Natuurlijke kleurstoffen

advertisement
Natuurlijke
kleurstoffen
Het plantenlaboratorium van Arja Hop
Plantaardige kleurstoffen in het grafische atelier
Van meekrap tot brandnetel: pigmenten uit plantenstoffen
95.
Materiaaltechnische informatie over kunst en vormgeving
najaar 2015
XXXXX
www.kunstenaarsmateriaal.nl
6 kM 95
NATUURLIJKE KLEURSTOFFEN
kM 95 7
Plantaardige kleurstoffen in het grafische atelier
De toepassing ervan bij zeefdrukken, houtsnedes en etsen
Veel moeite
Het gehele proces van een zeefdrukpasta maken
gaat langzaam. Op een glazen plaat wordt de
kleurstof in kleine hoeveelheden met Arabische
gom of ei of een ander bindmiddel zoals zetmeel gemengd. De kleurstof is een geconcentreerde, fijne poeder en het is aan te raden om
een stofmasker te dragen en voorzichtig te werk
te gaan om de poeder niet te ver te verspreiden.
Hoe gebruik je natuurlijke kleurstoffen bij grafische technieken? Dit voorjaar was in
het Amsterdams Grafisch Atelier een bijeenkomst over het gebruik ervan bij zeefdrukken. De Amerikaanse printmaker Scott Ludwig deed er ervaring op met het maken van
plantaardige drukinkten voor gebruik bij houtsnedes en etsen. Een verslag in twee
delen.
Monika Auch
Het wordt eerst met het paletmes in het bindmiddel gemengd en dan met de loper gemalen.
Elk poeder heeft een andere consistentie –
vooral indigo is grofkorrelig –, waardoor het
veel moeite kost om de korrels echt te pulveriseren en een smeuïge pasta te maken. Het doel is
immers om de juiste viscositeit voor zeefdrukken
te bereiken.
1. ZEEFDRUKKEN
Tijdens de bijeenkomst in het Amsterdams
Grafisch Atelier experimenteerden vier kunstenaars, onder wie ondergetekende, onder leiding
van Naan Rijks1 met plantaardige kleurstoffen
voor toepassing in zeefdrukken. De kleurstoffen
waren alle afkomstig uit het West-Europees
geografisch gebied; kleurstoffen afkomstig van
planten uit andere delen van de wereld hebben
geheel andere kleurtonen. Zij werden besteld
bij Verfmolen de Kat in Zaandam en bij Couleur
de Plantes in Frankrijk, en kwamen ook uit de
verfplantentuin van Naan Rijks.
Benodigdheden
Het bindmiddel Arabisch gom is in de winkels
voor kunstenaarsbenodigheden te koop.
Andere bindmiddelen, zoals eieren en rijstmeel,
zijn in de gewone of ecosupermarkt te koop.
Een glazen loper is prijzig; misschien voldoet
keukengereedschap als een stenen vijzel met
kom ook. Deze moet wel een heel glad oppervlak hebben om het pigment niet vast te houden. De poeders werden fijngemalen op een
schone glazen plaat. Als je de kleuren later wilt
reproduceren is het handig om alle gebruikte
hoeveelheden met een fijne weegschaal af te
wegen en het nauwkeurig op te schrijven. Veel
glazen potjes en een paletmes om de pasta’s erin
te scheppen zijn ook handig.
Herhalen
De resultaten zijn enigszins te herhalen bij kleurstoffen die gekocht zijn, en waar de testseries
nauwkeurig zijn gedocumenteerd. Bij kleurstoffen die gewonnen zijn uit zelfgeteelde planten,
kan de intensiteit van de geëxtraheerde kleurstof per oogst verschillend uitvallen, afhankelijk
van het tijdstip van de oogst, de bestanddelen
en de voedingsstoffen van de plant uit de grond,
en misschien zelfs het weer.
Op www.paintingplants.nl/verf-maken/ staat
een lijst met bindmiddelen, viscositeit en andere
gegevens om verf te maken. Het is een open
source website met de mogelijkheid om vragen
te stellen.
1
1
Een voorraad zaden.
