HANDBOEK IRAN
ZAKEN DOEN MET IRAN
Ministerie van Buitenlandse Zaken
i.s.m. het Ministerie van Financiën
Laatst bijgewerkt februari 2016
Aan deze publicatie kunnen geen rechten worden ontleend
2
Inhoudsopgave Handboek Iran
Introductie en disclaimer ................................................................................... 5
Hoofdstuk 1 – Definities en afkortingen ............................................................. 7
Hoofdstuk 2 – Opsomming huidige sancties....................................................... 9
Hoofdstuk 3 – Beperkingen voor uitvoer (export)............................................ 13
3.1
Verbod uitvoer militaire goederen..............................................................13
3.2
Verbod uitvoer repressiemiddelen .............................................................13
3.3
Verbod uitvoer telecommunicatie- en internettechnologie.............................13
3.4
Verbod uitvoer rakettechnologie................................................................13
3.5
Vergunningsplicht uitvoer nucleaire (dual-use) goederen..............................14
3.6
Vergunningplicht uitvoer dual-use goederen ...............................................15
3.7
VERVALLEN - Verbod uitvoer goederen voor aardolie, aardgas en petrochemie
15
3.8
VERVALLEN- Verbod uitvoer edelmetalen en diamanten ...............................15
3.9
VERVALLEN- Verbod uitvoer goederen voor de bouw, het onderhoud of ombouw
van schepen ......................................................................................................15
3.10
Verbod uitvoer van software voor integratie industriële processen .................15
3.11
Vergunningsplicht uitvoer grafiet en bewerkte en onbewerkte metalen...........16
3.12
Een aanvraag of melding bij de CDIU indienen............................................16
3.12.1 Indelingsverzoek.....................................................................................16
3.12.2 Vergunningaanvraag of sondage ...............................................................16
3.12.3 Wat kunt u verwachten? ..........................................................................17
3.13
Goederen niet op de bijlagen, wel zorgen ...................................................18
Hoofdstuk 4 – Beperkingen voor invoer (import)............................................. 19
4.1
VERVALLEN - Verbod invoer dual-use goederen ..........................................19
4.2
VERVALLEN Verbod invoer aardolie, aardolieproducten en aardgas ................19
4.3
VERVALLEN - Verbod invoer petrochemische producten ...............................19
4.4
VERVALLEN - Verbod invoer edelmetalen en diamanten ...............................19
Hoofdstuk 5 – Beperkingen voor investeringen................................................ 21
5.1
VERVALLEN - Verbod investeringen dual-use producerende bedrijven ............21
5.2
Vergunningplicht investeringen dual-use producerende bedrijven ..................21
5.3
VERVALLEN - Verbod investeringen in olie- en gas- en petrochemie...............21
Hoofdstuk 6 – Beperkingen op geldovermakingen en financiële diensten........ 23
6.1
VERVALLEN - Financiële ontheffing of melding ............................................23
6.2
Aanvullende informatie ............................................................................23
Hoofdstuk 7 – Beperkende maatregelen olietankers en scheepsindustrie........ 25
7.1
VERVALLEN - Verbod op het leveren van bepaalde diensten met betrekking tot
olietankers en vrachtschepen ..............................................................................25
7.2
VERVALLEN - Verbod om schepen ter beschikking te stellen die ontworpen zijn
voor vervoer of opslag van olie en petrochemische producten..................................25
Hoofdstuk 8 – Gesanctioneerde personen en bedrijven in Iran........................ 27
8.1
Bedrijven en personen op bijlage VIII, IX, XIII of XIV ..................................27
8.2
Bedrijven en personen NIET op bijlage VIII, IX, XIII of XIV (indirect ter
beschikking stellen)............................................................................................27
8.3
Uitzonderingen en veranderingen lijsten.....................................................29
Hoofdstuk 9 – Doorwerking Amerikaanse sancties ......................................... 31
Hoofdstuk 10 – Visa aanvragen ........................................................................ 33
Hoofdstuk 11 – Veelgestelde vragen ................................................................ 35
Hoofdstuk 12 – Contactgegevens en adressen ................................................. 39
Bijlagen…….…..…..…………………………………………………………………………………..41
3
4
Introductie en disclaimer
2012: Verzwaring sancties tegen Iran
Op 15 oktober 2012 zijn de EU-lidstaten overeengekomen om de sancties tegen Iran van
23 januari 2012 (Raadsbesluit 2012/35/GBVB) verder te verzwaren, dit is weergegeven
in Raadsbesluit 2012/635/GBVB. De sancties zijn vastgelegd in EU verordening 267/2012
(hierna de Iran verordening) van de Raad, van 23 maart 2012, en EU Verordening
359/2011 (hierna de Iran mensenrechtenverordening) van de Raad, van 12 april 2011
(let op, de wijzigingsverordeningen zijn hier niet genoemd!).
Na de invoer van deze sancties uit 2012, moesten bedrijven met name rekening houden
met maatregelen op de uit- en invoer van goederen en technologieën, inclusief software,
het leveren van diensten voor bepaalde goederen, financiële maatregelen,
investeringsbeperkingen, beperkingen op het transport van goederen naar en van Iran,
beperkingen op geldovermakingen naar en van personen en bedrijven in Iran, en
beperkingen op het doen van zaken met personen en bedrijven die in de bijlagen van de
Iran verordening zijn genoemd.
2015: Alomvattend nucleair akkoord met Iran en verlichting sancties
Op 14 juli 2015 hebben de E3+3 en Iran een alomvattend akkoord over het nucleaire
programma van Iran bereikt. Sanctieverlichting is voorzien in drie stappen en is
gekoppeld aan de uitvoering van het akkoord door Iran.
Op 16 januari 2016 maakte het IAEA bekend dat Iran aan alle afgesproken voorwaarden
uit het nucleair akkoord heeft voldaan. Dat betekent dat de sancties tegen Iran
stapsgewijs worden verlicht en handelsbetrekkingen hervat kunnen worden. De overheid
zal de bedrijven- en financiële sector helpen om de mogelijkheden te benutten die zich
zullen voordoen en handel en investering en tussen Nederland en Iran promoten.
Opschorting huidige sancties – stap 1
 De sanctieverlichting is gekoppeld aan de uitvoering van het nucleair akkoord
door Iran. Als blijkt dat Iran het akkoord niet uitvoert zoals afgesproken zullen
sancties automatisch weer worden ingesteld (‘snap-back’).
 De VN-sancties (nucleair) en VS- en EU-sancties t.a.v. de financiële en
verzekeringssector, de olie- en gassector, de scheep- en transportsector, goud en
edelmetaal en automobiel sector (alleen VS) zijn opgeschort.
 Een deel van de personen en entiteiten zijn van de sanctielijst geschrapt.
 De handel in dual- use goederen wordt hervat, met uitzondering van goederen die
nucleair relevant zijn of goederen die een bijdrage kunnen leveren aan de
ontwikkeling en verspreiding van ballistische raketten.
Van kracht blijvende sancties
 Een nieuwe VNVR-resolutie zal alle voorgaande VNVR-resoluties tegen Iran
ongedaan maken en bepalingen m.b.t. gevoelige technologie- en activiteiten –
opnieuw instellen.
 De EU-mensenrechtensancties jegens Iran blijven in stand.
 Ook blijven de beperkingen op het gebied van conventionele wapens
(wapenembargo) van kracht.
 Beperkingen op de uitvoer van goederen en technologie die kunnen bijdragen aan
het ballistisch raketprogramma van Iran blijven voorlopig van kracht.
 De VN zal een speciaal inkoopkanaal instellen voor de levering van nucleair
relevante ‘dual use’ goederen.
 Amerikaanse sancties over terrorisme, mensenrechten en ballistische raketten
zullen onaangetast blijven.
 De VS hebben additionele sancties tegen het ballistisch raketprogramma van Iran
afgekondigd.
5
Toekomstige opschorting
 Transition Day (18 oktober 2023) zal 8 jaar na Adoption Day plaatsvinden.
o Op Transition Day zullen de VNVR beperkingen t.o.v. conventionele wapens
en ballistische rakketten worden opgeschort
o Op Transition Day (of eerder indien het IAEA heeft kunnen concluderen dat
het nucleaire programma van Iran volledig vreedzaam is) zullen (vrijwel)
alle resterende EU- en VS-sancties (waaronder bepaalde dual-use
goederen, wapenembargo en onderwijsregeling) definitief worden
opgeheven. De resterende personen/entiteiten op de sanctielijst zullen
worden geschrapt.
 Termination Day (18 oktober 2025) zal 10 jaar na Adoption Day plaatsvinden.
o Op Termination Day zal de VNVR de speciale restricties betreffende de
overdracht van proliferatiegevoelige goederen opheffen en de EU zal de
laatste sancties opheffen.
 Als Iran het akkoord niet uitvoert zoals afgesproken zullen sancties automatisch
weer worden ingesteld (‘snap-back’).
Meer informatie:
Meer informatie over het nucleair akkoord met Iran en de gevolgen voor de sancties kunt
u vinden op onderstaande website:
http://eeas.europa.eu/iran/index_en.htm
In dit Handboek vindt u informatie over de aard van de maatregelen, aanwijzingen voor
bedrijven, en relevante verwijzingen. Dit Handboek is bedoeld voor Nederlandse
personen en bedrijven, ook als zij transacties buiten Nederland verrichten, en andere
personen en bedrijven die geheel of gedeeltelijke zakelijke transacties verrichten in
Nederland.
