Een kleurige parade van E-nummers Vrijwel iedereen zal ze kennen: Smarties, die felgekleurde snoepjes waar de meeste kinderen dol op zijn. De bonte verzameling bevat mooie voorbeelden van kleurstoffen die in Nederland gebruikt worden. door Ludolf Maat Wikimedia Commons Op de verpakking van Smarties staat een hele rij E-nummers. Een wijdverbreid misverstand is dat E-nummers op synthetische, dus niet-natuurlijke stoffen zouden wijzen. E 162 bijvoorbeeld is de rode kleurstof die in rode bietjes voorkomt. In worteltjes komt van nature E 160a voor, in paprika’s E 160c en in spinazie zitten grote hoeveelheden E 140. Deze kleurstoffen behoren tot de groep van de natuurlijke kleurstoffen. Vooral de rode paprikakleurstof E 160c wordt vaak in voedingsmiddelen als kleurstof toegevoegd. Natuuridentiek Een tweede groep kleurstoffen wordt gevormd door de natuuridentieke kleurstoffen. Dit zijn kleurstoffen die in de natuur voorkomen, maar die zuiverder of goedkoper synthetisch kunnen worden nagemaakt. Caroteen, het hierboven al genoemde worteltjesgeel, kan uit worteltjes worden geëxtraheerd, maar het kan ook in het laboratorium worden gemaakt. De kleur van chemie Dit artikel is afkomstig uit het hoofdstuk ‘Kleuren zien’ uit de VU-uitgave ‘De kleur van chemie’, een bundeling van informatieve brochures voor havo/vwo scholieren. In feite zijn natuurlijke stoffen en natuur-identieke stoffen gelijk, maar verontreinigingen kunnen toch vaak voor geringe verschillen zorgen. In natuurlijke stoffen zitten bijvoorbeeld meestal nog resten van andere stoffen en van oplosmiddelen die voor de extractie zijn gebruikt. Aangepast De derde groep kleurstoffen bestaat uit aangepaste natuurlijke stoffen. De moleculen zijn een beetje veranderd om andere of betere kleuren te krijgen. Een voorbeeld is de groene kleurstof E 141. Deze is afgeleid van chlorofyl zoals dat in haast alle groene planten voorkomt. Als kleurstof is chlorofyl niet zo geweldig geschikt omdat het onder in vloed van licht of warmte geleidelijk ontleedt. De kleur vervaagt dan. www.nlm.nih.gov Biologie | Thema Voeding en vertering VWO | Artikel Een kleurige parade van e-nummers Chemici hebben daar een mouw aan weten te passen. Midden in dat chlorofylmolecuul zit een magnesium-ion. Als je dat vervangt door een koper-ion, dan wordt de kleur veel intenser, en is het molecuul stabieler. Wie in Engeland wel eens doperwtjes uit blik heeft gezien, weet hoe fel groen deze kleurstof is. Karamel is een ander voorbeeld van een iets gewijzigd natuurlijk molecuul. Het wordt gemaakt door het voorzichtig verhitten van suiker. Probeer zelf maar eens om thuis karamelvla te maken van suiker. Het blijkt dan erg lastig te zijn om precies de mooie lichtbruine kleur te krijgen. Omdat de grondstof erg goedkoop is, en er nauwelijks beperkingen voor het gebruik van karamel zijn, is het inmiddels verreweg de meest gebruikte voedingskleurstof: E 150. Omdat karamel erg vertrouwd klinkt, hebben de meeste mensen daar gevoelsmatig veel minder moeite mee dan met geheel synthetische kleurstoffen (zie verder). Scheikundig gezien geldt eerder het omgekeerde: synthetische kleurstoffen zijn zuivere stoffen die buitengewoon grondig getest en onderzocht zijn, terwijl karamel een mengsel is van allerlei niet of nauwelijks onderzochte stoffen. Bovendien wordt bij het maken van karamel in de industrie, aan de suiker vaak een klein beetje ammoniumcarbonaat en een sulfiet toegevoegd voor nog betere kleuren. Het stikstofen het zwavel-atoom in deze stoffen kunnen meereageren tijdens het karameliseren, en daardoor zijn in dit soort karamel moleculen aangetroffen die er niet echt vertrouwenwekkend uitzien. Vooral in cola wordt dit soort karamel verwerkt. Synthetisch De vierde groep kleurstoffen omvat de synthetische kleurstoffen. De bekendste hier van is tartrazine. Dit is een veel toegepaste, maar ook een nogal omstreden felgele kleurstof. Het is een azo-kleurstof, dat betekent dat in het molecuul een stikstof-stikstof dubbele binding voorkomt. De kritiek op vooral tartrazine richt zich op allergie (overgevoeligheid) voor de stof en op het veroorzaken van hyperactiviteit bij kinderen. Overgevoeligheid van tartrazine blijkt bij ongeveer 0,05% van de mensen voor te komen. Dit getal zegt alleen iets als je het vergelijkt met de overgevoeligheid voor eieren, koemelk, vis, tomaten en aardbeien. Hiervoor blijkt ongeveer 20% van de mensen overgevoelig te zijn! De tructuur van tartrazine, bekend als kleurstof E102 Net zoals mensen die overgevoelig zijn voor aardbeien beter geen aardbeien kunnen eten, moeten mensen die overgevoelig zijn voor tartrazine, oppassen voor E 102. Gelukkig is het tegenwoordig verplicht om op alle voedingsmiddelen met toegevoegde kleurstoffen te vermelden welke kleurstoffen zijn gebruikt. Tartrazine is ook in opspraak gekomen doordat het bij kinderen hyperactiviteit zou veroorzaken. Inderdaad is in een klein aantal gevallen een verband tussen hyperactiviteit en tartrazine aangetoond, maar tot nu toe alleen in combinatie met het gebruik van conserveermiddelen. Een beperking van felgekleurd snoepgoed kan zeker geen kwaad voor hyperactieve kinderen, maar dat geldt ook voor andere kinderen. Wel blijkt dan al snel hoe moeilijk het is om voedingsmiddelen te vinden waar helemaal geen kleurstoffen aan zijn toegevoegd. Biologie | Thema Voeding en vertering VWO | Artikel Een kleurige parade van e-nummers Het boek ‘De kleur van chemie’ werd in 2007 uitgegeven door de Faculteit der Exacte Wetenschappen van de Vrije Universiteit Amsterdam (Afdeling Scheikunde en Farmaceutische Wetenschappen). Het is een geactualiseerde bundeling van informatieve brochures voor havo/vwo scholieren. Ze belichten de rol van de scheikunde op tal van gebieden. Bron: http://www.kennislink.nl/publicaties/een-kleurige-parade-van-e-nummers Biologie | Thema Voeding en vertering VWO | Artikel Een kleurige parade van e-nummers