4
Zeefdruk van Monika Auch met plantaardige
kleurstoffen van wede (indigoblauw), kurkuma
2
Livia Dragon aan het zeefdrukken.
3
Detail de zeefdruk van Livia Dragon met indigo
(geel), walnoot (bruin), chlorophylle (groen) en reseda (rood). Als bindmiddel is Arabische gom gebruikt.
en meekrap.
5
Drukstadia zeefdruk van Kateryna Svirgunenko.
2
3
4
De gewenste kleurintensiteit
Per bindmiddel (Arabisch gom, ei en zetmeel)
werden tests gedaan om te bepalen welke combinaties het meest geschikt zijn voor de gewenste toepassingen. Het vergt ervaring om de
juiste consistentie per kleurstof in combinatie
met een bindmiddel te vinden voor de gewenste
kleurintensiteit. Soms leidde toevoeging van
Arabische gom tot een plotselinge toename in
viscositeit – de pasta werd kauwgom in plaats
van smeuïge zeefdrukpasta! Door het bewerkelijke proces ben je zuinig in het gebruik van de
pasta bij het drukken.
De uiteindelijke kleurintensiteit op papier kan
heel verschillend uitvallen. Daarom is het wenselijk om per kleur eerst te testen met welke hoeveelheid kleurstof en bindmiddel, eventueel
verdund met welke hoeveelheid water, welke
kleurtoon ontstaat. Dan pas is het zinvol om tot
het drukken van het ontwerp over te gaan. De
kleurstoffen in poedervorm zijn beslist niet de
kleuren die op papier verschijnen. Wat bij het resultaat opvalt, is de subtiliteit en natuurlijke uitstraling van de kleurtonen – zeker in
vergelijking met de industriële drukinkten.
5
Lees verder op de volgende pagina.
8 kM 95
kM 95 9
6
2. HOUTSNEDES EN ETSEN
Scott Ludwig, printmaker en docent aan de
Amerikaanse Appalachian State University in
Boone, North Carolina, werkt tijdelijk in
Amsterdam aan een serie grafisch werk met de
ets- en houtsnedetechniek.2 Hij heeft proeven
gedaan om plantaardige inkten voor deze technieken te ontwikkelen. ‘Ik was gegrepen door
de romantiek van het idee om je eigen inkt te
maken, net als in de tijd van Rembrandt’, vertelt
Ludwig. ‘Ooit heb ik in een weekendworkshop
zwarte etsinkt gemaakt. Het was een geweldige
ervaring, maar zeer bewerkelijk. Laat staan om
ook nog je eigen planten te verbouwen.’
Romantiek
Het is veel werk om eigen inkt te maken, vindt
Ludwig. ‘Je moet de juiste viscositeit, de geschikte binder en de passende olie bij het pig-
7
ment vinden. Soms moet er nog droger worden
toegevoegd. Het niet-toxische aspect ervan is
voor mij al jaren een uitgangspunt bij het opzetten van de printshops waar ik lesgeef. Het is een
bijdrage aan de ontwikkeling van duurzaamheid in het vakgebied. Maar het is ook een bijdrage aan de bewustwording van studenten
hierover. ‘Non-toxic’ is bijna een magisch woord
geworden, een buzzword voor het indienen van
subsidieaanvragen. Kunstenaars vanuit de hele
wereld doen actief mee aan deze ontwikkeling.
“Blauwe maandag” is een waardevol en inspirerend onderzoeksproject, omdat er helemaal
vanuit de plant gedacht wordt en er alleen gewerkt wordt met organisch materiaal. Het is zuiver en consequent. Het experimenteren en
testen neemt wel ontzettend veel tijd in beslag,
laat staan het dagelijks verzorgen van de tuin en
de planten. Tot zover dus de romantiek.’
Inkten voor intaglio-technieken
Ludwig heeft met Rijks gewerkt aan het testen
van inkten voor de zgn. intaglio-technieken;
technieken voor het ontwerpen van een patroon die in een oppervlak wordt uitgespaard
door graveren of insnijden zoals etsen en houtsnedes. De basisvraag is altijd welke binder voor
welke kleurstof poeder wordt gebruikt. Ludwig
en Rijks hebben de kleurstoffen gemengd met
water, rijstmeel en kruidnagelolie – zoals in de
traditionele Japanse houtsnedetechniek, die uitgaat van wateroplosbare inkten, gebruikelijk is.
