Klik hier voor het programmaboekje met abstracts en CV`s van de

advertisement
Voorjaarsconferentie
NederlandseVerenigingvoor
Neuropsychologie
Neuroplasticiteit&CognitieveReserve
Niet-aangeborenhersenletsel,maarookdenormale
verouderinggaangepaardmetveranderingeninde
hersenenenhetcognitieffunctioneren.Voordeze
voorjaarsconferentiehebbenwesprekers
uitgenodigddieonsvertellenoverinhoeverreonze
hersenenkunnencompenserenvoordegevolgen
vannormaleverouderingenniet-aangeboren
hersenletsel.Ookwordtingegaanopdeeffectenvan
trainingenrevalidatieenopdefactorendievan
invloedzijnoponzecompensatiemogelijkheden.
WifinetwerkMuntgebouw;wachtwoord:Muntgebouw1
[email protected]
2
13mei2016MuntgebouwUtrecht
Sprekers
Prof.Dr.Y.Stern
Prof.Dr.P.Lucassen
Prof.Dr.O.vanNieuwenhuizen
Prof.Dr.J.Murre
Dr.M.vanBoxtel
Dr.J.Koerts
Prof.Dr.M.Klein
WifinetwerkMuntgebouw;wachtwoord:Muntgebouw1
[email protected]
3
Ochtendprogramma
09:15–09:50 Ontvangstmetkoffie
09:50–10:00 Welkomeninleiding
10:00–10:45 Prof.dr.Y.Stern:Cognitivereserve:
Anemergingconcept
10:45–11:30 Prof.dr.P.Lucassen:Newneuronsin
adultbrains;anemergingsubstrate
forbrainplasticityprogrammed
duringearlylife
11.30–12.00 Koffie
12:00–12:45 Prof.em.dr.O.VanNieuwenhuizen:
Neuroplasticiteit
12:45–13:15 UitreikingEarlyCareerAward+lezing
Winnaar
13.15–14.15 Lunch
WifinetwerkMuntgebouw;wachtwoord:Muntgebouw1
[email protected]
4
Middagprogramma
14:15–14:45 Prof.dr.J.Murre:Effectenvanbrain
trainingbijgezondeouderenen
patiëntenmethersenbeschadigingen
14:45–15.15 Dr.M.VanBoxtel:Cognitieve
hygiëneenplasticiteitalssleuteltot
gezondeouderehersenen
15.15–15.45 Thee
15.45–16:15 Dr.J.Koerts:Compensatievoor
cognitievebeperkingenbijdeziekte
vanParkinson
16.15–16.45 Prof.dr.M.Klein:Braintumorand
neuroplasticity
WifinetwerkMuntgebouw;wachtwoord:Muntgebouw1
[email protected]
5
Prof.Dr.Y.Stern
Title:Cognitivereserve:Anemergingconcept
Abstract:Epidemiologic evidence indicates that
lifestyle factors including educational and
occupational attainment, engaging in leisure and
social activities, as well as IQ are all associated with
reducedriskofdevelopingdementia.Manyofthese
lifestyle factors have also been associated with
reduced rate of cognitive decline in normal aging.
The cognitive reserve hypothesis has been put
forward to explain these findings, and posits that
individual differences in the flexibility and
adaptability of brain networks underlying cognitive
functionmayallowsomepeopletocopebetterwith
age-ordementia-relatedbrainchangesthanothers.
This is in contrast to the complementary concept of
brain reserve, where the variability in the anatomic
features of the brain itself provides reserve against
age- and dementia-related pathologies. Recent
evidencealsosupportstheideathatspecificgenetic
and lifestyle factors may help preserve a healthy
brain or enhance brain reserve, a process that has
been called brain maintenance. This talk will review
these theoretical concepts, the epidemiologic
evidenceforbrainandcognitivereserve,ourefforts
to use brain imaging approaches to understand the
neuralbasisforreserve,andtheimplicationofthese
conceptsforintervention.
Biosketch:Prof.Dr.YaakovSternisprofessoratthe
Cognitive Neuroscience Division, Department of
Neurology,ColumbiaUniversityCollegeofPhysicians
andSurgeons,NewYork,NY,USA
WifinetwerkMuntgebouw;wachtwoord:Muntgebouw1
[email protected]
6
Prof.Dr.P.Lucassen
Title: New neurons in adult brains; an emerging
substrate for brain plasticity programmed during
earlylife
Abstract: Stress affects numerous aspects of
hippocampal structure and function. In particular,
adversity and trauma during early life is associated
with age-related cognitive decline and an increased
vulnerability to later psychopathologies like
depression. It remains unclear however, which
elementsintheearlyenvironmentareinstrumental,
and which mechanisms underlie the perinatal
programmingofadultbrainfunction.
