7 - Samenvattingen vwo

advertisement
later een bondgenootschap
Bondgenootschappen 1914-1918
Triple entente: Engeland, Frankrijk, Rusland
Centrale(Dreibund): Duitsland, Oostenrijk-Hongarije, Italië
Triple Entente
Centralen (Dreibund)
Frankrijk
Duitsland
Rusland
Oostenrijk-Hongarije
Engeland
Turkije
Italië*
Italië*
VS*
*1917
België
Servië
Frankrijk
President: Poincaré
Tegen Duitsland:
 Elzas-Lotharingen
Grondstoffen (willen de Fransen weer
terug, revanche)
 Voorkomen dat Duitsland wéér kan aanvallen
Bondgenootschap met: Rusland tegen Duitsland
Engeland vanwege de vloot en koloniën, tegen Duitsland
Engeland
King George V
Tegen Duitsland:
Vanwege de vloot en het kolonialisme
Bondgenootschap met:
Frankrijk, vanwege het parallel de vloot
Rusland ‘’
Rusland
Tsaar Nicolaas II (Romanov) ( De Romanov familie zoon van Ramon)
Tegen Duitsland
Tegen Turkije:
op zoek naar warme havens aan de Middellandse Zee
-Intern probleem met tientallen volkeren. Deze volkeren zijn nationalistisch ingesteld en
willen elk een eigen land.
Bondgenootschap met: Engeland en Frankrijk
Het is de grote broer, beschermer van de Slavische volken
Italië
Koning Victor Emanuel III
Jong land opgericht in 1871
Nationalistisch ingesteld, wilden expansie(bijv. Oostenrijk en Joegoslavië) en kolonies.
Duitsland
Kaiser Wilhelm II
Jong land, fanatiek, opgericht in 1870
Tegen Frankrijk:
Elzas Lotharingen en kolonies
Tegen Engeland:
Vloot en kolonies
Bondgenootschap met: Oostenrijk-Hongarije vanwege de gemeenschappelijke vijand Rusland
en de Slavische volken
Turkije vanwege de gemeenschappelijke vijand Rusland.
Oostenrijk-Hongarije
Dubbele Monarchie: Oostenrijkse keizer= koning Hongarije Frans Jozef
Veel nationaliteiten zorgen voor nationalisme en veel religies
Bondgenootschap met: Duitsland, vanwege de vijand Rusland en de Slaven
Turkije
Osman is leider van Ottomanen
Veel verschillende volken
Tegen Rusland:
warme havens
Het was de zieke man van Europa omdat haar economie keldert.
Aanleiding eerste wereldoorlog:
De moord op Franz Ferdinand in Sarajevo door Gavrilo Princip. Door de moord op de
troonopvolger van Oostenrijk-Hongarije krijg je een ketting reactie gevoed wordt door het
onderstaande:
Dieperliggende oorzaken
1. Nationalisme
A. Middelpuntvliedend nationalisme (1918 Joegoslavië en België)
Verschillende groepen zoeken elkaar op en vormen samen een staat
B. Centrifugaal rationalisme
Kleine groepen scheiden zich af van het grote land en vormen samen een staat
(Joegoslavië na 1990)
2. Imperialisme: het streven naar uitbreiding van je rijk d.m.v. veroveringen of
kolonisatie.
3. Milliterisme: je gebruikt oorlog om het vaderland te dienen
4. Bewapeningswedloop: Omdat alle landen van Europa steeds meer en modernere
wapens gingen produceren, moesten ze ook gebruikt worden en krijg je een super
oorlog.
5. twee enorme bondgenootschappen: triple entente v/s Dreibund.
6. Vergissingen van politieke leiders: de landen vergisten zich en dachten allemaal dat
zíj in no-time de oorlog zouden winnen
Kettingreactie na de moord op de kroonprins
1. Oostenrijk stel een ultimatum van Servië  jullie moeten je overgeven aan ons en
binnen ons rijk blijven.
2. Duitsland beloofd Oostenrijk-Hongarije te steunen als er een oorlog zou komen.
3. Rusland belooft Servië te helpen als het aangevallen wordt.
4. Duitsland verklaart de oorlog aan Frankrijk.
5. Engeland verklaart de oorlog aan Duitsland.
6. Rusland helpt Frankrijk en Engeland.
7. Doordat de kolonies mee moeten doen, staat de hele wereld in vuur en vlam
Tweefrontenoorlog:
Al snel ontwikkelde zich twee gebieden waar gevochten werd:
1. Het Westfront, 700 km lang, loopgraven tussen Oostende en Belfort. Dit bleef vier
jaar lang onveranderd.