De olie dient als natuurlijk conserveringsmiddel.
Beperkingen
Ludwig ziet toepassingen voor de plantaardige
drukinkten als deze verder worden ontwikkeld.
‘Het werken met natuurlijke kleurstoffen heeft
8
9
beslist waarde, maar kunstenaars moeten weten
hoeveel werk de bereiding vergt, en ze moeten
geïnformeerd zijn over de beperkingen van natuurlijke kleurstoffen, met name op het gebied
van lichtechtheid. Het vervagen van de kleur is
een natuurlijk proces en een mooie metafoor
voor de levenscyclus zelf. Maar het moet wel in
het concept passen van het kunstwerk, anders is
het ongewenst.’
gebruik van materiaal? Hoe belangrijk is hierin
het fysieke element van de verfbereiding in de
plaats van het scheppen uit een pot industriële
verf? Is het verbleken van natuurlijke kleuren te
interpreteren als een gewenst proces om de
tand des tijds te laten zien?
Vervolgonderzoek
Zoals in elk waardevol onderzoek roept het werken met plantaardige kleurstoffen méér vragen
op dan in begin beantwoord zullen worden.
Hoe was het in Rembrandts tijd? Wat kunnen wij
hieraan toevoegen met alle middelen van deze
tijd? Zal de hoeveelheid werk die nodig is om
met plantaardige kleurstoffen grafisch werk te
maken een nieuw bewustzijn kweken? Sluit dit
aan bij het ontstaan van het bewuste, duurzame
Websites
www.paintingplants.nl
www.scottludwigart.com
Noten
1
In een van de komende nummers presenteren
Pieter Keune en Monika Auch de resultaten van
hun onderzoek naar het ontwikkelen van inkten
en drukpasta’s voor grafische technieken en de
kwaliteiten ervan, met name de lichtechtheid.
Zie: Auch, Monika, ‘Experimenteren met drukpasta’s:
Naan Rijks over haar Blauwe Maandag-project’. In: kM 93
(2015), pp.16-17.
2
Zie: Auch, Monika, ‘Hybride prints op z’n Amerikaans:
printmaking volgens Scott Ludwig’. In: kM 88 (2013), pp.2628.
Monika Auch is beeldend kunstenaar en redactielid.
-
6
Het oogsten van planten. (foto: Scott Ludwig)
7
Het verwerken van de bloembladeren. (foto:
Scott Ludwig)
8
Bloembladeren. (foto: Scott Ludwig)
9
Het extraheren van de kleurstof. (foto: Scott
Ludwig)
10 De viscositeit van de kleurstof voor een houtsnede. (foto: Scott Ludwig)
11 Gereedschap voor het maken van een houtsnede.
(foto: Scott Ludwig)
10
11
10 kM 95
JONG
XXXX
kM 95 11
Printmaking
met levende materialen
Hoe Chika Ito de Japanse verftraditie doet herleven
Chika Ito werkt al jaren aan de ontwikkeling en het bekendmaken van het drukken van
grafiek met natuurlijke materialen. Zij is een van de drie oprichtsters van Flatto 81, een
duurzaam designproject. Chika: ‘Het is eenvoudig, minimalistisch design met een gevoel
voor subtiele nuances, geworteld in onze Japanse geaardheid.’
Monika Auch
Neem nu een abonnement op kM
en betaal slechts € 27,50*!
kM is hét vakblad met materiaaltechnische informatie over beeldende kunst.
kM verschijnt viermaal per jaar en hoort thuis in het atelier van elke beeldend kunstenaar, van schilder tot beeldhouwer.
Sluit uw abonnement af op www.kunstenaarsmateriaal.nl
* Dit bedrag geldt voor pariculieren die in Nederland wonen.
Op de hoogte blijven?
Meld u dan aan voor de kM-nieuwsbrief.
