‘Ay Amor’, het zomerconcert van kamerkoor Ars Vocalis Data: 20 en 21 juni, aanvang: 16:30 Locatie: Armamentarium (voormalig legermuseum) Korte Geer 1 Delft Programma & kaarten: zie flyer www.arsvocalis.nl Wij nodigen u van harte uit, en, u kunt kaartjes bestellen met tapas! María Marín, gitarist María Marín begon gitaar te spelen op haar 7e en rondde haar studie af aan het conservatorium ‘Manuel Castillo’ in Sevilla bij Antonio Duro. Daarna behaalde zij haar masters gitaar, o.l.v. Zoran Dukic aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag. Zij werkte mee aan internationale programma’s en volgde zeer vele master classes in binnen- en buitenland. In 2012 maakte zij een concert tour door Nederland als flamenco zangeres en gitaar solist met de Canciones Populares Españolas van Federico Garcia Lorca. Momenteel geeft zij klassieke muziek concerten en neemt deel aan Jazz en Flamenco dansprojecten (duo's, trio’s en grotere ensembles) die uitgevoerd worden in o.a. het Muziekgebouw in Amsterdam, het Muziekgebouw in Eindhoven, de Leidse Schouwburg, en theater Lantaren. Edsart Udo de Haes, gitarist Na het voltooien van zijn gitaarstudie aan het conservatorium Amsterdam (2004) studeerde hij in Sevilla, in 2007 behaalde hij het masterdiploma in Amsterdam. Hij volgde diverse masterclasses klassiek- en flamenco gitaar en speelde in workshops in binnen en buitenland. Edsart trad diverse malen op als klassiekeen flamenco gitarist in verschillende theaters, op televisie en radio. Zowel solo, als kamermuziek, met dans, en als solist in grotere ensembles. Vanaf 2006 is hij gastdocent aan het conservatorium van Arnhem, Zwolle en Enschede (ARTEZ). Hij kreeg lovende recensies in Nederland en Spanje: “Nederlander steelt show in de flamencowereld” (de Telegraaf, 2013); “prachtig gevoelig spel” (Elsevier, 2013); “Het topje van wat de Nederlandse flamenco te bieden heeft” (het Parool, 2013); “We hebben hier een complete flamenco” (de prestigieuze Spaanse flamencosite Chalaúra, 2013). Achtergrondinformatie over componisten en teksten van ‘Ay Amor’ Zoals de titel al zegt gaat het om de liefde, met Spaanse passie , ‘Ay Amor‘. ‘AY!!!‘ drukt vreugde en vervoering uit, maar ook gevaar, angst en lijden. ‘AMOR!!!‘, wij zingen de liefde toe, in al haar facetten. - Passie voor de mooie, vurige geliefde, maar ook voor de reine maagd Maria die hoop geeft aan de mensen dichtbij God - Liefde voor de wilde natuur: rivieren, olijven- en sinaasappelbomen met hun geurende bloemen, zand en heuvels, weer en wind … - Liefde voor de klank en het ritmische verloop, de dans, het zingen, het gitaarspel - Liefde voor het vreemde en het geheimzinnige, oude muren, vreemde zigeuners - Liefde die vergankelijk is, die pijn veroorzaakt…. De teksten van Federico Garcia Lorca hebben een belangrijke plaats in dit concert. Lorca beschrijft de diversiteit van Andalusië in veel van zijn gedichten, vaak geïnspireerd door beelden uit de natuur. In dit concert is ‘Romancero Gitano’ van Mario Castelnuovo-Tedesco het centrale muziekstuk. De componist heeft zeven gedichten getoonzet, uit het jeugdwerk ‘Cante Jondo‘ van Lorca uit 1921. De taal is heel beeldend en vol symboliek. De naam ‘Cante Jondo‘ verwijst naar de oorspronkelijke, meer ingetogen vorm van de flamenco, waaraan dit jeugdwerk gewijd is. Lorca’s bron van inspiratie waren de gitaarlessen die hij kreeg van een tweetal zigeuners. Lorca's poëzie stroomt over van duende, een levensgevoel dat extreme tegenstellingen in zich verbindt (zucht naar de dood, dadendrang en opperste vrolijkheid; diepe tragiek en kippenvel , tranen). De zigeunercultuur met zijn strenge wetten en rituelen is hier sterk van doordrongen. Mario Castelnuovo-Tedesco heeft de zeven gedichten van Lorca in 1951 getoonzet, waarbij de gitaar de centrale rol heeft (in ons concert vertolkt door Mariá Marín). Castelnuovo zelf had een diepe vriendschap met de gitarist Andres Segovia, aan wie hij ook dit stuk heeft opgedragen. De componist heeft aan het meeslepende gitaarspel een vierstemmige koorpartij toegevoegd. Het is hem goed gelukt om de rauwe, beeldende taal van de verschillende gedichten op treffende wijze te verklanken. ‘Ay amor, que se fuè por el aire!‘ (Oh liefde, vervlogen met de wind). Het centrale muziekstuk van ons concert is verweven met een weemoedig liefdesverhaal, waarbij de gitaristen Mariá Marín en Edsart Udo de Haes een leidende rol spelen. Ars Vocalis geeft als het ware commentaar op het stuk met motetten uit de Renaissance, die de reinheid van - en het verlangen naar Maria bezingen. De volksliederen "Tres canciones d'amor" van Lorca zijn door de Catalaanse componist Manuel Oltra Ferrer in 1971 bewerkt voor koor. Zij beschrijven de pijn en de vergankelijkheid van de liefde. Ars Vocalis voert twee van deze liederen uit; deze liederen over liefde en verdriet en verlangen passen in het verhaal van het concert. Ook de flamenco’s kunnen in onze liefdesgeschiedenis zeker niet ontbreken. Edsart Udo de Haes, een gitaarspecialist in deze meeslepende Andalusische muziek, voert ze samen met zang van María Marín uit. In 1933 reisde Lorca naar Argentinië, waar hij ook faam had gemaakt, maar toch niet gelukkig was. Al het daarop volgende jaar werd hij door heimwee teruggedreven naar zijn geliefde Andalusië, met zijn processies en liederen en flamenco‘s, waar hij tot het eind van leven zou blijven wonen. Bij ons concert maken wij ook een uitstapje naar Argentinië en zingen het prachtige Jacintha Chiclana van Piazzolla.