2. Het Oostfront, dit was een bewegingsoorlog. Het einde was in 1917 toen de Russen
zich overgaven en Duitsland daar de oorlog won.
Waarom ging men zo enthousiast de oorlog in:
1. Opgepompt nationalisme, willen sterven voor je vaderland.
2. Zelf overtuigd zijn superioriteit(uitmuntendheid) en de beste wapens bezitten.
investeerde in
Korte notities:
Duitsland(sterkste) + Italië(bijna geen rol) + O-H (problemen met haar Slavische volken die
onafhankelijk wilden worden) = Dreibund
Frankrijk en Rusland en Groot-Brittannië= Triple Entente
Frankrijk: een land van kleine boeren die nauwelijks groeiden
Rusland: groot maar een zeer arm land.
Engeland: -bemoeide zich niet met het vaste land
-hadden een probleem: verouderde fabrieken, maar toch nog machtig door haar
koloniën.
Europees vaste land kreeg pas aandacht als de machtsverhoudingen misliepen, dit was na
1900.
Engeland en Japan hadden een bondgenootschap
Frankrijk en Rusland hadden een bondgenootschap
De oorlog tussen Rusland en Japan ging om een stuk China. Dit is overigens ook een niet
gelukte revolutiepoging van Rusland.
Rusland liep gezichtsverlies.
Kaiser Wilhelm II van Duitsland wou machtiger worden en de grootste vloot van de wereld
hebben frustrerend voor Engeland.
Zo kwam er een wapenwedloop tussen Engeland en Duitsland.
Engeland sluit zich aan bij Frankrijk en later ook bij Rusland.
De brandhaard in de Balkische Staten  Europa bereid zich voor op een oorlog.
28 juni 1914 wordt Frans Ferdinand in Sarajevo vermoord. Servië wordt als schuldige
aangewezen (bondgenoot van Rusland) en Duitsland wil aanvallen(bondgenoot van O-H).
28 juli 1914 verklaart O-H de oorlog aan Servië.
1 augustus 1914 verklaart Duitsland de oorlog aan Rusland en later ook aan Frankrijk.
Paragraaf 1 Oorzaken van de Eerste Wereldoorlog.
Dieper liggende oorzaken
 Nationalisme
- Sommige bevolkingsgroepen wilden zich losmaken van de staat waarin ze leefden.
Daarbij werkten ze samen met aan hen verwante staten. Bij Slavische groepen in andere
landen moet je dan denken aan Rusland en Servië.
- Sommige staten maakten aanspraak op gebieden in andere staten waarin aan hen
verwante minderheden leefden. Bij Frankrijk moet je dan denken aan de afname van
Elzas-Lotharingen in de Frans-Duitse Oorlog( 1870-1871).
- Sommige staten wilden hun macht vergroten ten koste van andere staten. Zie
imperialisme.
 Imperialisme
Toenemend imperialisme leidde tot conflicten en spanningen tussen GB, FR en DU.
FR en DU wilden zich niet neerleggen bij het GB overwicht in de niet-westerse wereld 
wedloop om zo veel mogelijk koloniaal gebied in Afrika te verwerven (voorbeeld: Weltpolitik
van DU, meer Duitse invloed in de wereld).
- Irritaties:
 DU had goede betrekkingen aan met het Turkse rijk, waarmee GB en FR op gespannen
voet stond.
 DU steunde de sultan van Marokko in zijn verzet tegen onderwerping door FR.
 DU versterkte zijn marine, tot ergernis van GB
 DU eiste meer koloniën op
Enkel tussen FR en GB kwam in 1904 verzoening.
 Militarisme
Vergrootte de kans op oorlog. Oorlog werd toentertijd gezien als een middel om macht en
invloed veilig te stellen, daarom was een goed leger en krijgshaftige geest onder de bevolking
noodzakelijk. Ook werd het gezien als middel om de belangen van het vaderland te dienen.
 Bewapeningswedloop
Als men een sterk leger had, stond men ook bij een vreedzame regeling van conflicten sterk
regeringen geven meer geld uit voor versterking van hun leger bewapeningswedloop
versterkte de vrees voor elkaar.