‘Ik ben in Japan opgegroeid, mijn vader is een
traditionele dye master’, vertelt Chika Ito. ‘Hij
werkt met Japanse verfplanten op textiel, vooral
met indigo en benibana, dat is Japanse saffraan.
Hij verfde vooral zijde en katoen, maar ik was altijd gefascineerd door werken met papier.’
Tijdens haar studie aan de Southern Illinois
University in de Verenigde Staten (1998, cum
laude BA in studio art en 2000, cum laude BFA in
printmaking) studeerde zij een semester bij het
Ractorea-atelier in Barcelona. Zij ontmoette een
Spaanse frescoschilder die restauratiewerkzaamheden in een kerk uitvoerde en leerde de
natte en droge frescotechniek met traditionele
materialen als kalk en pigmenten. ‘Ik kreeg elke
dag een vers ei voor het bereiden van de verf en
was gefascineerd door de schitterende en heldere kracht van het natuurlijke materiaal. Ieder
werkproces was als een ritueel en toch direct en
simpel. Het was méér dan “iets moois maken”.’
Voor de eindexpositie maakte zij een beeld in de
frescotechniek.
1
Chika Ito, Aurelia Aurita, 2014, gedrukt met rode-
kool, boses, mica en rijstzetmeel.
Ga snel naar
kunstenaarsmateriaal.nl
2
Chika Ito, gedrukt met bladgroen en rijstzetmeel.
kM is ook aanwezig op Facebook
en Twitter. Volg ons!
www.facebook.com/kMmagazine
www.twitter.com/kMmagazine
1
Levende materialen
Terug in de Verenigde Staten begon zij verse
inkt te maken om te tekenen, te verven en te
gaan zeefdrukken met ‘levende’ materialen. In
New York werkte zij vervolgens in restauratieateliers en studeerde boekbinden. Daar herontdekte zij de traditionele Japanse plantaardige
lijmen, stijfsel en het Japanse papier. In 2005 verhuisde zij naar ’s-Hertogenbosch en woont en
werkt nu dicht bij het zeefdrukatelier Kurtface,
van Wim Habraken. Daar experimenteerde zij
verder met natuurlijk materiaal. ‘Soms kookte ik
planten, groenten, wortels, bladeren,
takken, bloemen, fruit, bonen en kruiden, of koop ik pigmenten uit planten
of kleurstoffen voor levensmiddelen
van een toko. Als ik de inkt heb gemaakt, ga ik meteen naar Kurtface om
te drukken.’
Doel van haar experimenten was om
heldere, stralende kleuren op
non-toxische en eenvoudige wijze
zelf te bereiden zoals dat al eeuwenlang in Japan gebeurt. De bereiding is
basic en kan in elke keuken worden
toegepast. Alhoewel het raadzaam is
om eten koken en verf bereiden van
elkaar te scheiden, omdat sommige
verfstoffen schadelijk kunnen zijn.
Chika: ‘Na een aantal experimenten met verschillende materialen kwam ik tot de conclusie
dat veel planten toch giftig zijn, onder meer
door pesticiden en andere toevoegingen. Sinds
2007 gebruik ik meer eetbare materialen en levensmiddelen, zoals in de workshop
Zeefdrukken met koffie en thee.’
Rijstzetmeel
Het inkt- of verfrecept bestaat uit rijstzetmeel,
water en een eetbaar materiaal dat de kleur
geeft; bijvoorbeeld paprika, kurkumapoeder,
biet, rode ui, rodekool, kamille of fruit. Door
het koken of verhitten met rijstzetmeel als
bindmiddel blijft de kleur langer goed. Het
rood van bietensap bijvoorbeeld verdwijnt na
twee tot drie dagen zonder de toevoeging
van zetmeel. Als fixatie kan voor rode en gele
tinten een zuur middel zoals aluin of azijn
worden toegevoegd, voor groen en blauw
een alkalisch middel zoals zout of een as-watermengsel.
Voor een tentoonstelling in Estland heeft
Chika Ito 2500 A6-vellen gedrukt met inkt,
gemaakt van uienschillen. De uiteindelijke installatie was de interpretatie van een traditioneel textielpatroon en de lokale verfmethode.
