Colofon - OBS Genne

Schoolgids
sinds 1764
1
Colofon
September 2015
Deze schoolgids is een uitgave van OBS De Toermalijn, locatie Genne.
Hoofdvestiging:
OBS De Toermalijn
Prinsenstraat 24
8061 ZC Hasselt
Telefoon 038-4773135
E-mail: [email protected]
Nevenvestiging:
OBS Genne
Glinthuisweg 19
8061 PN Hasselt
Telefoon
038-4771791
E-mail:
[email protected]
Website :
www.obsgenne.nl
Directeur en vestigingsleider op de hoofdvestiging: Henk Kok
Deze schoolgids wordt digitaal verstrekt.
Jaarlijks krijgt iedere ouder/verzorger aan het begin van het schooljaar de
aanvullingen/wijzigingen en andere belangrijke informatie uitgereikt.
De gids is door de M.R. vastgesteld.
2
Inhoudsopgave
Waarom een schoolgids?
1. Algemeen
1.1 Uitgangspunten
1.2 Samen met ouders
2. Organisatie van onze school
2.1 De groepsindeling
2.2 De werkwijze en
methodegebruik
2.3 De tijdsverdeling
2.4 Schooltijden
2.5 Rapportage
2.6 Bewegingsonderwijs
3. De zorg voor kinderen
3.1 Toetsoverzicht
3.2 De verwijzing
3.3 Leerlinggebonden
financiering
3.4 Zorg voor het jonge kind
3.5 Zorg voor schoolverlaters
3.6 Aanmelding vierjarigen en
nieuwkomers
3.7 Inschrijving
3.8 Onderwijsresultaten
3.9 Uitstroom groep 8
4. Vieringen en andere jaarlijkse
activiteiten
4.1 Uitvoeringen
4.2 Jarigen
4.3 Sportactiviteiten
4.4 Projecten
4.5 Sint Maarten, Sinterklaas,
Kerst en Pasen
4.6 Schoolreis en schoolkamp
4.7 Afsluitingsfeest
4.8 Burgerschapszin
4.9 Culturele activiteiten
4.10 Kanjertraining
4.11 SOVA-training
5. Het schoolteam
5.1 De PABO
6. Ouderparticipatie
6.1 De medezeggenschapsraad
6.2 Ouders in de school
6.3 De ouderraad
6.4 Het schoolgeld
6.5 Overblijven/ Eten op
school
6.6 Voor- en naschoolse
opvang
6.7 Nieuwsbrief
6.8 De schoolkrant
7. Kwaliteitsbeleid
7.1 Verzamelen van
gegevens
7.2 Het werken aan
verbeteringen
7.4 Weer Samen Naar School
8. Medische en andere
wetenswaardigheden
8.1 Jeugdgezondheidsdienst
8.2 Onderwijsadviesdienst
IJsselgroep
8.3 Logopedie
8.4 Hoofdluis
8.5 Jeugdhulpverlening
8.6 Ziekte van uw kind
9. Regels en regelingen
9.1 Voor en na schooltijd
9.2 Groep 0/inloopochtenden
9.3 Verlofregeling
9.4 Schoolregels
9.5 Klachtenregeling
9.6 Vragen over onderwijs
9.7 Pesten en pestprotocol
9.8 Rouwprotocol
9.9 Verzekeringen
9.10 Overige regelingen en
regeltjes
10. Allerlei
10.1 De kinderraad
10.2 Keukelen
10.3 Hebt u thuis…
10.4 Kopieerapparaat
10.5 En dan nog….
10.6 Schoollied
3
Waarom een schoolgids
Voor u ligt onze schoolgids. Elke school is verplicht om een schoolgids uit te geven.
De overheid wil hiermee (aanstaande) ouders/ verzorgers meer inzicht geven in wat er op
school gebeurt of gaat gebeuren. De onderwerpen lopen uiteen van kwaliteitsbeleid tot
adviezen bij het trakteren.
Deze gids is bedoeld voor ouders/verzorgers die nu kinderen op onze school hebben en voor
ouders/verzorgers van toekomstige leerlingen.
We leggen uit wat van ons verwacht mag worden als hun kind een leerling van onze school
wordt. Deze schoolgids is ook bedoeld om te helpen bij het maken van een keuze voor ouders
die op zoek zijn naar een school voor hun kind(-eren)
We hopen dat deze schoolgids voldoende informatie geeft en dat u het met plezier en interesse
leest.
Mochten er vragen zijn dan is het team vanzelfsprekend bereid om die eventueel mondeling toe
te lichten.
Namens het team,
Henk Kok, directeur hoofd- en nevenvestiging OBS De Toermalijn
4
1.
Algemeen
U ziet: de openbare basisschool "Genne" heeft een zeer rijke historie.
De school is opgericht op 20 april 1764!
Sinds 2006 is de school een nevenvestiging van de openbare basisschool ‘De Toermalijn’ in
Hasselt, gemeente Zwartewaterland.
Onze school is een openbare school. Dat houdt in dat de school openstaat voor alle leerlingen,
ongeacht hun ras, geloofsovertuiging of levensbeschouwing.
1.1
Bevoegd gezag
Stichting Op Kop
Postadres: Postbus 2225, 8355 ZJ Giethoorn
Bezoekadres: Eendrachtsplein 1, 8355 DL Giethoorn
Tel. 0521-362520
Directeur-bestuurder:
Ans Weterings
Postadres: Postbus 2225, 8355 ZJ Giethoorn
Bezoekadres: Eendrachtsplein 1, 8355 DL Giethoorn
Tel. 0521-362520
E-mail: [email protected]
Onze school valt onder de inspectie RIK-Zwolle BaO-2
Hanzelaan 310 - 8017 JK Zwolle
Telefoon 038-4695400
5
1.2
Uitgangspunten van de school
We vinden het belangrijk dat de kinderen op school leren in de zin van kennis vergaren. Dat
moet en dat is logisch. Maar minstens even belangrijk is de sociaal-emotionele en de
expressief/creatieve ontwikkeling. Ook dat ís leren, zij het niet in de traditionele betekenis.
Kinderen moeten zelfvertrouwen hebben, hun gevoelsleven kwijt kunnen en zelfstandig
beslissingen leren nemen, samen spelen en samen vieren om maar eens wat te noemen.
En... ze moeten bovenal met plezier naar school gaan.
Dat houdt onder meer in dat er een plezierige en veilige sfeer is. De leerkrachten kunnen tegen
een stootje en de kinderen hoeven niet onder constante druk te presteren. Werken in eigen
tempo, naar eigen aanleg en mogelijkheden en het ontdekkend leren staan daarom hoog bij
ons in het vaandel.
Wij noemen dit onderwijs op maat; Ieder kind krijgt die aanpak, leerstof en zorg die het beste
bij het kind past.
De school is een samenleving in het klein. Hier leer je ook vreugde en verdriet te delen,
anderen te troosten en voor anderen en je omgeving te zorgen. De kinderen werken vaak
zelfstandig, maar als het nodig is kunnen ze ook samenwerken of elkaar helpen. Kinderen
helpen mee hun lokaal gezellig te maken en te houden.
De beste manier om te zien hoe wij het voorgaande in praktijk proberen te brengen is een
afspraak te maken en bij ons te komen kijken hoe het in de klassen reilt en zeilt.
1.3
Samen met ouders
We hechten grote waarde aan contact met ouders. Uw kind is een groot deel van de dag op
school. De verantwoordelijkheid voor het geven van goed onderwijs ligt bij ons. Samen met u
zijn we verantwoordelijk voor de opvoeding van uw kind. Alle leerkrachten hebben regelmatig
contact met de ouders. Naast het praatje bij het halen en brengen zijn daarvoor heel wat
momenten gecreëerd. Zo gaat bijvoorbeeld de leerkracht bij ieder gezin op huisbezoek.
Wanneer u het wilt kunt u ook actief deelnemen aan het schoolleven. U kunt daarbij meehelpen
met feesten of met de dagelijkse gang van het onderwijs. Ook kunt u lid worden van de
medezeggenschapsraad en de ouderraad.
We informeren u met een informatiebrief aan het begin van het schooljaar, een tweewekelijkse
nieuwsbrief en via de schoolkrant. De schoolkrant komt 2 x per jaar uit.
Op onze website: www.obsgenne.nl wordt u digitaal geïnformeerd en op de hoogte gehouden.
6
2.
De organisatie van de school
De openbare basisschool "De Toermalijn" heeft twee vestigingen. De hoofdvestiging is in
Hasselt, de nevenvestiging is in Genne gelegen. Beide scholen functioneren zoveel mogelijk als
een zelfstandige school. Waar mogelijk en nodig wordt samengewerkt. De school heeft één
directeur. Bij afwezigheid wordt hij voor de lopende zaken vervangen door de
plaatsvervangende vestigingsleider.
2.1
De groepsindeling
Een kind op de basisschool doorloopt 8 groepen.
Groep 1 t/m 4 (de onderbouw) zitten in het ‘onderbouwlokaal’ en de groepen 5 t/m 8 (de
bovenbouw) zitten bij elkaar in het ‘bovenbouwlokaal’ als de verdeling en/of het leerlingenaantal
dit toelaat.
2.2
Werkwijze en methodegebruik
De inhoud van het onderwijs is per leeftijdsgroep verschillend georganiseerd.
We vinden dat iedere leerling onderwijs moet krijgen dat hij/zij nodig heeft en dat bij de leerling
past. Zo kunnen er dus verschillen ontstaan in het leerniveau van de leerling. We proberen
rekening te houden met de leerstijl van de leerling. Hierdoor kunnen er dus verschillen ontstaan
in aanpak en aanbieding van de leerstof.
Groep 1 en 2: de kleutergroepen
In een veilige sfeer stimuleren we de ontwikkeling van het kind door op het juiste moment een
passende activiteit te organiseren.
Kringactiviteiten worden afgewisseld met spelen en bezig zijn met allerhande activiteiten in de
zgn. werkles. Mondelinge taalontwikkeling is een belangrijk ontwikkelingsgebied. Wanneer een
kind er aan toe is, wordt een aanvang gemaakt met leren lezen.
Groep 3 en 4
In deze groep richt de aandacht zich op de basisvaardigheden: lezen, Nederlandse taal,
schrijven en rekenen. De kinderen leren lezen op eigen niveau; vlot lezende kinderen lezen
boeken met een hoger niveau en voor kinderen met een trager verlopende leesontwikkeling
hebben we eenvoudiger materiaal en boeken.
Groep 5 tot en met 8
Aan de basisvaardigheden worden nieuwe vakken in themavorm* toegevoegd zoals
onderwerpen op het gebied van aardrijkskunde, geschiedenis, biologie en natuurkunde.
Er worden cursussen in alfabetiseren, verkeer, topografie en aardrijkskundige begrippen
gegeven.
Al vanaf groep 1 wordt Engels aangeboden, het zogeheten VVTO (vroeg vreemde talen
onderwijs) Engels.
De instrumentele vaardigheden worden veelal in de ochtend gegegeven.
Via dag-/weektaken werken de kinderen aan hun eigen leer- en lesstof.
Toelichting op een aantal onderdelen
Lezen
Uw kind ging praten toen het er aan toe was. Vroeg of laat. Meteen duidelijk of nog lang voor
buitenstaanders onverstaanbaar. Ieder kind is anders en leert ook anders.
Vanuit die zienswijze leren we kinderen lezen op het moment waarop het er aan toe is. En op
de manier die het beste bij het kind past. Onze aanvankelijke leesmethode heet Veilig Leren
Lezen. Voor het voortgezet technisch lezen gebruiken we “Leeslijn”. Hier zijn ook begrijpend
leesoefeningen bij. Er wordt vaak van het RALFI-lezen gebruik gemaakt, met behulp van de
teksten van Nieuwsbegrip.
De begrijpend- en studerendleesmethode heet “Tekstverwerken”.
7
Rekenen
Voorbereidend rekenen krijgen de kinderen in groep 1 en 2. We gebruiken de realistische
rekenmethode “Rekenrijk”.