Itisremarkablethattheexperienceofstressduring
thesensitiveperiodofearlylife,intheformofabuse
or neglect, but also malnutrition or an immune
challenge, similarly affects brain structure and
function long-term. This suggests that these various
elements act upon a common neurobiological
substrate and/or molecular pathway. We
hypothesize that key factors during the early-life
period, including micronutrients, stress hormones
and sensory stimuli from the mother, exert a
synergistic action that prepares the pup or child for
an optimal adaptation to its future environment.
Disturbance of key mediators during early
development may result in a failure to properly
adapttothelaterlifecontext.
Becausethehippocampuscontinuesitsdevelopment
after the early postnatal period and maintains a
remarkable level of structural and functional
plasticityinadultlife,thisbrainregionisparticularly
WifinetwerkMuntgebouw;wachtwoord:Muntgebouw1
[email protected]
7
sensitive to perturbations during early-life. We
propose that early exposure to stress and specific
nutritionalelementscanprogrambrainstructureand
function, as well as metabolism, in a long-lasting
manner,inpartthroughepigeneticmodifications.
1)PJLucassenetal.,Perinatalprogrammingofhippocampalstructureandfunction;
emerging roles of stress, neurogenesis, epigenetics and early nutrition. Trends
Neurosci2013
2) PJ Lucassen et al. Regulation of neurogenesis by stress, sleep, exercise and
inflammation;implicationsfordepressionandantidepressantaction.ENPP2010.
Bio sketch: Prof. Dr. Paul Lucassen is professor at
Swammerdam Institute for Life Sciences, Center for
Neuroscience,
University
of
Amsterdam,
[email protected],http://sils.uva.nl/sfpns.
1996
PhD (cum laude). Neth. Brain
Institute, Amsterdam, Promotor:
Prof.Dr.D.F.Swaab
1995-1998
Postdoc, LACDR Leiden University,
withProf.Dr.E.R.DeKloet.
1998-2004
AssistantProfessoratSILSCNS,UvA,
withProf.Dr.M.Joels.
2004-2011
AssociateprofessoratSILS-CNS,UvA,
interimgroupleader.
2011-…
Full Professor of 'Brain Plasticity' at
SILS-CNS,UvA.
Research topics: Brain plasticity, adult neurogenesis,
stem cells, (early life) stress, cognition, depression,
epilepsy,Alzheimer'sdisease
• >140 peer-reviewed scientific publications, >25
bookchapters.
• H-factor: 42 (WoS) >6500 cites. H-index 52 @
GoogleScholar>9121cites.
•>200invitedlecturesat(inter)nationalmeetings,
WifinetwerkMuntgebouw;wachtwoord:Muntgebouw1
[email protected]
8
Prof.Em.Dr.O.vanNieuwenhuizen
Titel:Neuroplasticiteit
Abstract: Neuroplasticiteit zou men kunnen
beschouwen als het vermogen van de hersenen om
te compenseren voor functieverlies. Een model om
neuroplasticiteitindepraktijktekunnenobserveren
komt uit de chirurgische behandeling van epilepsie
bij kinderen. Bij kinderen komt een vorm van
epilepsie voor waarbij de epileptische activiteit
wordt gegenereerd door één van beide
hersenhelften. De oorzaak van de epilepsie van de
aangedane hemisfeer berust vaak op ernstige
schade.Deschadekanzijnontstaanindeperinatale
periode door een circulatiestoornis, zoals bij een a.
cerebri media infarct. Dit is met een MRI (Magnetic
Resonance Imaging) aan te tonen. Maar het is niet
alleen schade die een hemisfeer epileptisch kan
maken. Ook een uitgebreide ontwikkelingsstoornis
van de hersenschors (corticale dysplasie) kan leiden
totrefractaireepilepsie.
Dezevormvanepilepsieblijkttijdensdebehandeling
vaak ongevoelig voor geneesmiddelen; men spreekt
dan van refractaire epilepsie. Aangezien het
voortgaanvandezevormvanepilepsiegepaardgaat
met stilstand of zelfs verlies van de psychomotore
ontwikkeling van het kind is het chirurgisch
uitschakelenvandeepileptischehemisfeerdeenige
oplossing. Dit wordt hemisferotomie of
hemisferectomiegenoemd.
