Schoonmaakbeheer 1. Professioneel schoonmaken 1.1 DOEL van schoonmaken Uiterlijke verzorging van de omgeving Het verlengen van de levensduur van afwerkmaterialen Gezondheid van de mens (micro-organismen) Veiligheid Vuil= aanwezigheid van iets dat niet op die plaats thuishoort en als storend wordt ervaren. 1.2 Definitie Professioneel schoonmaken= Schoonmaken op van te voren vastgestelde plaatsen, tijdstippen en in een vastgestelde tijd, met van te voren gekozen methoden, machines en middelen. Schoonmaken wordt vaak onderschat, want: - Iedereen denkt het te kunnen - Is maatschappelijk ondergewaardeerd - Is people business 1.3 Cirkel van Sinner Temperatuur Chemie 1.4 Mechanica Tijd Soorten vuil Losliggend vuil: stof, zand, spinnenwebben, bekertjes,… Schoonmaak: stofbindende wegwerpdoek, stofwissen en stofzuigen Licht gehecht vuil: vet, vingerafdrukken, koffieaanslag,… Schoonmaak: klamvochtige werkdoek, mop of dweil Sterk gehecht vuil: Kalk Schoonmaak: schuurspons, schrobben, inweken, vloer- en glasschraper Samenvatting Schoonmaakbeheer 1/12 2. Chemische middelen Overzicht WATER Probleem 1: waterhardheid °DH: Duitse graden hardheid 1 °DH = 10 mg kalk op 1 liter water Calcium, magnesium, ijzer- en mangaanzouten en carbonaten. Problemen: Kalkaanslag Kalksteen kalkzeep Probleem 2: Oppervlaktespanning = kracht die water doet samentrekken Oplossing? Een druppel zeep op detergent. Zo verlaagt de oppervlaktespanning en verhoogt het bevochtigend vermogen 2.1 Reinigingsmiddelen 2.1.1 Zeep Plantaardige en dierlijke vetten Vooral huishoudelijk gebruik 2.1.2 Detergent Uit synthetische stoffen vb. aardolie Ontwikkeld om de nadelen van zeep te omzeilen: Oplosbaar in water Gaat in binding met zuren, alkaliën en oplosmiddelen Regelbare schuimkracht Huidverdraagzaamheid Emulgerend vermogen Samenvatting Schoonmaakbeheer 2/12 2.1.3 Oplosmiddelen Vuilsoort: minerale vetten of oliën Mengbaar met water: spiritus, alcohol, aceton Niet mengbaar met water: terpentine, wasbenzine Emulsie= oplosmiddelen worden toegevoegd aan schoonmaakmiddelen voor een beter resultaat. Gevaren: Laag verdampings- en ontvlampunt: explosie en brandgevaar Vele zijn giftig Sterke oploskracht: aantasting van materialen zoals rubber, verf en PVC 2.2Onderhoudsmiddelen Doel: Vloer vuil – en waterafstotend maken door aanbrengen van een beschermlaag. 2.2.1 Wassen =Natuurlijke wassen en oplosmiddelen Nadelen Smeltpunt 80°C Niet mengbaar met water Wel mengbaar met terpentijn Enkel voor houten vloeren en houten meubels 2.2.2 Wasemulsies = natuurlijke of synthetische wassen en water Voordelen Mat glanzende laa Eenvoudig aan te brengen Gemakkelijk opwrijfbaar en verwijderbaar Niet brandbaar Nadelen Vuil dringt gemakkelijk in de waslaag Weinig bestand tegen mechanische beschadigingen Matig bestand tegen water en reinigingsmiddel Waslaag kan glad worden Waslaag verkleurt 2.2.3 Polymeren = Kunststoffen, synthetische wassen en water Voordelen Hoge waterbestendigheid Makkelijker uitwrijfbaar dan een niet metaalgebonden polymeer Samenvatting Schoonmaakbeheer 3/12 2.3 Gecombineerde middelen Doel: Aanwezige was- of polymeerlaag: Reinigen van hechtend vuil Tijdens het reinigen te herstellen Levensduur te verlengen 2.4 Overige middelen 2.4.1 Verzegelings – en impregneermiddelen = Om poreusiteit van vloeren op te heffen en water, vuil en oliën niet te laten indringen. Soorten Verzegelingsmiddelen voor hout Poriënvullers voor plavuizen en kunststof vloeren Poriënvullers voor hout Steen-impregneringen 2.4.2 Tapijtreinigingsmiddelen Soorten Tapijtshampoo Middel voor sproei en extractie Antischuimmiddel Vlekverwijderingsproducten 2.4.3 Desinfectiemiddelen = reduceren van micro-organismen