In haar ervaring is de lichtechtheid van natuurlijke kleuren goed en juist beter door het gebruik van rijstzetmeel als bindmiddel.
Chika’s eigen werk is buitengewoon subtiel in
kleurgebruik en valt op door de zachte glans die
op sommige werken ligt, zoals op de serie
‘Aurelia Aurita’, (dat is de Latijnse naam van de
oorkwal). ‘Tarwe als bindmiddel veroorzaakt
een matte finish terwijl rijst als bindmiddel een
glanzende finish geeft’, aldus Ito.
2
Internationale workshops
Het werk van Chika Ito wekt veel belangstelling.
Zo was zij in augustus op het tweejaarlijkse
printfestival Druck Berlin en gaat zij eind september naar IMPACT 9, de internationale printmaking-conferentie in het Chinese Hangzhou,
om daar het werken met plantaardige drukpasta te demonstreren. Vervolgens reist zij voor
nog een demonstratie door naar de Awagamipapierfabriek in Japan. In 2016 staat een
workshop bij L’Ecole Des Beaux Arts in Brooklyn,
New York ingepland. Ito volgt haar haast genetisch ingegeven passie voor het maken van drukwerk met natuurlijke kleuren en papier.
Monika Auch is beeldend kunstenaar en redactielid.
Websites
www.chikaito.com
www.flatto81.com
www.kurtface.nl
www.awagami.or.jp
12 kM 95
INTERVIEW
kM 95 13
Het plantenlaboratorium van Arja Hop
Arja Hop komt uit een agrarische familie. Haar
belangstelling lag al van jongs af aan bij de
schoonheid, de chaos en de eigen orde in de
plantenwereld, en niet bij de economische rendabiliteit van grond en gewassen. Als kind bestudeerde zij al de planten in slootjes en
weilanden. Zij heeft aan de Akademie voor
Kunsten Vormgeving St. Joost in Breda schilderen gestudeerd en daarna aanvullende opleidingen gevolgd in biologie, kunsteducatie en
filosofie. In het project ‘Residu’ combineert zij
al haar specialisaties. Haar ontwikkeling als
kunstenares begon met olieverf, pigment en
doek. Nu is dat veranderd in het verzamelen
van plantaardige kleurstoffen en het nauwkeurig weergeven ervan.
Sinds 2013 doet Arja Hop artistiek onderzoek naar de kleurstoffen uit planten die in een
omschreven gebied groeien, bijvoorbeeld langs de snelwegen in Amsterdam. Het project ‘Residu’ heeft onder meer geleid tot een overzicht van maar liefst 220 plantaardige
kleurstoffen van ‘nieuwkomers’ in de hoofdstad.
Monika Auch
Poëzie in
1
Residu
‘Residu’ is een project over het verzamelen en
inventariseren van plantaardige kleurstoffen
uit een omschreven habitat, zoals Amsterdam.
Het hele proces van veldwerk, verzamelen van
materiaal tot het vervaardigen van de residuen
wordt weergegeven in schilderijen, analoge
zwart-witfotografie, tekeningen en tekst. De
zeer nauwkeurige werkwijze gaat samen met
haar intuïtieve aanwezigheid in de natuur. Zij
loopt van plantje naar plantje, hurkt neer, bekijkt, verzamelt en gedraagt zich hierin niet als
wetenschapper die met een selectie bezig is,
maar als een open bewonderaar van de natuur.
Deze zienswijze is beïnvloed door filosofen die
over kleur en natuur schreven, zoals Heidegger
die een landweg ziet als de personificatie van
een gids die de wandelaar aanwijst wat zijn of
haar persoonlijke aandacht heeft: ‘Wat rondom
de weg zijn bestaan heeft, brengt hij bijeen, en
hij kent aan ieder die hem betreedt het zijne
toe.’1
Plantenlaboratorium
Hop gebruikt bladeren, takken, zaden, bloemen
en schors om kleurstoffen eruit te halen. In haar
laboratorium staan glazen potjes met gekleurde
vloeistoffen en in containers staan wilde bossen
veldbloemen -- of is het onkruid? Uit de verschillende delen van een plant kunnen verschillende
tinten van een kleur worden geëxtraheerd. Met
de kleurstoffen maakt zij laagsgewijs opgebouwde aquarellen. Haar schildertechniek is afgeleid van de chromatografie. Dat wil zeggen
dat elke laag kleurstof apart en duidelijk zichtbaar door de drager, het papier, wordt geabsorbeerd. Hierdoor ontstaat de kenmerkende
opbouw in kolommen of in dit voorbeeld van
ovale vlakken gescheiden door lijnen (zie afb. 4).