Dit Handboek is – hoewel met zorg tot stand gekomen – geen wetgeving en is niet
noodzakelijkerwijs volledig, en verwijst daarom vaak naar artikelen van de Iran
verordening. Voor de uitgebreide en complete tekst verwijzen we naar de Iran
verordening zelf.
De Iran verordening is van toepassing op het grondgebied van de Europese Unie, met
inbegrip van haar luchtruim, aan boord van vlieg- of vaartuigen die onder de
rechtsmacht van een lidstaat vallen, op alle zich op of buiten het grondgebied van de
Unie bevindende natuurlijke personen die onderdaan van een lidstaat zijn, op alle
volgens het recht van een lidstaat erkende of opgerichte rechtspersonen, entiteiten of
lichamen, en op alle rechtspersonen, entiteiten of lichamen ten aanzien van alle geheel of
gedeeltelijk binnen de Unie verrichte zakelijke transacties.
Als u dit Handboek Iran raadpleegt, let dan goed op de datum van de versie die u leest.
Het Ministerie van Buitenlandse Zaken probeert dit document zo duidelijk en actueel
mogelijk te maken. De laatste versie zal altijd te vinden zijn op de website
http://www.rijksoverheid.nl/sancties.
Als u na het doornemen van het Handboek nog aanvullende vragen heeft, kunt u contact
opnemen met de Centrale Dienst voor In- en Uitvoer (CDIU). De contactgegevens van
CDIU en andere relevante instanties vindt u achterin dit Handboek.
Tot slot verwijzen we u graag naar de centrale website voor exportcontrole van
strategische goederen, waar u naast het Handboek Strategische Goederen en Diensten,
ook de verwijzingen naar alle relevante wetgeving kunt vinden:
www.rijksoverheid.nl/exportcontrole.
6
Hoofdstuk 1 – Definities en afkortingen
Alle relevante definities zijn opgesomd in artikel 1 van de Iran verordening, die te vinden
is in bijlage 2 bij dit Handboek Iran.
Voor dit handboek zijn de belangrijkste definities:
 Diensten als tussenhandelaar:
i) het onderhandelen over of regelen van transacties met het oog op de
aankoop, verkoop of levering van producten voor tweeërlei gebruik door een
derde land van/aan een ander derde land, of
ii) het verkopen of aankopen van goederen en technologie in derde landen met
het oog op de overbrenging ervan naar een ander derde land;
 Dual-use goederen: (ook wel producten voor tweeërlei gebruik genoemd)
producten, met inbegrip van programmatuur en technologie, die zowel een civiele
als een militaire bestemming kunnen hebben, met inbegrip van alle goederen die
voor niet-explosieve doeleinden gebruikt kunnen worden en op enige manier
bijdragen in de vervaardiging van nucleaire wapens of andere nucleaire
explosiemiddelen.
 Economische middelen: activa van enigerlei aard, materieel of immaterieel,
roerend of onroerend, die geen tegoeden vormen, maar kunnen worden gebruikt
om tegoeden, goederen of diensten te verkrijgen;
 Gezamenlijke Commissie / Procurement Working Group (PWG): commissie
bestaande uit vertegenwoordigers van ondertekenaars van het Nucleaire Akkoord,
opgericht om toe te zien op uitvoering van het akkoord en het actieplan. De PWG
beoordeelt aanvragen voor uitvoer van nucleaire goederen naar Iran.
 Goederen: Goederen, artikelen, materieel, uitrusting, apparatuur, technologieën,
programmatuur, software.
 Iraanse persoon, entiteit of lichaam:
i) de staat Iran en elke overheidsinstantie van Iran;
ii) een natuurlijke persoon die in Iran verblijft of woont;
iii) een rechtspersoon, entiteit of lichaam met officiële zetel in Iran;
iv) een rechtspersoon, entiteit of lichaam, in of buiten Iran, die of dat direct of
indirect in bezit is van of onder zeggenschap staat van een of meer van de
bovengenoemde personen of lichamen.
 Technische bijstand: alle technische bijstand in verband met reparaties,
ontwikkeling, vervaardiging, assemblage, testen, onderhoud of enige andere
technische dienstverlening; technische bijstand kan worden verleend in de vorm
van instructies, advies, opleiding, overdracht van praktische kennis of
vaardigheden of adviesdiensten; met inbegrip van mondelinge vormen van
bijstand.
 Tussenhandeldiensten:
i) het onderhandelen over of regelen van transacties met het oog op de
verwerving, verkoop of levering van goederen en technologie, of van financiële
en technische diensten, ook van een derde land aan een ander derde land, of
ii) het verkopen of aankopen van goederen en technologie, of van financiële en
technische diensten, ook als zij zich in derde landen bevinden, met het oog op
de overbrenging ervan naar een ander derde land;
Verder zullen in dit Handboek de volgende afkortingen of verwijzingen worden gebruikt:
 Het Iran raadsbesluit: Raadsbesluit 2012/35/GBVB, van 23 januari 2012
(inclusief de wijzigingsbesluiten van latere datum).
 De Iran verordening: EU verordening 267/2012 van de Raad, van 23 maart
2012, betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran en tot intrekking
van Verordening (EG) nr. 961/2010 (inclusief de wijzigingsverordeningen van
latere datum).
 De verordening tot wijziging van de Iran verordening: EU verordening
2015/1861 van de Raad, van 18 oktober 2015, inzake wijziging van Verordening
(EU) nr. 267/2012 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran
 De Iran mensenrechtenverordening: EU verordening 359/2011 van de Raad,
van 12 april 2011, betreffende beperkende maatregelen tegen bepaalde personen,
7






entiteiten, en lichamen in verband met de situatie in Iran (inclusief de
wijzigingsverordeningen van latere datum).
De Dual-use verordening: Verordening (EG) No. 428/2009 van 5 mei 2009
(inclusief de wijzigingsverordeningen van latere datum), te vinden via
www.rijksoverheid.nl/exportcontrole.
Artikel XX: De in dit Handboek Iran genoemde artikelen en bijlagen refereren
naar de Iran verordening tenzij anders vermeld.
Bijlage XX: De in dit Handboek Iran genoemde bijlagen refereren naar bijlagen
van de Iran verordening tenzij anders vermeld.
CDIU: Centrale Dienst voor In- en Uitvoer in Groningen.
Eindgebruikerverklaring/ End User Statement (EUS): Een
eindgebruikerverklaring is een document waarin wordt verklaard dat de
desbetreffende goederen (type en hoeveelheid vermelden) in het land van
bestemming zullen worden ingevoerd voor eigen gebruik of voor gebruik door
aldaar gevestigde afnemer(s) (naam en adres opgeven). Daarbij dient te worden
vermeld voor welk gebruik de goederen bestemd zijn. Een voorbeeld van een
eindgebruikerverklaring vindt u op de website:
www.rijksoverheid.nl/exportcontrole.
Min BZ: Ministerie van Buitenlandse Zaken.
8
Hoofdstuk 2 –
Opsomming huidige sancties
 Beperkingen voor (in)directe verkoop, levering, overdracht aan of uitvoer
naar Iran van in de bijlagen genoemde goederen en technologieën:
 Bijlage I, vergunning vereist volgens art.2bis.1(a) en toestemming van VNVR
vereist volgens art.2bis.3
 Bijlage II, vergunning vereist volgens art.3bis.1(a), informeren van andere EU
lidstaten, de Europese Commissie en de Gezamenlijke Commissie over
voorgenomen besluit op toewijzen vergunning verplicht volgens art.3bis.7
 Bijlage III, verbod volgens art.4.bis.1
 EU-lijst van militaire goederen, verbod volgens art.5.(a)
 Bijlage VII bis, vergunning vereist volgens art.10quinquies.1(a), informeren van
andere EU lidstaten en de Commissie over voorgenomen besluit op toewijzen
vergunning verplicht volgens art.10.quinquies.3
 Bijlage VII, vergunning vereist volgens art.15.bis.1(a), informeren van andere EU
lidstaten en de Commissie over voorgenomen besluit tot toewijzen vergunning
verplicht volgens art.15.bis.3
 Beperkingen voor de aanschaf, de invoer of het vervoer uit Iran van de in de
bijlagen genoemde goederen en technologie:
 Bijlage I, vergunning vereist volgens art.2bis.1(e) en goedkeuring Commissie
vereist volgens art.2bis.5
 Bijlage II, vergunning vereist volgens art.3bis.1(e), informeren van andere EU
lidstaten, de Europese Commissie en de Gezamenlijke Commissie (PWG) over
voorgenomen besluit tot toewijzen vergunning verplicht volgens art.3bis.7
 Bijlage III, verbod volgens art.4.quater.