tot een aanvaardbaar niveau. ALTIJD EERST REINIGEN Soorten Chloorverbindingen Fenolen Quatsverbindingen: detergent dat reinigt en desinfecteert Alcoholen Testen 5.5.5 test minimum 5 soorten micro-organismen doden minimum inwerktijd van 5 minuten 10x10x10x10x10= 100 000 kolonies micro-organismen vernietigen Analyse samenstelling en toepassingsgebied Giftigheid tov toepassingsgebied Agressiviteit tov menselijk lichaam 2.4.4 Divers Afbijtmiddelen Ontvlekkingsmiddelen Ontmossers, fungiciden Polish Kristallisators: zuur product om kalkhoudende stenen weer te laten glanzen Samenvatting Schoonmaakbeheer 4/12 Schuimremmers en schuimvormers 2.5 Etikettering 1. Merk en productomschrijving 2. Standaardinformatie met pictogrammen 3. Tekst informatie van de leveranciers 3. Organisatie van de schoonmaak 3.1 Kwaliteit Rekening houden met volgende factoren: Eisen van de gebruiker Functie van de ruimte Soort afwerkmateriaal In richting van de ruimte Beschikbaar budget 3.2 Schoonmaakprogramma Schoonmaakmethode= een voorgeschreven werkwijze om de afgesproken kwaliteit te bekomen 3.2.1 Schoonmaakregels Stof kan men niet vegen Plenzen met water heeft weinig zin Van schoon naar vuil Van boven naar beneden 3.2.2 Soorten schoonmaakmethoden A. Interieuronderhoud = het reinigen van alle inventaris – en inrichtingsvoorwerpen in een ruimte. Samenvatting Schoonmaakbeheer 5/12 B. Materialen: - Sopdoek - Microvezeldoek = kunstmatig vezel, dunnere vezels dan andere vezels Voordelen: * Minder of geen chemie * Reinigende kracht Nadeel: * Niet makkelijk uit te spoelen * Waskosten Nazorg: * Wassen in de wasmachine min. 60° * Geen wasverzachter * Geen bleekmiddel Sanitaironderhoud = het reinigen van ruimten en installaties voor het urineren, defaeceren en algemene lichaamsreiniging, - verzorging en - therapie. Schoonmaakfrequentie= het aantal maal dat een bepaalde schoonmaakmethode moet uitgevoerd worden in een bepaalde tijd. Bepalende factoren Functie van de ruimte Eisen van de klant Budget Afwerkmateriaal Soort vuil Schoonmaaksters opleiden Opleiden Invoeren Bijstellen Samenvatting Schoonmaakbeheer 6/12 4. Vloersoorten Kenmerken 1. Oppervlaktestructuur (glad of ruwer) 2. Porositeit (mate waarin vuil en vocht geabsorbeerd worden door de steen) 3. Krasbestendigheid 4. Chemische toepassingen Overzicht 5. Vloeronderhoud 5.1 Losliggend vuil 5.1.1 Vegen = een vloerreinigingsmethode waarbij het vuil in een vuilverzamelbak wordt verzameld, zodat het opdwarrelen van stof niet plaatsvindt. 5.1.2 Stofwissen Doek mag niet nat worden & moet op de grond blijven staan. 5.1.3 Stofzuigen Tippend stofzuigen: neemt plaatselijk zichtbaar losliggend vuil weg. Volledig stofzuigen: verwijdert van het gehele oppervlak zichtbaar en onzichtbaar losliggend vuil. Soorten Rugstofzuiger Borstelzuiger Stofzuiger Samenvatting Schoonmaakbeheer 7/12 5.2 Harde vloer steen - Buiten: vegen en zuigvegen - Binnen: stofwissen of stofzuigen Harde vloer hout - Stofwissen of stofzuigen Elastische vloer - Stofwissen Zachte vloer - Stofzuigen 5.3 Stof en losliggend vuil Licht gehecht vuil Harde vloer steen - Eerst stofwissen of stofzuigen - Moppen of vlakmoppen Harde vloer hout - Stofwissen of stofzuigen Elastische vloer - Stofwissen of stofzuigen - moppen Zachte vloer - Stofzuigen - Met tapijtpads 5.3.1 Moppen = een vloerreinigingsmethode voor het verwijderen van licht gehecht of nat vuil, op alle harde en elastische waterbestendige vloeren. 