Nieuwkomers
Bij het verzamelen van planten gaat Arja Hop
niet uit van een lijst van kleurplanten; ze weet
dus niet weet welke kleur uit welke plant komt.
Zo wetenschappelijk werkt wel biologe en kun-
2
stenaar Naan Rijks in haar verfplantenproject
‘Blauwe Maandag’. Ter beperking van Hops onderzoek is een keuze voor een regio nodig, bijvoorbeeld alleen parken. Hop: ‘Mijn keuze
hangt samen met de inhoudelijke vraag: “Hoe
overleven nieuwkomers in de stad
Amsterdam?” Dat is een vraag die in overdrachtelijke zin ook voor mensen van toepassing is.
Immigranten heten in de plantenwereld “neofyten”. Dat zijn plantengroepen die niet van
oorsprong hier voorkomen, maar door aanpassing wel kunnen gaan groeien. Een goed voorbeeld hiervan zijn de nieuwe planten die langs
snelwegen, rond taluten, in bermen en in havengebieden groeien. Zij zijn ontstaan uit
zaden die door internationaal verkeer worden
meegenomen. Met Amsterdam als gewenste
locatie, kies ik een plantensoort en bekijk hoe
deze zich gedraagt. Een klaproos net geplukt,
verwelkt meteen en verandert daarbij van
kleur. Een plant kan interessanter zijn voor mijn
bewerkingen als ze droog of juist vers is. Door
met planten te experimenteren bij het extraheren van de kleurstoffen kwam ik erachter welke
plant welke kleurstof geeft. Ik benader dit geheel intuïtief, niet als wetenschapper.’
3
1
De werkplek van Arja Hop in het Aap-lab
(Amsterdam Analogical Photoprinting) in
Amsterdam.
2
Arja Hop, Fotogram: Stokroos / Alcea rosea,
Kerkstraat Amsterdam, 2015, print van gelatinezilver
op barietpapier, 80 x 80 cm.
3
Arja Hop doet veldwerk op het land.
De grauwe abeel
Gesprekken met bioloog en urbaan ecoloog Ton
Denters bekrachtigden haar idee dat een benadering als kunstenaar juist de esthetische
waarde van deze specifieke planten kan laten
zien. Tenslotte is de visuele weergave met de
subtiele kleuren en vormen van de planten als
materiaal voor haar het belangrijkst.
KUNST & MEDIA
14 kM 95
ten. Hop legt uit: ‘Ik leg de sappen van de plant
op transparante film en zet dit om in een fotografische afdruk die vervolgens van microscopisch materiaal naar een monumentale schaal
wordt vergroot. Dat is als het ware een kleuranalyse in de vorm van analoge kleurenprints.
De prints zijn lichtecht en maken een langdurige
presentatie mogelijk. Van alle neofyten maak ik
zwart-witfoto’s met registraties van hun standplaats. Hierdoor ontstaat een kaart van de stad
met als markeringen de nieuwe planten die zich
er gevestigd hebben.
Als volgende stap maak ik registraties van plantenonderdelen in de vorm van fotogrammen.
Dat zijn fraaie afbeeldingen van planten in
grote afmetingen, geprint in gelatinezilver op
barietpapier. Door de intensieve samenwerking
met Svenson ontwikkelen wij een nieuwe taal
die zijn oorsprong deels in de schilderkunst en
deels in de analoge fotografie heeft.’ De door
Hop en Svenson ontwikkelde techniek benadrukt door de pure wijze van registratie en de
uitvergroting tot monumentale afmetingen
juist de teerheid en kwetsbaarheid van de planten (zie afb. 5).