Taal
Naast de voorbereidende oefeningen met ontwikkelingsmateriaal en de nodige
begrippenkennis in groep 1 en 2 gebruiken we halverwege groep 3, begin groep 4 de
methode ‘Taalverhaal’. Dit is afhankelijk van het instapniveau van de leerlingen.
We gebruiken tevens de spellingmethode van ‘Taalverhaal’.
Schrijven
Ook hier zijn er voorbereidende schrijfoefeningen in groep 1 en 2. Vooral de fijne motoriek is
onderwerp van oefening. Vanaf groep 2/3 gebruiken we de schrijfmethode ‘Schrijven in de
basisschool’.
Engels
De kinderen krijgen vanaf groep 1 de Engelse taal aangeboden. De onderbouw werkt met de
methode i-Pockets en Engelse prentenboeken. De bovenbouw werkt met Our Discovery
Island. Bij beide methodes speelt het digibord een interactieve rol. Daarnaast gebruiken we de
aantrekkelijke Penguin Kids leesboekjes van de uitgeverij Pearson.
Bewegingsonderwijs
Door het ontbreken van een gymzaal bij school gaan we met hele school 1 x per week met de
bus naar de sporthal in Hasselt. We hebben de meeste lessen zelfgemaakt. Als uitgangspunt
is de methode ‘Bewegingsonderwijs’ van Stroes en Van Gelder genomen.
Wereldoriëntatie
We werken veelal thematisch. De kinderen gebruiken diverse methoden als middel om kennis
te vergaren, verwerven en verwerken. De algemene methode is ‘Het ei van Columbus’.
Cursorisch wordt het maken van werkstukken en spreekbeurten aangeboden. Voor
aardrijkskundige begrippen is er ‘Kaartwerk’ en ‘Atlaswerk’. Topografie is er bij de
aardrijkskunde uitgelicht. Hiervoor gebruiken we de methode ‘Geobas’.
Voor verkeer gebruiken we Op voeten en fietsen en De verkeerskrant van Veilig Verkeer
Nederland. Uiteraard wordt er gebruik gemaakt van computerprogramma’s en de
mogelijkheden van het internet.
Groep 7 doet jaarlijks mee aan het landelijke verkeersexamen.
Sociaal emotionele ontwikkeling
Goed met elkaar omgaan gaat niet vanzelf. Soms gaat het wel eens fout. Als in de pauze
kinderen ruzie hebben gehad, dan bespreken we dit in de klas. We laten de ruziemakers
vertellen en samen inventariseren we dan bijvoorbeeld welke oplossingen er zijn om uit het
conflict te komen.
Onderwerpen als vriendjes maken, je in de ander inleven, opkomen voor jezelf, conflicten
oplossen en gevoelens uiten, krijgen een plek in een kringgesprek. Orde en duidelijkheid
zorgen er voor dat er voor ieder kind ruimte en aandacht is.
In de onderbouw wordt “Ik en Ko” systematisch gebruikt. Een keer in de drie jaar wordt er een
‘Kanjertraining’ in de bovenbouw gegeven.
Pesten en pestgedrag wordt direct aangepakt en besproken! We hechten veel waarde aan het
belonen van goed gedrag. Op school is een pestbeleid.
Computergebruik
De computer is niet meer uit onze school weg te denken. De school beschikt over 9
computers. Deze worden dagelijks bij de diverse vak- en vormingsgebieden ingezet. De
programma's sluiten aan bij de overige lesstof.
8
Het leesprogramma bijvoorbeeld werkt met een zelfde opbouw in moeilijkheid als onze
leesboekjes. Het spellingprogramma gebruikt dezelfde woorden als de gehanteerde
spellingmethode. Daarnaast hebben we veel computerprogramma’s die extra oefening bieden
voor kinderen die dat nodig hebben. Uiteraard wordt het internet vaak gebruikt bij de
wereldoriëntatie.
Het computeronderwijs op scholen zal zich verder ontwikkelen. Ook wij proberen daar aan
mee te doen. De computers staan in de klaslokalen.
Op school geldt een internet protocol voor leerlingen en leerkrachten!
Een greep uit de software die wij gebruiken:
Kleuterplein, Ambrasoft, Rekentuin en Taalzee.
Geestelijke stromingen oftewel godsdienst- en humanistisch vormingsonderwijs
We zijn een openbare school. Dit betekent dat niet wordt uitgegaan van een bepaald geloof of
levensbeschouwing. We stellen meningen van de verschillende kinderen en ouders aan de
orde, zonder dat wij een geloof of levensovertuiging als de juiste aanmerken. Jaarlijks geven
we aan twee geestelijke stromingen extra aandacht via een thema of in de vorm van een
project.
De wet op het Basisonderwijs schrijft voor dat de school kinderen gelegenheid moet geven
godsdienstig onderwijs en levensbeschouwelijk vormingsonderwijs te ontvangen.
Optimale prestaties en een goede sfeer
We proberen met ons onderwijsaanbod aan te sluiten bij de mogelijkheden van ieder kind. Bij
moeilijk lerende kinderen laten we de bijzaken weg en richten ons op de basiskennis. Voor
meer begaafde kinderen maken we het aanbod breder door bijvoorbeeld extra aandacht voor
het begrijpend en studerend lezen aan te bieden. Het hele onderwijs vindt plaats in een sfeer
waarbij veel aandacht is voor gezellige en sfeervolle momenten. Want houden van school en
houden van leren zien wij als de beste basis voor de verdere ontwikkeling.
9
2.3
De tijdsverdeling
De wet geeft aan in welke vakken onderwezen moet worden. Er zijn geen verplichtingen ten
aanzien van de tijdsinvestering per vak. De tijd per vak is per leeftijd verschillend. Een kind
in groep twee ‘gymt’ gemiddeld zes uur per week en een kind in groep 5/6 1.45 uur.
De tijden in het overzicht geven een gemiddelde per week aan.
Groep
½
3/4
5/6
7/8
Lesuren per week
21.15
23.30
25.30
25.30
Bewegingsonderwijs
5.00
2.00
1.45
1.45
Nederlandse
taal
(lezen,
spelling,
9.00
9.00
9.00
schrijven en
overig schriftelijk en
mondeling taalgebruik)
Rekenen en wiskunde
*
3.30
3.45
3.45
Engels
1.00
1.00
Aardrijkskunde
Geschiedenis
Wereldoriëntatie (=W.O.
0.15
4.00
6.15
6.15
waaronder natuur)
Sociale redzaamheid (sociaal gedrag,
0.30
0.30
0.30
verkeer)
Muziek
1.30
1.30
1.30
1.30
Handvaardigheid + tekenen
2.00
1.30
1.30
1.30
Werkles (* tekenen, handvaardigheid, lezen,
6.45
rekenen, fijn motorische ontwikkeling en
wereldoriëntatie)
Zelfstandig werken (bij alle vak- en
vormingsgebieden)
Godsdienst of HVO
Pauze
In W.O.
Tijd
1.15
10
In W.O
tijd
1.15
Tijdens
W.O
1.15
Tijdens
W.O.
1.15
2.4
Schooltijden
Groep 0 is inloopjaar
Dag
Groep 1 + 2
Maandag
9.00-12.15
12.45-15.00
Dinsdag
9.00-12.15
12.45-15.00
Woensdag
9.00-12.30
Donderdag
9.00-12.15
vrijdag
9.00-12.30
Groep 3 + 4
9.00-12.15
12.45-15.00
9.00-12.15
12.45-15.00
9.00-12.30
9.00-12.15
12.45-15.00
9.00-12.30
Gr. 5 t/m 8
9.00-12.15
12.45-15.00
9.00-12.15
12.45-15.00
9.00-12.30
9.00-12.15
12.45-15.00
9.00-12.15
12.45-15.00
De vakanties worden in het info-bulletin vermeld dat aan het begin van het schooljaar wordt
uitgegeven. Ook staat het schema in de schoolgidskalender die aan elk ouder-/verzorgerpaar
aan het begin van het schooljaar wordt uitgereikt.
Het totaal aantal uren op de basisschool is 3540.
2.5
Rapportage
De kinderen van groep 3 t/m 8 krijgen 2 x per jaar een rapport mee naar huis; na de
toetsweek eind januari/begin februari en voor de zomervakantie.
De rapporten moeten ondertekend door de ouders of verzorgers na de vakanties weer
ingeleverd worden op school.
In de rapporten zijn de gegevens van de laatst gemaakte toetsen verwerkt.
In de maanden februari/maart worden er huisbezoeken afgelegd en worden onder andere
ook de tussentijdse toetsresultaten besproken.
Wilt u informatie over de rapportage van uw kind, dan kunt u een afspraak maken voor een
gesprek met de desbetreffende leerkracht.
Groepen 1 en 2 worden mondeling gerapporteerd.
2.6
Bewegingsonderwijs oftewel gymnastiek
De bewegingslessen van de kleuters vinden plaats in het lokaal of buiten.
Alle kinderen van groep 3 t/m 8 gaan op de dinsdagmiddagen met de bus naar de sporthal in
Hasselt.
Douchen mag na een gymles, het moet niet meer.
Wilt u ervoor zorgen dat de kinderen schone gymkleren en eventueel een schone handdoek
van huis meenemen?
2.7 Veiligheidsbeleid
We willen een veilige school zijn voor de leerlingen, ouders en personeel. In het veiligheidsplan
van de Stichting Op Kop staan duidelijke afspraken over preventief en incident beleid. Daarnaast
zijn afspraken gemaakt over de registratie (b.v. ongevallenregistratie) en evaluatie. In de bijlagen
van het veiligheidsplan zijn protocollen opgenomen over b.v. agressie en geweld, pesten, gebruik
van internet en e-mail. Dit beleid, de afspraken en de protocollen gelden voor alle scholen van de
Stichting Op Kop. Het veiligheidsplan ligt op school ter inzage en is vastgesteld door het bestuur
en de GMR.
11
3. De zorg voor kinderen
Om te weten hoe de kinderen op onze school zich ontwikkelen, meten wij hun ontwikkeling met
diverse testen en toetsen en brengen de resultaten hiervan in kaart met behulp van onder andere
het CITO-leerlingvolgsysteem.
Naast de toetsen die bij de verschillende leermethodes horen, worden de leerlingen van de
groepen 3 t/m 8 gemiddeld twee keer in een schooljaar getoetst op het gebied van lezen, taal,
rekenen en sociaal - emotionele ontwikkeling.
De jonge kinderen van de groepen 1 en 2 worden met behulp van observatielijsten gevolgd/
getest op hun ontwikkeling in de grove- en fijne motoriek, (zoals: kan het kind hinkelen, knippen,
enzovoort), de taalontwikkeling (zoals: kan het kind duidelijk iets vertellen, heeft het kind
belangstelling voor boeken, kan het kind rijmen ), de sociaal-emotionele ontwikkeling (zoals: kan
het kind samenspelen, durft het iets te vertellen in de kring) en in de cognitieve ontwikkeling
(zoals: welke ontwikkelingsmaterialen en vaardigheden beheerst het kind).
De kinderen van groep 7 worden getest met de Cito-Entreetoets en bij de oudste kinderen wordt
halverwege groep 8 de NIO-toets (Nieuw Intelligentie Onderzoek) afgenomen.
Ook doen de kinderen van groep 8 mee aan de Cito-eindtoets.
Onderwijs op maat of extra zorg
Wanneer blijkt dat een kind ergens op 'uitvalt' of ergens door 'opvalt' wordt er extra zorg of
onderwijs op maat geboden met behulp van een hiervoor opgesteld handelingsplan en dat kan
bijvoorbeeld het volgende inhouden:
● Een eigen leerlijn of leerpakket op één of meerdere leergebieden.
● Een speciale aanpak bij bepaalde sociaal-emotionele problemen.
● Een leerprogramma met extra - en verdiepende leerstof.
● Een speciale aanpak bij problemen met de concentratie en/of motivatie.
