Natuurlijke kleurstoffen Het plantenlaboratorium van Arja Hop Plantaardige kleurstoffen in het grafische atelier Van meekrap tot brandnetel: pigmenten uit plantenstoffen 95. Materiaaltechnische informatie over kunst en vormgeving najaar 2015 XXXXX www.kunstenaarsmateriaal.nl 6 kM 95 NATUURLIJKE KLEURSTOFFEN kM 95 7 Plantaardige kleurstoffen in het grafische atelier De toepassing ervan bij zeefdrukken, houtsnedes en etsen Veel moeite Het gehele proces van een zeefdrukpasta maken gaat langzaam. Op een glazen plaat wordt de kleurstof in kleine hoeveelheden met Arabische gom of ei of een ander bindmiddel zoals zetmeel gemengd. De kleurstof is een geconcentreerde, fijne poeder en het is aan te raden om een stofmasker te dragen en voorzichtig te werk te gaan om de poeder niet te ver te verspreiden. Hoe gebruik je natuurlijke kleurstoffen bij grafische technieken? Dit voorjaar was in het Amsterdams Grafisch Atelier een bijeenkomst over het gebruik ervan bij zeefdrukken. De Amerikaanse printmaker Scott Ludwig deed er ervaring op met het maken van plantaardige drukinkten voor gebruik bij houtsnedes en etsen. Een verslag in twee delen. Monika Auch Het wordt eerst met het paletmes in het bindmiddel gemengd en dan met de loper gemalen. Elk poeder heeft een andere consistentie – vooral indigo is grofkorrelig –, waardoor het veel moeite kost om de korrels echt te pulveriseren en een smeuïge pasta te maken. Het doel is immers om de juiste viscositeit voor zeefdrukken te bereiken. 1. ZEEFDRUKKEN Tijdens de bijeenkomst in het Amsterdams Grafisch Atelier experimenteerden vier kunstenaars, onder wie ondergetekende, onder leiding van Naan Rijks1 met plantaardige kleurstoffen voor toepassing in zeefdrukken. De kleurstoffen waren alle afkomstig uit het West-Europees geografisch gebied; kleurstoffen afkomstig van planten uit andere delen van de wereld hebben geheel andere kleurtonen. Zij werden besteld bij Verfmolen de Kat in Zaandam en bij Couleur de Plantes in Frankrijk, en kwamen ook uit de verfplantentuin van Naan Rijks. Benodigdheden Het bindmiddel Arabisch gom is in de winkels voor kunstenaarsbenodigheden te koop. Andere bindmiddelen, zoals eieren en rijstmeel, zijn in de gewone of ecosupermarkt te koop. Een glazen loper is prijzig; misschien voldoet keukengereedschap als een stenen vijzel met kom ook. Deze moet wel een heel glad oppervlak hebben om het pigment niet vast te houden. De poeders werden fijngemalen op een schone glazen plaat. Als je de kleuren later wilt reproduceren is het handig om alle gebruikte hoeveelheden met een fijne weegschaal af te wegen en het nauwkeurig op te schrijven. Veel glazen potjes en een paletmes om de pasta’s erin te scheppen zijn ook handig. Herhalen De resultaten zijn enigszins te herhalen bij kleurstoffen die gekocht zijn, en waar de testseries nauwkeurig zijn gedocumenteerd. Bij kleurstoffen die gewonnen zijn uit zelfgeteelde planten, kan de intensiteit van de geëxtraheerde kleurstof per oogst verschillend uitvallen, afhankelijk van het tijdstip van de oogst, de bestanddelen en de voedingsstoffen van de plant uit de grond, en misschien zelfs het weer. Op www.paintingplants.nl/verf-maken/ staat een lijst met bindmiddelen, viscositeit en andere gegevens om verf te maken. Het is een open source website met de mogelijkheid om vragen te stellen. 1 1 Een voorraad zaden. 4 Zeefdruk van Monika Auch met plantaardige kleurstoffen van wede (indigoblauw), kurkuma 2 Livia Dragon aan het zeefdrukken. 