4
In opdracht van het Stadsarchief Amsterdam
heeft zij de grauwe abeel (Populus canescens)
bestudeerd en met haar specifieke technieken
weergegeven. Het materiaal is verzameld langs
de Jachthavenweg, aan de zuidelijke grens van
de stad. Daar staan veel Populus canescens ‘De
Moffart’, een Belgische cultivar van de grauwe
abeel. In 1958 werden nieuwe loten vanuit de
wortels van een moederboom uit het Belgische
Schulen langs een laantje geplant. Immigranten
van net over de grens! De bomen zijn eenvoudig
te herkennen aan de tekeningen op de stam die
aan ogen doen denken. Uit verschillende onderdelen van de boom zijn acht tinten geëxtraheerd en gedocumenteerd.
Fotogrammen
Hop werkt samen met Peter Svenson, fotograaf
en mede-eigenaar van Aap-lab, dat is gespecialiseerd in analoge fotografie. Zij bundelen hun
expertises voor de ontwikkeling van een
nieuwe, directe visualisatiemethode van plan-
4
Residu van bleke klaproos, blad en steel,
Amsteldijk in Amsterdam, 4 juli 2014, plantaardige
kleurstof op Hahnemühle-aquarelpapier 300 gr., 32 x
42 cm. (foto: Arja Hop)
5
Fotogram van een paardenbloem.
Toekomstig onderzoek
Het land van Hops familie is verkocht aan
Natuurmonumenten en zal in de loop der jaren
geleidelijk aan transformeren tot een natuurgebied dat de natuur van vóór de agrarische ingrepen en verkaveling, zo’n 250 jaar geleden, moet
benaderen. Hop wil in een volgend project de
metamorfose van agrarisch land naar natuurlandschap laten zien. Zij zal dit visueel onderzoek opnieuw aan de hand van plantaardige
kleurstoffen en analoge fotografie uitvoeren.
In een ander onderzoek wil zij haar methodiek
op een bijna antropologische vraagstelling toepassen; in de toekomst wil zij samen met Peter
Svenson in Nieuw-Zeeland onderzoek doen naar
de kleurstoffen van varens en de betekenis van
varens in de Maori-cultuur.
Artistieke wetenschap
In ‘Residu’ maakt Arja Hop de uit planten gewonnen kleurstoffen op een poëtische wijze
zichtbaar. Haar onderzoek valt op door de volstrekt eigen, ingetogen en consequente benadering. Zij is een kunstenaar die
wetenschappelijke methoden niet probeert te
kopiëren, maar haar eigen artistieke wetenschap bedrijft -- en juist daardoor aan zeggingskracht wint. Het is geen romantiserende kijk op
de natuur, maar een open blik voor wat om ons
heen in een stedelijke omgeving groeit.
Monika Auch is beeldend kunstenaar en redactielid.
Website
www.arjahop.com
Noten
1
Uit: Heidegger, Martin, De landweg, 2001, Uitgeverij
Damon.
5
kM 95 15
Concrete and
Culture
Onlosmakelijk aan de
technische kwaliteiten van een materiaal
is het belang van de
betekenissen die
eraan worden toegeschreven. Welke associaties zijn eraan
verbonden en vooral
waarom? Met beton ligt de zaak wel heel gevoelig en architectuurhistoricus Adrian Forty is
zich hiervan terdege bewust. In films wordt voor
het decor van een kille, harde, grijze wereld
beton gebruikt. In een omgeving van beton gebeurt het dramatisch ongeluk. Het zijn deze
vooroordelen die de auteur van Concrete and
Culture wil doorbreken. De verhouding tussen
beton en natuur is minder gespannen dan wordt
verondersteld. Beton als uniform product dat
aan de wereld een monotoon karakter geeft,
wordt bestreden door de gedurfde architectuur
uit Brazilië (bijv. Oscar Niemeyer), naast de sacrale vormentaal in Japan (bijv. Tadao Ando) te
plaatsen. Er zijn eindeloze woonblokken, maar
ook schitterende kerken en monumenten. Bij de
herwaardering van beton worden paviljoens en
nieuwe musea (bijv. van Peter Zumthor) als illustraties getoond. Als voorbeeld ook fotografen
die van strakke lijnen, contrasten en grote formaten houden die in beton zijn gerealiseerd.