● Een speciale oefenaanpak bij bepaalde problemen met de grove- en/of fijne motoriek.
We proberen de extra zorg / onderwijs op maat zoveel mogelijk in de eigen groep tijdens
de normale lestijd via extra instructie, extra oefening en het zelfstandig taakwerk te
bewerkstelligen.
De speciale zorg voor kinderen met specifieke behoeften.
1 Augustus 2014 is de wet Passend Onderwijs van kracht. Op de website van Stichting Op Kop
vindt u informatie over de wettelijke zorgplicht van de school bij de aanmelding van nieuwe
leerlingen. Ook wordt er op de website gelinkt naar het ondersteuningsplan van het
Samenwerkingsverband waartoe onze school behoort.
Als school verzorgen we natuurlijk ook Passend Onderwijs. Uw kind krijgt het aanbod wat hij of
zij nodig heeft. Wanneer er zorgen over kinderen zijn, wordt er extra naar gekeken. In eerste
instantie door de eigen leerkracht met hulp van de intern begeleider van de school. Ook
begaafde of hoogbegaafde leerlingen verdienen deze extra aandacht.
Handelingsgerichte procesdiagnostiek (HGPD).
Mochten de zorgen betreffende een kind zodanig zijn, dat we de hulp van een deskundige nodig
hebben, dan wordt het kind, in overleg met de ouders, aangemeld bij een orthopedagoog van
Stichting Op Kop. De ouders worden in dit geval uitgenodigd voor een HGPD-gesprek
(handelinsgerichte procesdiagnostiek).Bij dit gesprek zijn de intern begeleider van de school, de
groepsleerkracht, de orthopedagoog van Op Kop en de ouders aanwezig. Met elkaar wordt
oplossingsgericht gesproken om het kind zo goed mogelijk te kunnen begeleiden.
Commissie arrangeren.
Als vanuit de HGPD blijkt dat er voor een leerling meer voorzieningen op school nodig zijn dan
wordt het kind, in goed overleg met de ouders, aangemeld bij de Commissie Arrangeren van
Stichting Op Kop. Deze commissie van deskundigen bespreekt het dossier en komt tot een
12
uitspraak. Indien extra voorzieningen noodzakelijk zijn dan wordt dit door Stichting Op Kop
bekostigd vanuit de gelden voor Passend Onderwijs.
De Commissie Arrangeren is bereikbaar via de onderwijskundig beleidsmedewerker van Op Kop,
Annemieke Huiskamp (tel. 0521-362520), Eendrachtsplein 1, 8355 DL in Giethoorn.
Speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs (SBO en SO).
Wanneer wij een leerling niet meer in voldoende mate kunnen helpen, wordt er contact gelegd
met het speciaal basisonderwijs of het speciaal onderwijs. Dit gebeurt natuurlijk altijd in overleg
met de ouders en de school. Deze aanmelding verloopt via de Commissie Toewijzing. De
Commissie Toewijzing werkt op regionaal (Samenwerkigsverband)niveau en is bereikbaar via de
coördinator van het Samenwerkingsverband Passend Onderwijs. Voor onze school is dat Leon ’t
Hart (tel.0528-233689), de Wielewaal 5, 7905 GX in Hoogeveen of Johan Vlaskamp, dr.
Hengeveldweg 2, 8025 AK in Zwolle. Deze Commissie Toewijzing neemt het besluit of een
leerling toelaatbaar is voor het speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs.
13
3.1
Toetsoverzicht
De resultaten van de toetsen worden
regelmatig
besproken
tijdens
het
teamoverleg. Wanneer kinderen op de
CITO-toetsen onder de signaallijn scoren
(d.i. onder c-niveau of onder de 80%-lijn)
of wanneer er andere aanleiding toe is,
worden deze kinderen besproken tijdens
de leerlingbesprekingen en HGPDgesprekken met de orthopedagoog van
Op Kop. Dit kan leiden tot aanpassing van
het lesprogramma voor het kind.
Er wordt dan een handelingsplan /plan van
aanpak
gemaakt.
Ouders/verzorgers
krijgen hierover bericht en wordt
toestemming gevraagd voor een eventueel
onderzoek. Het kan ook zijn dat we extra
hulp
vragen
aan
de
schoolbegeleidingsdienst ‘IJsselgroep’, via
het samenwerkingsverband WSNS* aan
de school voor speciaal basisonderwijs
‘De Sluis’ in Zwolle of aan de logopedist
die aan de school is verbonden.
Daarnaast worden tweemaal per jaar onze
zorgleerlingen besproken met de JGD**
met
toestemming
van
u
als
ouder/verzorger.
* Weer Samen Naar School
**Jeugd
Gezondheids
Dienst
groep
Toets
1-2
Rekenen voor kleuters
1-2
Kleuter Observatie Lijst / KOL
1-2
Taal voor Kleuters
3-8
Drie Minuten leesToets /DMT
3-*
AVI- toets>technisch lezen
3-8
Cito - Begrijpend Lezen
3-8
Cito - Rekenen en Wiskunde
3-8
Cito - Spellingsvaardigheid
3–6
Cito -Woordenschattoets
7
Cito - Entree-toets
3–8
PI- dictee -spelling
6–8
Schoolvragenlijst ** (SAQI)
8
NIO-toets ***
8
IEP eindtoets
*Deze toets wordt afgenomen tot het kind
leesniveau AVI-9 heeft bereikt.
** Een meetinstrument in enquêtevorm
m.b.t. het welbevinden van de leerling
of de sociaal-emotionele ontwikkeling
en wordt door de leerling zelf ingevuld.
***NIO is een afkorting van
Nieuw
Intelligentie Onderzoek
3.2
Verwijzing
Wanneer ondanks alle extra hulp toch besloten moet worden dat het kind waarschijnlijk beter
af is op een speciale school voor basisonderwijs, wordt advies gevraagd aan de Permanente
Commissie Leerlingenzorg (PCL). Afhankelijk van dit advies kan het kind aangemeld worden
bij een school voor Speciaal Basisonderwijs. Gedurende dit traject worden de
ouders/verzorgers voortdurend in kennis gesteld van de stand van zaken én om toestemming
gevraagd. Een eventuele aanmelding bij een speciale school voor basisonderwijs moet door
de ouders gebeuren, nadat er toestemming is verleend door de PCL. Uiteraard is hierbij
uitgangspunt dat er een nauwe samenwerking is tussen ouders en school.
Het gehele traject van deze zorg voor uw kind wordt gecoördineerd door de klassenleerkracht
in samenwerking met de ambulant - begeleider.
Van ieder kind wordt een leerling-dossier bijgehouden. Daarin worden gegevens opgenomen
van leerling-besprekingen, gesprekken met ouders, speciale onderzoeken, toets- en
rapportgegevens van de verschillende leerjaren. De groepsleerkracht beheert de mappen
van de leerlingen. Uiteraard is het dossier van uw kind voor u, na een afspraak hiervoor te
hebben gemaakt met de directeur of locatieleider, ter inzage.
14
3.3
Leerling Gebonden Financiering
Op 1 augustus 2003 is de Wet op de Expertisecentra in werking getreden. De regeling
Leerling Gebonden Financiering (LGF) maakt hier onderdeel van uit. Deze regeling houdt in
dat kinderen met een beperking met een zgn. ‘rugzak’ op een gewone basisschool kunnen
worden toegelaten. Een speciale indicatiecommissie bepaalt of een leerling voldoet aan de
criteria voor het speciaal onderwijs (het onderwijs voor leerlingen met een beperking).
Daarmee heeft het kind recht op een ‘rugzak’, waarin financiële middelen zitten voor de
basisschool en begeleiding vanuit het speciaal onderwijs. De ouders kunnen een basisschool
vragen hun kind met deze rugzak toe te laten.
Ons beleid is erop gericht om zoveel mogelijk tegemoet te komen aan de verschillen tussen
kinderen.
Dit hebben we binnen onze school op verschillende manieren vormgegeven, zoals een goed
zorgsysteem, een positief pedagogisch klimaat, beginnen met zelfstandig werken binnen de
groepen en een passend leerstofaanbod.
In principe zijn ook kinderen met een beperking welkom op onze school. Wij vinden dat elk
kind in beginsel de mogelijkheid moet hebben om samen met de vriendjes en vriendinnetjes
uit de eigen leefomgeving naar school te kunnen gaan. We proberen hier zoveel mogelijk
invulling aan te geven.
De zorg op onze basisschool is over het algemeen voldoende om onze zorgleerlingen op te
vangen binnen de school. Voor kinderen met een beperking is deze zorg echter niet
toereikend. Hiervoor heeft de overheid, zoals hiervoor vermeld, een ‘rugzak’ ter beschikking
gesteld met daarin faciliteiten voor extra zorg. Bij elke aanmelding van een leerling met een
handicap zullen we opnieuw de afweging maken of onze school met deze extra faciliteiten in
staat zal zijn om de extra zorg die dit kind nodig heeft, te bieden.
Bij deze afweging spelen de volgende factoren een rol:
- de omvang en de aard van de pedagogisch en/of didactische behoefte van het
aangemelde kind
- de zorgmogelijkheden van onze school. Die worden mede bepaald door bv. het aantal
zorgleerlingen dat we al begeleiden op onze school, de groepsgrootte, evt.
combinatiegroepen, toegankelijkheid van het schoolgebouw enz.
- de mate waarin wij een beroep kunnen doen op specialistische hulp van de betrokken
Speciaal Onderwijsschool of andere externe instanties.
De aanmeldingsprocedure voor kinderen met een handicap is vastgelegd in een protocol. Dit
kan worden opgevraagd bij de directeur van onze school. Hij zal u informeren over de te
volgen procedure.
3.4
Onze zorg voor het jonge kind
In groep 1 en 2 wordt veel “gespeeld”. Spelen is hier leren. Door te spelen en spelletjes te
doen leren kinderen tellen, kleuren herkennen en met elkaar praten en woorden, zinnen en de
taal goed te gebruiken. Tijdens het spelen (werken) in de klas wordt er heel veel gewerkt met
puzzels, lotto’s, ontwikkelingsmaterialen, blokken, enz. Ook wordt er elke dag gekleurd,
geknipt, geplakt, geboetseerd, enz. ’s Morgens en ’s middags wordt er buiten gespeeld.
Bewegen is voor jonge kinderen erg belangrijk. De motoriek ontwikkelt zich enorm in de
eerste twee basisschoolleerjaren. Van rennen tot huppelen, van het scheuren van papier tot
het knippen langs een lijn. Op deze wijze leren de kinderen steeds beter hun bewegingen
onder controle te krijgen. Zo wordt er al spelend, vertellend en luisterend veel geleerd.
Spelend leren is belangrijk om later te kunnen lezen, schrijven en rekenen.
15
Verder wordt er veel aandacht besteed aan de zgn. ontluikende geletterdheid bij onze
kleuters. Hiertoe maken we o.a. van de aanvankelijk leesmethode Leeslijn.
3.5
Onze zorg voor de schoolverlaters
In groep 7 wordt de CITO-entreetoets afgenomen. Aan de resultaten van deze toets kan
ongeveer afgelezen worden voor welke vorm van vervolgonderwijs uw kind geschikt zou
kunnen zijn. We gebruiken deze toets om te kijken waar hiaten zitten en waar we samen aan
moeten werken.
Halverwege groep 8 wordt de NIO-toets ‘Nieuw Intelligentie Onderzoek’ afgenomen. Ook
doen de kinderen van groep 8 mee aan de IEP eindtoets van Bureau ICE. De uitslagen van
deze toetsen zijn mede bepalend voor de schoolkeuze van het kind ná de basisschool. “Mede
bepalend”, maar niet “alles bepalend”.
Samen met onze eigen toetsresultaten en de indrukken van de leerkracht op het gebied van
concentratie, doorzettingsvermogen en studiezin zijn zeker zo belangrijk voor de keuze van
het vervolgonderwijs.