 Beperkingen voor technische assistentie en/of tussenhandel voor de in de
bijlagen genoemde goederen en technologie:
 Bijlage I, vergunning vereist volgens art.2bis.1(b) en toestemming van VNVR
vereist volgens art.2bis.3
 Bijlage II, vergunning vereist volgens art.3bis.1(b), informeren van andere EU
lidstaten, de Commissie en de Gezamenlijke Commissie over voorgenomen besluit
tot toewijzen vergunning verplicht volgens art.3bis.7
 Bijlage III, verbod volgens art.4ter(a)
 EU-lijst van militaire goederen, verbod volgens art.5(a)
 Bijlage VII bis, vergunning vereist volgens art.10quinquies.1(b), informeren van
andere EU lidstaten en de Commissie over voorgenomen besluit op toewijzen
vergunning verplicht volgens art.10.quinquies.3
 Bijlage VII, vergunning vereist volgens art.15.bis.1(b), informeren van andere EU
lidstaten en de Commissie over voorgenomen besluit tot toewijzen vergunning
verplicht volgens art.15.bis.3
 Beperkingen voor financiering en financiële bijstand (met inbegrip van
subsidies, leningen en exportkredietverzekering voor de in de bijlagen
genoemde goederen en technologie):
 Bijlage I, vergunning vereist volgens art.2bis.1(c) en toestemming van VNVR
vereist volgens art.2bis.3
 Bijlage II, vergunning vereist volgens art.3bis.1(c), informeren van andere EU
lidstaten en de Commissie over voorgenomen besluit tot toewijzen vergunning
verplicht volgens art.3bis.7
 Bijlage III, verbod volgens art.4ter(b)
 EU-lijst van militaire goederen, verbod volgens art.5(b)
9
 Bijlage VII bis, vergunning vereist volgens art.10quinquies.1(c), informeren van
andere EU lidstaten en de Commissie over voorgenomen besluit op toewijzen
vergunning verplicht volgens art.10.quinquies.3
 Bijlage VII, vergunning vereist volgens art.15.bis.1(c), informeren van andere EU
lidstaten en de Commissie over voorgenomen besluit tot toewijzen vergunning
verplicht volgens art.15.bis.3
 VERVALLEN - Beperkingen voor financiële leningen, kredieten, verwerven of
vergroten deelneming, oprichten joint venture met Iraanse persoon of
entiteit, die betrokken is in sectoren:
Sectorale EU sancties ten aanzien van olie, gas, petrochomie zijn opgeschort.
 VERVALLEN - Beperkingen voor samenwerking met Iraanse personen en
entiteiten:
Sectorale EU sancties ten aanzien van het transport van aardgas zijn opgeschort.
 Beperkingen ter beschikking stellen tegoeden en economische middelen aan
personen en entiteiten vermeld in de bijlagen:




Bijlage
Bijlage
Bijlage
Bijlage
VIII, verbod volgens art.23.1
IX verbod volgens art.23.2
XIII, verbod volgens art.23bis.3
XIV verbod volgens art.23.bis.3
Bijlage VIII omvat een lijst van personen en entiteiten die de VN-Veiligheidsraad of het
Sanctiecomité hebben aangewezen in Resolutie 1737 (2006), Resolutie 1803 (2008) of
Resolutie 1929 (2010) vanwege betrokkenheid bij Iraanse proliferatiegevoelige nucleaire
activiteiten of de ontwikkeling van systemen voor de overbrenging van kernwapens.
Bijlage XIII omvat een lijst van personen en entiteiten die de VN-Veiligheidsraad om
dezelfde redenen heeft genoemd in Bijlage B bij VNVR-Resolutie 2231 (2015). Alle
tegoeden en economische middelen van personen en entiteiten op deze lijsten zijn
bevroren.
Bijlagen IX en XIV bevatten lijsten van personen en entiteiten van wie de Raad bij Besluit
413/2010 heeft vastgesteld dat zij betrokken zijn bij Iraanse proliferatiegevoelige
nucleaire activiteiten of de ontwikkeling van systemen voor de overbrenging van
kernwapens. Alle tegoeden en economische middelen van deze personen en entiteiten
zijn bevroren.
Zie artikelen 24-29 voor mogelijkheden en voorwaarden om bepaalde bevroren tegoeden
of economische middelen vrij te maken, dan wel ter beschikking te stellen.
 VERVALLEN - Beperkingen voor overdracht van tegoeden en financiële
diensten
Sectorale EU sancties ten aanzien van de financiële sector en de verzekeringssector zijn
opgeschort.
 VERVALLEN - Goedereninformatie verplicht vóór vertrek naar of aankomst
uit Iran
Het is niet langer verplicht om voorafgaande aan de uitvoer of invoer van alle goederen
van of naar Iran informatie te verstrekken of de goederen genoemd worden in de bijlage
van de Iran verordening, dan wel op de EU Gemeenschappelijke lijst van militaire
goederen.
10
 Beperkende maatregelen schepen en vliegtuigen
 Verbod op verlening bunkerdiensten, leveringsdiensten of andere diensten aan
schepen als het vermoeden bestaat dat deze schepen militaire goederen
vervoeren volgens art.37.1
 Verbod op verlening van technische en onderhoudsdiensten aan vrachtvliegtuigen
als het vermoeden bestaat dat deze vliegtuigen militaire goederen vervoeren
volgens art.37.2
NB militaire goederen die genoemd worden op de EU Gemeenschappelijke lijst van
militaire goederen
11
12
Hoofdstuk 3 –
Beperkingen voor uitvoer (export)
Dit hoofdstuk behandelt de maatregelen die te maken hebben exportbeperkingen.
3.1
Verbod uitvoer militaire goederen
Op Iran is een wapenembargo van kracht. Het is verboden de goederen op de
Gemeenschappelijke EU-lijst van militaire goederen direct of indirect te verkopen, te
leveren of over te dragen aan of te exporteren naar natuurlijke personen of
rechtspersonen, entiteiten of lichamen in Iran of bestemd voor gebruik in Iran. U vindt
een link naar de Gemeenschappelijke EU-lijst van militaire goederen in de bijlage 6 van
dit handboek.
Volgens de artikelen 5.1(a) 5.1(b) en 5.1(c) van de Iran verordening geldt ook een
verbod op het geven van technische of financiële bijstand bij en het leveren van
tussenhandeldiensten bij deze goederen. Tevens is het verboden om te investeren in
Iraanse entiteiten die betrokken zijn bij de productie van militaire goederen.
Daarbij is volgens de Iran verordening een investering:
 een financiële lening of krediet;
 het verwerven of uitbreiden van een deelname in een onderneming;
 het oprichten van joint-ventures.
3.2
Verbod uitvoer repressiemiddelen
Volgens artikel 1 bis(a) van EU-verordening 359/2011 (Iran mensenrechtenverordening)
is het verboden om goederen die gebruikt kunnen worden voor (politieke) interne
onderdrukking, direct of indirect, te verkopen, te leveren, over te dragen en uit te
voeren. Deze goederen staan in bijlage III bij Verordening 359/2011.
Volgens artikelen 1 bis(b) en 1 bis(c) van EU-verordening 359/2011 geldt ook een
verbod op het geven van technische of financiële bijstand bij en het leveren van
tussenhandeldiensten bij deze goederen.
Hier bestaat geen ontheffingsmogelijkheid voor.
3.3
Verbod uitvoer telecommunicatie- en internettechnologie
Volgens artikel 1 ter van EU-verordening 359/2011 is het verboden om goederen en
technologie die gebruikt kunnen worden voor toezicht op of interceptie van
internetcommunicatie of telefoongesprekken, direct of indirect, te verkopen, te leveren,
over te dragen en uit te voeren. Deze goederen en technologie staan in bijlage IV bij
Verordening 359/2011.
Volgens artikel 1 quater van EU-verordening 359/2011 geldt ook een verbod op de
tussenhandel en de technische of financiële bijstand bij deze goederen.
Hier bestaat geen ontheffingsmogelijkheid voor.
3.4
Verbod uitvoer rakettechnologie
Het is volgens artikel 4 bis verboden de goederen genoemd in bijlage III, direct of
indirect te verkopen, te leveren of over te dragen aan of te exporteren naar natuurlijke
personen of rechtspersonen, entiteiten of lichamen in Iran of bestemd voor gebruik in
Iran. Ook het verlenen van technische bijstand, financiële bijstand of
tussenhandeldiensten bij deze goederen is verboden.
Bijlage III bevat een lijst van goederen en technologieën die zouden kunnen bijdragen
tot de ontwikkeling van systemen voor de overbrenging van kernwapens en zijn daarom
opgenomen in de lijst van het Missile Technology Controle Regime (MTCR).
Hier bestaat geen ontheffingsmogelijkheid voor.
13
Als u wilt weten of uw goederen onder bijlage III van de Iran verordening vallen, en dus
verboden zijn, vragen wij u eerst zelf de bijlagen door te nemen. Deze is te vinden in
bijlage 2 van dit handboek.
Het is de verantwoordelijkheid van de exporteur om de bijlagen van de verschillende
verordeningen zelf door te nemen om te achterhalen of de goederen in de bijlagen III
worden genoemd en derhalve onder deze bepalingen vallen. Mocht u daarna nog
twijfelen, dan kunt u een indelingsverzoek indienen bij de CDIU, zie hiervoor hoofdstuk
3.12.
3.5
Vergunningsplicht uitvoer nucleaire (dual-use) goederen
Sinds Implementation Day is de uitvoer van nucleaire goederen en technologie naar Iran
toegestaan onder strikt toezicht.
Bijlage I goederen
Volgens artikel 2bis is een voorafgaande vergunning vereist voor het direct of indirect
verkopen, leveren of over dragen aan of exporteren van goederen en technologie
genoemd in bijlage I, naar natuurlijke personen of rechtspersonen, entiteiten of lichamen
in Iran of bestemd voor gebruik in Iran. Ook het verlenen van technische bijstand,
financiële bijstand of tussenhandeldiensten bij deze goederen is vergunningsplichtig.