1 emmer sop, 1 emmer spoelwater; nooit een mop die de grond heeft geraakt terug in de sopemmer, eerst altijd uitspoelen in spoelemmer. Plaatselijk - 1 handeling in cirkelvormige beweging Enkelvoudig - 1 handeling, half uitgeperste mop, eerst randen, dan 8 beweging, niet in het natte, schoongemaakte deel lopen Tweevoudig - Zie sterk gehecht vuil 5.3.2 Vlakmoppen - krijg je niet makkelijk droog + minder zwaar dan een gewone mop 5.3.3 Vlakmoppen met microvezel zeer hygiënische methode, ergonomisch Samenvatting Schoonmaakbeheer 8/12 5.3.4 Tapijtreiniging met tapijtpads niet op hoogpolig tapijt eerst stofzuigen bevochtigen dmv rolemmer of spray 5.4 Sterk gehecht vuil Harde vloer steen - Eerst stofwissen of stofzuigen - Schrobben en zuigen of schrob - zuigen Harde vloer hout - Stofwissen of stofzuigen Elastische vloer - Stofwissen of stofzuigen Zachte vloer - Stofzuigen - Met vlekverwijderen of sproei -/ extractie 5.4.1 Tweevoudig moppen = verwijderen van sterkere & natte vervuiling van het totale oppervlak in 2 handelingen Losliggend vuil verwijderen Kort geperste mop rond de kamer Mop spoelen Door het midden gaan einde kamer en dan van links naar rechts terugkeren. 5.4.2 Schrobben en droogzuigen Losliggend vuil verwijderen Langs de kanten Dan overlappende banen van links naar rechts, zelf in het droge blijven Met Pads Wit: polijsten Geel: uitwrijven Rood: uitwrijven + sprayen Groen: schrobben en strippen Zwart: zeer hardnekkig vuil verwijderen Samenvatting Schoonmaakbeheer 9/12 5.4.3 Sprayen en uitwrijven = reinigen, herstellen of aanbrengen van een was – of een polymeerlaag 2 methodes Volledig sprayen en uitwrijven - Inzetten met rode pad - Langs kanten - Dan overlappende banen van 1/3 - Uitwrijven met gele pad Uitwrijven en plaatselijk sprayen - Heel oppervlak uitgewreven - Enkel waar een vlek is sprayen - High speed met rode pad 5.4.4 Tapijt vlekverwijdering Kauwgom: bevriezen, stomp voorwerp + stofzuigen 5.4.5 Sproei -/ extractie = een natte reinigingsmethode voor lichte en vooral sterk gehechte vervuiling van tapijt, waarbij reinigingsvloeistof onder druk in het tapijt wordt gespoten, waarna de vloeistof en het losgemaakte vuil worden opgezogen. Werkmethoden Plaatselijk Volledig Extreem vuil (laten inweken) 5.5 Aanvullende vloerbehandelingen 5.5.1 Strippen = reinigingsmethode om oude polymeer – of wasbeschermlagen te verwijderen. Methode Inzetten 15 minuten laten intrekken in beweging schrobben droogzuigen naspoelen droogzuigen controle pH 5.5.2 Aanbrengen van een beschermlaag om onderhoud van de vloer te vergemakkelijken en een beter aanzien te geven. 5.5.3 Impregneren = vullen van oriën van poreuze vloeren Samenvatting Schoonmaakbeheer 10/12 6. Schoonmaaksystemen 6.1 OK – onderhoud 6.1.1 Tussenschoonmaak = snelle reiniging voor de eerste operatie en na elke operatie Volgorde Losliggend vuil verwijderen Plaatselijk moppen Afvalzak Handmatig reinigen van OK inventaris Stofwissen Wastafels reinigen 6.1.2 Eindschoonmaak = nauwkeurig huishoudelijk reinigen van de SPECIFIEKE ruimten tot aan plafondhoogte Volgorde Losliggend vuil verwijderen Plaatselijk moppen Afvalzak Afvalbak in – en uitwendig reinigen Stofwissen Handmatig reinigen van wanden Handmatig reinigen van OK inventaris Interieur nat reinigen + wanden Schrobben en droogzuigen van de vloer 6.2 Grootkeukenonderhoud HACCP= hazardous analysis critical control points Methode Voorbehandeling Reiniging Naspoelen Desinfecteren Naspoelen Drogen CCP’s bij ieder schoonmaakproces Moment van schoonmaken Temperatuur schoonmaakwater Dosering schoonmaak – en desinfectiemiddel Herbesmetting met schoonmaakmaterialen Duur van de processen Naspoelen na desinfectie Samenvatting Schoonmaakbeheer 11/12 7. Scheiding van vuile en schone delen Leiding geven aan schoonmakers Instructie 1. 2. 3. 4. 5. Voorbereiding Uitleggen en tonen Laten oefenen Corrigeren en begeleiden Herinstructie Samenvatting Schoonmaakbeheer 12/12