 Bondgenootschappen vergroten de kans op conflicten
De angst nam toe en men ging op zoek naar bondgenoten. Dit gaf een veilig gevoel, maar de
kans op oorlog werd hierdoor nog groter. Regeringen gedroegen zich dankzij hun
bondgenoten onvoorzichtiger en een kleine onenigheid kon leidden tot iets groots.
Sinds 1882 bestaat de Triple Alliantie (DU, O-H, IT)
Na 1900 zocht GB toenadering tot FR en RUSL als gevolg van de Duitse Weltpolitik.
Sinds 1907 een bondgenootschap Triple Entente (GB, FR, RUSL)
Rusland voelde zich beschermer van de Slaven op de Balkan.
 Vergissingen van politieke leiders
 Ze dachten elk conflict in de hand te kunnen houden.
 Ze zagen niet dat zij met het sluiten van allerlei bondgenootschappen het omgekeerde
bereikte van wat zij wilden.
 Ze zagen niet in dat het toenemende nationalisme en militarisme geleid hadden tot een
grote zelfoverschatting.
 Ze beseften onvoldoende dat nieuwe en verbeterde wapen een veel vernietigender effect
hadden dan de vroegere wapens.
De directe oorzaak
De moordaanslag in Sarajevo op de troonopvolger van Oostenrijk-Hongarije
Bosnië is een provincie van O-H, nadat het van de Turken was veroverd. Het eerste wekte
onvrede bij de Serviërs. De staat Servië steunde het streven naar een onafhankelijkheid van de
Slavische volken. De Serviërs organiseerden nationalistische groepen. Toen Frans-Ferdinand,
aartshertog en troonopvolger van O-H in Sarajevo op bezoek kwam met zijn vrouw werden
zij door een schot vermoord door Gavrilo Princip, die bij de nationalistische groep De Zwarte
Hand hoorde.
De moord leidt tot wereldoorlog
Aangezien Servië wist van de nationalistische activiteiten in O-H, wilde O-H dat Servië zich
niet meer zou bemoeien met de Slavische nationalisten. Maar de kans was groot dat Servië
hulp in zou roepen van Rusland, dus zocht O-H steun bij DU. Toen DU zijn steun gaf, stuurde
Servië zijn ultimatum met harde eisen. Servië rekende op hulp uit Rusland, en verwierp een
deel van dit ultimatum  O-H verklaart de oorlog aan Servië op 28 juli.
Rusland mobiliseerde troepen bij O-H en DU. en dezelfde dag (1 aug)verklaarde DU de
oorlog aan Rusland.
Frankrijk(bondg. Rusl.) mobiliseerde ook. DU verklaart oorlog aan FR (3 aug)
DU valt BE in om FR aan te vallen.  EN verklaart oorlog aan DU (4 aug)
Centralen v/s Geallieerden.
Aantekening bij film ‘kerstreces’
Je merkt dat de achtergronden van de vijand hetzelfde zijn. Nationalisme wint het dus van
menselijke waarden en normen. Vlak na het bestand haat de oorlog gewoon verder.
Propaganda: overdreven reclame maken voor je eigen land. Je filtert alle negatieve aspecten
er uit met als doel mensen te beïnvloeden- je wilt dat mensen gaan denken zoals jij wilt.
Censuur: weglaten van nadelige informatie.
Von Schlieffenplan: dit plan van Duitsland mislukte, omdat België te veel weerstand gaf en
het weer tegenwerkte (veel blubber en wegzakken als je loopt). Het oostfront had ook
soldaten nodig. Het westfront kwam ten noorden van Parijs tot stilstand (Wonder van de
Marne)
Aan het oostfront had Duitsland wél succes. In 1917 komt de Russische revolutie en de
Russen sluiten een nadelige vrede.
Maar de VS komt er met miljoenen soldaten bij en de druk aan het westfront wordt te groot
voor de Duitsers.
Bolsjewieken: Extreme communisten die via een revolutie de macht willen grijpen (Rusland)
Paragraaf 2 Verloop van de Eerste Wereldoorlog.
Alle betrokkenen gaan enthousiast de oorlog in
De overrompelende bevolking werd al snel enthousiast door de aanmoediging van
regeringsleiders en pers.
