Werkvoorschrift individuele handelingsplanning Bijlage bij procedure KHB 5 2 Handelingsplanning Aanpassing 04/14 n.a.v. overgang MFC per 01.01.14 A. Visie 1. IHP als middel voor integraal werken vanuit een gezamenlijke doelgerichtheid Handelingsplanning als dynamisch, cyclisch proces (opstellen, uitvoeren, bijsturen, …) : - in functie van realiseren van vraaggerichte benadering - gecoördineerde ondersteuning in functie van continuïteit van zorg en kwaliteitsvolle ondersteuning - waarin kind/jongere zelf en zijn ouders optimaal betrokken zijn als gelijkwaardige partners (cfr. participatiemodel) - waarbij samengewerkt wordt vanuit een gezamenlijke doelgerichtheid: doelen worden in onderling overleg bepaald en afgestemd op de integrale beeldvorming die regelmatig bijgestuurd wordt met uitdrukkelijke aandacht voor ondersteuningsnoden en mogelijkheden van de context - en waarin we ons laten leiden door de principes van handelingsgericht werken (zie tekst ‘Begeleiden vanuit KOCA’). Het handelingsplan als product (document) is een instrument, een hulpmiddel en een verantwoordingsstuk om vraaggerichte en doelgerichte ondersteuning mogelijk te maken. Het wordt overgebracht in voor het kind/jongere zelf en zijn ouders verstaanbare taal én ter beschikking gesteld van alle relevante betrokkenen. Handelingsplan is m.a.w. een instrument (geen doel op zich) om samen te werken, vertrekkend vanuit een gezamenlijk gedragen beeld en doelstellingen. Als multidisciplinair team nemen we onze verantwoordelijkheid op voor dit proces en geven dit niet zomaar uit handen, indien nodig doen we beroep op externe partners en expertise (CLB, psychiater, netwerktafel…). Bij vastgelopen situaties organiseren we een interne of externe netwerktafel. We verwijzen niet door zonder netwerktafel. - Externe netwerktafel: Overleg waarbij kind/jongere, ouders, andere belangrijke personen samen met de hulpverleners rond tafel zitten, ondersteund door een team van deskundigen in de jeugdhulp en voorgezeten door een externe voorzitter. - Interne netwerktafel: Netwerktafel, waarbij geen externe deskundigen aanwezig zijn. Het overleg wordt voorgezeten door een voorzitter extern aan het hulpverleningssysteem. 2. Handelingsgericht werken Uitgangspunten HGW: zie ook ‘begeleiden vanuit KOCA’ - De onderwijsen opvoedingsbehoeften van een kind/jongere en ondersteuningsbehoeften van het team en ouders staan centraal. Twee vragen zijn hierbij richtinggevend: Wat heeft dit kind/jongere in deze context nodig om dit doel te bereiken? Wat hebben een hulpverlener en de ouders nodig om de doelen te behalen? We bieden een gedifferentieerde aanpak om tegemoet te komen aan deze behoeften. Werkvoorschrift individuele handelingsplanning Bijlage bij procedure KHB 5 2 Handelingsplanning - - - - Er wordt gewerkt vanuit een transactioneel kader. We zorgen voor een optimale afstemming en wisselwerking tussen dit kind/jongere en deze onderwijs-, leer-, en opvoedingssituatie. We brengen daarbij de belemmerende en beschermende factoren in kaart, die ons doelgericht handelen vorm geven. Positieve aspecten staan centraal. We richten ons op de mogelijkheden. We werken constructief samen met scholen, MFC, ouders, kinderen en andere externe partners. Hierbij heeft ieder zijn eigen rol, zijn deskundigheid en zijn kijk op de zaken. Vanuit deze verschillende posities stellen we samen een plan op. Hierbij is het vooral belangrijk om te praten met de ouders en hun kinderen, in plaats van te praten over hen (cfr. participatiemodel). We werken doelgericht, waarbij de klemtoon ligt op het beantwoorden van hulpvragen en het formuleren van een aanpak/strategieën. Belangrijk hierbij is dat de doelen SMARTI (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Transparant en Inspirerend) worden geformuleerd. Het team doet ertoe. De werkwijze is systematisch en transparant. 