Twee revoluties hv123 Auteur VO-content Laatst gewijzigd 15 december 2016 Licentie CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie Webadres https://maken.wikiwijs.nl/61317 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt. Inhoudsopgave Twee revoluties Vooraf Stap1 Stap2 Stap3 Stap4 Extra: lvoorl Begrippenlijst Over dit lesmateriaal Pagina 1 Twee revoluties hv123 Twee revoluties Vooraf In de tweede helft van de 18e eeuw maken de Engelse koloniën in Noord-Amerika zich los van hun moederland. Op 14 juli 1789 start de Franse Revolutie met een bestorming van de Bastille door de bevolking van Parijs. De opstand zou het einde betekenen van het koninkrijk Frankrijk. In deze opdracht staan de Amerikaanse onafhankelijkheidsverklaring en de Franse Revolutie centraal. Je vergelijkt de opstand van de Amerikaanse koloniën met de Franse Revolutie. Aan het eind van deze opdracht: kun je vertellen wanneer de Amerikaanse en Franse Revolutie plaatsvonden. kun je uitleggen wat de oorzaken waren van de Amerikaanse en de Franse Revolutie. kun je beschrijven wat de gevolgen waren van de Amerikaanse en de Franse Revolutie. Eindproduct Het eindproduct van deze opdracht is een tabel of een schema waarin je duidelijk maakt wat de overeenkomsten en de verschillen zijn tussen de Franse Revolutie en de Amerikaanse Revolutie. Beoordeling Je krijgt een goede beoordeling voor je eindproduct als je in je schema de beide revoluties in ieder geval hebt vergeleken op de volgende punten: De periode waarin de revoluties plaatsvonden. De oorzaak van de revoluties. Het gebruik van geweld. Het gevolg van de revoluties (denk aan de grondwet). Activiteiten Stap Pagina 2 Groepsgrootte Activiteit Twee revoluties hv123 Stap 1 Alleen Kennisbanken 'Democratische revolutie' en 'NoordAmerika' bestuderen en vragen beantwoorden. Stap 2 Alleen en samen met een klasgenoot Kennisbank 'Franse Revolutie' bestuderen en vragen beantwoorden. Stap 3 Alleen Toets 'Twee revoluties' maken. Stap 4 Alleen Eindproduct: In een schema de Franse en de Amerikaanse revolutie met elkaar vergelijken. Benodigdheden Geen bijzonderheden. Tijd Voor deze opdracht heb je 2 uur nodig. Stap1 Amerikaanse Revolutie De 18e eeuw was een periode met veel oorlog en revoluties. Er was verzet tegen de macht van de absolute vorsten en de Kerk. Rijke burgers wilden politieke inspraak. Verlichtingsfilosofen leverden nieuwe ideeën over de staat en de verdeling van de macht. Steeds meer mensen waren het hiermee eens. De gevestigde orde was niet van plan zich zomaar gewonnen te geven. Niet alleen Europa kreeg te maken met democratische revoluties, ook in Noord-Amerika werd gevochten voor zelfstandigheid en democratie. Bestudeer uit de Kennisbank Geschiedenis de volgende twee onderdelen. KB: Democratische revolutie KB: Noord-Amerika Pagina 3 Twee revoluties hv123 Beantwoord daarna de volgende vragen: Vragen: 1. In welke periode vond de Amerikaanse Revolutie plaats? A. Eerste helft 18e eeuw. B. Tweede helft 18e eeuw. C. Eerste helft 19e eeuw. 2. Wie kwamen er tegen wie in opstand? A. De Engelse emigranten tegen hun moederland. B. De indianen tegen de Engelse emigranten. C. De indianen tegen Engeland. 3. Hoe heet de eerste Engelse kolonie die aan de oostkust werd gesticht? A. Virginia B. New York C. Maryland 4. Waarom kwamen de Engelse emigranten in opstand tegen hun moederland? A. De koloniën wilden meer geld van de Engelse regering. B. De Engelse vorst wilde dat de koloniën meer belasting gingen betalen. 5. Hadden de bewoners van de koloniën veel politieke invloed in Engeland? A. Ja, ze maakten deel uit van de Engelse regering. B. Nee, ze hadden geen enkele inspraak in de Engelse regering. 