Verklaring:
1. Nationalisme + militarisme= aanwakkering vaderlandsliefde en strijdlust.
2. Overtuiging eigen superioriteit.
Duits leger onderdrukt Belgisch verzet op wrede wijze
Internationale oorlogsrecht geschonden
Het Belgisch verzet irriteerde het Duitse Opperbevel zeer. Ook de francs-tireurs (burgers die
op soldaten schieten) leidden tot brandstichting, deportatie en doodschieten van burgers.
Meer soldaten, meer volken en op meer plaatsen in de wereld dan ooit
Vooral in West- en Oost Europa werd gevochten maar ook:
 koloniën en dominions vechten mee
Naast de mensen uit de koloniën die in moederlandse leger meevochten, vochten ook de
soldaten uit de dominions (Canada, Australië, Nieuw-Zeeland, Zuid-Afrika) mee.
 Ook Italië, Roemenië, Griekenland en Bulgarije doen mee
Bulgarije aan de Centrale kant, de anderen aan de Geallieerde zijde.
Italië: gebiedsuitbreiding. Vooral in het hooggebergte in Noord-Italië.
 Ook niet-Europese landen nemen deel: Turkse rijk, de VS en Japan
nov. 1914 Turkse Regering o.l.v. officier Enver Pasja de oorlog aan Rusland, FR, GB en
bondgenoten van Rusland.
aug. 1914 Japan verklaar de oorlog aan DU (Japan heft verdrag met GB) en bezette enkele
Duitse eilandengroepen in de Stille Oceaan. Daarna konvooidiensten voor Geallieerden.
apr. 1917 VS verklaart oorlog aan DU, toen Duitse duikboten Amerikaanse schepen aanvielen
om steun aan GB te beletten. pas in 1918 troepen naar westfront in FR.
 Ook in het Midden-Oosten en Afrika wordt gevochten
Midden-Oosten: Turken eerst aan de zijde van de Centralen. Arabieren komen in
opstandsteun van GB en FR.
In Afrika: strijd om Duitse koloniën.
Aan het Westfront ontstaat een jarenlange loopgravenoorlog
In tegenstelling tot de bewegingsoorlog aan het oostfront, liep het bij het westfront, in de
herfst van 1914, uit op een loopgravenoorlog. Over een breedte van ruim 500 km groeven de
soldaten zich tegenover elkaar, met een 50-100 meter groot ‘Niemandsland’ in. Het
stormlopen was gevaarlijk vanwege de vele loopgraven achter elkaar en de nieuwe wapens
zoals mitrailleurs. Terreinwinst per dag? Hooguit een kilometer. De verliezen bij de
aanvallende partij stonden 4:1.
Verdun en de Somme, uitputtingsslagen als tactiek
Het verliezen van mannen was onvermijdelijk. Uiteindelijk zal de vijand geen mankracht
meer hebben en het opgeven. Daarom werd alles op één punt gefocust, om de Fransen zo veel
mogelijk verliezen toe te brengen. Verdun was vanaf feb. 1916 tien maanden lang de plek.
Toen gaven de Duitsers het op, met ‘succes’ 62000 mannen meer dan bij hun 100.000.
De Engelsen waren ondertussen druk in de weer met het Belgische Ieper. Op 1 juli 1916
vielen de Engelsen samen met de Fransen bij de Somme aan om Verdun te ontlasten, met
weinig succes. Na vier maanden een terreinwinst van 10 kilometer.
De soldaten: instemmen met de oorlog, aanpassen of verzet
Het enthousiasme daalde in de loopgraven. De meeste stemden wel in met de oorlog, maar dat
is niet duidelijk.
Verwoestingen op niet eerder vertoonde schaal in Europa
In vergelijking met vorige Europese oorlogen, was dit van ongekende schaal vanwege:
 Meer aanvallen op steden en dorpen
In de frontgebieden werden steden en dorpen vaker door vijandelijke legers beschoten of in
brand gestoken. Schade was enorm.
 Legers kregen veel meer vuurkracht
Industrialisatie + technologie = toename van de vuurkracht van legers. Mitrailleurs en
kanonnen werden verbeterd en in grote aantallen geproduceerd. Oorlogsafval wordt nog
steeds gevonden.
Veel meer burgers werden bij de oorlog betrokken
Burgers waren meer betrokken bij de oorlog door de vele gesneuvelde mannen en de
propaganda.
