Lesmap TOCHT Over de voorstelling Ariadne : We waren klaar voor de tocht. We zouden de moordenaar vinden, de waarheid achterhalen. Al moesten we zwerven door laagvlakten, waden door meren, klauteren op kliffen, zeeën doorspartelen, bergen kantelen, zweven tussen de wolken… Theseus : Ariadne, ik heb op iets getrapt. Ariadne : Niet bewegen! Niet kijken! Theseus : Wat is het? Ariadne : t’ Is… iets. Theseus : Iets? Ariadne : Een oor. Theseus : Een oor? Ariadne : Een lang oor. Theseus : Een lang oor? Ariadne : Een lang oor… met haar. Theseus : Een lang oor, met haar? Ariadne : Een lang oor, met haar... van een haas Theseus en Ariadne gaan op zoek naar een moordenaar. Op hun tocht ontmoeten ze een sprekende haas, een verdrietverwerker, een blinde ziener en drie zeenimfen. Maar ook de verschrikkelijke minotaurus kruist hun pad. Overleven ze deze tocht? Zullen ze vinden wat ze zoeken? Tekst: Pepijn Lievens Regie: Walter Janssens Spel: Sofie Palmers en Wouter Bruneel Decor: Régine Van den Broucke Licht: Erwin Van de Put De tekst van Tocht werd oorspronkelijk geschreven in opdracht van 4Hoog productiehuis. Pepijn Lievens won hiervoor de prijs voor de letterkunde in 2011. Over de Bende van de Prins De Bende van de Prins is het gezelschap rond auteur en acteur Pepijn Lievens, en maakt theater voor tieners. Aan de hand van tekst en een expressieve acteerstijl beïnvloed door slapstick en mime wil de Bende verhalen op scène zetten over relevante thema’s die aansluiten bij de leefwereld van jongeren. Kenmerkend voor de voorstellingen zijn een sobere, suggestieve scenografie en de vermenging van vertellen en spelen. Humor, ernst en onverwachte wendingen wisselen elkaar in snel tempo af. In 2008 debuteerde de Bende van de Prins met Stofzuiger, een tragikomische autobiografische monoloog waarin Pepijn Lievens vertelt over zijn drugsverslaving en het afkicken. In Averechts (2010) interpreteren Lievens en Wouter Bruneel het leven van Henry Tandey, een Engelse soldaat die zich tijdens de Eerste Wereldoorlog ontpopte tot held, maar de wereldgeschiedenis goedbedoeld ook op een ongelukkige manier beïnvloedde. De acteurs kruipen het ene ogenblik in de huid van het personage waarover ze vertellen, en stappen het andere moment weer uit die rol. Voor Donderdag (2013) bewerkte Lievens Romeo en Julia tot een hedendaags, Vlaams liefdesverhaal voor twee spelers. Een interview met Pepijn Lievens de schrijver van het toneelstuk Waar gaat Tocht over? Een stiefbroer en stiefzus hun ouders zijn vermoord. Ze gaan op zoek naar de dader. Er ontspint zich een tocht waarbij ze verschillende figuren tegenkomen. De één al ongrijpbaarder dan de ander. Er is een verdrietverwerker die hen helpt om hun verdriet te verwerken, een sprekende haas met scherpe geurzin, die met hen meewil op tocht omdat hij eenzaam is. En ook een blinde ziener die de toekomst kan voorspellen. Althans dat denkt hij. De tocht is een opeenstapeling van opgehouden worden, waarbij de vraag kan gesteld worden of de tocht niet belangrijker is dan het doel. Zijn de centrale thema’s dan de zoektocht en het rouwproces? Ja inderdaad. De verschillende fases van het rouwproces komen aan bod. Ontkenning: ze duiken in hun fantasie (is de tocht echt gebeurd of niet?). Kwaadheid: ze willen wraak. Verdriet: ze worden geholpen door de verdrietverwerker en ze helpen zelf de eenzame haas. Berusting: op het einde van de tocht besluiten ze om zich bij de situatie neer te leggen. Het avontuurlijke en de onbevangenheid van kinderen komt sterk naar voor tijdens de tocht. Is het een roadtrip met de slotsom dat de zoektocht, een zoektocht naar wijsheid is geworden? Fantasie is voor de protagonisten een belangrijke manier om het verdriet een plaats te geven. We kunnen ons afvragen of de gebeurtenissen echt hebben plaatsgevonden of dat ze ze verzonnen hebben om de moord een plaats te geven. Theseus en Ariadne hebben ook veel steun aan mekaar. Bijvoorbeeld als Ariadne verdrietig is dan wordt Theseus de verdrietverwerker. Is die laatste dan een nieuw personage of neemt Theseus de rol van troost gevende op zich? Het verhaal is gebaseerd op de mythe van Theseus, wat zijn de belangrijkste overeenkomsten en verschillen? Theseus legt ook een tocht af en komt een hele hoop vreemdsoortige personages tegen, waarvan we er sommige letterlijk hebben overgenomen , namelijk de Minotaurus, vogels zo groot als een schip, zeenimfen. In beide gevallen eindigt de tocht met een tastbaar resultaat (in de bestaande mythe wordt Theseus koning en in TOCHT komen de protagonisten te weten dat de moordenaar opgegeten is door de Minotaurus) en vooral in een loutering. Het verschil is dat hij een geliefde aan zijn zij heeft en er niet naar op zoek gaat. Is het een hoopvol stuk en zo ja, wat wil je aan de kinderen meegeven? Jazeker! Elk afscheidsproces heeft een verwerking nodig. De berg waar je voorstaat lijkt minder hoog als je hem stap per stap beklimt. Laat je niet overweldigen of tegenhouden door de grootsheid van de berg. Bedwing hem door geen stappen over te slaan. Voor de voorstelling 1. Uit het interview met de schrijver blijkt dat de grote thema’s in het stuk de queeste zijn en het verwerken van verdriet. 