Als de toetsuitslag bekend is, wordt er een afspraak met de ouders gemaakt om deze te
bespreken en hen te adviseren over de vervolgschool van het kind.
3.6
Aanmelding vier-jarigen en nieuwkomers
Zodra uw kind 4 jaar is geworden, mag het naar school. Ongeveer twee maanden hieraan
vooraf neemt de toekomstige leerkracht contact met u op voor een kennismakingsbezoek.
Tijdens dit bezoek wordt afgesproken wanneer uw kind op school komt kennismaken en
hoe vaak.
Als het kind 4 jaar is, gaat het eerst de ochtenden naar school. In overleg met de
leerkrachten wordt dan besloten wanneer het hele dagen naar school kan.
Ook kinderen die door verhuizing nieuw op school komen, kunnen van tevoren een dag
(deel) meedraaien in de groep waar ze geplaatst worden. Op deze manier kunnen ze
alvast een beetje sfeer proeven en kennis maken met de kinderen en de
groepsleerkracht. Als ouder kunt u op school voordat u definitief uw kind(eren) aanmeldt,
nog de nodige mondelinge toelichting en informatie krijgen.
3.7
Inschrijving
Per 1 februari 2006 zijn basisscholen wettelijk verplicht bij inschrijving van nieuwe leerlingen
naar het burgerservicenummer (voorheen sofinummer) te vragen. Samen met het
inschrijfformulier wordt een kopie gevraagd van de brief waarin het burgerservicenummer
staat vermeld. Deze brief krijgen alle ouders van de gemeente na de geboorte van hun kind.
Per 1 augustus 2006 wordt stapsgewijs een nieuwe gewichtenregeling ingevoerd. In deze
regeling is het opleidingsniveau van de ouders van leerlingen bepalend voor het vaststellen
van het gewicht van leerlingen. Hierdoor worden beschikbare middelen beter verdeeld om
onderwijsachterstanden te bestrijden. We vragen u daarom een ouderverklaring in te vullen
op het inschrijfformulier. Alle formulieren worden bewaard in de leerlingenadministratie en de
privacy is gewaarborgd.
16
3.8
Onderwijsresultaten
Van de belangrijkste vak- en vormingsgebieden zijn hieronder de resultaten van de
afgelopen 3 jaren te zien.
De norm van de inspectie staat bij het lezen, rekenen, spelling en begrijpend lezen in een
van de eerste kolommen.
LVS-resultaten groep 8
- Begrijpend Lezen (m) nieuw
- Rekenen & Wiskunde (m) oud
Cito Eindtoets groep 8 (GLG
2008
2009
2010
2011
Eind groep 8
(Schoolrapport B, kleine scholen)
2010
2010
54
105
532,3
56,9
113,2
536,6
2009/2010
281,6
2010/2011
2011-2012
Cito-toets
Cito Entreetoets groep 7
2012-2013
Ondergrens
Inspectie
De obs ‘Genne’ maakt gebruik van het CITO - leerlingonderwijsvolgsysteem. Met dit
systeem houden wij de ontwikkeling van alle leerlingen op de verschillende leergebieden bij.
Hieronder vindt u gemiddelde vaardigheidsscores per groep van dit schooljaar en
voorgaande jaren op de verschillende vakgebieden.
(m) = midden van het schooljaar
(e) = einde van het schooljaar
300,2
293,0
65,0
107,5
533,7
533,8
533,8
536,6
-
% Taal
-
% Rekenen & wiskunde
-
% Studievaardigheden
-
% Wereldoriëntatie
-
(100 opg.)
72%
(60 opg.)
41,2
=69%
(40 opg)
29.8=
75%
(90 opg.)
66,2=
74%
Tabel 5: Eindscores Cito
Beschrijving/ toelichting tabel 5:
De afgelopen drie jaren hebben telkens alle leerlingen meegedaan met de CITO-entreetoets in
groep 7 en de NIO-toets in groep 8.
Vorig school schooljaar hebben de kinderen van groep 8 voor het eerst meegedaan met de Cito
eindtoets.
Het is wel een vertekend beeld omdat minder dan 10 kinderen aan de Cito-eindtoets hebben
meegedaan. De schommelingen kunnen dan groter/kleiner uitvallen.
17
Gezien de soms grote verschillen tussen de leerlingen ‘doen’ wij het over het algemeen
goed. Onze resultaten zijn gemiddeld over de 3 achter ons liggende jaren goed.
Het spellingonderwijs bleef schoolbreed wat achter. We hebben daarom woordpakketten
mee naar huis gegeven om thuis flink oefenen. Op school nemen we meer dictees af. We
kijken direct waar bijsturing nodig is en maken hiervoor dan handelingsplannen.
3.9
Onze schoolverlaters
Waar zijn de 6 kinderen in 2013 uitgestroomd?
1 leerling
VWO
V. d. Capellen Scholengemeenschap
2 leerlingen
GTL/Havo
V. d. Capellen Scholengemeenschap
1 leerling
GTL/Havo
Jena XL
1 leerling
Havo
Meandercollege
1 leerling
Kader/Basis
Groene Welle
Waar zijn de 9 kinderen in 2014 uitgestroomd?
2 leerlingen
Gymnasium
Celeanum, Zwolle
1 leerling
HAVO-VWO
Jena XL, Zwolle
1 leerling
HAVO- Atheneum
Thorbecke Scholengemeenschap, Zwolle
1 leerling
MAVO-HAVO
Thorbecke Scholengemeenschap, Zwolle
1 leerling
Basis/Kader
Thorbecke Scholengemeenschap, Zwolle
1 leerling
GTL
Vrije School, Zwolle
1 leerling
GTL
Talentstad, Zwolle
1 leerling
Basis
Talentstad, Zwolle
Waar zijn de 3 kinderen in 2015 uitgestroomd?
1 leerling
Internat. Gymnasium Orveo, CCC Zwolle
1 leerling
HAVO-VWO
V.d. Capellen Scholengemeenschap
1 leerling
Kader/TL
Jena XL
18
4.
Vieringen en andere jaarlijkse activiteiten
We vinden het belangrijk om samen iets te vieren. Het versterkt de onderlinge band en het
geeft plezier.
4.1
Uitvoeringen
Eens in de vijf á zes weken is er een uitvoering op een woensdagmorgen. De kinderen
spelen dan een toneelstukje, verzorgen een poppenkastspel, zingen of spelen een
muziekstukje, dragen iets voor of doen nog iets anders. Het is voornamelijk voor en door
de kinderen. Natuurlijk bent u als ouders ook van harte welkom bij deze uitvoeringen. Het
stimuleert de kinderen en hun artistieke vermogens zeer als er publiek aanwezig is!
De data van de uitvoeringen staan in een van de eerste nieuwsbrieven en worden ook
steeds in een volgende nieuwsbrief aangekondigd.
4.2
Jarigen.
Bij verjaardagen stellen wij het op prijs, gezien het geringe aantal kinderen, dat alle
kinderen een traktatie krijgen. De vorm van de traktatie laten we aan uw eigen fantasie en
dat van uw kind over. Leerlingen en leerkrachten wel graag dezelfde traktatie!
We stellen een ‘gezonde’ traktatie zeer op prijs! Houdt u er rekening mee dat er kinderen
zijn die geen suiker en/of varkensvlees mogen eten?
Uiteraard wordt ook de verjaardag van de leerkracht in school en met de groepen
uitbundig gevierd!
4.3
Sportactiviteiten
Een keer per jaar organiseren we een sportdag op en rond de school.
Bij de onderbouw en bovenbouw staan de individuele prestaties centraal.
Wanneer er genoeg aanmelding zijn, doet een groep kinderen mee aan de
avondwandelvierdaagse in Hasselt onder begeleiding van een groep ouders.
Mits we voldoende voetballers hebben doen we mee aan het schoolvoetbaltoernooi in
Hasselt. Soms worden onze kinderen die mee willen voetballen, bij leeftijdsgenootjes van
De Toermalijn ondergebracht.
4.4
Projecten.
Tweemaal per jaar houden we een projectweek. De hele week staat in het teken van één
bepaald thema. Alle kinderen werken dan aan dit thema. Onderdelen van zo'n
projectweek kunnen zijn: excursie(s), deskundigen op school, gezamenlijk begin en
afsluiting, kijkmiddag voor de ouders, allerlei expressieactiviteiten en het maken van
werkstukken.
4.5
Sint Maarten, Sinterklaas, Kerst en Pasen
Rond 11 november proberen we een Sint Maartenoptocht in Genne te houden. De
kinderen gaan dan met (zelfgemaakte)lampionnen langs de deuren om te ‘bedelen’.
Natuurlijk doen we elk jaar aan Sinterklaas. Hij komt met zijn Piet elk jaar rond 5
december op zijn geheel eigen manier bij ons op bezoek. De kinderen (en wij) kijken daar
elk jaar naar uit!
De kerstviering geschiedt voor de kerstvakantie. We doen dat samen met de kinderen in
de vorm van een maaltijd. Tijdens of na de maaltijd is er ruimte voor toneel en zang (met
of zonder ouders).
Soms wordt een andere invulling aan de kerstgedachte gegeven; we stellen dan tijdens
de viering een andere geestelijke stroming centraal.
Ook Pasen wordt gevierd. Meestal in de vorm van een gezamenlijk ontbijt op school. Het
nieuwe leven staat daarin centraal.
19
4.6
Schoolreis/schoolkamp.
In de maand juni gaat de onderbouw op een eendaagse schoolreis ergens in de buurt.
De bovenbouw gaat dan een aantal dagen op een schoolkamp. Een keer in de vier jaar
gaat het schoolkamp naar een Waddeneiland.
4.7
Afsluitingsfeest
Aan het eind van het schooljaar houden we afsluitingsfeest. De kinderen van groep 8
nemen dan afscheid van school. Meestal doen we een eigen gemaakte musical op
school. Alle kinderen hebben dan een rol. De schoolverlaters hebben dan natuurlijk de
hoofdrollen. Na afloop worden de schoolverlaters op een aparte manier van school
‘afgevoerd’.
4.8
Burgerschapszin
Onze school staat middenin de samenleving en wil daar een actief deel van uit maken. In het
kader hiervan doet onze school jaarlijks mee aan de zwerfvuilactie van de stichting Natuur-en
milieufederatie Zwolle in samenwerking met de ROVA.
Jaarlijks besteden wij aandacht aan o.a. racisme en discriminatie tijdens de dodenherdenking
van 4 mei en de viering van 5 mei. We doen mee aan de scholenactie ‘Adopteer een
monument’.
4.9
Culturele activiteiten
Onze school doet mee aan de activiteiten die door de Culturele Commissie in
Zwartewaterland ieder jaar worden georganiseerd (toneelvoorstellingen, muziekprojecten,
bezoeken aan musea, bibliotheek enz.).
Bovendien doen we ieder jaar mee aan het project “Kinderboekenweek” en de milieueducatie
dat door de gemeente Zwartewaterland wordt gecoördineerd.
4.10 Kanjertraining
Obs ‘Genne’ biedt haar leerlingen gratis en onder schooltijd de zgn. “Kanjertraining” aan. Een
van onze collega’s is speciaal opgeleid om deze Kanjertraining te verzorgen. De
Kanjertraining vindt enkele malen gedurende een schoolloopbaan plaats.
Het doel van de Kanjertraining is kinderen leren om op een goede manier om te gaan met
zichzelf en met een ander, dit als belangrijke voorwaarde voor geluk in het leven!
In plm. 10 lessen leren de kinderen:
- zichzelf voorstellen
- positief over zichzelf denken
- dat er mensen zijn die van hun houden
- dat niet iedereen een vriend(in) is van hun, en dat dat ook zo hoort
- dat zij zich kunnen voornemen te luisteren naar kritiek
- dat zij zich kunnen voornemen in vervelende situaties te vertellen van hen dwars zit en
hoe dat kan veranderen
- dat zij de schouders kunnen ophalen als iemand met opzet blijft pesten en dat zij dan
kunnen denken: die is niet wijzer, daar heb je weer zo’n pestkop
- dat zij maatregelen kunnen nemen als zij worden lastig gevallen: “dan ga ik het nooit
alleen oplossen. Ik zoek steun, bij vrienden, mijn ouders of een leerkracht”.