Bij een hemisferotomie (hemisferctomie) wordt de
epileptische hemisfeer gedeconnecteerd. Alle
efferente baanverbindingen worden opgeheven. Zo
WifinetwerkMuntgebouw;wachtwoord:Muntgebouw1
[email protected]
9
ook de motorische baan. Men moet zich dus
afvragen wat dit voor het kind betekent. Het blijkt
dat in het geval van een ernstig beschadigde
hemisfeer de contralaterale motoriek vóór de
operatie vaak opvallend goed is: door
neuroplasticiteit wordt een groot deel van de
motoriek verzorgd door de intacte hemisfeer. Deze
verzorgt dus niet alleen de motoriek aan de
contralaterale lichaamshelft, maar ook aan de
ipsilaterale. In zo’n geval kan men dus zonder veel
aanvullende schade voor de motoriek opereren: het
kindzalnádeoperatienietmeeruitvalhebbendan
ervoor.
Anders is het indien men moet uitgaan van een
behoorlijke motorische functie in de aangedane
hemisfeer. Dit kan het geval zijn bij een uitgebreide
corticale dysplasie. Operatie zal dan gepaard gaan
meternstigemotorischeuitvalaandecontralaterale
lichaamshelft na de operatie. Het blijkt dat – indien
het kind op jonge leeftijd wordt geopereerd – ook
dezeuitvalindewekentotmaandennadeoperatie
vermindert. Het aanvankelijke verlamde kind gaat
weerlopen.Demotorischefunctievandeaangedane
hemisfeerwordtovergenomendoordeintacte.Ook
ditiseenvormvanneuroplasticiteit.
In de voordracht zal aandacht worden besteed aan
de diverse vormen van neuroplasticteit waarbij de
hemisferale deactivatie als onderzoeksmodel wordt
aangehouden.
Bio sketch: In 1992, Prof. Dr. Em. Onno van
Nieuwenhuizen was invited to participate in the
Dutch Collaborative Epilepsy Surgery Program to
initiate the pediatric branch of the program. This
WifinetwerkMuntgebouw;wachtwoord:Muntgebouw1
[email protected]
10
proved to be successful and a professorship was
initiated to support further extension, with regards
to patient care and research. A research line with
respect to plasticity after epilepsy surgery was
initiated. yielding several international peerreviewed publications in leading international
journals. A yearly increasing number of children is
operatedwithconvincingresults.Duetothisunique
expertise,theUniversityMedicalCenterUtrechthas
established national exclusivity for epilepsy surgery
intheNetherlands.
UndertheguidanceofOnnovanNieuwenhuizen,the
department of Child Neurology of the Wilhelmina
Children’s Hospital became the national referral
centerforchildrenwithdrugresistantepilepsy.
WifinetwerkMuntgebouw;wachtwoord:Muntgebouw1
[email protected]
11
Prof.Dr.J.Murre
Titel:Effectenvanbraintrainingbijgezondeouderen
enpatiëntenmethersenbeschadigingen
Abstract: De grootste online brain training websites
hebbenmiljoenenledendievaakveleurenperweek
hun hersenen proberen te trainen met speciale
games. De claims en resultaten van deze websites
zijn soms controversieel en één site heeft zelfs een
miljoenenboetegekregenindeVS.Devraagisofer
een generalisatie van de getrainde vaardigheden is
naarcognitiedierelevantisinhetdagelijksleven.En
alsereffectenzijn,zijndezedanklinischrelevanten
kunnen daar interventies uit ontwikkeld worden,
bijvoorbeeld voor patiënten met hersenbeschadigingen of voor ouderen die vrezen voor
cognitieveachteruitgang?Ikzalkorthetdestandvan
het internationale onderzoek bespreken en
daarnaast enige resultaten presenteren van onze
eigenstudiewaarvandeeersteresultatennubekend
zijn.
Bio sketch: Prof. Dr. Jaap Murre (1963) ontwikkelt
modellen van leren en vergeten gebaseerd op de
structuur van de hersenen. Deze worden onder
andere toegepast op het begrijpen van
geheugenproblemen en het herstel van
hersenbeschadigingenzoalsnaberoerte.Hijwaséén
van de eersten die psychologische experimenten
uitvoerde via het internet. Sinds 1999 hebben meer
dan 100.000 deelnemers tests gemaakt op zijn
websitememory.uva.nl(ookinhetNederlands).Ook
doet hij psychologische experimenten en ontwikkelt
hij interventies en infrastructuur voor neuroWifinetwerkMuntgebouw;wachtwoord:Muntgebouw1
[email protected]
12
psychologischetestsviaInternet.Vijfjaargeledenis
hij met andere onderzoekers van de UvA een
uitgebreid onderzoek begonnen naar het effect van
brain training via internet bij ouderen en patiënten
dieherstellenvaneenberoerte.