3 Detail de zeefdruk van Livia Dragon met indigo (geel), walnoot (bruin), chlorophylle (groen) en reseda (rood). Als bindmiddel is Arabische gom gebruikt. en meekrap. 5 Drukstadia zeefdruk van Kateryna Svirgunenko. 2 3 4 De gewenste kleurintensiteit Per bindmiddel (Arabisch gom, ei en zetmeel) werden tests gedaan om te bepalen welke combinaties het meest geschikt zijn voor de gewenste toepassingen. Het vergt ervaring om de juiste consistentie per kleurstof in combinatie met een bindmiddel te vinden voor de gewenste kleurintensiteit. Soms leidde toevoeging van Arabische gom tot een plotselinge toename in viscositeit – de pasta werd kauwgom in plaats van smeuïge zeefdrukpasta! Door het bewerkelijke proces ben je zuinig in het gebruik van de pasta bij het drukken. De uiteindelijke kleurintensiteit op papier kan heel verschillend uitvallen. Daarom is het wenselijk om per kleur eerst te testen met welke hoeveelheid kleurstof en bindmiddel, eventueel verdund met welke hoeveelheid water, welke kleurtoon ontstaat. Dan pas is het zinvol om tot het drukken van het ontwerp over te gaan. De kleurstoffen in poedervorm zijn beslist niet de kleuren die op papier verschijnen. Wat bij het resultaat opvalt, is de subtiliteit en natuurlijke uitstraling van de kleurtonen – zeker in vergelijking met de industriële drukinkten. 5 Lees verder op de volgende pagina. 8 kM 95 kM 95 9 6 2. HOUTSNEDES EN ETSEN Scott Ludwig, printmaker en docent aan de Amerikaanse Appalachian State University in Boone, North Carolina, werkt tijdelijk in Amsterdam aan een serie grafisch werk met de ets- en houtsnedetechniek.2 Hij heeft proeven gedaan om plantaardige inkten voor deze technieken te ontwikkelen. ‘Ik was gegrepen door de romantiek van het idee om je eigen inkt te maken, net als in de tijd van Rembrandt’, vertelt Ludwig. ‘Ooit heb ik in een weekendworkshop zwarte etsinkt gemaakt. Het was een geweldige ervaring, maar zeer bewerkelijk. Laat staan om ook nog je eigen planten te verbouwen.’ Romantiek Het is veel werk om eigen inkt te maken, vindt Ludwig. ‘Je moet de juiste viscositeit, de geschikte binder en de passende olie bij het pig- 7 ment vinden. Soms moet er nog droger worden toegevoegd. Het niet-toxische aspect ervan is voor mij al jaren een uitgangspunt bij het opzetten van de printshops waar ik lesgeef. Het is een bijdrage aan de ontwikkeling van duurzaamheid in het vakgebied. Maar het is ook een bijdrage aan de bewustwording van studenten hierover. ‘Non-toxic’ is bijna een magisch woord geworden, een buzzword voor het indienen van subsidieaanvragen. Kunstenaars vanuit de hele wereld doen actief mee aan deze ontwikkeling. “Blauwe maandag” is een waardevol en inspirerend onderzoeksproject, omdat er helemaal vanuit de plant gedacht wordt en er alleen gewerkt wordt met organisch materiaal. Het is zuiver en consequent. Het experimenteren en testen neemt wel ontzettend veel tijd in beslag, laat staan het dagelijks verzorgen van de tuin en de planten. Tot zover dus de romantiek.’ Inkten voor intaglio-technieken Ludwig heeft met Rijks gewerkt aan het testen van inkten voor de zgn. intaglio-technieken; technieken voor het ontwerpen van een patroon die in een oppervlak wordt uitgespaard door graveren of insnijden zoals etsen en houtsnedes. De basisvraag is altijd welke binder voor welke kleurstof poeder wordt gebruikt. Ludwig en Rijks hebben de kleurstoffen gemengd met water, rijstmeel en kruidnagelolie – zoals in de traditionele Japanse houtsnedetechniek, die uitgaat van wateroplosbare inkten, gebruikelijk is. De olie dient als natuurlijk conserveringsmiddel. Beperkingen Ludwig ziet toepassingen voor de plantaardige drukinkten als deze verder worden ontwikkeld. ‘Het werken met natuurlijke kleurstoffen heeft 8 9 beslist waarde, maar kunstenaars moeten weten hoeveel werk de bereiding vergt, en ze moeten geïnformeerd zijn over de beperkingen van natuurlijke kleurstoffen, met name op het gebied van lichtechtheid. Het vervagen van de kleur is een natuurlijk proces en een mooie metafoor voor de levenscyclus zelf. Maar het moet wel in het concept passen van het kunstwerk, anders is het ongewenst.’ gebruik van materiaal? Hoe belangrijk is hierin het fysieke element van de verfbereiding in de plaats van het scheppen uit een pot industriële verf? Is het verbleken van natuurlijke kleuren te interpreteren als een gewenst proces om de tand des tijds te laten zien? Vervolgonderzoek Zoals in elk waardevol onderzoek roept het werken met plantaardige kleurstoffen méér vragen op dan in begin beantwoord zullen worden. Hoe was het in Rembrandts tijd? Wat kunnen wij hieraan toevoegen met alle middelen van deze tijd? Zal de hoeveelheid werk die nodig is om met plantaardige kleurstoffen grafisch werk te maken een nieuw bewustzijn kweken? Sluit dit aan bij het ontstaan van het bewuste, duurzame Websites www.paintingplants.nl www.scottludwigart.com Noten 1 In een van de komende nummers presenteren Pieter Keune en Monika Auch de resultaten van hun onderzoek naar het ontwikkelen van inkten en drukpasta’s voor grafische technieken en de kwaliteiten ervan, met name de lichtechtheid. Zie: Auch, Monika, ‘Experimenteren met drukpasta’s: Naan Rijks over haar Blauwe Maandag-project’. In: kM 93 (2015), pp.16-17. 2 Zie: Auch, Monika, ‘Hybride prints op z’n Amerikaans: printmaking volgens Scott Ludwig’. In: kM 88 (2013), pp.2628. Monika Auch is beeldend kunstenaar en redactielid. - 6 Het oogsten van planten. (foto: Scott Ludwig) 7 Het verwerken van de bloembladeren. (foto: Scott Ludwig) 8 Bloembladeren. (foto: Scott Ludwig) 9 Het extraheren van de kleurstof. (foto: Scott Ludwig) 10 De viscositeit van de kleurstof voor een houtsnede. (foto: Scott Ludwig) 11 Gereedschap voor het maken van een houtsnede. (foto: Scott Ludwig) 10 11 10 kM 95 JONG XXXX kM 95 11 Printmaking met levende materialen Hoe Chika Ito de Japanse verftraditie doet herleven Chika Ito werkt al jaren aan de ontwikkeling en het bekendmaken van het drukken van grafiek met natuurlijke materialen. Zij is een van de drie oprichtsters van Flatto 81, een duurzaam designproject. Chika: ‘Het is eenvoudig, minimalistisch design met een gevoel voor subtiele nuances, geworteld in onze Japanse geaardheid.’ Monika Auch Neem nu een abonnement op kM en betaal slechts € 27,50*! kM is hét vakblad met materiaaltechnische informatie over beeldende kunst. kM verschijnt viermaal per jaar en hoort thuis in het atelier van elke beeldend kunstenaar, van schilder tot beeldhouwer. Sluit uw abonnement af op www.kunstenaarsmateriaal.nl * Dit bedrag geldt voor pariculieren die in Nederland wonen. Op de hoogte blijven? Meld u dan aan voor de kM-nieuwsbrief. ‘Ik ben in Japan opgegroeid, mijn vader is een traditionele dye master’, vertelt Chika Ito. ‘Hij werkt met Japanse verfplanten op textiel, vooral met indigo en benibana, dat is Japanse saffraan. Hij verfde vooral zijde en katoen, maar ik was altijd gefascineerd door werken met papier.’ Tijdens haar studie aan de Southern Illinois University in de Verenigde Staten (1998, cum laude BA in studio art en 2000, cum laude BFA in printmaking) studeerde zij een semester bij het Ractorea-atelier in Barcelona. Zij ontmoette een Spaanse frescoschilder die restauratiewerkzaamheden in een kerk uitvoerde en leerde de natte en droge frescotechniek met traditionele materialen als kalk en pigmenten. ‘Ik kreeg elke dag een vers ei voor het bereiden van de verf en was gefascineerd door de schitterende en heldere kracht van het natuurlijke materiaal. Ieder werkproces was als een ritueel en toch direct en simpel. Het was méér dan “iets moois maken”.’ Voor de eindexpositie maakte zij een beeld in de frescotechniek. 1 Chika Ito, Aurelia Aurita, 2014, gedrukt met rode- kool, boses, mica en rijstzetmeel. Ga snel naar kunstenaarsmateriaal.nl 2 Chika Ito, gedrukt met bladgroen en rijstzetmeel. kM is ook aanwezig op Facebook en Twitter. Volg ons! www.facebook.com/kMmagazine www.twitter.com/kMmagazine 1 Levende materialen Terug in de Verenigde Staten begon zij verse inkt te maken om te tekenen, te verven en te gaan zeefdrukken met ‘levende’ materialen. In New York werkte zij vervolgens in restauratieateliers en studeerde boekbinden. Daar herontdekte zij de traditionele Japanse plantaardige lijmen, stijfsel en het Japanse papier. In 2005 verhuisde zij naar ’s-Hertogenbosch en woont en werkt nu dicht bij het zeefdrukatelier Kurtface, van Wim Habraken. Daar experimenteerde zij verder met natuurlijk materiaal. ‘Soms kookte ik planten, groenten, wortels, bladeren, takken, bloemen, fruit, bonen en kruiden, of koop ik pigmenten uit planten of kleurstoffen voor levensmiddelen van een toko. Als ik de inkt heb gemaakt, ga ik meteen naar Kurtface om te drukken.’ Doel van haar experimenten was om heldere, stralende kleuren op non-toxische en eenvoudige wijze zelf te bereiden zoals dat al eeuwenlang in Japan gebeurt. De bereiding is basic en kan in elke keuken worden toegepast. Alhoewel het raadzaam is om eten koken en verf bereiden van elkaar te scheiden, omdat sommige verfstoffen schadelijk kunnen zijn. Chika: ‘Na een aantal experimenten met verschillende materialen kwam ik tot de conclusie dat veel planten toch giftig zijn, onder meer door pesticiden en andere toevoegingen. Sinds 2007 gebruik ik meer eetbare materialen en levensmiddelen, zoals in de workshop Zeefdrukken met koffie en thee.’ Rijstzetmeel Het inkt- of verfrecept bestaat uit rijstzetmeel, water en een eetbaar materiaal dat de kleur geeft; bijvoorbeeld paprika, kurkumapoeder, biet, rode ui, rodekool, kamille of fruit. Door het koken of verhitten met rijstzetmeel als bindmiddel blijft de kleur langer goed. Het rood van bietensap bijvoorbeeld verdwijnt na twee tot drie dagen zonder de toevoeging van zetmeel. Als fixatie kan voor rode en gele tinten een zuur middel zoals aluin of azijn worden toegevoegd, voor groen en blauw een alkalisch middel zoals zout of een as-watermengsel. Voor een tentoonstelling in Estland heeft Chika Ito 2500 A6-vellen gedrukt met inkt, gemaakt van uienschillen. De uiteindelijke installatie was de interpretatie van een traditioneel textielpatroon en de lokale verfmethode. In haar ervaring is de lichtechtheid van natuurlijke kleuren goed en juist beter door het gebruik van rijstzetmeel als bindmiddel. Chika’s