DOC - Europa.eu

advertisement
EUROPESE COMMISSIE
NOTA
Brussel, 25 september 2013
"Naar een opener onderwijs" — Veelgestelde vragen
Wat bedoelen wij met "Naar een opener onderwijs"?
Met het initiatief "Naar een opener onderwijs" wordt de digitale revolutie in het onderwijs
geïntroduceerd. Dankzij digitale technologie kan iedereen overal, altijd, met elk apparaat
en met de hulp van iedereen leren.
Wat zijn de belangrijkste doelstellingen van dit initiatief?
 Organisaties, leraren, studenten en leerlingen kansen bieden om hun
manier van lesgeven en leren te vernieuwen door meer digitale technologie
en inhoud te gebruiken. De Commissie zal organisaties ondersteunen om hun
strategieën kritisch te beoordelen, hervormingen stimuleren ter verbetering van de
opleiding en nascholing van leraren, kennisgemeenschappen (communities of
practice) van leraren oprichten en innovatieve onderwijsprogramma's bevorderen.
 Het gebruik van open leermiddelen (OER’s) promoten door ervoor te zorgen
dat leermateriaal dat met overheidsmiddelen is gefinancierd (bijvoorbeeld uit
Erasmus+, het nieuwe EU-programma voor onderwijs), gratis beschikbaar is voor
iedereen. De nieuwe portaalsite "Open Education Europa", die vanaf vandaag
bestaat, zal een centraal toegangspunt bieden voor hoogwaardige Europese OER's in
hun oorspronkelijke taal. OER's zijn leermateriaal, doorgaans in digitale vorm, dat
gebruikers gratis kunnen benutten en delen.
 De transparantie met betrekking tot auteursrechten vergroten voor de
gebruikers.
 Scholen
beschikken
vaak
over
een
gebrekkige
ICT-infrastructuur
en
internetverbinding. "Naar een opener onderwijs" zal breedbandverbindingen op
school en in de klas en betere ICT-infrastructuur voor onderwijs en
opleiding promoten. Verder zal de markt worden aangezet tot de productie van
nieuwe, interactieve leermiddelen en inhoud door het bevorderen van de
ontwikkeling van open structuren en normen voor interoperabiliteit en portabiliteit
van digitale educatieve software, toepassingen en diensten.
 De samenwerking met internationale organisaties en belanghebbenden
versterken om de gevolgen van technologie in het onderwijs veel beter te kunnen
inschatten en nieuwe vormen van onderwijzen en leren te verkennen.
Om welke concrete maatregelen gaat het?
In deze mededeling worden 24 maatregelen vermeld om digitale technologie in het
onderwijs beter te gebruiken en digitale vaardigheden te stimuleren (zie bijlage voor de
volledige lijst).
MEMO/12/813
Hoe verloopt de financiering en uitvoering van deze
24 maatregelen?
De maatregelen zullen worden gefinancierd met EU-middelen uit Erasmus+, Horizon 2020,
het nieuwe programma voor onderzoek en innovatie, en uit de structuur- en
investeringsfondsen. Bijvoorbeeld zal Erasmus+ vanaf 2014 financiering bieden aan
onderwijsverstrekkers om ervoor te zorgen dat zij hun bedrijfsmodel afstemmen op de
technologische ontwikkelingen, de evaluatie van digitale vaardigheden stimuleren, en de
ontwikkeling van leraren met behulp van open onlinecursussen ondersteunen. Al het
leermateriaal dat met steun van Erasmus+ wordt ontwikkeld, zal gratis en onder open
licenties ter beschikking worden gesteld van het publiek. Verder zal de uitvoering worden
ondersteund door de open coördinatiemethode op het gebied van onderwijs en
opleiding 2020.
Waarom moet de Commissie nu in actie komen?
Omdat elk aspect van ons leven doordrongen is van digitale technologie, maar veel
scholen en universiteiten geen gelijke tred houden met deze revolutie.
Zo blijkt bijvoorbeeld uit een studie dat
 63 % van de 9-jarigen naar een school gaat die niet over adequate digitale
apparatuur, snelle breedband en hoge connectiviteit beschikt;
 tussen 50 en 80 % van de leerlingen in EU-landen nooit digitale leerboeken,
oefensoftware, uitzendingen/podcasts, simulaties of educatieve spellen gebruikt;
 70 % van de leraren vragende partij is voor opleiding om hun ICT-vaardigheden te
verbeteren.