Er waren grote verschillen in de betrokkenheid van de burgers door:
- De plaats waar men woonde
- Sekse en leeftijd
- De sociaal-economische positie
Propaganda en censuur spelen een grotere rol dan ooit tevoren
Om de oorlog te winnen was het noodzakelijk zowel de soldaten als de burgers enthousiast te
houden voor de oorlog. De pers, affiches en de (stomme) film bleken uitstekende middelen
om propaganda te maken voor het eigen standpunt.
Taken van persbureaus
De regering richtte persbureaus op met de volgende taken:
 De kranten van nieuws over de oorlog voorzien
De Fransen lieten geen oorlogscorrespondenten toe in tegenstelling tot de Duitsers, die lieten
enkel neutrale landen toe in de hoop partij voor Duitsland te kiezen. Toen de VS meer proDuitse gevoelens kreeg, veranderde Frankrijk van standpunt. De nationale persbureaus stelden
vaak hun eigen zaak zo gunstig mogelijk. Duitsland ging hier verder in dan Frankrijk. Na
verloop der tijd kwam de aap uit de mouw en was de bevolking nog meer teleurgesteld.
 Censuur uitoefenen op de berichtgeving over de oorlog
Negatieve berichtgeving was strafbaar. Belangrijke informatie zoals de verplaatsing van
troepen was verboden. Censuur betrof uitsluitend de berichten over de oorlog, niet de
meningsvorming.
De meeste journalisten en filmmakers steunen de overheid
Dit ging niet alleen uit vaderlandsliefde. Kritische artikelen werden niet gelezen, soms
verboden en soms woede van het publiek. Deze mensen hebben publiek nodig en dus gaan ze
mee met de propaganda.
Beeldvorming en de betekenis ervan
De vijand moest onmenselijk gemaakt worden om de eigen bevolking voldoende voor de
oorlog te kunnen motiveren.
Einde van de oorlog
Einde van de oorlog aan het Oostfront
In 1917 veranderde de situatie aan het Oostfront drastisch. Het Russische leger viel in dat jaar
uiteen. Nadat de bolsjewieken(communisten o.l.v. Lenin) tijdens de Russische Revolutie de
macht hadden overgenomen, staakte het Russische leger de strijd. Er kwam eerst een
wapenstilstand in december. De Vrede van Brest-Litovsk maakte in maart 1918 een einde
aan de oorlog aan het Oostfront. De bolsjewieken accepteren de strenge vredesbepalingen om
hun revolutie veilig te stellen: de Baltische landen en Polen, de onafhankelijkheid van
Finland, Oekraïne en Georgië
Duits voorjaarsoffensief van 1918 aan het Westfront mislukt
In maart 1918 begon aan het Westfront het grootste Duitse offensief van de hele oorlog: de
Kaiserschlacht. Eerst een wig drijven tussen het Franse en Britse leger om vervolgens het
Britse leger in het gebied van de Somme op te rollen. Met hun grootste terreinwinst.
Deelname VS geeft de doorslag
De VS stuurden vanaf juli 1917 divisies naar Europa, die in juli 1918 aan de strijd gingen
deelnemen. Iedereen, inclusief keizer Wilhelm II, zag in dat doorvechten zinloos was.
Keizerrijk komt ten val, socialistische regering sluit wapenstilstand
Wilhelm II benoemde een nieuwe regering die steun had van de Rijksdag (parlement) om
vredesonderhandelingen te beginnen. Toen dit bekend werd, wilden Duitse soldaten en
arbeiders onmiddellijk vrede. Er ontstonden opstanden, geleid door socialisten en
communisten. De nieuwe Rijkskanselier, de socialistische fractieleider Friedrich Ebert zou de
opstandige soldaten in toom houden. De regering riep de republiek uit. Wilhelm II trad af en
vluchtte naar Nederland. 11 november 1918 tekende de regering-Elbert de wapenstilstand.
Paragraaf 3 Gevolgen van de Eerste Wereldoorlog.
De ‘Veertien Punten’ van Wilson en wat er bij de vredesonderhandelingen van terecht kwam
De Grote Drie was erg verdeeld
Clemenceau (le tigre)
FR: keihard aanpakken van de Duitse agressor nooit meer
oorlog
Loyd George
GB: tussenpositie, niet te hard aanpakken
Wilson
VS: Flexibel tegenover Duitsland. Juist niet te hard aanpakken.