Van Rachel Whiteread worden enkele kunstwerken beschreven. Het boek bezit een uitgebreide
en veelzijdige benadering en bevat een goede
index. Het onderwerp vraagt om meer. De
breedte is niet zichtbaar gemaakt en dat is een
gemis. Geen kleur, geen hightech beton, geen
aandacht voor toeslagen. Het boek is wat grijs
en geeft daarmee ook de onstabiele relatie tussen het materiaal en de mens weer. Een vervolg
met de geschiedenis van andere materialen is
welkom.
Concrete and Culture: a Material History
Adrian Forty
ISBN: 978 18 618 9897 5
ca. € 37,-, 224 p.
Reaktion Books
Harald Schole
The Organic
Artist
Het is tijd om terug te
keren tot basic! Dit
boek laat heel verfrissend zien hoe iedereen met middelen uit
de natuur papier,
houtskool, pennetjes,
stencils, prenten en
een boek kan maken. Auteur Nick Neddo leeft in
Vermont en gebruikt onder andere natuurlijke
pigmenten, hout, klei en alles wat om hem heen
beschikbaar is. Het is een geïllustreerd doe-hetzelfboek dat ‘geitenwollensokkenachtig’ mag
(advertentie)
aandoen maar je tegelijkertijd met frisse blik
laat kijken naar het grote verschil dat technische
innovaties in het leven van de kunstenaar hebben gebracht. Het kan zeker aanzetten om ingeslepen werkwijzen te herzien en te
experimenteren met natuurlijke materialen die
niet uit de winkel komen. Zeker in combinatie
met geavanceerde technieken zouden hieruit
interessante resultaten kunnen komen.
The Organic Artist: Make Your Own Paint, Paper, Pigments,
Prints and More from Nature
Nick Neddo
ISBN: 978 15 925 3926 0
ca. € 24,-, 158 p.
Quarry Books
Monika Auch
Borders &
Crossings: the
Artist as
Explorer
In 2013 vond in het
Schotse Dundee de achtste editie van Impact
plaats, een internationale conferentie over
printmaking, met grensverleggend onderzoek
als thema. Het Duncan of Jordanstone College
of Art & Design heeft de uitgebreide catalogus
met de lezingen en alle projecten in een gelimiteerde oplage van vijfhonderd stuks gepubliceerd. Het is een naslagwerk geworden voor
iedereen die op de hoogte wil zijn van wat in de
wereld van printmaking zoal gebeurt en zeker
aan te bevelen voor docenten. De mix van onderwerpen – van academische peer reviewed
teksten tot hands-on workshops – maakt het
boek zo levendig. Het laat vooral het potentieel
van het grafische vakgebied in cross-disciplinair
werken goed zien, zoals de cross-overs met keramiek, forensische wetenschap en milieuvriendelijke technologie. Het kritisch-artistieke
reflecteren op netelige thema’s rondom milieu
en politiek is ruim vertegenwoordigd. Zo staan
op pagina’s 284 en 285 projecten over respectievelijk kleurreproductie in inkjetprinting, het collectieve geheugen, milieuvriendelijk printen in
Ijsland, klimaatverandering en geografische
kaarten. Het boek bevat een schat aan informatie met alle relevante websites om verder te zoeken.
webshop:
www.hazelaar.nl
gereedschap & materiaal
voor beeldend kunstenaars
Borders & Crossings: the Artist as Explorer
Paul Liam Harrison, Emile Shemilt, Arthur Watson (red.)
ISBN: 1 899837 70 1
ca. € 98,- 376 p.
Duncan of Jordanstone College of Art & Design, University
of Dundee
Te bestellen via
www.conf.dundee.ac.uk/impact8/publication/
Monika Auch
de Hazelaar ART SUPPLIES
winkel: Pimpelmees 1, SOEST
Download