De Kanjertraining wordt voorafgegaan door een introductie voor ouders. Bij sommige lessen
in de groepen 5 t/m 8 worden de ouders bovendien verzocht aanwezig te zijn. De lessenreeks
wordt afgesloten met het uitreiken van het Kanjerdiploma. Ook hierbij worden de ouders
uitgenodigd.
4.11 Sociale Vaardigheidstraining /SOVA
Indien leerlingen baat hebben bij extra training op het gebied van sociaal-emotionele
ontwikkeling, dan bestaat er de mogelijkheid dat zij op individuele basis meedoen aan de zgn.
SOVA-training. Deze training wordt verzorgd door de GGD op een door de GGD
georganiseerde plaats in Zwolle, Hasselt, Genemuiden of Zwartsluis.
20
5.
Het schoolteam
De directeur van de fusieschool is Henk Kok.
Het telefoonnummer van de hoofdvestiging is 038-4773135.
Het schoolteam van de locatie "Genne" wordt gevormd door:
Marinke Koetsier-Limburg
Heino
Agnes Visser-Kuipers
Zwolle
Annick ten Napel
Giethoorn
Minze Boltje
Vollenhove
Maandag en vrijdag
Onderbouw
Dinsdag, donderdag, vrijdag
Onderbouw
Maandagochtend: taakrealisatie
Maandagmiddag, woensdag, donderdag, vrijdag
Bovenbouw
Maandagochtend en dinsdag
Bovenbouw
Een aantal teamleden heeft de Speciaal Onderwijs-akte gehaald.
Marinke en Agnes hebben tevens de cursus Remedial Teaching gevolgd. Annick volgt de
master Ecologische Pedagogiek in Utrecht. We hopen zo toegerust te zijn om kinderen in
hun leerproblemen zo goed mogelijk tegemoet te komen.
5.1
De PABO
We hebben eventueel ook stageplekken voor onderwijsassistenten.
Wij begeleiden studenten van PABO’s in de regio. Van deze opleidingen komen studenten
bij ons om het "vak" te leren. In overleg met de leerkrachten krijgen zij bepaalde opdrachten
uit te voeren. Een groot deel van die opdrachten bestaat uit lesgeven. Zij geven les aan de
hele groep of een deel ervan. Ook bieden ze extra hulp aan individuele leerlingen of aan
kleine groepjes. Ze worden betrokken bij de totale organisatie van de dagelijkse gang van
zaken en nemen hier actief aan deel.
Ook studenten van andersoortige opleidingen (ALO, CIOS, SPW) verzoeken soms om een
stageplaats. We werken dan graag mee om ze de gelegenheid te bieden zich te scholen.
Met name de opleiding tot onderwijsassistent is tegenwoordig erg in trek. Als een student les
geeft of hulp biedt in een groep, gebeurt dit echter altijd onder verantwoordelijkheid van de
betreffende groepsleerkracht. Met de opleidingsinstituten is regelmatig contact over de
studenten.
De bovenschoolse stagecoördinator is Annemieke Huiskamp. Zij coördineert de stage van
alle studenten op de scholen van de Stichting Op Kop.
21
6
Ouderparticipatie
Het is van groot belang dat u als ouder nauw betrokken bent bij het wel en wee van uw
kind op school. Uw kind is per slot van rekening een groot deel van de dag op school.
Daarom is er een gezamenlijke verantwoordelijkheid van ouders en team bij de
opvoeding. Ouders kunnen meehelpen door praktische hulp te geven en mee te beslissen
over schoolzaken..
In het kader van deze ouderparticipatie kunnen ouders zich op veel manieren inzetten
voor de school.
Men kan lid worden van de medezeggenschapsraad, ouderraad of deelnemen aan één
van de activiteiten.
6.1
De medezeggenschapsraad
De school heeft één medezeggenschapsraad.
De contactpersonen van de locatie "Genne" in de M.R. zijn:
Oudergeleding:
Pascal Wilhelm, Zwolle
Personeel:
Agnes Visser, Zwolle
De contactpersonen en teamleden zijn graag bereid u inlichtingen te verschaffen over het
reilen en zeilen binnen maar ook buiten onze school.
Bijvoorbeeld vragen over de methoden die we voor de diverse vak- en vormingsgebieden
op school gebruiken, instandhouding van de school, huisvestingsproblemen, contacten en
overleg met het bestuur etc.
De M.R.- en de teamleden zullen u daar een passend antwoord op proberen te geven!
Naast de MR is er ook een gemeenschappelijke MR (GMR) voor het openbaar
basisonderwijs van de stichting ‘Op Kop’ ingesteld. Hier worden bovenschools zaken
behandeld. Niet elke school is vertegenwoordigd in de GMR.
Er wordt gewerkt met zogenaamde kiesgroepen.
6.2
Ouders in de school.
Als u onderwijskundig wilt participeren binnen de school kunt u dat aan het team laten
weten. We streven naar een optimale betrokkenheid van de ouders bij de school van hun
kind(-eren).
Wij delen u als ouder(-paar) daarom jaarlijks minimaal bij één extra-activiteit in en
verwachten dat u daadwerkelijk meedenkt en meehelpt bij de voorbereiding en uitvoering
van deze activiteit (Sint, Kerst, Pasen, sportdag schoolkrant, schoolreisjes, etc.).
Het team en ouderraad nemen initiatieven voor vergaderingen en bijeenkomsten.
Om een kleine school in stand te houden is van de ouders meer nodig dan kinderen of
kind op de school in Genne te doen!
U verplicht zich min of meer ook mee te helpen aan de extra activiteiten! Deze extra
activiteiten maken de school juist 'extra' en het schoolgaan ook 'extra' leuk voor de
kinderen! Het is té makkelijk om het werk over te laten aan kinderen, team of een kleine
groep ouders!
Dus met z'n allen aan de slag!
22
6.3
De Ouderraad
Een belangrijke raad binnen onze school is de Ouderraad. De taken van de Ouderraad
omvatten alle ‘huishoudelijke’ aangelegenheden zoals:
- het regelen van het overblijven van kinderen op school;
- organiseren van ouderavonden, klussenavonden;
- hand- en spandiensten bij allerlei buitenschoolse
- activiteiten (begeleiding excursies, schoolreisjes e.d.);
- hulp bij schoolkrant, sportdag etc.
De huidige Ouderraadleden zijn:
Voorzitter
: Joerka Deen
Secretaris
: Kirsten Wilke
Penningmeester
: Henk Ruitenberg
Het bankrekeningnummer van de Ouderraad is NL95RABO0343142635 t.n.v. Ouderraad
OBS Genne.
De O.R. is graag bereid u allerlei informatie over schoolse en buitenschoolse zaken te
verschaffen.
Het volledige huishoudelijke reglement van de ouderraad is bij de ouderraad te verkrijgen.
6.4
Het schoolgeld
Het schoolgeld bedraagt € 40,- per kind per schooljaar. Deze bijdrage is vrijwillig.
De toelating van een kind is uiteraard niet afhankelijk van het betalen van de
ouderbijdrage!
U kunt deze bijdrage op het bankrekeningnummer van de Ouderraad is
NL95RABO0343142635 t.n.v. Ouderraad OBS Genne liefst voor de herfstvakantie
overmaken.
Op tijd betalen voorkomt een hoop ellende!
6.5
Eten op school
Sinds 1 oktober 2014 hanteert OBS Genne een continurooster. De leerkrachten eten
tussen de middag samen met de kinderen.
6.6
Voor- en naschoolse opvang
Buitenschoolse opvang (BSO)
In 2006 heeft de Tweede Kamer een wet aangenomen waarin staat dat vanaf het schooljaar
2007-2008 het schoolbestuur de aansluiting met de buitenschoolse opvang moet
organiseren. In de Kop van Overijssel is een gevarieerd aanbod van voor-en naschoolse
opvang organisaties. Sinds januari 2014 biedt Stichting Kinderopvang Op Kop op een
tweetal locaties ook zelf buitenschoolse opvang aan (Beatrixschool in Steenwijk en
Zuiderbasisschool in Giethoorn). Voor de overige locaties heeft Op Kop gekozen voor het
makelaarsmodel en de samenwerking met gekwalificeerde organisaties voor Kinderopvang.
Het makelaarsmodel houdt in dat u als ouder zelf kiest of u gebruik wilt maken van de
buitenschoolse opvang en voor welke organisatie u kiest. Deze organisatie verplicht zich te
voldoen aan de wettelijke eisen.
Het Hanzehonk, onder hetzelfde dak gevestigd als onze hoofdvestiging, verzorgt voor- en
naschoolse opvang van 07.30 uur tot 18.30 uur.
Voor informatie kunt u zich wenden tot de directeur van de school of de coördinator van Het
Hanzenhonk, Mw. Rian Keizer (tel. 038 - 4774002).
Ook de buitenschoolse opvang in Allio in Berkum is bereid kinderen van onze school op te
vangen.
23
6.7
Nieuwsbrief
Eén keer in de 14 dagen komt er een digitale nieuwsbrief uit. In deze nieuwsbrief staan
naast de 'verse' zakelijke informatie ook zaken die op school gaan gebeuren of reeds
gebeurd zijn, leuke voorvallen of uitspraken van kinderen; kortom een brief die u niet mag
missen...
Het aanmelden voor de nieuwsbrief kan via de website www.obsgenne.nl
6.8
De schoolkrant.
De schoolkrant verschijnt 2 keer per jaar: voor de Kerst-, Paas- en de zomervakantie. De
krant wordt met hulp van een groepje ouders door de kinderen gemaakt. We laten de
kinderen vrij in hun ideeën maar streven er wel naar dat er van ieder kind iets in staat.
24
7.
Kwaliteitsbeleid
Het team is voortdurend bezig het onderwijs verder te ontwikkelen en te verbeteren. We
spelen actief in op nieuwe inzichten op onderwijskundig gebied en maatschappelijke
ontwikkelingen. Om inzage te krijgen in de mate waarop de school effectief werkt, wordt
onderzoek naar de resultaten van ons onderwijs gedaan.
7.1
Het verzamelen van gegevens
Leerlingenzorg
Het leerlingvolgsysteem omvat een scala aan toets- en observatiegegevens. Deze
gegevens worden gebruikt voor de individuele zorg aan kinderen, maar ook om de
uitkomsten in kaart te brengen hoe de school presteert op de diverse gebieden. Een
overzicht van groepsgemiddelden gedurende meerdere jaren geeft inzicht in de prestaties
van de school. De school kan op grond hiervan besluiten tot het wijzigen van het
onderwijs: bijvoorbeeld meer tijd voor rekenen of een andere aanpak van lezen.
Ouders
De leerkrachten hebben rechtstreeks contact met u tijdens leerling-besprekingen en de
huisbezoeken. Daarnaast hebben we ook contact bij het halen en brengen van de
kinderen en de verschillende activiteiten op school.
Op deze wijze krijgt het team enig zicht op uw mening over de school. Soms vragen we
meer direct uw mening.
De informatie die we krijgen vooral na huisbezoeken en leerling-besprekingen wordt
teruggekoppeld en besproken op een teamvergadering. Uiteraard worden de zaken die u
naar voren brengt en die van algemeen belang zijn door de leerkrachten aan de orde
gesteld.
Een indirecte manier om aan informatie te komen is door een oudervergadering bij te
wonen.
Bijna jaarlijks wordt de mening van ouders gevraagd via schriftelijke of digitale vragenlijsten.
De vragenlijsten zijn afwisselend algemeen van aard of gericht op sociale veiligheid. Deze
vragenlijsten worden in dezelfde periode afgenomen op alle scholen van de Stichting ‘Op
Kop’.