Veertien Punten-Plan van Wilson:
1. Volkenbond. Alle staten in de wereld zijn hier lid van. Garandeert de
onafhankelijkheid van een staat en hanteert de wereldvrede.
AANVAARD
2. Zelfbeschikkingsrecht. Op basis van het zelfbeschikkingsrecht van alle volken: elk
volk heeft het recht om een eigen nationale staat te stichten en een eigen regering te
kiezen.
AANVAARD MAAR NIET ALTIJD/GEDEELTELIJK UITGEVOERD
3. Koloniën afschaffen. De belangen van de gekoloniseerde volken gelijkstellen aan die
van de koloniale mogendheden
NIET UITGEVOERD O.I.D.
Er kwam weinig van te recht omdat het gericht was op de lange termijn. Zijn
medeonderhandelaars ging het bovenal om het belang van de eigen staat en om de korte
termijn.
Turkse rijk valt uiteen:




Turkije
Syrië
Libanon
Palestina




Trans-Jordanië
Irak
Egypte
Saoedi-Arabië
De Vrede van
Versailles:
Duitsland
wordt hard
aangepakt
Vrede van Versailles 28 juni 1919. Duitsland krijgt de schuld
1. DL  gebieden afstaan
Gebied aan België en Polen afstaan
Elzas-Lotharingen aan Frankrijk
2. Herstelbetalingen in grondstoffen en geld(132 miljard mark)
3. Duitsland werd ontwapend. Slechts enkel een beroepsleger (Reichswehr) van 100.000
man politie en kleine oorlogsschepen
4. Herverdelen van de koloniën
Onder de geallieerde landen  werden namens de volksbond beheerd
Er verandert
veel op de
kaart van
Europa
Er ontstaan minderhedenproblemen
Het zelfbeschikkingsrecht gold niet voor de verliezers. Bij nieuwe grenzen ontstaan er nieuwe
problemen.
Bijvoorbeeld:
 Sudeten Duitsers in Tsjecho-Slowakije
 Hongaren in Roemenië
 Oostenrijkers in Italië
 Volken in Joegoslavië voelen zich overheerst door de Serviërs
Oostelijk deel van Hongarije  Roemenië
Oostenrijk  Zuid-Tirol  Italië
Oostenrijk en Duitsland  het grensgebied  Tsjechië
Internationale organen ingesteld om de wereldvrede te handhaven
Volkenbond (vergaderde in Genève)bleek zwak door:
 Het ontbreken van machtsmiddelen, enkel economische sancties tegen agressieve
staten
 VS en Rusland waren geen lid
In 1922 tot 1940 werkte het Permanente Hof van (internationale) Justitie in den Haag in
werking. Was ingesteld door de Volkenbond en had als taak het regelen van geschillen en
conflicten tussen staten.
Er komen totalitaire bewegingen op
Van oorlogseconomie vredeseconomie  werkeloosheid en armoede  teleurgesteld in
democratische leiders en partijen  focus op totalitaire bewegingen zoals fascisme en
communisme
Nationalistische bewegingen in koloniën worden aangewakkerd
Door meer focus op Europa tijdens de oorlog ‘vergaten’ de moederlanden hun koloniën de
koloniën kregen iets meer vrijheid/zelfstandigheid en dat smaakte naar meer 
Zelfbeschikkingsrecht blijkt niet te gelden voor Aziaten en Afrikanen, terwijl ze met succes
hadden meegevochten in de strijd  verlies aan vertrouwen in koloniale heersers 
aansluiting bij nationalistische bewegingen
Datum
1870-1871
1882
1907
28 juni 1914
28-14 aug 1914
23 mei 1915
Feb- nov 1916
Juli- nov 1916
6 april 1917
Nov 1917
Dec 1917
Mrt 1918
11 nov 1918
Jan 1919
28 juni 1919
Gebeurtenis
Frans-Duitse oorlog
Triple Alliantie
Triple Entente
Moord Sarajevo
Begin WO I
Deelname Italië
Slag bij Verdun
Slag bij Somme
Deelname VS
Russische Revolutie
Wapenstilstand Oostfront
Vrede van Brest-Litovsk
Wapenstilstand Westfront
Volkenbond
Vrede van Versailles
Download