Jaap Murre is sinds 1995 werkzaam bij de afdeling
Psychologie van de UvA, sinds 2006 als Hoogleraar
Theoretische Neuropsychologie. Daarvoor was hij
werkzaam aan de Medical Research Council in
Cambridge (UK). In 1998 ontving hij een
Pioniersubsidie van NWO waarmee hij een
onderzoeksgroepstartteaandeafdelingPsychologie
van de UvA. Van 2001 tot 2007 was hij bijzonder
hoogleraar Neural Models of Cognition bij de
vakgroepInformaticaaandeUniversiteitMaastricht.
WifinetwerkMuntgebouw;wachtwoord:Muntgebouw1
[email protected]
13
Dr.M.vanBoxtel
Titel:Cognitievehygiëneenplasticiteitalssleuteltot
gezondeouderehersenen
Abstract:Inonzemodernesamenlevingwiliedereen
graag gezond ouder worden en in een goede
cognitieve conditie blijven. Als we ouder worden
blijvenweinstaatomnieuwedingenteleren,maar
neemt het tempo waarin we leren af. Er bestaat
vanuit de samenleving een grote vraag naar
methodenomdeeffectenvanhersenverouderingaf
teremmenendekansopdementieteverlagen.De
marktspeelthiergretigopinmetnieuweproducten,
al blijkt de effectiviteit van veel populaire
interventies(zoalsseriousgamesenbreintrainingvia
internet) is nog onvoldoende wetenschappelijk
aangetoond. Effectgroottes op brein- en
gedragsniveau zijn over het algemeen klein en
effecten beklijven maar zelden op langere termijn.
Ookhetsuccesvancognitievetrainingsprogramma’s
voor ouderen blijft vooralsnog beperkt, want er lijkt
nauwelijks sprake van generalisatie van getrainde
vaardigheden naar het alledaagse leven. De mate
waarin ouderen last hebben van cognitieve
veranderingenneemtinderdaadtoemetdeleeftijd,
evenals de cognitieve verschillen tussen mensen die
dezelfdeleeftijdhebben.Hoekomthetdatsommige
personen al vroeg last krijgen van cognitieve
beperkingen en andere tot op hoge leeftijd mentaal
fit blijven? Onze hersenen passen zich voortdurend
aan aan de voortdurend veranderende eisen van de
omgeving. Er komt echter een moment waarop de
neurale reserve en compensatie te kort gaat
WifinetwerkMuntgebouw;wachtwoord:Muntgebouw1
[email protected]
14
schieten. Hersennetwerken welke geassocieerd
worden met hogere orde processen als cognitieve
controle en executieve aandacht zijn bijzonder
complex en daarmee zeer gevoelig voor leeftijdgerelateerde vasculaire, inflammatoire en metabole
veranderingen. Het afremmen van schade in
dergelijke complexe netwerken via een gezonde
leefstijl
(‘cognitieve
hygiëne’)
kan
de
neurofysiologischebasisvooreenfitbrein.Adequate
begeleiding
door
professionals
(zoals
neuropsychologen en artsen), tijdige onderkenning
van een ongunstig cognitief risicoprofiel en een
hierop toegesneden laagdrempelige psychoeducatie
en actieplan kunnen helpen om een gezondere
cognitievetoekomsttebereiken.Indezevoordracht
worden enkele voorbeelden getoond van onlangs
ontwikkelde tools voor het screenen van de
individuele‘ruimte-voor-verbetering’inhetcognitive
risicoprofiel op middelbare leeftijd (Libra) en een
laagdrempelige online psychoeducatiemodule om
personen van middelbare en ouder leeftijd voor te
bereiden op cognitieve veranderingen bij het ouder
worden. Cultivering van een volgehouden
betrokkenheid bij het dagelijkse leven met inbegrip
van zorg voor de persoonlijke gezondheid is daarbij
decrucialefactor.
Biosketch:Dr.M.P.J.(Martin)vanBoxtel
Arts/UniversitairHoofddocent
VakgroepPsychiatrieenNeuropsychologie
MaastrichtUniversity
Postbus616
6200MDMaastricht
[email protected]
WifinetwerkMuntgebouw;wachtwoord:Muntgebouw1
[email protected]
15
Dr.J.Koerts
Titel:Compensatievoorcognitievebeperkingenbij
deziektevanParkinson
Abstract:DeziektevanParkinsonwordtgekenmerkt
door motorische en niet-motorische symptomen.