eigen werk is buitengewoon subtiel in kleurgebruik en valt op door de zachte glans die op sommige werken ligt, zoals op de serie ‘Aurelia Aurita’, (dat is de Latijnse naam van de oorkwal). ‘Tarwe als bindmiddel veroorzaakt een matte finish terwijl rijst als bindmiddel een glanzende finish geeft’, aldus Ito. 2 Internationale workshops Het werk van Chika Ito wekt veel belangstelling. Zo was zij in augustus op het tweejaarlijkse printfestival Druck Berlin en gaat zij eind september naar IMPACT 9, de internationale printmaking-conferentie in het Chinese Hangzhou, om daar het werken met plantaardige drukpasta te demonstreren. Vervolgens reist zij voor nog een demonstratie door naar de Awagamipapierfabriek in Japan. In 2016 staat een workshop bij L’Ecole Des Beaux Arts in Brooklyn, New York ingepland. Ito volgt haar haast genetisch ingegeven passie voor het maken van drukwerk met natuurlijke kleuren en papier. Monika Auch is beeldend kunstenaar en redactielid. Websites www.chikaito.com www.flatto81.com www.kurtface.nl www.awagami.or.jp 12 kM 95 INTERVIEW kM 95 13 Het plantenlaboratorium van Arja Hop Arja Hop komt uit een agrarische familie. Haar belangstelling lag al van jongs af aan bij de schoonheid, de chaos en de eigen orde in de plantenwereld, en niet bij de economische rendabiliteit van grond en gewassen. Als kind bestudeerde zij al de planten in slootjes en weilanden. Zij heeft aan de Akademie voor Kunsten Vormgeving St. Joost in Breda schilderen gestudeerd en daarna aanvullende opleidingen gevolgd in biologie, kunsteducatie en filosofie. In het project ‘Residu’ combineert zij al haar specialisaties. Haar ontwikkeling als kunstenares begon met olieverf, pigment en doek. Nu is dat veranderd in het verzamelen van plantaardige kleurstoffen en het nauwkeurig weergeven ervan. Sinds 2013 doet Arja Hop artistiek onderzoek naar de kleurstoffen uit planten die in een omschreven gebied groeien, bijvoorbeeld langs de snelwegen in Amsterdam. Het project ‘Residu’ heeft onder meer geleid tot een overzicht van maar liefst 220 plantaardige kleurstoffen van ‘nieuwkomers’ in de hoofdstad. Monika Auch Poëzie in 1 Residu ‘Residu’ is een project over het verzamelen en inventariseren van plantaardige kleurstoffen uit een omschreven habitat, zoals Amsterdam. Het hele proces van veldwerk, verzamelen van materiaal tot het vervaardigen van de residuen wordt weergegeven in schilderijen, analoge zwart-witfotografie, tekeningen en tekst. De zeer nauwkeurige werkwijze gaat samen met haar intuïtieve aanwezigheid in de natuur. Zij loopt van plantje naar plantje, hurkt neer, bekijkt, verzamelt en gedraagt zich hierin niet als wetenschapper die met een selectie bezig is, maar als een open bewonderaar van de natuur. Deze zienswijze is beïnvloed door filosofen die over kleur en natuur schreven, zoals Heidegger die een landweg ziet als de personificatie van een gids die de wandelaar aanwijst wat zijn of haar persoonlijke aandacht heeft: ‘Wat rondom de weg zijn bestaan heeft, brengt hij bijeen, en hij kent aan ieder die hem betreedt het zijne toe.’1 Plantenlaboratorium Hop gebruikt bladeren, takken, zaden, bloemen en schors om kleurstoffen eruit te halen. In haar laboratorium staan glazen potjes met gekleurde vloeistoffen en in containers staan wilde bossen veldbloemen -- of is het onkruid? Uit de verschillende delen van een plant kunnen verschillende tinten van een kleur worden geëxtraheerd. Met