Bijlage I bevat een lijst met goederen, technologie en software die direct nucleair
relevant zijn en gecontroleerd zijn binnen het regime van de Nuclear Suppliers Group
(NSG).
NB de VN-veiligheidsraad moet per geval goedkeuring verlenen, met uitzondering van
activiteiten genoemd in art. 2 quinquies.
Exporteurs kunnen via de gebruikelijke procedure een aanvraag indienen bij de CDIU (zie
hoofdstuk 3.12). Na behandeling door de Nederlandse autoriteiten wordt uw aanvraag
doorgestuurd naar de Procurement Working Group die haar advies uitbrengt aan de VNVeiligheidsraad. Een exportvergunning wordt alleen afgegeven als de VN-veiligheidsraad
haar toestemming heeft verleend.
Let op: De totale beslistermijn van de PWG en de VNVR bedraagt maximaal 45 dagen.
Exporteurs dienen rekening te houden met een langere doorlooptijd.
Bijlage II goederen
Volgens artikel 3bis is een voorafgaande vergunning vereist voor het direct of indirect
verkopen, leveren of over dragen aan of exporteren van goederen en technologie
genoemd in bijlage II, naar natuurlijke personen of rechtspersonen, entiteiten of
lichamen in Iran of bestemd voor gebruik in Iran. Ook het verlenen van technische
bijstand, financiële bijstand of tussenhandeldiensten bij deze goederen is
vergunningsplichtig. Uitzonderingen op de vergunningsplicht zijn benoemd in art 3 quater
en art 3 quinquies.
Bijlage II bevat een lijst met goederen en technologie die niet genoemd worden in bijlage
I of III maar toch kunnen bijdragen aan activiteiten die niet in overeenstemming zijn met
het Nucleaire Akkoord.
Als u wilt weten of uw goederen onder bijlage I of II van de Iran verordening vallen, en
dus vergunningsplichtig zijn, vragen wij u eerst zelf de bijlagen door te nemen. Deze zijn
te vinden in bijlage 2 van dit handboek.
Bijlagen I, II en III van de Iran verordening zijn onderverdeeld in tien categorieën:
-
Cat. 0 Nucleaire goederen
Cat. 1 Materialen, chemicaliën, “micro-organismen”, “toxines”
Cat. 2 Materiaalbewerking
14
-
Cat.
Cat.
Cat.
Cat.
Cat.
Cat.
Cat.
3
4
5
6
7
8
9
Elektronica
Computers
Telecommunicatie en “informatiebeveiliging" (uitgezonderd)
Sensoren en lasers
Navigatie en vliegtuigelektronica
Zeewezen en schepen
Ruimtevaart en voortstuwing
Het is de verantwoordelijkheid van de exporteur om de bijlagen van de verschillende
verordeningen zelf door te nemen om te achterhalen of de goederen in de bijlagen
genoemd en derhalve onder deze bepalingen vallen. Mocht u daarna nog twijfelen, dan
kunt u een indelingsverzoek indienen bij de CDIU, zie hiervoor hoofdstuk 3.12.
Doorvoer van goederen
Doorvoer van goederen op bijlage I of II valt onder het “indirect” beschikbaar stellen van
goederen. Als u betrokken bent bij de doorvoer van goederen die voorkomen in bijlage I
of II geldt het volgende:
 Als de goederen van buiten de EU worden doorgevoerd door Nederland met
eindbestemming Iran, dan moet u een vergunning hebben voordat u mag
doorvoeren.
 Als de goederen vanuit een ander EU land komen en door Nederland worden
gevoerd met eindbestemming Iran, dan moet er een vergunning van het land
waar de exporteur is gevestigd bij zitten. Als dit niet zo is moet u zelf een
vergunning aanvragen in Nederland voor de doorvoer van de goederen.
3.6
Vergunningplicht uitvoer dual-use goederen
De Dual-use verordening (EU 428/2009, art 3) stelt dat een vergunning vereist is voor de
uitvoer van goederen en technologie voor tweeërlei gebruik (dual-use goederen)
genoemd in Bijlage I van EU 428/2009. Ook het verlenen van technische bijstand
(overdracht van kennis), financiële bijstand of tussenhandeldiensten bij deze goederen is
vergunningsplichtig. Dit geldt voor alle bestemmingen buiten de EU en is dus ook van
toepassing op uitvoer naar Iran.
Het is de verantwoordelijkheid van de exporteur om de bijlagen van de verschillende
Verordeningen zelf door te nemen om te achterhalen of de goederen in de bijlagen
worden genoemd en derhalve onder deze bepalingen vallen. Mocht u daarna nog
twijfelen, dan kunt u een indelingsverzoek indienen bij de CDIU, zie hiervoor hoofdstuk
3.12.
U kunt een vergunningaanvraag indienen bij de CDIU, zie hiervoor hoofdstuk 3.12.
3.7
VERVALLEN - Verbod uitvoer goederen voor aardolie, aardgas en
petrochemie
Sectorale EU sancties ten aanzien van olie, gas en petrochemie zijn opgeschort.
3.8
VERVALLEN- Verbod uitvoer edelmetalen en diamanten
Sectorale EU sancties ten aanzien van edelmetalen en diamanten zijn opgeschort.
3.9
VERVALLEN- Verbod uitvoer goederen voor de bouw, het onderhoud of
ombouw van schepen
Sectorale EU sancties ten aanzien van de bouw, het onderhoud of ombouw van schepen
zijn opgeschort.
3.10 Verbod uitvoer van software voor integratie industriële processen
Volgens artikel 10 quinquies is een voorafgaande vergunning vereist voor het direct of
indirect verkopen, leveren of over dragen aan of exporteren van software voor integratie
industriële processen genoemd in bijlage VII bis, naar natuurlijke personen of
15
rechtspersonen, entiteiten of lichamen in Iran of bestemd voor gebruik in Iran. Ook het
verlenen van technische bijstand, financiële bijstand of tussenhandeldiensten bij deze
goederen is vergunningsplichtig.
Bijlage VII bis omvat een omschrijving van programmatuur voor Enterprise Resource
Planning, specifiek ontworpen voor gebruik in nucleaire en militaire industrieën.
3.11 Vergunningsplicht uitvoer grafiet en bewerkte en onbewerkte metalen
Het is volgens artikel 15bis.1 verboden om grafiet en bewerkte en onbewerkte metalen
genoemd in bijlage VII ter, direct of indirect te verkopen, te leveren of over te dragen
aan of te exporteren aan Iraanse personen, entiteiten of lichamen of bestemd voor
gebruik in Iran.
Bijlage VII ter omvat een lijst van grafiet en bewerkte en onbewerkte metalen.
Volgens artikel 15 bis is een voorafgaande vergunning vereist voor het direct of indirect
verkopen, leveren of over dragen aan of exporteren van grafiet en metalen (ruw of
halffabriecaat) genoemd in bijlage VII, naar natuurlijke personen of rechtspersonen,
entiteiten of lichamen in Iran of bestemd voor gebruik in Iran. Ook het verlenen van
technische bijstand, financiële bijstand of tussenhandeldiensten bij deze goederen is
vergunningsplichtig.
Bijlage VII bevat een lijst van grafiet en bewerkte en onbewerkte metalen.
3.12 Een aanvraag of melding bij de CDIU indienen
In deze paragraaf staat beschreven wat u moet doen voordat u aan Iran goederen kunt
leveren of diensten kunt verlenen of ontvangen. Daarnaast is het ook noodzakelijk na te
gaan of u voor uw transactie nog rekening moet houden met de financiële maatregelen
(zie hoofdstuk 6) en of u mag leveren aan uw klant (zie hoofdstuk 8).
Allereerst dient u zelf vast te stellen of uw goederen onder de bijlagen I, II of III van de
Iran verordening vallen, of onder bijlagen III of IV van de Iran
mensenrechtenverordening vallen. De relevante verordeningen zijn te vinden in bijlagen
2 en 5 van dit handboek. In de hierboven beschreven paragrafen staat in meer detail
welke regels precies gelden voor de verschillende bijlagen.
3.12.1 Indelingsverzoek
Als u zich toch nog afvraagt of uw goederen onder de bijlagen vallen, dan kunt u een
indelingsverzoek indienen bij de CDIU. U kunt het indelingsverzoekformulier vinden op de
website van de CDIU of via deze link indelingsverzoekformulier.
Alleen aan de hand van het geëigende formulier zal de CDIU een indelingsverzoek
behandelen. Gezien de vele aanvragen zullen andere vormen van verzoeken niet in
behandeling worden genomen.
Als u van oordeel bent dat uw goederen niet vallen onder in paragraaf 3.8 genoemde
bijlagen kan het zijn dat uw toeleverancier of bank toch een officiële verklaring wil
ontvangen waarin dit wordt bevestigd. U kunt dan ook een indelingsverzoek indienen bij
de CDIU middels het geëigende formulier. Als de goederen inderdaad niet onder de
bijlagen vallen, ontvangt u een verklaring dat de goederen niet vergunningplichtig zijn.
3.12.2 Vergunningaanvraag of sondage
Als uw goederen vallen onder Bijlage I of II kunt u een sondage of vergunning aanvragen
bij de CDIU. Dit kan allemaal met hetzelfde formulier. U kunt het formulier vinden op de
website van de CDIU of via deze link vergunningaanvraagformulier.