6. Wat was er eerder, de Onafhankelijkheidsverklaring of de grondwet? A. de Onafhankelijkheidsverklaring B. de grondwet 7. Wat wordt bedoeld met "Amerika werd een federatie van Staten"? A. De Amerikaanse staten werden één land met één centraal bestuur. B. De Amerikaanse staten gingen op sommige punten samenwerken, maar iedere staat had een eigen bestuur. Stap2 De Franse Revolutie Ga naar de Kennisbank Geschiedenis: KB: Franse Revolutie Pagina 4 Twee revoluties hv123 Bekijk ook de volgende videoclip van SchoolTV: Kijk of je antwoord kunt geven op de volgende vragen. Bespreek de antwoorden met een klasgenoot. Wat wordt bedoeld met een standenmaatschappij? Uit hoeveel klassen bestond de standenmaatschappij in Frankrijk van rond 1890? Wie behoorden tot welke stand? Waren alle mensen die tot de derde stand behoorden arm? Waarom waren met name de burgers in de derde stand ontevreden? Bedenk nu zelf drie vragen over het verloop van de Franse Revolutie en de periode na de revolutie. Zorg dat je zelf de antwoorden op de vragen weet. Stel de vragen één voor één aan een klasgenoot. Weet hij/zij de goede antwoorden? Natuurlijk beantwoord jij de vragen die je klasgenoot voor jou bedacht heeft. Kun jij de vragen beantwoorden? Kijk nog eens goed naar de zes vragen die jullie bedacht hebben. Kijk ook nog eens naar de informatie in de Kennisbank geschiedenis en de videoclip die jullie hebben bekeken. Zijn er dingen waar jullie helemaal niets over gevraagd hebben? Stap3 Toets Voor je begint aan de afsluiting maak je de toets 'Twee revoluties'. De toets bestaat uit een aantal gesloten vragen. Als je alle vragen beantwoord hebt, zie je je score. Je krijgt van de vragen die je fout hebt, het goede antwoord te zien. De score wordt opgenomen in het volgsysteem. Klik op de knop 'Start' om te beginnen: Pagina 5 Twee revoluties hv123 Twee revoluties kn.nu/1ql4n 1 In de tweede helft van de 18e eeuw maakte de Verenigde Staten van Amerika zich los van Engeland. 1. Wie was de opsteller van de Amerikaanse onafhankelijkheidsverklaring? 2. En wie was de eerste president van de Verenigde Staten? a. 1 = Thomas Jefferson, 2 = George Washington b. 1 = George Washington, 2 = Thomas Jefferson 2 Frankrijk was in de 18e eeuw een standenmaatschappij. De geestelijkheid was de eerste stand, de tweede stand was de adel en de derde stand bestond uit de burgerij. Welke stand betaalde wel belasting, maar had geen politieke invloed? a. de eerste stand b. de tweede stand c. de derde stand 3 Aan het einde van de 18e eeuw vond in Frankrijk de Franse Revolutie plaats. Hieronder zie je vier gebeurtenissen die in deze periode plaatsvonden. In welke volgorde vonden deze gebeurtenissen plaats? 1. Napoleon pleegt een staatsgreep. 2. Frankrijk krijgt een grondwet en wordt een republiek. 3. Bestorming van de Bastille. 4. Lodewijk XVI roept de Staten-Generaal bijeen en vraagt om extra geld. a. 1 – 3 – 4 – 2 b. 1 – 3 – 2 – 4 c. 4 – 3 – 2 – 1 d. 4 – 2 – 3 – 1 Stap4 Pagina 6 Twee revoluties hv123 De Franse Revolutie en de Amerikaanse Revolutie Vergelijk de Amerikaanse Revolutie en de Franse Revolutie in ieder geval op de volgende punten: De periode waarin de revoluties plaatsvonden. De oorzaak van de revoluties. Het gebruik van geweld. Het gevolg van de revoluties (denk o.a. aan de grondwet). Zien jullie nog meer overeenkomsten of verschillen tussen beide revoluties? Verwerk de overeenkomsten en verschillen in een tabel of schema. Vraag commentaar op jullie schema van een ander tweetal. Geef op een goede manier feedback op hun schema. Klaar? Laat jullie schema beoordelen door de docent. Extra: lvoorl Leerlingen voor