de kleurstoffen maakt zij laagsgewijs opgebouwde aquarellen. Haar schildertechniek is afgeleid van de chromatografie. Dat wil zeggen dat elke laag kleurstof apart en duidelijk zichtbaar door de drager, het papier, wordt geabsorbeerd. Hierdoor ontstaat de kenmerkende opbouw in kolommen of in dit voorbeeld van ovale vlakken gescheiden door lijnen (zie afb. 4). Nieuwkomers Bij het verzamelen van planten gaat Arja Hop niet uit van een lijst van kleurplanten; ze weet dus niet weet welke kleur uit welke plant komt. Zo wetenschappelijk werkt wel biologe en kun- 2 stenaar Naan Rijks in haar verfplantenproject ‘Blauwe Maandag’. Ter beperking van Hops onderzoek is een keuze voor een regio nodig, bijvoorbeeld alleen parken. Hop: ‘Mijn keuze hangt samen met de inhoudelijke vraag: “Hoe overleven nieuwkomers in de stad Amsterdam?” Dat is een vraag die in overdrachtelijke zin ook voor mensen van toepassing is. Immigranten heten in de plantenwereld “neofyten”. Dat zijn plantengroepen die niet van oorsprong hier voorkomen, maar door aanpassing wel kunnen gaan groeien. Een goed voorbeeld hiervan zijn de nieuwe planten die langs snelwegen, rond taluten, in bermen en in havengebieden groeien. Zij zijn ontstaan uit zaden die door internationaal verkeer worden meegenomen. Met Amsterdam als gewenste locatie, kies ik een plantensoort en bekijk hoe deze zich gedraagt. Een klaproos net geplukt, verwelkt meteen en verandert daarbij van kleur. Een plant kan interessanter zijn voor mijn bewerkingen als ze droog of juist vers is. Door met planten te experimenteren bij het extraheren van de kleurstoffen kwam ik erachter welke plant welke kleurstof geeft. Ik benader dit geheel intuïtief, niet als wetenschapper.’ 3 1 De werkplek van Arja Hop in het Aap-lab (Amsterdam Analogical Photoprinting) in Amsterdam. 2 Arja Hop, Fotogram: Stokroos / Alcea rosea, Kerkstraat Amsterdam, 2015, print van gelatinezilver op barietpapier, 80 x 80 cm. 3 Arja Hop doet veldwerk op het land. De grauwe abeel Gesprekken met bioloog en urbaan ecoloog Ton Denters bekrachtigden haar idee dat een benadering als kunstenaar juist de esthetische waarde van deze specifieke planten kan laten zien. Tenslotte is de visuele weergave met de subtiele kleuren en vormen van de planten als materiaal voor haar het belangrijkst. KUNST & MEDIA 14 kM 95 ten. Hop legt uit: ‘Ik leg de sappen van de plant op transparante film en zet dit om in een fotografische afdruk die vervolgens van microscopisch materiaal naar een monumentale schaal wordt vergroot. Dat is als het ware een kleuranalyse in de vorm van analoge kleurenprints. De prints zijn lichtecht en maken een langdurige presentatie mogelijk. Van alle neofyten maak ik zwart-witfoto’s met registraties van hun standplaats. Hierdoor ontstaat een kaart van de stad met als markeringen de nieuwe planten die zich er gevestigd hebben. Als volgende stap maak ik registraties van plantenonderdelen in de vorm van fotogrammen. Dat zijn fraaie afbeeldingen van planten in grote afmetingen, geprint in gelatinezilver op barietpapier. Door de intensieve samenwerking met Svenson ontwikkelen wij een nieuwe taal die zijn oorsprong deels in de schilderkunst en deels in de analoge fotografie heeft.’ De door Hop en Svenson ontwikkelde techniek benadrukt door de pure wijze van registratie en de uitvergroting tot monumentale afmetingen juist de teerheid en kwetsbaarheid van de planten (zie afb. 5). 