Proefaanvraag (sondage)
Indien u als exporteur (alvorens commerciële verplichtingen aan te gaan) een indicatie
wilt hebben of u een dergelijke vergunning of ontheffing zult krijgen, kunt u alvast
‘sonderen’. Het antwoord op een sondage is een indicatie van de Nederlandse
16
exportcontrole autoriteiten of onder de huidige omstandigheden een aanvraag voor een
vergunning of ontheffing van de in de sondage opgegeven goederen aan de opgegeven
eindgebruiker positief of negatief zou worden beoordeeld. Het kan soms kostbaar of
tijdrovend zijn om een contract af te sluiten, en het zou jammer zijn als na uw
inspanningen de vergunning of ontheffing geweigerd wordt. Uiteraard wordt het
uiteindelijke vergunningaanvraag of ontheffingsverzoek beoordeeld op het moment van
de aanvraag en blijft de sondage slechts een momentopname.
Meerdere transacties onder één contract
Een contract kan bestaan uit meerdere leveringen. Als alle leveringen om dezelfde
goederen gaan en naar dezelfde eindgebruiker, dan kunt u de te leveren goederen
optellen en hier een vergunning of ontheffing voor aanvragen. Als het gaat om
verschillende goederen of eindgebruikers, dan is wel voor elke goederentransactie een
aparte autorisatie nodig.
Internationale aspecten
Ontheffingen, vergunningen, sondages en indelingsverzoeken moeten worden
aangevraagd bij de bevoegde autoriteiten van de lidstaat waar de exporteur is gevestigd,
ongeacht of de goederen, al dan niet van oorsprong uit de Unie, zich in een ander land
bevinden.
De documenten zijn in de gehele Unie geldig.
De Iran verordening is van toepassing:
1. op het grondgebied van de Unie, met inbegrip van haar luchtruim;
2. aan boord van vliegtuigen of vaartuigen die onder de rechtsbevoegdheid van een
lidstaat vallen;
3. op alle zich op of buiten het grondgebied van de Unie bevindende natuurlijke
personen die onderdaan van een lidstaat zijn;
4. op alle volgens het recht van een lidstaat erkende of opgerichte rechtspersonen,
entiteiten of lichamen;
5. op alle rechtspersonen, entiteiten of lichamen ten aanzien van alle geheel of
gedeeltelijk binnen de Unie verrichte zakelijke transacties.
Een dochterbedrijf gevestigd buiten de EU, opgericht volgens het recht van een land dat
geen lid is van de EU, is niet gehouden aan de maatregelen in de Iran verordening,
behalve als de activiteiten in de EU worden verricht. Houdt er wel rekening mee dat als
blijkt dat een dochterbedrijf met Iran zaken doet onder specifieke instructie van het
moederbedrijf dat wel in de Unie is gevestigd, het moederbedrijf zelf wel de Iran sancties
kan overtreden.
EU-paspoorthouders zijn gebonden aan de maatregelen in de Iran verordening, zelfs als
zij zich niet op het grondgebied van de EU bevinden. Nederlandse medewerkers van uw
(dochter)bedrijf in het buitenland kunnen dus ook worden gehouden aan de in Nederland
geldende sanctiemaatregelen.
Onder het Nederlandse strafrecht kunnen strafbare feiten worden gepleegd door
natuurlijke personen en rechtspersonen. Wie uiteindelijk verantwoordelijk zal worden
gehouden voor een strafbaar feit zal afhangen van de verdeling van bevoegdheid,
besluitvorming, beheer, en controles binnen een bedrijf.
3.12.3 Wat kunt u verwachten?
De CDIU heeft het druk nu de sancties op Iran voor een deel zijn opgeschort. De dienst
heeft daarnaast meer taken op het terrein van vergunningverlening voor strategische
goederen naar andere landen dan Iran. Hoewel de capaciteit is uitgebreid, is het mogelijk
dat aanvragen langer dan verwacht in behandeling zijn bij de CDIU.
De CDIU en het ministerie streven ernaar binnen 8 weken een reactie te kunnen geven
op een vergunningaanvraag. Aanvragen die simpel zijn, zoals aanvragen voor een
verklaring van niet-vergunningplichtig voor goederen die duidelijk niet vergunningplichtig
17
zijn, zullen sneller kunnen worden beantwoord. De behandeling van aanvragen waar
onduidelijkheid over is of een eindgebruiker ze wel mag ontvangen of van aanvragen
waarbij niet snel duidelijk is of de goederen verboden of vergunningplichtig zijn, kan wat
langer duren. Ook als andere lidstaten een vergelijkbare vergunningaanvraag of
ontheffingsverzoek eerder hebben afgewezen, zal een verzoek zeker wat langer duren
omdat Nederland eerst contact moet opnemen met dat andere land. De ingestelde
procedure om vergunningaanvragen na behandeling bij de CDIU en het ministerie voor te
leggen aan de VN-veiligheidsraad vraagt om een langere behandeltermijn. De totale
beslistermijn van VNVR bedraagt maximaal 45 dagen. Wij verzoeken bedrijven hier
rekening mee te houden bij het indienen van hun aanvraag.
N.B. Om te voorkomen dat aanvragen lang in behandeling zijn, is het zeer belangrijk dat
de informatie die u inlevert duidelijk, compleet en leesbaar is.
Wij benadrukken uw eigen verantwoordelijkheid in de omgang met de
sanctieregelgeving. Controleer de goederen- en entiteitenlijsten en overige maatregelen
grondig alvorens over te gaan tot uitvoer naar Iran. Leg uw vragen slechts voor aan de
CDIU indien u hier zelf niet uitkomt.
Voor meer informatie over hoe vergunning- en ontheffingsaanvragen worden behandeld,
zie het Handboek Strategische Goederen en Diensten, hoofdstuk 5. Het Handboek
Strategische Goederen en Diensten staat op de website:
www.rijksoverheid.nl/exportcontrole.
3.13 Goederen niet op de bijlagen, wel zorgen
Er is niet alleen controle op de uitvoer van goederen die in de bijlagen voorkomen. Ook
kan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking – indien
daartoe aanleiding bestaat – voor de uitvoer van andere goederen een ad hoc
vergunningplicht opleggen door middel van een catch-all-beschikking.
De autoriteiten kunnen gebruik maken van deze bevoegdheid uit artikel 4 van de Dualuse verordening (bijlage 1) om een catch-all op te leggen op (in principe) niet
vergunningplichtige goederen indien:
 er aanwijzingen bestaan dat de betrokken goederen bestemd zijn of kunnen zijn
voor projecten van massavernietigingswapens of overbrengingsmiddelen daarvoor
(zie artikel 4.1, van de Dual-use verordening);
 deze goederen gebruikt kunnen worden voor “militair eindgebruik” in Iran (zie
artikel 4.2, van de Dual-use verordening);
 de betrokken goederen bestemd zijn of kunnen zijn om gebruikt te worden als
onderdelen van militaire goederen die op de EU-lijst van militaire goederen lijst
voorkomen en die ten onrechte zonder vergunning zijn uitgevoerd (zie artikel 4,
derde lid, van de Dual-use verordening). In een dergelijk geval wordt de
exporteur hiervan mededeling gedaan.
Als de exporteur er kennis van draagt dat de betrokken, in principe nietvergunningplichtige, goederen die hij wenst uit te voeren geheel of ten dele bestemd zijn
voor een van de in bovengenoemde doeleinden, dient hij dit mede te delen aan het
Ministerie van Buitenlandse Zaken. Het ministerie besluit of het nodig is dat voor de
betrokken uitvoer een vergunning wordt vereist. Aangezien het opleggen van een catchall-beschikking inbreuk kan maken op de rechtszekerheid, gaat de overheid zorgvuldig en
terughoudend om met de bevoegdheid om in individuele gevallen een vergunningplicht
op te leggen.
Verder kan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking bij
ministeriële regeling om redenen van openbare veiligheid of uit
mensenrechtenoverwegingen een verbod instellen op, of een vergunning verplicht stellen
voor de uitvoer van goederen die niet op de lijst van bijlage I van de Dual-use
verordening voorkomen.
18
Hoofdstuk 4 –
Beperkingen voor invoer (import)
Dit hoofdstuk behandelt de maatregelen die te maken hebben met importbeperkingen.
4.1
VERVALLEN - Verbod invoer dual-use goederen
Verbod is opgeschort.
4.2
VERVALLEN Verbod invoer aardolie, aardolieproducten en aardgas
Verbod invoer aardolie en aardolieproducten
Sectorale EU sancties ten aanzien van olie, gas en petrochemie zijn opgeschort.
4.3
VERVALLEN - Verbod invoer petrochemische producten
Sectorale EU sancties ten aanzien van de invoer van olie, gas en petrochemie zijn
opgeschort.
4.4
VERVALLEN - Verbod invoer edelmetalen en diamanten
Sectorale EU sancties ten aanzien van de invoer van edelmetalen en diamanten zijn
opgeschort.
19
20
Hoofdstuk 5 –
Beperkingen voor investeringen
Dit hoofdstuk behandelt de maatregelen die te maken hebben investeringsbeperkingen.
5.1
VERVALLEN - Verbod investeringen dual-use producerende bedrijven
Verbod is geschrapt.
5.2
Vergunningplicht investeringen dual-use producerende bedrijven
Volgens de Iran verordening is een investering:
 een financiële lening of krediet;
 het verwerven of uitbreiden van een deelname in een onderneming;
 het oprichten van een joint-venture.