3. Betrokkenheid van kind/jongere zelf: het decreet rechtspositie minderjarigen Rekening houdend met de bekwaamheid en het belang van de jongere, heeft de jongere: Recht op inspraak en participatie - - recht op mening vrij te uiten in elke aangelegenheid betreffende de jeugdhulp die hem betreft. o Bij totstandkoming en uitvoering van de hulp (dus bij het IHP). o Mening krijgt in de mate van het mogelijke een passend gevolg. o Geven van mening, maar ook garantie dat er rekening mee gehouden wordt. Recht op periodieke evaluatie van de jeugdhulpverlening en recht op participatie bij die evaluatie (wenselijk elke 6 maanden). Recht op informatie, instemming, duidelijke communicatie - Handelingsplanning garandeert het recht op informatie. Veronderstelt dat de communicatie is afgestemd op leeftijd en maturiteit, aangepast aan niveau van kind. 4. Ouders als volwaardige partner Het IHP is (beperkt) toegankelijk voor ouders: we zoeken naar een manier om ouders te laten participeren in het proces van handelingsplanning rekening houdend met de richtlijnen van het DRPM: indien de minderjarige als ‘niet-bekwaam’ beoordeeld wordt, hebben ouders volledige toegang, indien de minderjarige als ‘bekwaam’ beoordeeld wordt, hebben ouders toegang tot gegevens over de minderjarige mits toestemming van de minderjarige. Een IHP is niet alleen informatieoverdracht, maar vooral een actief meedenken en schept de mogelijkheid om een inbreng te doen. Hierbij moeten we de ouders en de context ondersteuning bieden en versterken (empowerment). Dit hoeft niet noodzakelijk via aanwezigheid tijdens de IHP bespreking. Dit kan ook individueel opgenomen worden met ouders om ze volwaardig te betrekken in het proces. Werkvoorschrift individuele handelingsplanning Bijlage bij procedure KHB 5 2 Handelingsplanning B. Leidraad voor het opstellen, uitvoeren, evalueren en bijsturen van het individueel handelingsplan (procedure KHB 4.6.2) Aansluitend bij de intake wordt de aanzet gegeven tot het opstellen van het individueel handelingsplan (zie procedure intake). In het verlengde hiervan wordt het individueel handelingsplan (IHP) opgesteld binnen de vier maanden na opname (formulier beschikbaar bij de pedagogen). Het IHP wordt opgesteld op basis van de beschikbare gegevens en wordt vervolgens na de uitvoering ervan minstens één keer per jaar in overleg met het begeleidingsteam, de ouders en met de jongere zelf geëvalueerd en bijgestuurd. Het resultaat van de bespreking wordt geregistreerd in bijhorend formulier en bevat de volgende gegevens: 1. Identificatiegegevens. Datum van de bespreking en de namen van de teamleden, incl. de ouders en kind/jongere (indien aanwezig). Indien de ouders en/of kind/jongere zelf niet aanwezig zijn is het van belang aan te geven op welke (andere) manier de ouders/kind-jongere - ook voorafgaandelijk betrokken zijn bij het overleg. De afwezigen worden genoteerd. 2. Beeldvorming Op gebied van de belangrijkste ondersteuningsgebieden (of vaardigheidsvelden) brengt elk teamlid de mogelijkheden en beperkingen, noden en interesses in beeld. Hierbij wordt rekening gehouden met de beschikbare informatie over de jongere. De beeldvorming wordt uitgevoerd op basis van verscheidene bronnen zoals: informatie van gezin en ouders informatie van vroegere voorzieningen en scholen dagdagelijkse observatie ontwikkelings- of functionele schalen en gestandaardiseerde observatiemethoden , (doelgroep)specifieke metingen een overzicht van evolutie en functioneren van de jongere De beeldvorming heeft betrekking op: Taal en communicatie: mogelijkheden, beperkingen en behoeften op het gebied van interactieve, spontane en sociale communicatie, (mondeling-schriftelijk/verbaal-nietverbaal) taalgebruik, … Cognitieve en schoolse vaardigheden: mogelijkheden, beperkingen en behoeften op het gebied van probleemoplossend denken, studeren en opvolging schoolse taken/studieopdrachten, studiemotivatie, het functioneren van aangebrachte schoolse vaardigheden (reken, taal, MAVO, module, project) Auditieve ontwikkeling (in ’t bijzonder voor de doelgroep doven en slechthorenden) Gedrag en sociaal - emotionele ontwikkeling: beschrijving van mogelijk probleemgedrag (zo mogelijk ABC-analyse of functie-analyse ) – beschrijving van emotioneel/psychisch welbevinden – inzicht in eigen autisme – zelfbeeld toekomstplanning perspectiefnemingsvaardigheden, omgang leeftijdgenoten en volwassenen in verschillende contexten (school, thuis, leefgroep, stage…) sociale integratie, Werkvoorschrift individuele handelingsplanning Bijlage bij procedure KHB 5 2 Handelingsplanning Relationele en seksuele ontwikkeling Zelfredzaamheid: persoonlijke en maatschappelijke zelfredzaamheid: omvat mogelijkheden, beperkingen en behoeften op gebied van persoonlijke redzaamheid zoals hygiëne (zelfverzorging), zorgen voor eigen kledij, (gebruik van) maaltijden, en op het gebied van maatschappelijk functioneren zoals het gebruik maken van (openbaar) vervoer en andere vormen van