4 In opdracht van het Stadsarchief Amsterdam heeft zij de grauwe abeel (Populus canescens) bestudeerd en met haar specifieke technieken weergegeven. Het materiaal is verzameld langs de Jachthavenweg, aan de zuidelijke grens van de stad. Daar staan veel Populus canescens ‘De Moffart’, een Belgische cultivar van de grauwe abeel. In 1958 werden nieuwe loten vanuit de wortels van een moederboom uit het Belgische Schulen langs een laantje geplant. Immigranten van net over de grens! De bomen zijn eenvoudig te herkennen aan de tekeningen op de stam die aan ogen doen denken. Uit verschillende onderdelen van de boom zijn acht tinten geëxtraheerd en gedocumenteerd. Fotogrammen Hop werkt samen met Peter Svenson, fotograaf en mede-eigenaar van Aap-lab, dat is gespecialiseerd in analoge fotografie. Zij bundelen hun expertises voor de ontwikkeling van een nieuwe, directe visualisatiemethode van plan- 4 Residu van bleke klaproos, blad en steel, Amsteldijk in Amsterdam, 4 juli 2014, plantaardige kleurstof op Hahnemühle-aquarelpapier 300 gr., 32 x 42 cm. (foto: Arja Hop) 5 Fotogram van een paardenbloem. Toekomstig onderzoek Het land van Hops familie is verkocht aan Natuurmonumenten en zal in de loop der jaren geleidelijk aan transformeren tot een natuurgebied dat de natuur van vóór de agrarische ingrepen en verkaveling, zo’n 250 jaar geleden, moet benaderen. Hop wil in een volgend project de metamorfose van agrarisch land naar natuurlandschap laten zien. Zij zal dit visueel onderzoek opnieuw aan de hand van plantaardige kleurstoffen en analoge fotografie uitvoeren. In een ander onderzoek wil zij haar methodiek op een bijna antropologische vraagstelling toepassen; in de toekomst wil zij samen met Peter Svenson in Nieuw-Zeeland onderzoek doen naar de kleurstoffen van varens en de betekenis van varens in de Maori-cultuur. Artistieke wetenschap In ‘Residu’ maakt Arja Hop de uit planten gewonnen kleurstoffen op een poëtische wijze zichtbaar. Haar onderzoek valt op door de volstrekt eigen, ingetogen en consequente benadering. Zij is een kunstenaar die wetenschappelijke methoden niet probeert te kopiëren, maar haar eigen artistieke wetenschap bedrijft -- en juist daardoor aan zeggingskracht wint. Het is geen romantiserende kijk op de natuur, maar een open blik voor wat om ons heen in een stedelijke omgeving groeit. Monika Auch is beeldend kunstenaar en redactielid. Website www.arjahop.com Noten 1 Uit: Heidegger, Martin, De landweg, 2001, Uitgeverij Damon. 5 kM 95 15 Concrete and Culture Onlosmakelijk aan de technische kwaliteiten van een materiaal is het belang van de betekenissen die eraan worden toegeschreven. Welke associaties zijn eraan verbonden en vooral waarom? Met beton ligt de zaak wel heel gevoelig en architectuurhistoricus Adrian Forty is zich hiervan terdege bewust. In films wordt voor het decor van een kille, harde, grijze wereld beton gebruikt. In een omgeving van beton gebeurt het dramatisch ongeluk. Het zijn deze vooroordelen die de auteur van Concrete and Culture wil doorbreken. De verhouding tussen beton en natuur is minder gespannen dan wordt verondersteld. Beton als uniform product dat aan de wereld een monotoon karakter geeft, wordt bestreden door de gedurfde architectuur uit Brazilië (bijv. Oscar Niemeyer), naast de sacrale vormentaal in Japan (bijv. Tadao Ando) te plaatsen. Er zijn eindeloze woonblokken, maar ook schitterende kerken en monumenten. Bij de herwaardering van beton worden paviljoens