leerlingen Op de website www.lvoorl.nl vind je verschillende video's die door leerlingen voor leerlingen zijn gemaakt. Pagina 7 Twee revoluties hv123 Hieronder staan video's die goed passen bij dit thema. Bekijk de video's. Kun je de video's goed volgen? Bespreek de inhoud van de video's met een klasgenoot. Video: Napoleon Video: De Franse revolutie Video: De Amerikaanse Revolutie Let op: Als je de video wilt stoppen, druk dan eerst op de stopknop en klik dan de popup weg. Begrippenlijst Kolonie Een kolonie is een overzees gebiedsdeel dat onder het bestuur van een ander land staat. Vaak wordt zo'n gebied veroverd om winst mee te maken. Grondwet De grondwet is de belangrijkste wet van een staat. Deze wet bepaalt wie de macht in de praktijk uitoefenen in zo’n staat, hoe dat gebeurt en beschrijft daarnaast de rechten en plichten van elk individu. Protectionistische politiek Een stelsel van regels om de handel van het eigen land te beschermen. Engeland deed dit door ervoor te zorgen dat in de Britse koloniën alleen Engelse producten verhandeld mochten worden. George Washington George Washington (1732 - 1799) was generaal, opperbevelhebber van de koloniën in de Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog en de eerste president van de Verenigde Staten. Amerikaanse onafhankelijkheidsverklaring Een verklaring die grotendeels werd opgesteld door Thomas Jefferson en de onafhankelijkheid van de Britse monarchie inhield. Dit was de eerste keer dat Verlichtingsideeën concreet in een staatsdocument werden opgenomen. Vredesonderhandelingen Engeland In 1782 startte Engeland de vredesonderhandelingen met de 13 voormalige koloniën. De Britse troepen trokken zich terug. Kort daarop was de stichting van de Verenigde Staten van Amerika als onafhankelijke republikeinse federatie een feit. Thomas Jefferson Thomas Jefferson (1743 - 1826) was aanhanger van de Verlichting en afkomstig uit Virginia. Hij schreef de tekst voor de Amerikaanse onafhankelijkheidsverklaring. Amerikaanse onafhankelijkheidsoorlog Veel inwoners van het Britse territorium in Noord-Amerika wilden niet langer onder Brits gezag leven. Veel inwoners van Brits-Amerika kwamen daarom in opstand tegen de Britse overheid, de bekendste opstand is de Boston Tea Party. De Amerikanen gingen oorlog (1774 - 1783) tegen de Britse overheerser voeren, zodat het door hen veroverde gebied een nieuw land zou kunnen vormen: dat werd de Verenigde Staten van Amerika. Boston Tea Party Een protest van de Amerikaanse kolonisten tegen de Britste overheid op 6 december 1773. Ladingen thee van de Britse schepen werden hierbij vernietigd. Pagina 8 Beroepsleger Een leger met militairen die vrijwillig deel uitmaken van de krijgsmacht van een staat. Trias politicas Trias Politica, bedacht door Verlichtingsfilosoof Montesquieu, wordt ook wel de driemachtenleer genoemd. Het is een politiek systeem dat er voor zorgt dat de macht in drie delen is verdeeld: de wetgevende macht, de uitvoerende macht en de rechterlijke macht. Het idee achter de Trias Politica was dat er niet een macht zou ontstaan die de overhand zou krijgen. Federatie Bond van samenwerkende staten die elk hun eigen zelfstandigheid houden. De Verenigde Staten van Amerika was een federatie van staten waarbij elke staat een eigen bestuur had. Twee revoluties hv123 Koning George III van Engeland Koning George III was koning van GrootBrittanië en Ierland. Na de vereniging van deze twee landen was hij voortaan koning van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittanië en Ierland tot aan zijn dood. Hij was in vele oorlogen verwikkeld die hem veel geld kostten. Om dit te kunnen betalen verhoogde