Wilhelmina Kinderziekenhuis/ UMC Utrecht, verbonden aan

advertisement
Naam: Dr. Hanneke van Santen
Kinderoncologisch centrum: Wilhelmina Kinderziekenhuis/ UMC Utrecht, verbonden aan het
Prinses Máxima Centrum voor Kinderoncologie
Aantal jaar werkzaam binnen de kinderoncologie: 18 jaar
Wat onderzoek je?
Ik onderzoek de bijwerkingen van de behandeling van kinderkanker op hormoonproducerende
organen, met name de schildklier en de hypofyse (een hormoonproducerende klier die onder de
hersenen ligt). Daarnaast richt ik mij ook op tumoren in de hormoonproducerende organen, zoals
schildklierkanker en hypofyse tumoren.
Waarom is onderzoek naar dit onderwerp zo belangrijk?
Overlevenden van kinderkanker kunnen door hun behandeling schade hebben opgelopen aan hun
hormoonproducerende organen, zoals de schildklier. Hierdoor hebben deze kinderen een tekort aan
bepaalde hormonen waardoor ze bijvoorbeeld continue moe zijn, niet goed groeien of niet in de
pubertijd komen. Het is zelfs mogelijk om schildklierkanker te krijgen als gevolg van de behandeling
van een andere soort kinderkanker.
Als je een tekort aan hormonen op tijd ontdekt is het goed te behandelen en kun je veel leed
voorkomen. Nog beter is het natuurlijk om de schade in eerste instantie te voorkomen. Ook daar werk
ik aan, bijvoorbeeld door te onderzoeken hoe de schildklier beschermd kan worden tijdens
behandeling met radioactieve stoffen.
Wat hoop je (op korte termijn) met dit onderzoek te bereiken?
Ik hoop te kunnen laten zien welke gevolgen de behandeling van hersentumoren op de hypofyse
kunnen hebben en hoe je deze het beste op kunt sporen. Met deze kennis zullen de behandelende
artsen hypofysestoornis sneller kunnen herkennen en hun patiënt eerder kunnen doorverwijzen naar
een arts die gespecialiseerd is in hormonale stoornissen. Dan kunnen de tekorten aan hormonen zo
snel mogelijk worden aangevuld en kan het kind zich zo goed mogelijk ontwikkelen tot jong
volwassene.
Wat maakt onderzoek naar kinderkanker zo lastig/ongrijpbaar?
Het aantal kinderen dat kanker krijgt is (gelukkig) laag. Dit maakt het alleen wel lastig om gegevens
van voldoende patiënten te verzamelen om goed onderzoek te kunnen doen. Om deze reden werk ik
veel samen met andere artsen, uit Nederland maar ook uit het buitenland. Door deze samenwerkingen
kunnen we namelijk wel voldoende patiënten bij het onderzoek betrekken om uiteindelijk goed
onderbouwde conclusies te kunnen trekken. Voor mijn onderzoek bij kinderen met hersentumoren is
het dankzij goede samenwerking gelukt gegevens te verzamelen van een grote groep kinderen. Door
deze schat aan data te bestuderen hebben we al veel nieuwe inzichten gekregen in het vóórkomen
van hormonale stoornissen bij deze kinderen. Zo blijken maar liefst 22% van deze kinderen al binnen
5 jaar na diagnose 1 of meerdere hormonale stoornissen te ontwikkelen. Door verdere bestudering
van alle gegevens verwachten we voorspellers te kunnen vinden die aangeven welke kinderen een
hoge kans hebben deze stoornissen te ontwikkelen.
Lees hier meer over de onderzoeken van dr. Hanneke van Santen die door KiKa gesteund
worden:
https://www.kika.nl/wp-content/uploads/2014/09/onderzoek149_-1.pdf
https://www.kika.nl/wp-content/uploads/2017/02/onderzoek282.pdf
Download