Een van de meest voorkomende niet-motorische
symptomen zijn cognitieve beperkingen, waarbij
executieve disfuncties vaak op de voorgrond staan.
Er zijn echter grote interindividuele verschillen met
betrekking tot het cognitief functioneren van
Parkinson patiënten die mogelijk (deels) verklaard
kunnen worden door de cognitieve reserve theorie.
Daarnaast
worden
cognitieve
revalidatie
behandelingen gericht op compensatie voor
executieve functiebeperkingen steeds vaker
toegepastbijpatiëntenmetdeziektevanParkinson.
De huidige presentatie gaat in op de invloed van
cognitievereserveophetcognitieffunctionerenvan
Parkinson patiënten. Daarnaast wordt onderzoek
gepresenteerd dat zich richt op de toepasbaarheid
en effectiviteit van cognitieve revalidatie
behandelingen bij patiënten met de ziekte van
Parkinson.
Bio sketch: Dr. Janneke Koerts is als neuropsycholoog en universitair hoofddocent verbonden aan de
Rijksuniversiteit Groningen. Een groot deel van haar
onderzoek richt zich op de ziekte van Parkinson.
Daarnaast geeft zij onderwijs op het gebied van de
neuropsychologische diagnostiek en gerontologie.
Ook is zij secretaris van de Nederlandse Vereniging
voor Neuropsychologie en hoofdredacteur van
Neuropraxis.
WifinetwerkMuntgebouw;wachtwoord:Muntgebouw1
[email protected]
16
Prof.Dr.M.Klein
Titel:Braintumorandneuroplasticity
Abstract: Brain plasticity is the potential of the CNS
to reshape itself during ontogeny, learning, or
following injuries. The first part of this talk will
review the mechanisms underlying plasticity at
different functional levels in patients with primary
brain tumors, mainly in those harboring low-grade
gliomas. While the physiological and pathological
anatomo-functional organization of the brain has
flexibility, the patterns of reorganization may differ
accordingtothetime-courseofcerebraldamagedue
to tumor and/or treatment, with better functional
compensation in more slowly growing tumors. The
second part of this talk will discuss the interactions
between brain tumor growth and brain reshaping,
using neuroimaging and electro- physiological
methods of functional mapping. Finally, the
therapeutic implications provided by a greater
understanding of these mechanisms of cerebral
redistribution are explored shortly from a surgical
point of view. Improved preoperative prediction of
an individual’s potential for reorganization ideally is
integrated into preoperative surgical planning and
preserving neurocognitive functioning through
tailored rehabilitation programs to optimize
functionalrecoveryfollowingbraintumorresection.
Bio sketch: Martin Klein is professor in medical
neuropsychology at VU University Medical Center,
Amsterdam, the Netherlands. His research, in close
cooperation with the departments of neurology,
neurosurgery, and radiation oncology, initially
WifinetwerkMuntgebouw;wachtwoord:Muntgebouw1
[email protected]
17
focused on determining neurocognitive functioning
and health-related quality of life of patients with
brain tumors. This resulted in influential papers on
neurocognitive functioning and health-related
quality of life of high-grade glioma patients at the
time of diagnosis, at follow-up, at the time of
recurrence, and on the prognostic value of
neurocognitive functioning. Regarding low-grade
glioma patients, and other neurological patients,
studies on the impact of surgery, radiotherapy, and
on epilepsy and antiepileptic drugs on
neurocognitive functioning and health-related
quality of life are ongoing. The effectiveness of
cognitiverehabilitationinpatientswithfocalseizures
hasbeenaddressedinanumberofstudies.Currently
research aims at determining the brain mechanisms
underlying frequent symptoms (e.g., neurocognitive
deficits, epilepsy, fatigue, depression), the
prevention of treatment effects on neurocognitive
functioning, and on behavioral or pharmaceutical
symptomtreatmentinprimaryandmetastaticbrain
tumor patients and in oncological patients
undergoing neurotoxic treatments affecting brain
functioning. Within the European Organization for
the Research and Treatment of Cancer (EORTC)
MartinKleinisresponsibleforneurocognitivetesting
as part of the clinical trials initiated by the EORTC
BrainTumorGroup.
MartinreceivedtheTim&TomGulliksonFoundation
and Society for Neuro-Oncology Award for
ExcellenceinQualityofLifeResearchin2001andthe
National Brain Tumor Foundation/Tug MgGraw
FoundationCaregiverResearchAwardin2008
WifinetwerkMuntgebouw;wachtwoord:Muntgebouw1
[email protected]
18
WifinetwerkMuntgebouw;wachtwoord:Muntgebouw1
[email protected]
Download