Overige gegevens
De scholen van het voortgezet onderwijs sturen ons de cijfers van onze oud-leerlingen. In
ieder geval van de brugklassers. Verder bespreken we jaarlijks met de
brugklascoördinatoren de ontwikkeling van de oud-leerlingen
7.2
Het werken aan verbeteringen
Via de kwaliteitskaarten van het WMK (Werken met Kwaliteitskaarten) onderzoeken we
ons onderwijs en het functioneren van onze school. Elk jaar worden een aantal
beleidsterreinen doorgelicht. Een keer in de vier jaar komt een beleidsterrein aan de orde.
De opbrengsten worden elk jaar kritisch bekeken.
In de teamvergadering wordt vastgesteld welke prioriteit de gewenste verbeteringen
moeten hebben. Rekening houdend met factoren als tijd en kosten wordt een besluit
genomen over het te verbeteren onderdeel.
Een maatregel kan zijn het veranderen van een leesmethode, maar ook het bijstellen van
regels voor het schoolplein. Er kan ook besloten worden tot nadere scholing. Ieder jaar
weer wordt er in teamverband of als individueel teamlid deelgenomen aan één of
meerdere vormen van nascholing.
Het onderwijsadviescentrum wordt ook bij de schoolontwikkeling ingeschakeld. Aan de
hand van concrete hulpvragen kan ondersteuning aan het team worden verleend. De
IJsselgroep verzorgt informatiebijeenkomsten over actuele onderwerpen en biedt
cursussen aan.
25
7.3
Het samenwerkingsverband "Weer Samen Naar School" WSNS.
Dit samenwerkingsverband heeft betrekking op de samenwerking tussen het regulier
basisonderwijs en het speciaal onderwijs.
Onze school maakt deel uit van het samenwerkingsverband ‘De Stroming’ in Zwolle.
‘De Stroming’ heeft een vooruitstrevende en intensieve zorgstructuur. Onze intern
begeleider participeert in het netwerk uit het speciaal en regulier basisonderwijs.
Specialistische kennis vanuit het speciaal onderwijs komt op deze wijze terecht in het
regulier onderwijs. Hierdoor kunnen steeds meer kinderen op een gewone basisschool
blijven.
26
8.
Medische en andere wetenswaardigheden.
Niet alleen de schriftelijke vorderingen worden op basisschool bijgehouden ook op
lichamelijke en geestelijke gezondheid wordt gelet.
8.1
De Jeugdgezondheidsdienst /JGD
Het jeugdgezondheidsteam van de JGD van de regio IJssel-Vecht bestaat uit een
schoolarts, een schoolverpleegkundige en een assistente. Zij onderzoeken de kinderen uit
groep 2 en groep 6. Zonodig vindt tussentijds, eventueel op verzoek van ouders, controle
plaats.
Dus als u een zoon of dochter in een van deze groepen heeft, kunt u zo'n onderzoek
verwachten.
Wat houdt dit onderzoek in?
De JGD nodigt de kinderen van groep 2, samen met u uit voor een onderzoek door de
schoolverpleegkundige en schoolarts. Er wordt aandacht besteed aan de lichamelijke
gezondheid van uw kind, maar er wordt ook gevraagd hoe uw kind omgaat met vriendjes
en vriendinnetjes, of uw kind het leuk vindt op school en of het thuis naar wens verloopt.
Vervolgens wordt uw kind onderzocht: de zintuigen worden getest, de groei wordt
beoordeeld, hart en longen worden beluisterd en de motoriek getoetst. Het is van belang
te vermelden dat tijdens de schoolonderzoeken geen "prikjes" worden gegeven.
In overleg met u, kan de leerkracht een kind ook vervroegd laten oproepen. U krijgt daar
dan bericht van.
De schoolartsassistente zal de leerlingen van groep 6 controleren wat betreft houding
en lengte. Dit korte onderzoek vindt plaats op school, zonder uw aanwezigheid. Voor het
onderzoek ontvangt u hierover informatie.
De inentingen die uw kind nog nodig heeft worden niet tijdens de onderzoeken gegeven.
U ontvangt hiervoor een aparte uitnodiging in het jaar dat uw kind 9 wordt. Wanneer er in
de eerste 4 jaar inentingen zijn gemist, kunt u bij ons of GGD informeren naar een
inhaalmogelijkheid.
De JGD verzorgt ook voorlichting over tandheelkundige preventie. In groep 1/2 en groep
5/6 wordt jaarlijks informatie gegeven over verstandig mondgedrag. Er wordt aandacht
besteed aan poetsen, duimzuigen en snoepen.
We willen u er verder op wijzen dat u ook zelf contact kunt opnemen met de JGD. U kunt
met uw vragen over de ontwikkeling van uw kind terecht bij de schoolverpleegkundige.
De afdeling Jeugd is bereikbaar onder tel nr. 038-4281500.
8.2
Onderwijsadvies dienst ‘IJsselgroep’
De IJsselgroep is een onafhankelijke begeleidingsdienst. Naast de ondersteunende
functie voor de teamleden, geeft de leerling- begeleider ook ondersteuning aan kinderen
met problemen. Dit kan zijn op het gebied van leren, maar ook voor sociaal- emotionele
problemen. De schoolbegeleider voert in samenwerking met de leerkracht nader
onderzoek uit en zorgt, opnieuw samen met de leerkracht, zonodig voor een plan van
aanpak. De leerlingbegeleider werkt alleen na toestemming van u met uw kind. Alvorens
een onderzoek plaatsvindt, heeft de leerlingbegeleider een gesprek met u. Over de
uitkomsten wordt u schriftelijk, en meestal ook mondeling, geïnformeerd.
27
8.3
Logopedie
Alle kinderen van groep 2 worden beoordeeld op hun spraak door de schoollogopedist.
Op grond van het resultaat kan logopedische behandeling volgen. De logopedie is meer
preventief (voorkomend), dan curatief (behandelend). De nadruk komt te liggen op
kortdurende behandelingen, begeleiding en voorlichting.
Langdurige behandeling vindt niet op school plaats, maar bij de vrij gevestigde
logopedist(e).
8.4
Hoofdluis
Kinderen zijn over het algemeen het meest bevattelijk voor luizen. Bij het spelen op het
plein hangen ze om elkaars nek en zitten met hun hoofden bij elkaar en daar zit een luis
nu net op te wachten. Hoofdluis verkeert ten onrechte nog steeds in de taboesfeer. Het is
wel heel belangrijk om zo snel mogelijk de school in te lichten. Luizen verspreiden zich
daar snel, doordat ze op kragen van jassen of in dassen en mutsen zitten.
Op school is een luizenprotocol aanwezig. Twee ‘luizenmoeders’ controleren op gezette
tijden de kinderen op hoofdluis.
U als ouder kunt meewerken bij het bestrijden door het meteen aan ons door te geven, als
uw kind hoofdluis heeft.
8.5
Jeugdhulpverlening
Op school kunt u informatie krijgen over allerlei instanties die zich met
(jeugd)hulpverlening bezig houden, zoals de Raad van Kinderbescherming, Dimence,
Bureau Vertrouwensartsen, enz. De leerkrachten kunnen u hierover nader informeren.
Een andere mogelijkheid voor advies is de opvoedtelefoon. Deze is overdag te bereiken
tussen 9 en 5 uur en op maandag-, dinsdag en woensdagavond van 7 tot half 10. Het
nummer is: 06-8212205.
Jeugdgezondheidszorg
Uw kind bezoekt één van de scholen in het werkgebied van de GGD Regio IJsselland te
Zwolle. De jeugdgezondheidszorg stelt zich ten doel een gezonde groei en ontwikkeling van
kinderen te bevorderen. Concreet heeft zij als taak het opsporen, bestrijden en voorkómen
van oorzaken die een gezonde groei en ontwikkeling verstoren. Tot het vierde levensjaar
wordt Jeugdgezondheidszorg uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van het
consultatiebureau van de Thuiszorginstellingen. Wanneer het kind vier jaar wordt, neemt de
GGD deze taak over. Ook de gegevens van het consultatiebureau gaan dan naar de GGD,
wanneer u hier als ouder/verzorger toestemming voor hebt gegeven. Hoe de GGD haar taak
op onze basisschool uitvoert kunt u vinden op de website van Op Kop.
De GGD IJsselland is gevestigd aan de Zeven Alleetjes 1 te Zwolle (tel 038-4281500),
8.6
Ziekte van uw kind
Wanneer uw kind door ziekte of andere oorzaken niet aanwezig kan zijn, stellen wij het op
prijs dit van u schriftelijk of mondeling te vernemen. Bij ziekte graag voor de aanvang van
de school bellen. Tel: 038 4771791.
Wilt u zoveel mogelijk afspraken bij de tandarts, dokter e.d. na schooltijd maken?
In andere gevallen zullen wij het aan de leerplichtambtenaar moeten melden.
8.7
Onderwijs tijdens een langdurige ziekteperiode van een leerling
In de wet “Ondersteuning Onderwijs aan Zieke Leerlingen” van 1999, is nog eens duidelijk
aangegeven dat ook zieke leerlingen recht hebben op onderwijs. Voor kinderen of
jongeren die in een ziekenhuis zijn opgenomen – of ziek thuis zijn – is het belangrijk dat
het gewone leven zoveel mogelijk door gaat. Onderwijs hoort daar zeker bij. Onderwijs
aan zieke leerlingen is o.a. om de volgende redenen van belang:
28
1. Het leerproces wordt voortgezet. Een onnodige leerachterstand wordt zoveel
mogelijk voorkomen.
2. De zieke leerling houdt een belangrijke verbinding met de buitenwereld
(regelmatig sociale contacten).
Ook voor kinderen die ziek thuis zijn of in het ziekenhuis liggen, is de school verantwoordelijk
voor de onderwijsondersteuning aan die leerling. We worden daarbij geholpen door de
Consulent Onderwijsondersteuning aan Zieke Leerlingen (COZL). De leerkracht van de
school en de consulent maken in overleg met de ouders van de leerling afspraken over de
inhoud van de ondersteuning. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met het centrale
kantoor van Onderwijs aan Zieke Leerlingen IJsselgroep/Expertise (tel. 038-425 78 76).
Tevens kunt de website van de stichting: “Ziek zijn en onderwijs” bezoeken.
Het webadres is: www.ozl-ijsselgroep-expertis.nl .
29
9.
Regels en regelingen
We ontkomen niet aan de regels en regelingen die in de wet zijn verankerd. Ook de
school heeft regels gemaakt om het verblijf zo plezierig mogelijk te laten verlopen. In dit
hoofdstukje kunt u daar meer over lezen.
9.1
Voor en na schooltijd
Bij mooi weer spelen de kinderen op en rond het plein. Ze mogen 8.50 uur naar binnen.
Bij slecht weer blijven de kinderen binnen of mogen ze eerder binnen komen..
Laat uw kind niet te vroeg op school komen. Soms zijn er helemaal nog geen
speelkameraadjes!
Omdat we 's morgens met alle kinderen lezen, verzoeken we u uw kind op tijd op school
te laten zijn. Het is vervelend, vooral voor uw kind zelf, om onder het lezen binnen te
komen.
Onder schooltijd doet iedereen zijn best om zich in de gang en hal rustig te gedragen.
Tijdens de lessen mogen er geen petjes gedragen worden en is snoepen verboden.
Bij de ingang staat een pantoffelkast. De kinderen trekken daar hun schoenen of
laarzen uit en doen daar hun sloffen of pantoffels aan. Deze manier is gekozen om
de school netjes en klei/zandvrij te houden. Ook rollerskates e.d. moeten bij de
schoolingang worden uitgetrokken.
9.2
Groep “0”
Inloopochtenden
Om kennis te maken met de school, andere kinderen en de juffen of meester mogen de
kinderen in overleg met de leerkrachten 2 dagdelen ‘meedraaien’.
Als het kind 4 jaar is, gaat het eerst alleen de ochtenden naar school. In overleg met de
leerkrachten kan dan overgegaan worden tot een hele dag naar school.