Het ontbreekt de EU aan een kritische massa van hoogwaardige educatieve software en
toepassingen voor specifieke studiegebieden en in meerdere talen. Deze versplintering van
werkwijzen en markten kan leiden tot een nieuwe digitale kloof tussen degenen die wel en
degenen die geen toegang hebben tot innovatief, op technologie gebaseerd onderwijs.
Grafiek 1: percentage van de leerlingen van graad 4 (9-10 jaar)
bij wie de leraren in meer dan 25 % van de lessen ICT gebruiken
2
Grafiek 2: percentage van de leerlingen van graad 8 (13-14 jaar)
bij wie de leraren in meer dan 25 % van de lessen ICT gebruiken
Bron: European Schoolnet en Université de Liège (2013)
Wat heeft de Commissie tot dusver aan dit probleem gedaan?
Verscheidene projecten en goede praktijken werden tot dusver ontwikkeld, onder meer
met EU-middelen voor onderzoek en innovatie. Vele hiervan waren bijzonder geslaagd,
zoals ITEC: designing the future classroom, of Open Discovery Space. Toch worden de
mogelijkheden van in onderwijs en opleiding geïntegreerde informatie- en
communicatietechnologie (ICT) nog niet ten volle benut.
"Naar een opener onderwijs" speelt hierop in door nationale overheden,
onderwijsinstellingen, leraren, lerenden en belanghebbenden te helpen hun acties beter op
elkaar af te stemmen en nieuwe werk- en leermethoden te verkennen.
Tot welke effecten zal "Naar een opener onderwijs" leiden?
 Meer en betere open leeromgevingen (OLO) — waardoor ICT vlot ingang vindt in
de klas.
 Kostenbesparingen en betere onderwijsresultaten door meer open leermiddelen
(OER's) zoals gratis leerboeken, video’s, toetsen en software die aan specifieke
leerbehoeften kunnen worden aangepast. Aangezien OER's kosteloos beschikbaar
zijn voor de gebruikers, kunnen deze onderwijs en opleiding goedkoper maken voor
overheden, instellingen en voor de gebruikers.
 Organisatorische veranderingen op scholen, aan universiteiten en
opleidingsinstellingen ter bevordering van de integratie van nieuwe technologie
en hoogwaardige OER's.
 Betere ICT-infrastructuur en connectiviteit op scholen.
3
 Een grotere vraag naar nieuwe, interactieve leermiddelen en inhoud,
waardoor in Europa nieuwe ondernemingen kunnen groeien die op deze
onderwijsbehoeften zijn gericht.
Wanneer zullen de effecten zichtbaar zijn?
Het tijdschema van de 24 maatregelen varieert. De portaalsite Open Education Europa is
toegankelijk vanaf vandaag, sommige bestaande projecten zullen toenemen in omvang en
andere projecten, zoals EPALE, het elektronisch platform voor volwassenenonderwijs in
Europa, gaan begin 2015 van start.
Wat is het doel van de "Open Education Europa"-website?
De site biedt een centraal toegangspunt voor Europese open leermiddelen. Op deze plek
vindt u materiaal in uw eigen taal, dat leraren, studenten en leerlingen gratis kunnen
gebruiken en delen.
Hoe verhoudt "Naar een opener onderwijs" zich ten opzichte van
de jaarlijkse landenspecifieke aanbevelingen voor de lidstaten van
de Commissie?
Eenmaal per jaar evalueert de Commissie de economische en sociale prestaties van elke
EU-lidstaat en formuleert zij landenspecifieke aanbevelingen als richtsnoer voor het
nationale beleid tijdens het volgende jaar. "Naar een opener onderwijs" maakt deel uit van
het antwoord van de Commissie op deze doelstelling op EU-niveau.
Alle lidstaten hebben aanbevelingen met betrekking tot onderwijs ontvangen in het kader
van de landenspecifieke aanbevelingen van het Europees semester van 2013. In het
meest recente verslag van de landenspecifieke aanbevelingen – Europa uit de crisis tillen,
dat in mei 2013 werd gepubliceerd, wordt aanbevolen om in alle lidstaten meer te
investeren in het onderwijs, jongeren toe te rusten met de vaardigheden die vereist zijn
voor de economie van de 21e eeuw, en de innovatie en het concurrentievermogen te
stimuleren.
STUDENTEN EN LEERLINGEN: Wat levert "Naar een opener
onderwijs" hun op?
Meer van de digitale vaardigheden die zij nodig hebben om na het afstuderen een goede
baan te vinden, met name voor studenten en leerlingen die thuis geen goede toegang tot
internet en technologie hebben.