Artikel 2 bis legt een vergunningplicht op voor het investeren in Iraanse ondernemingen
die betrokken zijn bij de vervaardiging van goederen of technologie genoemd in bijlage I.
Daarnaast is goedkeuring van de VN-Veiligheidsraad vereist.
Artikel 3 bis legt een vergunningplicht op voor het investeren in Iraanse ondernemingen
die betrokken zijn bij de vervaardiging van goederen of technologie genoemd in bijlage
II.
Volgens artikel 3 bis, lid 4 wordt geen vergunning verleend, indien er redelijke gronden
zijn om aan te nemen dat de investering zou bijdragen aan:
 activiteiten van Iran met betrekking tot verrijking of opwerking of met betrekking
tot zwaar water;
 de ontwikkeling door Iran van overbrengingssystemen voor nucleaire wapens;
 de uitoefening door Iran van activiteiten in verband met andere punten die niet in
overeenstemming zijn met het Nucleaire Akkoord.
De Dual-use verordening (EU 428/2009, art 3) stelt dat een vergunning vereist is voor de
uitvoer van goederen en technologie voor tweeërlei gebruik (dual-use goederen)
genoemd in Bijlage I van EU 428/2009. Ook het verlenen van technische bijstand
(overdracht van kennis), financiële bijstand of tussenhandeldiensten bij deze goederen is
vergunningsplichtig. Dit geldt voor alle bestemmingen buiten de EU en is dus ook van
toepassing op uitvoer naar Iran.
5.3
VERVALLEN - Verbod investeringen in olie- en gas- en petrochemie
Sectorale EU sancties ten aanzien van olie, gas en petrochemie zijn opgeschort.
21
22
Hoofdstuk 6 –
Beperkingen op geldovermakingen en financiële diensten
6.1
VERVALLEN - Financiële ontheffing of melding
De sectorale EU sancties ten aanzien van de financiële- en verzekeringssector zijn
opgeschort.
6.2
Aanvullende informatie
De meeste Iraanse banken zijn geschrapt van de sanctielijsten genoemd in artikelen 23
en 23 bis. Zoals toegelicht in hoofdstuk 8 geldt zodoende ten aanzien van de meeste
Iraanse banken niet langer het economisch isolement van het bevriezingsregime van die
artikelen (de verplichting tot het bevriezen van tegoeden en het verbod op het ter
beschikking stellen van tegoeden).
Dit betekent dat de meeste Iraanse banken weer kunnen worden aangesloten op het
SWIFT systeem voor internationaal betalingsverkeer. Op het moment van schrijven was
nog onzeker wanneer dit gerealiseerd zou kunnen zijn: het is een technisch complex
proces.
In de praktijk is rekening te houden met terughoudendheid en voorzichtigheid aan de
kant van Nederlandse banken: zij hanteren vaak een strikter beleid ten aanzien van Iran
dan de EU vereist. Daarbij is van belang dat banken op grond van internationale normen
gehouden zijn om ten aanzien van Iran verscherpte maatregelen te nemen tegen
witwassen en financiering van terrorisme. Houdt u hier rekening mee en bespreek vooraf
met uw bank wat de mogelijkheden zijn. In de praktijk blijken deze mogelijkheden
vooralsnog zeer gering te zijn. De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) en
het ministerie van Financiën beschikken niet over een overzicht van banken wel bereid
zijn transacties met Iran te faciliteren.
Verder zijn afgeleide financiële sancties nog van kracht: waar beperkingen gelden ten
aanzien van bepaalde activiteiten, gelden ook beperkingen ten aanzien van financiering
of financiële bijstand van die activiteiten. Zie hiervoor ook hoofdstuk 3 inzake
“Beperkingen voor uitvoer (export)”.
Ten slotte is van belang dat financiële transacties geraakt kunnen worden door
(resterende) Amerikaanse sancties. Zo zijn US dollar betalingen naar of van Iran nog
steeds verboden. Zie hierover ook hoofdstuk 9 inzake “Doorwerking Amerikaanse
sancties”.
23
24
Hoofdstuk 7 –
Beperkende maatregelen olietankers en scheepsindustrie
7.1
VERVALLEN - Verbod op het leveren van bepaalde diensten met
betrekking tot olietankers en vrachtschepen
Sectorale EU sancties ten aanzien van vervoer- en transportsector zijn opgeschort.
7.2
VERVALLEN - Verbod om schepen ter beschikking te stellen die
ontworpen zijn voor vervoer of opslag van olie en petrochemische
producten
Sectorale EU sancties ten aanzien van vervoer- en transportsector en de olie, gas en
petrochemie zijn opgeschort.
25
26
Hoofdstuk 8 –
8.1
Gesanctioneerde personen en bedrijven in Iran
Bedrijven en personen op bijlage VIII, IX, XIII of XIV
Bijlage VIII omvat een lijst van personen en entiteiten die de VN-Veiligheidsraad of het
Sanctiecomité hebben aangewezen in Resolutie 1737 (2006), Resolutie 1803 (2008) of
Resolutie 1929 (2010) vanwege betrokkenheid bij Iraanse proliferatiegevoelige nucleaire
activiteiten of de ontwikkeling van systemen voor de overbrenging van kernwapens.
Bijlage XIII omvat een lijst van personen en entiteiten die de VN-Veiligheidsraad om
dezelfde redenen heeft genoemd in Bijlage B bij VNVR-Resolutie 2231 (2015). Alle
tegoeden en economische middelen van personen en entiteiten op deze lijsten zijn
bevroren.
Bijlagen IX en XIV bevatten lijsten van personen en entiteiten van wie de Raad bij Besluit
413/2010 heeft vastgesteld dat zij betrokken zijn bij Iraanse proliferatiegevoelige
nucleaire activiteiten of de ontwikkeling van systemen voor de overbrenging van
kernwapens. Alle tegoeden en economische middelen van deze personen en entiteiten
zijn bevroren.
Artikelen 23 en 23 bis bepalen dat alle tegoeden en economische middelen worden
bevroren die toebehoren aan, eigendom zijn van, in het bezit zijn van of onder
zeggenschap staan van de personen, entiteiten en lichamen die in bijlage VIII, IX, XIII of
XIV zijn vermeld. Zie bijlage 2 van dit Handboek Iran. Ook is het verboden bewust en
opzettelijk deel te nemen aan activiteiten die ertoe strekken of tot gevolg hebben dat
deze maatregel wordt omzeild.
In het derde lid van beide artikelen is verder gesteld dat er geen tegoeden of
economische middelen direct of indirect ter beschikking mogen worden gesteld aan of ten
behoeve van de in die bijlagen genoemde natuurlijke personen, rechtspersonen,
entiteiten of lichamen. Ook is het verboden bewust en opzettelijk deel te nemen aan
activiteiten die ertoe strekken of tot gevolg hebben dat deze maatregel wordt omzeild.
De term “economische middelen” is breed gedefinieerd, en houdt in de praktijk in: alles
wat waarde heeft. Dit betekent dat u op basis van artikelen 23 en 23 bis niet mag
handelen met een entiteit die op de genoemde bijlagen staat. U kunt dus geen goederen,
diensten, tegoeden, etc. beschikbaar stellen aan zo’n entiteit. Ook kunt u geen goederen,
diensten, tegoeden, e.d. van zo’n entiteit ontvangen.
Artikel 38 stelt dat vorderingen in verband met contracten of andere transacties
waarvan, op grond van de maatregelen van de Iran verordening afbreuk is gedaan, niet
worden toegewezen indien deze zijn ingesteld door personen en entiteiten genoemd in
bijlagen VIII, IX, XIII en XIV.
8.2
Bedrijven en personen NIET op bijlage VIII, IX, XIII of XIV (indirect ter
beschikking stellen)
Ook het indirect ter beschikking stellen van tegoeden en economische middelen
(goederen) aan personen personen, rechtspersonen, entiteiten of lichamen vermeld op
bijlage VIII, IX, XIII of XIV is in beginsel verboden. Hiervoor geldt als volgt:
1. Het is verboden om indirect, bijvoorbeeld via een derde partij of derde land, tegoeden
of economische middelen aan of ten behoeve van een gesanctioneerde persoon of
entiteit te leveren.
2. Het aanbieden van tegoeden of economische middelen aan niet-gesanctioneerde
personen of entiteiten die eigendom zijn van of gecontroleerd worden door een
gesanctioneerde persoon of entiteit zal in beginsel worden beschouwd als het indirect
ter beschikking stellen aan die gesanctioneerde persoon of entiteit, tenzij op redelijke
wijze kan worden vastgesteld dat de betrokken tegoeden of economische middelen
niet zullen worden gebruikt door of ten goede komen aan die gesanctioneerde
persoon of entiteit. Deze vaststelling gebeurt op een case-by-case basis met behulp
27
van een op risico gebaseerde aanpak, waarbij rekening wordt gehouden met alle
relevante omstandigheden waaronder onderstaande criteria:
a) de datum van de aanvang en de aard van de contractuele banden tussen de
betrokken entiteiten (bijvoorbeeld verkoop-, inkoop-, of distributiecontracten);
b) de relevantie van de activiteiten van de niet-gesanctioneerde entiteit voor de
gesanctioneerde entiteit;
c) de kenmerken van de tegoeden of economische middelen die ter beschikking
worden gesteld, zoals het mogelijke praktische nut voor, en het gemak van
overdacht naar, de gesanctioneerde entiteit.