9.3
Verlofregeling
Uw kind heeft in sommige gevallen recht op verlof. Hier is echter alleen sprake van in
bijzondere gevallen, bijvoorbeeld een familiejubileum. Het verlof moet bijtijds worden
aangevraagd. Hiervoor zijn op school speciale formulieren verkrijgbaar. In enkele gevallen
hoeft u voor uw kind geen verlof aan te vragen, namelijk als het nog geen vijf jaar is. Voor
kinderen van 4 jaar geldt nog geen leerplicht. Voor vijfjarigen is een speciale regel van
toepassing: uw kind mag 5 uur per week thuisblijven. We vragen u deze afwezigheid aan
de groepsleerkracht te melden. Indien u het nodig vindt dat uw kind per week langer thuis
blijft dan kan de directeurtoestemming geven tot ten hoogste 10 uur.
Het is niet toegestaan uw kind buiten de officiële vakanties vrijaf te geven. De directeur is
verplicht ongeoorloofd verzuim aan de leerplichtambtenaar te melden. Ook bij andere
gebeurtenissen is toestemming van de directeur vereist.
Indien u van mening bent dat uw kind ten onrechte geen verlof is gegeven, kunt u bij de
leerplichtambtenaar in beroep gaan.
De gemeente verstrekt aan alle ouders met leerplichtige kinderen een brochure over de
Leerplichtwet. Aan de regels en richtlijnen die hierin genoemd zijn, hebben wij ons als
school te houden. We verwijzen u voor de volledige regelgeving naar deze brochure.
9.4
Schoolregels
Het is belangrijk dat kinderen zich goed voelen op school. Daar moeten leerkrachten en
leerlingen samen voor zorgen.
Zorgen voor veiligheid en een prettige omgeving betekent dat kinderen goed op zichzelf
maar ook goed op anderen moeten passen.
Daar zijn regels voor.
De belangrijkste is wel:
Jouw gedrag mag dat van anderen niet storen.
30
-
-
Doe geen dingen die gevaarlijk zijn voor jezelf of anderen.
Doe een ander geen pijn.
Bedreigen mag niet, net zo min als beledigen of schelden.
Nooit aan de spullen van een ander zitten.
Houd de school netjes. Je eigen tafel en je eigen vak, maar ook de hal,
toiletten en het plein. Gooi geen rommel achter je neer. Doe dit ook
niet, wanneer je meester of juf niet in de buurt is.
Rennen, duwen, stoeien, trekken, trappen in de gang stoort en kan
gevaarlijk zijn.
Let bij het spelen er op of de ander het leuk vindt wat je doet.
Gevaarlijk speelgoed hoort niet op school. Geen messen of
speelgoedzwaarden.
Let extra goed op kleine kinderen. Laat bij het spelen op het plein
ouders of andere bezoekers rustig door.
Sluit geen kinderen buiten, stook elkaar niet op.
Doe niet met pesten mee. Als de pester niet ophoudt, zeg het dan
tegen de juf of meester. Dit is geen klikken.
Kinderen moeten leren ruzies uit te praten. Met het betreffende kind en zo nodig met de
leerkracht. Soms volgt er dan ook een gesprek met de ouders. Samen is alles op te
lossen.
Als het is opgelost, vergeven. Maar vooral ook vergeten.
Bovenstaande regels zijn schoolregels.
Onze school heeft een pestbeleid.
9.5
Informatie over de klachtenregeling
Het kan voorkomen dat naar uw mening op school, iets niet naar wens verloopt. Het kan
zijn dat u ontevreden bent over iets dat uw kind aangaat. Blijf er niet mee rondlopen, maar
maak met de leerkracht van uw kind een afspraak. Als dit gesprek niet tot een oplossing
leidt, kunt u over uw klacht met de directeur praten. Doe dit echter niet zonder hier de
betrokken leerkracht van op de hoogte te stellen. Wanneer de oplossing voor u niet
bevredigend is, kunt u zich, bij voorkeur schriftelijk, tot de voorzitter of secretaris van de
MR wenden.
Deze Medezeggenschapsraad zal dan in haar eerstvolgende vergadering uw kwestie aan
de orde stellen en u over de uitkomst berichten.
Voorts is het bestuur van onze school aangesloten bij een landelijke klachtencommissie.
Als u een klacht heeft over de gang van zaken op onze school kunt u de volgende stappen
zetten:
1.
U kunt de klacht in eerste instantie het beste melden aan de school: aan de
groepsleerkracht of de directeur, of aan allebei.
2.
Als het overleg met de school geen oplossing geeft, dan kunt u met het bevoegd
gezag (in ons geval de Stichting Op Kop) gaan praten.
3.
Vervolgens kunt u de klachtencommissie inschakelen. Onze school is aangesloten bij
de “Landelijke Klachtencommissie voor openbaar en algemeen toegankelijk
onderwijs”.
De klachtencommissie bestaat uit tenminste drie leden, onder wie een voorzitter die
geen deel uitmaakt van het bevoegd gezag of van het team van de school. Scholen
zijn verplicht alle ouders te informeren over hun klachtenregeling. U kunt van de
directeur van onze school een kopie krijgen van de klachtenregeling. Bij de
behandeling van een klacht kunt u zich door een ander laten bijstaan of
31
4.
vertegenwoordigen. Uw klacht zal altijd vertrouwelijk worden behandeld. Op de klacht
moet binnen vier weken worden gereageerd. Het postadres van de
klachtencommissie is Postbus 85191,
3508 AD in Utrecht. Tel. 030-2809590.
Tot slot zijn er ook nog speciale vertrouwensinspecteurs voor klachten over seksuele
intimidatie binnen het basisonderwijs. Het telefoonnummer van de
vertrouwensinspecteur is 0900-1113111 (bereikbaar tijdens kantooruren).
Soms vinden ouders, leerlingen en personeelsleden het prettig als ze eerst vertrouwelijk
kunnen praten met iemand van de school, zonder dat meteen een officiële klacht wordt
ingediend. Eén van de medewerkers van onze school is daarom aangesteld als
schoolcontactpersoon. De schoolcontactpersoon is niet bevoegd om te helpen bij het
oplossen van uw klacht, maar kan wel uw klacht aanhoren en advies geven over de
vervolgprocedure. Op onze school is Gijs van Dalfsen de schoolcontactpersoon.
De schoolcontactpersoon kan u (indien u dat wenst) verwijzen naar de regionale
vertrouwenspersonen. Deze vertrouwenspersonen begeleiden u dan verder bij de
behandeling van de klacht.
Deze vertrouwenspersonen zijn; ·
Voor onderwijskundige zaken:
Mw.drs. J.P.M. Snoek-Voorendt (medewerkster IJSSELGROEP)
de Esch 1a, 7783 CG Gramsbergen.
Tel. 0524-563622
Voor medische zaken:
Dhr. W.J. van Essen
(medewerker GGD)
Zeven Alleetjes 1, 8011 CV Zwolle
Tel. 038-4281533
Voor personele zaken:
Arbodienst Ardyn tel. 050-5242854 (alleen voor personeelsleden).
9.6
Vragen over onderwijs
Ondanks alle informatie in deze gids, kan het voorkomen dat u nog vragen heeft. Vragen
over de school kunt u stellen aan een van de teamleden of aan de directeur. Vragen over
onderwijs in het algemeen en vragen die u liever eerst met een onafhankelijk iemand wilt
doorspreken, kunt u voorleggen bij 5010.
5010 is de vraagbaak voor ouders in het openbaar onderwijs. Telefonisch op nummer 0800
5010 toets 4, op schooldagen tussen 10.00 uur en 15.00 uur. Digitaal via de website
www.50tien.nl. Op de site vindt u veel vragen en antwoorden. Ook heeft u de gelegenheid
om zelf een vraag te stellen. Deze worden dan per e-mail beantwoord.
9.7
Pesten
Pesten is wat anders dan plagen. Wanneer een kind eens wordt uitgescholden, is dat
vervelend. Wanneer een kind wordt gepest is dit ernstig. Om pesten te voorkomen is een
pestprotocol opgesteld.
We besteden er in klassenverband regelmatig aandacht aan. Ook de kinderraad zal
oplossingen proberen aan te dragen.
Het pestprotocol ligt op school ter inzage. Elk jaar wordt er een schoolbrochure ‘Stop het
pesten’ uitgegeven.
Onze school heeft een pestbeleid.
32
9.8
Regels voor schorsing en verwijdering van leerlingen.
Op de openbare basisscholen van de Stichting Op Kop gaan we uit van een protocol.
Dit protocol treedt in werking als er sprake is van ernstig ongewenst gedrag door een
leerling, waarbij psychisch en of lichamelijk letsel aan derden is toegebracht.
Er worden kunnen drie vormen van maatregelen genomen worden:
*Time-out
*Schorsing
*Verwijdering
Time-out
Een ernstig incident leidt tot een time-out met onmiddellijke ingang.
Hierbij gelden de volgende voorwaarden:
- In geval van een time-out wordt de leerling voor de rest van de dag de toegang tot de
school ontzegd.
-Tenzij redelijke gronden zich daartegen verzetten worden de ouder/verzorgers onmiddellijk
van het incident en de time-out gemotiveerd op de hoogte gebracht. Als de veiligheid voorop
staat moet de time-out niet afhankelijk gesteld worden van het contact met
ouders/verzorgers. De vraag blijft dan staan wat er moet gebeuren als de ouders/verzorgers
niet te bereiken zijn. Eventueel is het verwijderen uit de klas en opvang elders een oplossing.
- De time-out maatregel kan eenmaal worden verlengd met één dag. Daarna kan de leerling
worden geschorst voor maximaal één week. In beide gevallen dient de school vooraf of
(indien dat niet mogelijk is) zo spoedig mogelijk na het effectueren van de maatregel contact
op te nemen met de ouders/verzorgers.
- De ouder/verzorgers worden op school uitgenodigd voor een gesprek. Hierbij is de
groepsleerkracht en een lid van de directie van de school aanwezig.
- Van het incident en het gesprek met de ouders/verzorgers wordt een verslag gemaakt. Dit
verslag wordt door de ouders/verzorgers voor gezien getekend. Time-out is geen officieel
instrument, maar kan niettemin bruikbaar zijn bij onveilige situaties of bij het herstellen van
de rust binnen de school: het is principieel geen strafmaatregel maar een ordemaatregel in
het belang van de school: daarom wordt er geen aantekening van de time-out gemaakt in het
dossier van de leerling, maar van het incident.
- De time-out maatregel kan alleen worden toegepast na goedkeuring door de directie van de
school.
- De time-out maatregel wordt na toepassing schriftelijk gemeld aan het bevoegd gezag.
Schorsing
Pas bij een volgend ernstig incident, of in het afzonderlijke geval dat het voorgevallen
incident zo ernstig is, kan worden overgegaan tot een formele schorsing. De wettelijke
regeling voor het Openbaar onderwijs is hierbij van toepassing.
Hierbij gelden de volgende voorwaarden:
- Het bevoegd gezag van de school wordt voorafgaand aan de schorsing in kennis gesteld
van deze maatregel en om goedkeuring gevraagd.
- Gedurende de schorsing wordt de leerling de toegang tot de school ontzegd. Voor zover
mogelijk worden er maatregelen getroffen waardoor de voortgang van het leerproces van de
leerling gewaarborgd kan worden. Schorsing mag niet betekenen dat het doen van toetsen
(denk aan cito-entree of eindtoetsen) wordt belemmerd. Dit vraagt passende maatregelen,
b.v. het wel tot de school toelaten voor het doen van deze toets. Daarnaast kan het
beschikbaar stellen van (thuis)studiemateriaal tot de mogelijkheden behoren.
-De schorsing bedraagt maximaal drie weken en kan hooguit twee maal worden verlengd.
Wezenlijk is dat de schorsing aan een maximum termijn gebonden is. Zij mag geen verkapte
verwijdering worden. De termijn is zo gekozen dat in het ernstigste geval de school
voldoende tijd ter beschikking heeft om een eventuele verwijderingbeslissing op zorgvuldige
wijze voor te bereiden.