LERAREN: Wat levert het initiatief hun op?
Meer (opleiding inzake) digitale vaardigheden, waardoor zij met meer zelfvertrouwen voor
de klas kunnen staan. "Naar een opener onderwijs" zal de nascholing van leraren
ondersteunen door middel van open onlinecursussen, in overeenstemming met een
project van de Grote coalitie voor digitale banen, en door nieuwe Europese platformen
voor kennisgemeenschappen van leraren uit de hele EU tot stand te brengen (en
bestaande platformen uit te breiden), zoals eTwinning en EPALE - het elektronisch
platform voor volwassenenonderwijs in Europa.
4
OVERHEDEN: Wat levert het initiatief de nationale overheden op?
Vele nationale overheden hebben op grote schaal geïnvesteerd in ICT voor onderwijs en
opleiding, maar slechts zelden heeft dit tot het te verwachten rendement geleid. "Naar
een opener onderwijs" schept kansen voor de lidstaten om samen te werken en van
elkaars ervaringen te leren, waardoor dubbel werk wordt vermeden en de kosten
afnemen.
SECTOR: Wat levert het initiatief de sector voor digitale
technologie en voor het onderwijs op?
Het onderwijs wordt niet enkel geschraagd door de onderwijsinstellingen, maar ook door
de sector die voorziet in leerboeken, instrumenten voor eLearning en toepassingen voor
wiskunde, taalverwerving, educatieve spellen en ander leermateriaal. Het ruimere gebruik
van technologie in het onderwijs schept nieuwe mogelijkheden voor de sector, en de
coördinatie hiervan op Europees niveau zal de groei van deze markten bespoedigen.
Welke gevolgen zal dit hebben voor uitgevers van traditioneel
leermateriaal?
De Europese Commissie onderkent dat digitale technologie tot een verstoring van
bedrijfsmodellen uit het verleden zal leiden, maar benadrukt de noodzaak voor uitgevers
om nauw samen te werken met overheden, instellingen en ICT-ondernemingen om de
nieuwe kansen te grijpen die deze nieuwe vormen van leren met zich brengen.
Uitgevers vrezen dat OER's niet beantwoorden aan de strenge normen inzake
kwaliteitscontrole, die een kenmerk waren van de markt voor gedrukte media; de
Commissie blijft steun verlenen aan materiaal van hoge kwaliteit en stelt zich neutraal op
wat specifieke bedrijfsmodellen betreft.
Welke gevolgen heeft dit met betrekking tot de intellectueleeigendomsrechten?
Uit onderzoek blijkt dat meer dan 50 % van de leraren hun didactisch materiaal niet
delen, omdat zij bezorgd zijn over de juridische gevolgen daarvan. Dit staat samenwerking
en persoonlijke afstemming bij het onderwijzen en leren in de weg.
Overeenkomstig de licenties waaronder open leermiddelen gewoonlijk beschikbaar worden
gesteld, kunnen zij gratis gebruikt, opnieuw gebruikt en gedeeld worden. Deze open
licenties vormen geen probleem voor het huidige kader voor intellectueleeigendomsrechten, maar zij kunnen nog een uitdaging vormen voor de traditionele
bedrijfsmodellen van uitgevers of universiteiten.
"Naar een opener onderwijs" zal experimenten bevorderen om de gevolgen voor
bedrijfsmodellen te kunnen inschatten, en de uitwisseling van goede praktijken
stimuleren. In dat kader wordt ook voorgesteld om technische oplossingen uit te werken
om gebruikers van digitale leermiddelen duidelijk te informeren over auteursrechten en
open licenties. Zo is er bijvoorbeeld het initiatief van de sector Linked Content Coalition
dat het gemakkelijker moet maken om de houders van auteursrechten vast te stellen en
zo het legale gebruik van auteursrechtelijk beschermd materiaal te bevorderen.
5
Acties in het kader van het initiatief "Naar een opener onderwijs"
Actie voor ...
Wat?