3. Wanneer een gesanctioneerde partij meer dan 50% van de aandelen heeft van een
niet-gesanctioneerde partij wordt zeggenschap door de gesanctioneerde partij
verondersteld en valt een transactie dus in beginsel onder het verbod. Ook wanneer
een gesanctioneerde partij op een andere manier zeggenschap (denk aan preferente
aandelen) of controle (denk aan recht om bestuurders te benoemen) heeft over een
niet-gesanctioneerde partij valt dit in beginsel onder het verbod.
4. Om het praktisch nut en overdraagbaarheid van economische middelen voor een
gesanctioneerde entiteit vast te stellen spelen onder andere de volgende criteria een
rol:
a) bruikbaarheid door gesanctioneerde partij;
b) overdraagbaarheid;
c) mogelijkheid om waarborgen te stellen dat economische middelen niet door
gesanctioneerde entiteit worden gebruikt.
5. Het ter beschikking stellen van tegoeden en economische middelen aan een nietgesanctioneerde entiteit wordt niet gezien als het indirect ter beschikking stellen aan
een gesanctioneerde entiteit wanneer dit tegoed of economisch middel enkel en
alleen wordt gebruikt door de niet-gesanctioneerde persoon of entiteit om winst te
generen die later eventueel voor een deel zou kunnen worden uitgekeerd aan een
gesanctioneerde aandeelhouder.
6. Een niet-gesanctioneerde entiteit wordt geacht eigendom te zijn van een
gesanctioneerde persoon of entiteit wanneer deze laatste een belang van meer dan
50% in de niet-gesanctioneerde entiteit heeft. Een niet-gesanctioneerde entiteit
wordt geacht gecontroleerd te worden door een gesanctioneerde persoon of entiteit
wanneer deze laatste beslissende zeggenschap heeft over die niet-gesanctioneerde
entiteit. Eigendom en controle gaan zodoende vaak samen, maar kunnen
onafhankelijk van elkaar bestaan.
7. Tegoeden zijn naar hun aard altijd van nut voor en overdraagbaar aan een
gesanctioneerde persoon of entiteit. Dat betekent dat in beginsel het ter beschikking
stellen van tegoeden aan een niet-gesanctioneerde persoon of entiteit die eigendom
is of gecontroleerd wordt door een gesanctioneerde persoon of entiteit verboden is.
Van bedrijven wordt verwacht dat zij weten wie hun klant is. Zo kunnen bedrijven
proberen te achterhalen of ze niet direct of indirect goederen ter beschikking stellen aan
deze personen, rechtspersonen, entiteiten of lichamen. Een leverantie aan een bedrijf in
Iran, bijvoorbeeld, dat niet is vermeld op bijlage VIII, IX, XIII of XIV kan toch niet zijn
toegestaan als uit enig onderzoek blijkt dat het moederbedrijf op bijlage VIII, IX, XIII of
XIV is genoemd. U kunt bijvoorbeeld zoeken naar eigendomsverhoudingen via internet
zoekpagina’s en in jaarrapporten.
28
8.3
Uitzonderingen en veranderingen lijsten
Onder bepaalde voorwaarden kunnen bevroren tegoeden en economische middelen
worden vrijgegeven. Zie hiervoor artikelen 24-29 van de Iran verordening.
Let op! De Iran verordening (bijlage 2) wordt in de praktijk geregeld geactualiseerd om
nieuwe entiteiten op lijsten in bijlagen VIII, IX, XIII of XIV te plaatsen danwel te
verwijderen. U dient dan zowel de Iran verordening als de verschillende
aanpassingsverordeningen te raadplegen. U vindt de verschillende verordeningen in
bijlage 2 van dit handboek, alsmede op de website:
http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/internationale-sancties/sancties-tegeniran/wetgeving-sancties-iran
29
30
Hoofdstuk 9 –
Doorwerking Amerikaanse sancties
De Amerikaanse sancties voor Iran gelden voor Amerikaanse personen en bedrijven (en
hun filialen) en alle personen en instellingen in de Verenigde Staten (VS). Daarnaast is
het voor niet-Amerikaanse personen of bedrijven verboden om goederen van
Amerikaanse oorsprong naar Iran te exporteren (dit geldt voor goederen die voor meer
dan 10% bestaan uit Amerikaanse onderdelen, software of technologie). De Verenigde
Staten hebben zeer vergaande sancties tegen Iran ingesteld, waaronder strenge
financiële sancties, die nog steeds van kracht zijn. Zo zijn US dollar betalingen naar of
van Iran nog steeds verboden.
Bedrijven dienen zelf vast te stellen of zij onder de Amerikaanse sancties vallen. De
praktijk leert overigens dat ook bedrijven die niet in strijd met de Europese en de
Amerikaanse sancties handelen en zakelijke belangen hebben in de VS hinder kunnen
ondervinden als zij ook zakendoen met partijen in Iran.
De Nederlandse overheid heeft hier geen formele rol in en laat het aan
bedrijven om af te wegen hoe zij hiermee omgaan. Meer informatie dient u ook
zelf bij de Amerikaanse autoriteiten op te vragen.
Meer informatie over het Amerikaanse sanctiebeleid tegen Iran vindt u bij het U.S.
Department of the Treasury (zie www.treasury.gov ), Office of Foreign Assets Control.
Daar vindt u ook meer informatie over goederen die mogelijk wel naar Iran mogen
worden geëxporteerd (zoals voedsel, medicijnen en medische apparatuur). Bedrijven
moeten in dit geval een vergunning aanvragen bij de Amerikaanse autoriteiten.
Specifieke informatie over de verlichting van Amerikaanse sancties per 16 januari 2016
ter uitvoering van het nucleair akkoord is beschikbaar via:
https://www.treasury.gov/resource-center/sanctions/OFACEnforcement/Pages/jcpoa_implementation.aspx.
31
32
Hoofdstuk 10 – Visa aanvragen
De sancties tegen Iran kunnen ook effect hebben op het naar Nederland laten komen van
personen uit Iran. De sancties verbieden namelijk het ter beschikking stellen van kennis
over bepaalde technologieën in de nucleaire sector en op het gebied van
rakettechnologie. Als u een visumaanvraag ondersteunt bent u mede aansprakelijk indien
later blijkt dat de betreffende persoon in Nederland dergelijke kennis heeft verworven.
Let u dus goed op indien u iemand met de Iraanse nationaliteit uitnodigt naar Nederland
te komen en het bezoek betrekking heeft op bovengenoemde kennisgebieden. De
technologie waarom het gaat is te vinden de bijlagen I, II, en III van de Iran
verordening.
Ook het in dienst nemen van personen met de Iraanse nationaliteit kan leiden tot niet
toegestane overdracht van kennis. Dit is het geval indien werknemers tijdens hun
werkzaamheden in uw dienst kennis over de genoemde technologieën opdoen. Indien u
een Machtiging tot Voorlopig verblijf voor arbeid in loondienst of in het kader van de
regeling voor kenniswerkers wilt aanvragen, houd u hier dan rekening mee.
33
34
Hoofdstuk 11 – Veelgestelde vragen
Waar vind ik de benodigde formulieren?
Zie hiervoor hoofdstuk 3.12.
Waar vind ik informatie over de doorwerking van Amerikaanse sancties?
Het Amerikaanse Office of Foreign Assets Control (OFAC) heeft uitgebreide Q&A
documenten over de doorwerkingen van (Iran) sancties gepubliceerd, zie hiervoor:
https://www.treasury.gov/resource-center/faqs/Sanctions/Pages/faq_iran.aspx
Waar vind ik Engelstalige informatie over de opschorting van de Europse
sancties tegen Iran?
De European External Action Service (EEAS) heeft een aantal achtergrond document
gepubliceerd naar aanleiding van het Nucleair Akkoord. Deze documenten zijn
raadpleegbaar via:
http://eeas.europa.eu/iran/index_en.htm
Ik wil goederen exporteren naar Iran. Wat moet ik doen?
Wanneer u naar Iran wilt exporteren, kunt u de (technische) specificaties van uw
goederen vergelijken met de producten op de goederenlijsten om te kijken of uw
goederen vergunningplichtig, verboden of toegestaan zijn. De goederenlijsten vindt u in
bijlagen I tot en met III van de Iran verordening (bijlage 2) en in bijlagen III en IV van
de Iran mensenrechtenverordening (bijlage 5). Let op: voor een deel van de goederen
verwijst de Iran verordening naar de Dual-use verordening.
Mocht u nog vragen hebben over de indeling van de goederen, dan kan de CDIU u verder
helpen de goederen in te delen. Van het bedrijf verwachten we wel dat u zelf een
grondige eerste inschatting doet. Voor vragen over de procedure bij een
vergunningaanvraag kunt u terecht bij de CDIU.
Wanneer en hoe doe ik een sondageverzoek?
Als u van plan bent om vergunningplichtige goederen uit te voeren, maar u wilt – vóór u
verplichtingen aangaat - een indicatie hebben of u een vergunning zult krijgen, kunt u
een zogeheten sondageverzoek indienen. Het antwoord op een sondage is een indicatie
van de Nederlandse exportcontrole autoriteiten of onder de huidige omstandigheden een
uitvoervergunning van die goederen naar die eindgebruiker positief of negatief zou
worden beoordeeld. Uiteraard wordt de uiteindelijke vergunningaanvraag beoordeeld op
het moment van de aanvraag en blijft de sondage dus een momentopname.
Gelden de maatregelen ook voor indirecte leveringen?