en nieuwe musea (bijv. van Peter Zumthor) als illustraties getoond. Als voorbeeld ook fotografen die van strakke lijnen, contrasten en grote formaten houden die in beton zijn gerealiseerd. Van Rachel Whiteread worden enkele kunstwerken beschreven. Het boek bezit een uitgebreide en veelzijdige benadering en bevat een goede index. Het onderwerp vraagt om meer. De breedte is niet zichtbaar gemaakt en dat is een gemis. Geen kleur, geen hightech beton, geen aandacht voor toeslagen. Het boek is wat grijs en geeft daarmee ook de onstabiele relatie tussen het materiaal en de mens weer. Een vervolg met de geschiedenis van andere materialen is welkom. Concrete and Culture: a Material History Adrian Forty ISBN: 978 18 618 9897 5 ca. € 37,-, 224 p. Reaktion Books Harald Schole The Organic Artist Het is tijd om terug te keren tot basic! Dit boek laat heel verfrissend zien hoe iedereen met middelen uit de natuur papier, houtskool, pennetjes, stencils, prenten en een boek kan maken. Auteur Nick Neddo leeft in Vermont en gebruikt onder andere natuurlijke pigmenten, hout, klei en alles wat om hem heen beschikbaar is. Het is een geïllustreerd doe-hetzelfboek dat ‘geitenwollensokkenachtig’ mag (advertentie) aandoen maar je tegelijkertijd met frisse blik laat kijken naar het grote verschil dat technische innovaties in het leven van de kunstenaar hebben gebracht. Het kan zeker aanzetten om ingeslepen werkwijzen te herzien en te experimenteren met natuurlijke materialen die niet uit de winkel komen. Zeker in combinatie met geavanceerde technieken zouden hieruit interessante resultaten kunnen komen. The Organic Artist: Make Your Own Paint, Paper, Pigments, Prints and More from Nature Nick Neddo ISBN: 978 15 925 3926 0 ca. € 24,-, 158 p. Quarry Books Monika Auch Borders & Crossings: the Artist as Explorer In 2013 vond in het Schotse Dundee de achtste editie van Impact plaats, een internationale conferentie over printmaking, met grensverleggend onderzoek als thema. Het Duncan of Jordanstone College of Art & Design heeft de uitgebreide catalogus met de lezingen en alle projecten in een gelimiteerde oplage van vijfhonderd stuks gepubliceerd. Het is een naslagwerk geworden voor iedereen die op de hoogte wil zijn van wat in de wereld van printmaking zoal gebeurt en zeker aan te bevelen voor docenten. De mix van onderwerpen – van academische peer reviewed teksten tot hands-on workshops – maakt het boek zo levendig. Het laat vooral het potentieel van het grafische vakgebied in cross-disciplinair werken goed zien, zoals de cross-overs met keramiek, forensische wetenschap en milieuvriendelijke technologie. Het kritisch-artistieke reflecteren op netelige thema’s rondom milieu en politiek is ruim vertegenwoordigd. Zo staan op pagina’s 284 en 285 projecten over respectievelijk kleurreproductie in inkjetprinting, het collectieve geheugen, milieuvriendelijk printen in Ijsland, klimaatverandering en geografische kaarten. Het boek bevat een schat aan informatie met alle relevante websites om verder te zoeken. webshop: www.hazelaar.nl gereedschap & materiaal voor beeldend kunstenaars Borders & Crossings: the Artist as Explorer Paul Liam Harrison, Emile Shemilt, Arthur Watson (red.) ISBN: 1 899837 70 1 ca. € 98,- 376 p. Duncan of Jordanstone College of Art & Design, University of Dundee Te bestellen via www.conf.dundee.ac.uk/impact8/publication/ Monika Auch de Hazelaar ART SUPPLIES winkel: Pimpelmees 1, SOEST