Open leeromgevingen: mogelijkheden om te innoveren voor organisaties, leraren en
lerenden
Ondersteunen van onderwijsinstellingen bij de ontwikkeling van Commissie, via
nieuwe bedrijfs- en onderwijsmodellen en grootschalige Erasmus+ en
experimenten inzake onderzoek en beleid opstarten om Horizon 2020
innovatieve didactische benaderingen, de ontwikkeling van
onderwijsprogramma's en de beoordeling van vaardigheden uit te
testen;
De professionele ontwikkeling van leraren ondersteunen door
middel van open onlinecursussen, overeenkomstig de beloften in
het kader van de Grote coalitie voor digitale banen,, en door
nieuwe Europese platformen voor kennisgemeenschappen van
leraren tot stand te brengen en bestaande platformen uit te
breiden
(bijvoorbeeld
EPALE,
eTwinning),
zodat
onderwijsmethoden via collegiale samenwerking in de hele EU
ingang kunnen vinden;
Commissie, via
Erasmus+ en
Horizon 2020
Samen met de belanghebbenden en de lidstaten kaders voor
digitale competentie onderzoeken en uittesten, alsmede
zelfbeoordelingsinstrumenten
voor
lerenden,
leraren
en
organisaties;
Commissie, via
Erasmus+ en
Horizon 2020
Onderzoeken hoe bestaande en nieuwe instrumenten voor de
validering en erkenning van vaardigheden, zoals "open badges",
op de behoeften van lerenden kunnen worden afgestemd; Ervoor
zorgen dat transparantie- en erkenningsinstrumenten voor het
formele onderwijs worden aangepast aan nieuwe vormen van
leren. Dit omvat de validering van online verworven
vaardigheden, in overeenstemming met nationale instrumenten in
het kader van de aanbeveling van de Raad betreffende de
validatie van niet-formeel en informeel leren;
Commissie, via
Erasmus+ en
Horizon 2020
De uitwisseling van ervaringen en resultaten van nationale
programma's tussen de lidstaten coördineren en faciliteren, en
specifieke beleidsrichtsnoeren verstrekken aan groepen lidstaten,
waarmee zij geschikte maatregelen kunnen vaststellen voor de
uitdagingen van de landenspecifieke aanbevelingen in het kader
van het Europees semester/Europa 2020;
Commissie, via
Erasmus+ en
Horizon 2020
Innovatieve onderwijs- en leeromgevingen ondersteunen, onder
meer via structuur- en investeringsfondsen (ESIF's);
Lidstaten en
onderwijsinstellingen
Lidstaten en
onderwijsinstellingen
Leraren helpen een hoog niveau van digitale competentie te
verwerven en innovatieve onderwijsmethoden toe te passen, door
middel van flexibele opleiding, stimulansen, herziene
onderwijsprogramma's voor de initiële lerarenopleiding en nieuwe
systemen voor de beoordeling van beroepsprestaties;
Lidstaten en
onderwijsinstellingen
Digitale vaardigheden in onderwijs- en opleidingsinstellingen
verbeteren, ook bij kwetsbare groepen, en de evaluatie van
lerenden opnieuw overdenken zodat alle vaardigheden die door
middel van digitaal leren worden verworven, kunnen worden
erkend.
Lidstaten en
onderwijsinstellingen
6
Open leermiddelen: kansen om de kwaliteit en toegankelijkheid van open kennis te
verbeteren
Ervoor zorgen dat al het door Erasmus+ ondersteunde
leermateriaal onder open licentie ter beschikking van het publiek
wordt gesteld en een vergelijkbare aanpak in het kader van EUprogramma's bevorderen;
Commissie
De nieuwe programma's Erasmus+ en Horizon 2020 gebruiken
om partnerschappen tussen makers van educatieve software
(bijvoorbeeld leraren, uitgevers, ICT-bedrijven) aan te moedigen
om in verschillende talen het aanbod van hoogwaardige OER's en
ander digitaal leermateriaal te vergroten, om nieuwe
bedrijfsmodellen te ontwikkelen en om technische oplossingen uit
te werken waardoor de gebruikers van digitale leermiddelen
transparante informatie krijgen over auteursrechten en open
licenties;
Commissie
Het toegangspunt Open Education Europa aanmaken, dat
gekoppeld is aan bestaande vindplaatsen van open leermiddelen
in verschillende talen en dat de lerenden, leraren en onderzoekers
samenbrengt, om zo de aantrekkingskracht en de zichtbaarheid
van hoogwaardige OER's uit de EU te vergroten;
Commissie
Voor met overheidsmiddelen gefinancierd leermateriaal een
vrijetoegangbeleid bevorderen;
Lidstaten en
onderwijsinstellingen
Formele onderwijs- en opleidingsinstellingen aanmoedigen om
digitale inhoud, waaronder OER's, als lesmateriaal aan te bevelen
bij lerenden op alle onderwijsniveaus, en onder meer met
overheidsopdrachten de productie aanmoedigen van hoogwaardig
leermateriaal, waarvan de auteursrechten het eigendom zijn van
de overheden.