De verbodsbepalingen van de Verordening gelden ook voor indirecte leveringen, dus via
een derde partij of via een ander land. Dit geldt ook voor de bepalingen voor technische
bijstand en het beschikbaar stellen van financiële tegoeden of economische middelen.
Ook het leveren aan een dochter van een op de lijst voorkomend bedrijf, wordt in
beginsel gezien als een indirecte levering aan een geliste entiteit, tenzij de middelen niet
bij de moeder terecht komen. Zie ook de toelichting hoofdstuk 8.2.
Wat betekent de zorgplicht voor bedrijven?
De zorgplicht voor bedrijven is één van de middelen om het risico dat leveringen naar
Iran worden doorgevoerd te verlagen. De zorgplicht gaat zo ver dat het bedrijf aandacht
besteed moet hebben aan wie geleverd wordt en gedacht moet hebben aan het risico van
omleiding. Een bedrijf dient dus navraag te hebben gedaan naar de eindgebruiker. Een
eindgebruikersverklaring is hiervoor het meest voor de hand liggende instrument. Ook
kan gebruik worden gemaakt van een kettingbeding in het verkoopcontract of de
algemene voorwaarden. In dit beding kan een voorwaarde worden opgenomen dat de
goederen niet worden doorgeleid naar een afnemer in Iran indien dit niet is toegestaan
onder de Europese sanctieverordening.
Welke bedrijven en personen staan op de Iran verordening?
35
De lijst met Iraanse personen en entiteiten waarmee geen handel mag worden gedreven
staat ook geconsolideerd weergegeven op een EU-webpagina:
http://ec.europa.eu/external_relations/cfsp/sanctions/consol-list_en.htm
Daarnaast worden deze Iraanse personen en entiteiten genoemd in de bijlagen VIII, IX,
XIII en XIV van de Iran verordening. Let op, ook nieuwe amenderingverordeningen die
de Iran verordening amenderen, bevatten lijsten met nieuwe namen. U vindt de Iran
verordening in bijlage 2.
Waar vind ik de Iran verordening in een andere taal?
De Verordeningen zijn in meerdere talen te raadplegen, deze kunt u vinden op:
http://eur-lex.europa.eu/
Ik heb goederen geleverd aan Iran, maar mijn bank kan het geld niet naar mij
overmaken. Hoe zit dat?
In de praktijk blijkt dat Nederlandse banken een strikter beleid hanteren ten aanzien van
Iran dan de EU vereist. Deze vrijheid hebben de banken, dus houdt u hier rekening mee
en bespreek vooraf met uw bank wat de mogelijkheden zijn. In de praktijk blijken deze
mogelijkheden zeer gering te zijn. De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) en
het ministerie van Financiën beschikken niet over een overzicht van banken die hiertoe
wel bereid zijn.
Ik heb een letter of credit die is afgegeven door een bank die voorkomt op de
lijst van verboden entiteiten en personen. Hoe kan ik alsnog mijn geld
ontvangen?
De EU heeft op 26 juli 2010 een groot aantal banken op de sanctielijst geplaatst. De
meeste van die banken zijn van die lijst geschrapt met de sanctieverlichting per 16
januari 2016 ter uitvoering van het nucleair akkoord. Enkele banken zijn echter op die
lijst gehandhaafd; zie de hierna genoemde lijst met alle personen en entiteiten voor wie
sancties gelden.
Indien een van deze banken vóór 26 juli 2010 een letter of credit heeft afgegeven, kunt
u een ontheffingsverzoek bij het ministerie van Financiën indienen. Het ministerie van
Financiën zal dit verzoek toetsen aan de criteria van de verordening:
 Is de betaling afkomstig van een entiteit of persoon op de zwarte lijst?;
 Draagt de overeenkomst draagt bij aan de vervaardiging, verkoop, aanschaf,
overdracht, invoer, uitvoer, verplaatsing of gebruik van aangewezen goederen en
technologie?;
 Wordt het bedrag betaald aan een entiteit of persoon die op de zwarte lijst staat?
Voor welke banken gelden sancties? Dus met welke banken mag ik geen zaken
doen?
De lijst met Iraanse banken waarvoor sancties gelden staat in de bijlagen van de Iran
Verordening. De Europese Commissie publiceert ook een lijst met alle personen en
entiteiten voor wie sancties gelden:
http://ec.europa.eu/external_relations/cfsp/sanctions/consol-list_en.htm
Kan ik nog wel goederen naar Iran vervoeren?
De tegoeden en economische middelen van de Iraanse rederij Islamic Republic of Iran
Shipping Lines (IRISL) bevroren, en mogen geen nieuwe tegoeden en economische
middelen ter beschikking worden gesteld. Voor vervoer van uw goederen naar Iran mag
u dus geen gebruik maken van dit bedrijf en/of bedrijven in eigendom of onder
zeggenschap staan van IRISL. Een overzicht met bedrijven waarvan de tegoeden zijn
bevroren is te vinden in de bijlagen bij de Iran verordening.
Kunnen Iraanse schepen de havens van Nederland nog binnenvaren?
Mag ik goederen (inclusief bulkgoederen) en lege containers vervoeren voor
een bedrijf dat voorkomt op de lijst van verboden entiteiten en personen?
De tegoeden van bepaalde maatschappijen zoals IRISL zijn bevroren. Dat betekent dat
ze geen betalingen kunnen doen of betalingen kunnen ontvangen. Het komt er op neer
dat het vrijwel onmogelijk is met hen zaken te doen.
36
Valt ook het vervoer over de binnenwateren van de Europese Unie onder de
sancties?
Ja.
37
38
Hoofdstuk 12 – Contactgegevens en adressen
Ministerie van Buitenlandse Zaken
Bezoekadres: Bezuidenhoutseweg 67
Postadres:
Postbus 20061
2500 EB Den Haag
Telefoon:
070-348 7138
Website:
Exportcontrole: www.rijksoverheid.nl/exportcontrole
Belastingdienst/ Douane Noord/ Centrale Dienst voor In- en Uitvoer (CDIU)
Bezoekadres: Kempkensberg 12, 9722 TB Groningen
Postadres:
Postbus 30003
9700 RD Groningen
Telefoon:
088-151 2122
Fax:
088-151 3182
E-mail:
[email protected]
Website:
link website
Belastingdienst/ Douane Noord/ Team POSS
Bezoekadres: Kantoor Rotterdam
Laan op Zuid 45
3072 DB Rotterdam
Postadres:
Postbus 50966
3007 BJ Rotterdam
Telefoon:
010-2442345
Fax:
010-2442081
Website:
http://www.douane.nl/bibliotheek/handboeken/vgem
Fiscale inlichtingen- en opsporingsdienst – Economische controledienst (FIOD)
Bezoekadres: Bernadottelaan 13-15
3527 GA Utrecht
Postadres:
Postbus 19266
3501 DG Utrecht
Telefoon:
030-295 7600
Fax:
030-295 7700
Website:
link website
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO)
Bezoekadres: Prinses Beatrixlaan 2
2595 CL Den Haag
Postadres:
Postbus 20105
2500 EC Den Haag
Telefoon:
070-778 8888
Website:
www.rvo.nl
39
40
Bijlagen
N.B. Van elk document dat via www.eur-lex.eu wordt opgevraagd kunt u de Engelse
versie opvragen door in de link van de webpagina “NL” te vervangen door “EN”.
Zie voor actuele stand wijzigingsverordeningen onderstaande website voor sancties Iran:
https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/internationale-sancties/inhoud/sanctiestegen-iran
Bijlage 1 - De Dual-use verordening
EU-verordening 428/2009: http://eur-lex.europa.eu/legalcontent/NL/TXT/PDF/?uri=CELEX:02009R0428-20141231&from=EN
Bijlage 2 - De Iran verordening
EU-verordening 267/2012: http://eur-lex.europa.eu/legalcontent/NL/TXT/PDF/?uri=CELEX:02012R026720160116&qid=1404995373007&from=EN
Bijlage 3 - Het Raadsbesluit Iran
Raadsbesluit 2012/35/GBVB: http://eur-lex.europa.eu/legalcontent/NL/TXT/PDF/?uri=CELEX:32012D0035&qid=1455093047425&from=EN
Bijlage 4 – De verordening tot wijziging van de Iran verordening (n.a.v. het
Nucleaire Akkoord)
EU verordening 2015/1861 van de Raad, van 18 oktober 2015, inzake wijziging van
Verordening (EU) nr. 267/2012 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van
Iran: http://eur-lex.europa.eu/legalcontent/NL/TXT/PDF/?uri=CELEX:32015R1861&from=EN
Bijlage 5 – De Iran mensenrechtenverordening
EU-verordening 359/2011: http://eur-lex.europa.eu/legalcontent/NL/TXT/PDF/?uri=CELEX:32011R0359&qid=1455093300241&from=EN
Bijlage 6 – Alle gesanctioneerde entiteiten
Om vast te stellen of een persoon of bedrijf op de verordening staat, heeft de EU een
website waar u kunt controleren of een bedrijf of persoon onder een sanctieregeling valt.
http://eeas.europa.eu/cfsp/sanctions/consol-list_en.htm
Bijlage 7 – Gemeenschappelijke EU-lijst van militaire goederen
Gemeenschappelijk standpunt 2008/944/GBVB: http://eurlex.europa.eu/LexUriServ/LexUriServ.do?uri=OJ:C:2012:085:0001:0036:NL:PDF
41
42
Download