dienstverlening of organisaties, deelname aan het gemeenschapsleven (buiten de voorziening) huishoudelijke redzaamheid: mogelijkheden, beperkingen en behoeften op gebied van huishoudelijke vaardigheden zoals koken, winkelen, omgaan met geld, budgettering, onderhoud/orde van eigen kamer, tafeldienst in leefgroep, taken in de klasgroep Vrije tijdsvaardigheden: beschrijving van individuele interesses, hobby’s, vrijetijdsbesteding, deelname aan ontspanningsactiviteiten samen met anderen en in verschillende contexten (thuis, leefgroep, kamp, pauze) Werkgedrag en werkhouding: mogelijkheden, beperkingen, behoeften op het gebied van taakspanning, tempo, werkmotivatie/inzet, zelfstandig afwerken van een taak, zich houden aan afspraken (psycho-)Motorische vaardigheden: mogelijkheden, beperkingen, behoeften op gebied van lichaamsbeweging, van motorische problemen Gezondheid en medische aspecten: in kaart brengen van de gezondheidstoestand, gezondheidsbehoeften, deelname aan bewegingsactiviteiten en medische informatie (bijv. medicatie, mogelijke sensoriële problematiek, epilepsie, psychiatrische behandeling…) De sociale context (netwerk): mogelijkheden, beperkingen, behoeften van het sociaal netwerk (gezin, familie, buurt, school, werk) 3. De onderwijs- en opvoedingsbehoeften (zorgvraag) Vertaling van de beeldvorming naar de zorgvraag – accenten in de ondersteuning, ev. aan de hand van handelingsgericht werken (Pamijer), orthopedagogisch kader Kok, of andere ondersteuningsmodellen (Dosen/Morisse). 4. Doelstellingen De doelen zijn afgeleid uit de beeldvorming en zorgvra(a)g(en): het begeleidingsteam selecteert in overleg met de ouders en met de jongere zelf welk(e) gebied(en) prioritaire aandacht vraagt in de begeleiding. Op die gebieden worden dan doelen geformuleerd die beantwoorden aan het zgn. SMARTIprincipe: S = Specifiek – concreet M = Meetbaar – observeerbaar A = Afgesproken – aanvaard (door ouders, jongere zelf en begeleidingsteam) R = Realistisch – haalbaar T = Tijdsgebonden – met afspraken op welke termijn en hoe doel gerealiseerd/geëvalueerd wordt I = inspirerend In het selecteren en formuleren van doelen wordt steeds rekening gehouden met empowerment: het bevorderen van (ondersteunende) onafhankelijkheid Werkvoorschrift individuele handelingsplanning Bijlage bij procedure KHB 5 2 Handelingsplanning !!!! Het gaat enkel om doelen die strikt individueel zijn en die niet voldoende gevat zijn door het groepswerkplan of het klaswerkplan. Vaak volstaat een verwijzing naar de ontwikkelingsdoelen onderwijs of naar de groepsdoelen van het groepswerkplan. 5. Strategieën Beschrijving van de manier waarop het begeleidingsteam (samen met de ouders en de jongere zelf) bijdraagt tot het realiseren van de afgesproken doelen met afspraken wie welke bijdrage levert (WWWH= wie, wat, wanneer, hoe-afspraken). Ook hier wordt gefocust op het realiseren van de afgesproken (individuele) doelen – in andere gevallen (meestal) volstaat een eenvoudige verwijzing naar het groepswerkplan van de groepswerking (programma), het klaswerkplan, het therapieplan, mentorschap…. Hier is van belang de benaderingswijzen vanuit de verscheidene disciplines op elkaar af te stemmen in functie van de gezamenlijk afgesproken doelen. Beschrijving van de aanpassingen die aangebracht moeten worden aan het programma (groepswerkplan/klaswerkplan) en de omgeving (via verduidelijking) incl. pedagogische suggesties. Het begeleidingsteam wordt ondersteund in het realiseren van deze doelen tijdens de uitvoering van het IHP. Tijdens de uitvoering worden de evolutie en de opvolging van de gemaakte afspraken geregeld in kaart gebracht (en ev. tussentijds bijgestuurd): handelingsplanning is een proces met continue beeldvorming en verslaggeving. Dit gebeurt ondermeer via teambesprekingen, groepsbesprekingen, klassenraden… waarin de zorgcoördinator en pedagoog een ondersteunende functie hebben. De zorgcoördinator bewaakt de gemaakte afspraken en volgt deze op, de pedagoog coördineert en coacht het handelings(plannings)proces. 6. Evaluatie en bijsturing: nieuwe beeldvorming Na de evaluatie van de opgestelde doelen, terug naar punt 2. om nieuwe beeldvorming op te stellen en van daaruit nieuwe doelen te formuleren. Dit met duidelijke afspraken hoe en wanneer nieuwe doelen geëvalueerd worden (cyclisch proces met continue beeldvorming en registratie om de continuïteit van het begeleidingsproces te waarborgen)