33
- De ouders/verzorgers worden door de directie uitgenodigd voor een gesprek betreffende de
maatregel. Hierbij dienen nadrukkelijk oplossingsmogelijkheden te worden verkend, waarbij
de mogelijkheden en de onmogelijkheden van de opvang van de leerling op de school aan
de orde komen.
- Van de schorsing en het gesprek met de ouders wordt een verslag gemaakt. Dit verslag
wordt door de ouders/verzorgers voor gezien getekend en in het leerlingendossier
opgeslagen. Het verslag wordt ter kennisgeving verstuurd aan:
*Het bevoegd gezag
*De ambtenaar leerplichtzaken
*De inspectie onderwijs
- Ouders/verzorgers kunnen beroep aantekenen bij het bevoegd gezag van de school. Het
bevoegd gezag beslist uiterlijk binnen veertien dagen op het beroep.
Verwijdering
Bij het zich meermalen voordoen van een ernstig incident, dat ingrijpende gevolgen heeft
voor de veiligheid en/of de onderwijskundige voortgang van de school, kan worden
overgegaan tot verwijdering. De wettelijke regeling van het Openbaar onderwijs is hierbij van
toepassing. Hierbij gelden de volgende voorwaarden:
- Verwijdering van een leerling van school is een beslissing van het bevoegd gezag.
- Voordat men een beslissing neemt, dient het bevoegd gezag de betrokken leerkracht en de
directie te horen.
Hiervan wordt een verslag gemaakt wat aan de ouders/verzorgers ter kennis wordt gesteld
en door de ouders/verzorgers voor gezien wordt getekend.
- Het verslag wordt ter kennisgeving opgestuurd naar:
*De ambtenaar leerplichtzaken
*De inspectie onderwijs
- Het bevoegd gezag informeert de ouders/verzorgers schriftelijk en met redenen over het
voornemen tot verwijdering, waarbij de ouders/verzorgers gewezen wordt op de
mogelijkheid van het indienen van een bezwaarschrift.
- De ouders krijgen de mogelijkheid binnen zes weken een bezwaarschrift in te dienen.
- Het bevoegd gezag is verplicht de ouders te horen over het bezwaarschrift.
- Het bevoegd gezag neemt een uiteindelijke beslissing binnen vier weken na ontvangst van
het bezwaarschrift.
- Een besluit tot verwijdering is pas mogelijk nadat een andere basisschool of een andere
school voor speciaal onderwijs is gevonden om de leerling op te nemen of dat aantoonbaar
is dat het bevoegd gezag, gedurende acht weken, er alles aan heeft gedaan om de leerling
elders geplaatst te krijgen.
9.9
Rouwprotocol
Hoewel het gelukkig nog niet vaak voorgekomen is, beschikt de school over een
rouwprotocol.
9.10 Verzekeringen, schade en aansprakelijkheid
De school heeft een aantal verzekeringen afgesloten: een aansprakelijkheidsverzekering en
een ongevallenverzekering.
De aansprakelijkheidsverzekering biedt zowel de school zelf als diegenen die voor de
school actief zijn (personeel, stagiaires en vrijwilligers) dekking tegen schadeclaims als
gevolg van onrechtmatig handelen. Over de aansprakelijkheid van de school bestaan soms
misverstanden. Die misverstanden lichten we hieronder toe:
- ten eerste is de school of het schoolbestuur niet zonder meer aansprakelijk voor alles
wat tijdens de schooluren en buitenschoolse activiteiten gebeurt. Wanneer dit wel het
geval zou zijn, zou alle schade die in schoolverband ontstaat door de school moeten
34
-
-
-
-
9.11
-
-
worden vergoed. Deze opvatting leeft wel bij veel mensen, maar berust op een
misverstand. De school is alleen aansprakelijk en daarmee
schadevergoedingsplichtig wanneer er sprake is van een verwijtbare fout. De school
(of zij die voor de school optreden) moet dus te kort zijn geschoten in haar
rechtsplicht. Het is dus mogelijk dat er schade wordt geleden, zonder dat er sprake is
van onrechtmatigheid van de kant van de school. Een voorbeeld daarvan is
bijvoorbeeld de schade aan een bril tijdens de gymnastiekles, of de fiets van de
leerling die in de openbare fietsenstalling van de school wordt beschadigd/gestolen.
Deze schades vallen niet zondermeer onder de aansprakelijkheidsverzekering, en
worden (dan ook) niet door de school vergoed.
daarnaast is de school niet aansprakelijk voor (schade door) onrechtmatig
gedrag van leerlingen. Leerlingen (en hun ouders) zijn primair zelf
verantwoordelijk voor hun doen en laten. Een leerling die tijdens de schooluren
of tijdens andere door de school georganiseerde activiteiten door onrechtmatig
handelen schade veroorzaakt, is daar dus in de eerste plaats zelf (of de ouders)
verantwoordelijk voor. Het is dus van belang dat ouders/verzorgers zelf een
particuliere aansprakelijkheidsverzekering afsluiten.
Op grond van de ongevallenverzekering zijn alle betrokkenen bij schoolactiviteiten
(leerlingen, personeel, vrijwilligers) verzekerd. De verzekering geeft recht op een
(beperkte) uitkering als een ongeval blijvende invaliditeit of overlijden tot gevolg heeft.
Ook zijn de geneeskundige en tandheelkundige kosten gedeeltelijk meeverzekerd,
voor zover de eigen verzekering van betrokkene geen dekking biedt (bijvoorbeeld
door eigen risico). Materiële schade (een kapotte bril of fiets etc.) valt normaliter niet
onder de dekking van deze verzekering
Deze ongevallenverzekering is geldig gedurende alle schoolactiviteiten met inbegrip
van bijvoorbeeld reizen en excursies, maar ook tijdens het stoeien op het schoolplein.
Daarnaast is tevens het reizen van en naar school gedurende ten hoogste een uur
vóór en een uur ná het verlaten van de school meeverzekerd.
Onze Ouderraad heeft voor de leerlingen van onze school een verzekering
afgesloten.
Kinderen die tussen de middag gebruik maken van de overblijfmogelijkheid, zijn door
ons bestuur WA verzekerd.
Van ouders die ons af en toe helpen bij het vervoer van leerlingen naar een
buitenschoolse activiteit, zoals museumbezoek in Zwolle, verwachten wij dat zij
beschikken over een inzittendenverzekering.
Overige regelingen en regeltjes tot slot.
We zien het graag dat u laarzen, regenjassen, bekers, broodtrommeltjes en
gymkleding van namen voorziet.
Vooral de kleuterkapstokken zijn te laag voor het ophangen van de jas aan de
capuchon. Wilt u zorgen voor een lusje aan de jas?
Regelmatig worden er van diverse activiteiten worden foto's gemaakt. Deze worden
opgehangen en kunnen worden bijbesteld. Veel foto’s zijn te bewonderen op de site
van de school onder het kopje het ‘Album’.
Ouders die daar bezwaar tegen hebben, moeten dit zelf kenbaar maken bij de
school.
Het kan ook gebeuren dat er video-opnamen in de klas worden gemaakt. Dit is altijd
voor intern gebruik op school. Ook hiervoor geldt dat ouders zelf kenbaar moeten
maken indien ze daar bezwaar tegen hebben.
Waar gewerkt wordt vallen spaanders en van buitenspelen word je soms vies.
Om vlekken in kleding te voorkomen, dragen de kleuters tijdens hun werk met lijm
of verf altijd een schort. Voor de oudere kinderen hangt er altijd één klaar.
35
-
-
-
-
Ondanks deze voorzorgsmaatregelen kan het toch gebeuren dat er iets mis gaat.
Lijmvlekken zijn te verwijderen met aceton. Het is belangrijk dit te doen, voordat
het kledingstuk gewassen wordt. Wanneer het toch een lelijke, witte vlek is
geworden, kunt u van school een speciaal middel lenen. Hiermee kan meestal
alsnog het probleem opgelost worden.
Verfvlekken welke zijn opgedroogd, eerst zoveel mogelijk wegborstelen, daarna
kan het kledingstuk gewoon worden meegewassen. Vlekken laten zich beter uit
katoenen kleding wassen dan uit stof met een synthetische samenstelling.
Gevonden voorwerpen worden in de mand bewaard. Zo nu en dan wordt de
mand geleegd. In de nieuwsbrief wordt dan gemeld wat erin zit en hoe lang u nog
de tijd hebt het eruit te halen. Daarna wordt het meegegeven aan een
liefdadigheidsinstelling.
Speelgoed mee.
Kinderen mogen speelgoed mee naar school nemen. Liever niet elke dag! Bedenk
dat het meegenomen speelgoed kapot kan gaan of kan kwijtraken.
Het is wel de eigen verantwoordelijkheid!
36
10.1 De kinderraad.
Om de kinderen in de gelegenheid te stellen zich meer bij de gang van zaken betrokken te
voelen is er een kinderraad ingesteld. Deze kinderraad bestaat uit 2 kinderen van de
bovenbouw en 3 uit de onderbouw.
Ze behandelen samen met een leerkracht klachten en suggesties van de 'achterban' en
proberen daar een voor alle partijen bevredigende oplossing voor te vinden.
Ze vergaderen meestal 1 x per maand.
De kinderraad heeft een eigen bankrekening waarop maandelijks door de Ouderraad
€ 5,75 gestort wordt.
Voor geïnteresseerden:
Het volledige reglement heeft de kinderraad bij hun notulen van de vergaderingen.
10.2 Keukelen
Mits er voldoende ouders/vrijwilligers zijn, wordt er door een groepje kinderen een keer in de
veertien dagen op een middag gekeukeld.
Dit groepje bereidt een kleine maaltijd, snack, soepje of iets anders voor die in de
middagpauze gepresenteerd en opgediend wordt. De voorbereiding behelst het kiezen en
het bereiden van het gekozene. De kinderen vinden dit altijd erg leuk om te doen.
10.2 Hebt u thuis...
...dozen, doosjes, afvalhout, tijdschriften, oude afwasborstels, knopen, wolresten (felle
kleuren), lapjes, bolletjes, toilethulzen of andere zaken waarvan u denkt dat de school ze
misschien wel kan gebruiken?
Aarzel niet om het naar school te brengen of met uw kind mee te geven. De kinderen
kunnen er soms de mooiste dingen van of mee maken en...wij kunnen het altijd nog
weggooien...
10.4 En dan nog...
Wellicht ten overvloede: de nieuwsbrieven, het nieuwe Schoolplan, de notulen van Ouderen Medezeggenschapsraad liggen allemaal ter inzage of hangen op het prikbord op
school.
Natuurlijk zijn Marinke, Agnes, Minze en Annick altijd bereid om vragen te beantwoorden
op schoolgebied en u de nodige informatie te verschaffen over schoolzaken.
Aan het begin van het schooljaar krijgen alle families de belangrijkste informatie uitgereikt
via de schoolgidskalender. In de nieuwsbrieven herhalen we deze meestal.
De informatie is ook digitaal te verkrijgen op onze website: www.obsgenne.nl .
37
10.5 Schoollied
Schoollied o.b.s. Genne
Wijze: Toen de hertog Jan kwam varen...
In het mooie land van Genne
daar staat een school, een kleine school
je hoeft er niet te wenne
iedereen heeft er veel jool (de kinderen zingen ‘lol’)
Refrein:
Kom naar de school in Genne
kom naar onze schoo-oo-ool
Tweehonderdachtenveertig( - ) jaren
In het mooie Genner-land
Je kunt er heel fijn spelen
al in de school of op het plein
een mooie school voor velen
een school voor groot en klein
Refrein:
Kom naar de school in Genne...
We spelen, leren en zingen
we helpen elkaar en ‘steunen’ elkaar
en een van de leukste dingen
is het schoolkamp ieder jaar.
Refrein:
Kom naar de school in Genne...
38