Document

advertisement
Reumatologie voor de huisarts: fibromyalgie
dr. JWG Jacobs, reumatoloog, UMCU
klinische beeld
pathofysiologie
therapie
klinische beeld
pathofysiologie
therapie
plaatsbepaling binnen reumatische ziekten
inflammatory
inflammatory
non
noninflammatory
inflammatory
spine
ankylosing
ankylosing
spondylitis
spondylitis
spondylosis
spondylosis
joints
rheumatoid
arthritis
arthritis
osteoarthritis
osteoarthritis
(arthrosis)
(arthrosis)
vasculitis
vasculitis
systemic
systemic sclerosis
sclerosis
tendinitis
tendinitis
fibromyalgia
fibromyalgia
connective
tissue
prevalentie fibromyalgie (85% = vrouw)
verschillende populaties
%
• 900 willekeurige personen
1
• 200 opeenvolgende patiënten
5
• huisartsen praktijk
6
• opgenomen patiënten
8
• reumatologie praktijk
14
klachtenpatroon
• chronische pijn & stijfheid in het bewegingsapparaat
• gelokaliseerd in peri-articulaire structuren
• op meerdere plaatsen tegelijk (gegeneraliseerd)
• diffuus van lokalisatie/ uitstralend karakter
• emotioneel gekleurde beschrijving
• moeheid
associated symptoms (% of patients)
Yunus
Quimby
Campbell
Wolfe
Jacobs
92
91
100
78
83
72
86
91
76
85
56
79
68
76
71
paraesthesia
58
?
?
67
60
headache
44
63
55
54
56
anxiety
70
56
?
45
47
irritable bowel
34
37
50
36
29
fatigue
morning
stiffness
sleep
disturbance
bevindingen bij onderzoek
• spierhypertonie
• geen bewegingsbeperking
• geen artritis
• vervolgonderzoek negatief
• pijnlijke spieren en peesaanhechtingen: “tender points”
classificatie criteria
1. gegeneraliseerde,
chronische pijn
2. tenminste 11 van 18
drukpijnlijke plekken
= tender points
Wolfe, et al. Arthritis Rheum
1990;33:160-72.
klinische beeld
pathofysiologie
therapie
research: stress-related neuroendocrine
disturbances (not diagnostic)
•
•
•
•
•
growth hormone axis (somatomedin C)
adrenal axis (ACTH)
thyroid hormone axis
serotonin, melatonin
substance-P
groeihormoon-as
= somatomedin-C
somatomedin C
350
(ng/ml)
n = 55
300
250
n = 55
200
250
200
Bennett
Arthritis Rheum
1992;35:1113-6
50
0
controles patiënten
bijnierschors-as
ACTH response to CRH
ACTH (pg/ml)
40
30
Patients
Controls
20
10
0
CRH
Griep
J Rheumatol
1993;20:469-74
60
Time (min)
120
180
stoornis zintuiglijke informatieverwerking
allodynie
niet-nociceptieve prikkels, normale intensiteit: pijn
hyperalgesie
nociceptieve prikkels: versterkte pijnervaring
sleep disturbance
central
dysregulation
how does it all fit in?
sleep disturbance
central
neuro-endocrine
dysregulation
pain memory
fitness 
}
psychosocial
stress
inactivity
pain
stiffness
fatigue
pain amplification
biopsychosocial model
chronic
psychosocial
stress
neuroendocrine
dysfunction
sleep
disturbance
pain
fatigue
stiffness
physical
deconditioning
less
activity
disturbed pain
modulation
wat is de impact van fibromyalgie?
Impact reumatisch lijden: ziekte, stoornis, beperking en handicap (ICIDH)
ziekte
stoornis
beperking
handicap
proces
structuur /
functie orgaan
vaardigheden /
activiteiten
sociale
gevolgen
weefselsd
orgaan
persoon
maatschappij
BSE, CRP,
gewrichtsscore
 spierkracht,
 ROM
HAQ
QoL-vragenlijst
meting:
objectief
subjectief
Impact fibromyalgie versus bijvoorbeeld RA
ziekte
stoornis
beperking handicap
reumatoïde
artritis
++
++
++
++
fibromyalgie
--
±
+
++
bestaat fibromyalgie ?
klinisch beeld
pathofysiologie
therapie
uitgangspunten
fibromyalgie = een kwaal, geen ziekte;
dit zegt niets over de ernst van de klachten
patiënten serieus nemen,
maar niet medicaliseren
voorlichting
leefregel,
werk aanpassen
dagelijks oefenen,
slaaphygiëne
belasting
belastbaarheid
voorlichting
pijn & stijfheid
bij bewegen,
moeheid
dagelijkse
oefeningen
fysieke
deconditionering
minder
bewegen
voorlichting
leefregel, dagelijks oefenen, slaaphygiëne
aanpassingen en voorzieningen
versus deconditionering
foute cognities (kwaal, geen ziekte; pijngrens)
medicatie is geen oplossing
therapie
fysiotherapie: niet passief, aanleren oefeningen
aanpassingen en voorzieningen: niet,
tenzij…
cognitieve gedragstherapie; psychotherapie
medicatie zo nodig: paracetamol;
tricyclische antidepressiva
amitriptyline (tryptizol)
pijnmodulatie, slaapinductie, antidepressivum
25-50% klinisch relevant effect; samen met
cognitieve gedragstherapie effectiever
10-75 mg a.n., elke stap 6 weken
controle bloedbeeld & leverenzymen
in 1e 10 weken
rolverdeling in aanpak
reumatoloog
huisarts
- diagnose
- begeleiding
- voorlichting
- coördinatie
Download