Lidstaten en
onderwijsinstellingen
Connectiviteit en innovatie: partnerschappen voor infrastructuur, nieuwe producten en
diensten en interoperabiliteit
De ontwikkeling bevorderen van open structuren en normen voor
interoperabiliteit en portabiliteit van digitale educatieve software,
toepassingen en diensten, met inbegrip van open leermiddelen, in
samenwerking met de Europese normalisatie-instellingen en programma's, en bijdragen aan een efficiënte markt voor
onderwijstechnologie, onder meer door de coördinatie van
gemeenschappelijke specificaties voor overheidsopdrachten met
betrekking tot innovatieve oplossingen om de ontwikkeling van
betaalbare apparatuur, software en inhoud te ondersteunen;
Commissie,
Erasmus+
Horizon 2020
via
en
Onderzoek en innovatie bevorderen op het gebied van technologie
voor adaptief onderwijs, leerprocesanalyse en digitale educatieve
spellen en daarbij contacten leggen met innovatieve
ondernemers;
Commissie,
Erasmus+
Horizon 2020
via
en
Ervoor zorgen dat vóór 2020 elke school over een
Lidstaten
en
breedbandverbinding beschikt, in het beste geval ook in de
onderwijsinstellingen
klaslokalen, de ICT-apparatuur van scholen verbeteren, en
toegankelijke en open nationale vindplaatsen op het gebied van
digitaal leren ontwikkelen met behulp van de structuur- en
investeringsfondsen.
Een gezamenlijke inspanning om de kansen van de digitale revolutie te benutten
Een platform in het leven roepen dat openstaat voor alle
belanghebbenden (leraren, lerenden, gezinnen, digitale
gemeenschappen, economische en sociale partners enz.) om de
7
Commissie, via
Erasmus+ en
toestand inzake digitalisering van onderwijsinstellingen te
registreren en onderling te vergelijken;
Een Europees Centrum voor digitale onderwijsinnovatie tot stand
brengen, waarin aandacht wordt besteed aan voorbeelden en
proefprojecten van innovatieve, op ICT gebaseerde didactische
methoden en organisatievormen;
Vrijwillige vorming van netwerken van leraren, digitale
gemeenschappen en ICT-deskundigen bevorderen bij het
opzetten van nieuwe initiatieven (zoals programmeercursussen
en terug-naar-schoolprogramma's) en prijzen voor leraren uit alle
onderwijssectoren in het leven roepen voor zinvol didactisch
gebruik van ICT. Prijs voor digitale topkwaliteit.
Steun van de Europese Commissie voor een betere kennis
empirisch onderbouwd beleid
Horizon 2020
Commissie, via
Erasmus+ en
Horizon 2020
Lidstaten en
onderwijsinstellingen
en voor krachtiger,
Uitgebreid toekomstscenario's voor het Europese onderwijs in
2030 ontwikkelen in overleg met de betrokken actoren, zoals de
Europese Rondetafel van Industriëlen (ERT), de Europese
Vereniging van universiteiten voor afstandsonderwijs (EADTU), de
League of European Research Universities (LERU), de Europese
Vereniging van Universiteiten (EUA) en European Schoolnet op
basis van de werkzaamheden die zijn verricht door JRC-IPTS en in
overeenstemming met het lopende FUTURIUM -project. Specifiek
voor het hoger onderwijs zal de Commissie blijven samenwerken
met de Groep op hoog niveau voor de modernisering van het
hoger onderwijs om aanbevelingen te formuleren over nieuwe
vormen van leren;
Commissie
Meetinstrumenten en indicatoren ontwikkelen om nauwlettender
toe te zien op de integratie van ICT in onderwijs- en
opleidingsinstellingen, en kwantitatieve onderzoeken over heel
Europa ondersteunen;
Commissie
Een specifieke effectbeoordeling starten over de economische en
sociale gevolgen van een EU-initiatief ter bevordering van vrije
toegang tot met overheidsmiddelen gefinancierd leermateriaal;
Commissie
Het met rechthebbenden, onderwijsinstellingen en andere
onderwijsactoren nagaan hoe de huidige werkwijzen en behoeften
inzake het delen van leermateriaal (met inbegrip van open
leermiddelen) beter kunnen worden ingeschat en beoordeeld,
onder meer wat betreft auteursrechtelijke en licentieregelingen,
meertaligheid en kwaliteitsborging, zowel in nationale als in
grensoverschrijdende context.
Commissie
Voor meer informatie
Zie ook IP/13/859
Studie ICT in scholen
De ontwikkeling van met technologie ondersteund leren
8
Download