hij de belastingen. Jacobijnen De Jacobijnen vormden een radicalere groep en wilden vooral de belangen van het gewone volk behartigen. Zij waren voor verdeling van bezit en macht en wilden een verbod op het christendom. Girondijnen Girondijnen kwamen vooral voort uit de gegoede burgerij. De belangen van de middenklasse en een rationele wetgeving stond bij de Girondijnen voorop. Zij waren tevreden met een in macht beperkte koning, kiesrecht en afschaffing van de standenmaatschappij. Eed op de Kaatsbaan Nadat koning Lodewijk XVI de Staten-Generaal na veel rumoer had gesloten namen vertegenwoordigers van de derde stand hun intrek in een soort sporthal om daar een eed af te leggen waarmee ze zwoeren een grondwet te maken. Franse Revolutie De Franse Revolutie brak in 1789 uit toen de bevolking van Parijs in opstand kwam tegen het bestuur van de koning. De leus van die opstand was ‘vrijheid, gelijkheid en broederschap’. Ze eisten inspraak en richtten zelf een regering op. Frankrijk werd toen een republiek. Lodewijk XVI Lodewijk XVI regeerde als koning van de Fransen tot 1792. Al het geld dat in de schatkist kwam was opgemaakt door zijn voorgangers. In de hoop op begrip en financiële steun riep hij sinds lange tijd de Staten-Generaal bij elkaar. Toen hij dit niet kreeg, deed de koning een poging tot vluchten. Dit mislukte, koning Lodewijk XVI werd als burger veroordeeld tot de dood. Migrantenstroom Grote groep mensen die van één land naar een ander land verhuizen, in de 17e en 18e eeuw kwam er zo'n stroom op gang van Europa naar Amerika. Periode van terreur Er vond een machtsgreep van de Jacobijnen plaats. Onder leiding van de advocaat Robespierre volgde een periode van terreur. Iedereen die verdacht werd van verraad aan de revolutie werd gevangen gezet en onthoofd. Het gevolg was dat vele Fransen de dood ondervonden. Vorming Nationale Garde De Nationale Garde was een leger van vrijwilligers, dat werd geformeerd tijdens de Franse Revolutie. De Nationale Garde moest de orde bewaken en het land verdedigen. Democratische revolutie Ingrijpende politieke verandering, waarbij een democratische grondwet ingevoerd wordt. Robespierre Onder leiding van de advocaat Robespierre vond er een machtsgreep van de Jacobijnen plaats. Zo volgde een periode van terreur. Velen vonden door zijn toedoen de dood door de guillotine. In 1794 was hij zelf aan de beurt en eindigde zijn leven door de guillotine. Napoleon Bonaparte Na de Franse Revolutie ontstond een lange periode van chaos in de politiek. In 1799 profiteerde generaal Napoleon Bonaparte daarvan en greep de macht. In 1804 liet hij zichzelf tot keizer van Frankrijk kronen. Pruikentijd In een groot deel van Europa was het in de achttiende eeuw bij de adel mode om grote pruiken te dragen. Deze mode kwam vanuit Frankrijk. Pagina 9 Twee revoluties hv123 Over dit lesmateriaal Colofon Auteur VO-content Laatst gewijzigd 15 december 2016 om 15:41 Licentie Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om: het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden. Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie Aanvullende informatie over dit lesmateriaal Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar: Leerniveau VWO 2; HAVO 1; VWO 1; HAVO 3; VWO 3; HAVO 2; Leerinhoud en Grondrechten en politieke invloed; Streven naar grondrechten en naar politieke doelen invloed van de burgerij in de Franse en Bataafse revolutie; De tijd van pruiken en revoluties (1700 - 1800); Geschiedenis; Eindgebruiker leerling/student Moeilijkheidsgraad gemiddeld Studiebelasting 2 uur en 0 minuten Trefwoorden leerlijn, rearrangeerbare Pagina 10 Twee revoluties hv123