1.1 de queeste Onderneem letterlijk een tocht met de leerlingen waarbij je ze aanzet om de omgeving anders te zien op de weg. Aan een boom hangt bijvoorbeeld een wandelende tak. Of in die molshoop zit een sprekende haas verstopt. Laat ze zich een personage/ dier/ sprekend object inbeelden dat ze gaan spelen op de tocht. De leerlingen verrassen elkaar. Je kan hier ook met maskers werken, stemvervormingen en gekke manieren van wandelen. Stel: je trekt met een vriend(in) de wijde wereld in. Er is geen school en je ouders gaan niet mee. Wat zit er in je rugzak/ reistas? Je trekt de deur achter je toe, hoe vertrek je? Waar ga je eerst heen? Welke avonturen beleef je? Deze opdracht kan je klassikaal doen: 1 iemand begint te vertellen en dan valt er iemand anders in tot iedereen aan de beurt is geweest. Het kan ook een individueel opstel worden. 1.2 verdriet Laat de kinderen vertellen over een eigen groot verdriet en hoe ze hun hier nu bij voelen. Ga op zoek naar de verschillende stadia in het rouwproces: ontkenning – boosheid – verdriet en berusting. Je kan ze ook een tekening laten maken hierover. Troost: iedereen mag een cadeau bedenken/ tekst schrijven/ tekening maken om iemand te troosten die heel veel verdriet heeft. 2. Tijdens hun zoektocht komen de kinderen een aantal ongewone personages tegen. 2.1 de blinde ziener De ziener kan de toekomst voorspellen. Hij ziet bijvoorbeeld de ondergang van de wereld. Laat de kinderen elkaars toekomst voorspellen. Wel in een ruim kader bekeken. Hoe zal de wereld eruitzien over 20 jaar op gebied van techniek, technologie, transport, socio-politiek,…? Ieder mag dan voor zich ook zijn eigen toekomst voorspellen. Leg de verhalen naast elkaar en vergelijk. 2.2 de eenzame haas met een sterk reukorgaan Laat de kinderen aan de hand van geuren een personage omschrijven en wat die zonet gegeten heeft. Bijvoorbeeld een heks die naar afgekolfde botjes ruikt en dit probeert te maskeren met een bloemig jurkje. 2.3 De Minoutaurus Laat de kinderen een tekening maken van een half dier/ half mens. Start met een collage/ ontwerp uit kranten en tijdschriften. Gebruik bijvoorbeeld modetijdschriften voor het menselijke gedeelte en oude National Geographics voor de vele dieren. 3. Verhaalvormen De tekst van dit theaterstuk is gebaseerd op een mythe. Zoek klassikaal verschillen en overeenkomsten tussen verschillende verhalen. Lees ook eerst voorbeelden van deze verhaalvormen voor. Suggesties voor te bespreken verhaalvormen; Mythen: de Griekse mythologie gaf de oude Grieken verklaringen voor het ontstaan van de wereld, de hemellichamen, de mensen, de goden, het kwaad, ziekten, natuurverschijnselen en de oerelementen aarde, water, vuur en lucht. Ze vormde de basis van het geloven en denken van de oude Grieken. Nachtmerries: nachtmerries zijn dromen die een vervelend, emotioneel gevoel teweeg brengen waar je wakker van wordt. Je bent meteen helemaal wakker en kan je je nog veel van de droom herinneren. Strikt genomen is een nachtmerrie geen slaapstoornis, ze worden pas een stoornis als ze zo vaak voorkomen en met zo'n intensie dat de slaap verstoord raakt. Sprookjes: Een sprookje is in oorsprong een mondeling overgeleverd volksverhaal dat gebruikmaakt van magie en fantasie. Het begint vaak met de woorden "Er was eens..." en speelt zich typisch af op een onbepaalde plaats in een onbepaald verleden. Sprookjes behoren tot een oude orale traditie en bevatten vaak een zedenles of diepere wijsheid. Er Het woord sprookje is afgeleid van het middeleeuwse 'sproke', dat verhaal of vertelling betekent. Als ongeschreven vertelling richtte een sproke zich tot ongeletterde volwassenen. Via de orale traditie kregen zij de moraliserende verhalen mee. Tegenwoordig zijn "sprookjes" kinderverhalen met levenslessen. Leugens: Een leugen is een bewering waarvan de spreker (of schrijver) weet dat die in strijd is met de waarheid, maar dat zijn toehoorder (of lezer) niet laat weten. Er bestaan gradaties in de mate van opzet en in de mate waarin de bewering afwijkt van de waarheid. Bij afwezigheid van opzet spreken we van fantasie of een vergissing; bij geringe afwijking van de waarheid spreken we van een halve waarheid, overdrijving, of juist bagatellisering. Na de voorstelling 4. Steekwoorden Na het gesprek met Pepijn Lievens over het stuk en het bekijken van de voorstelling blijken een aantal woorden belangrijk: broer/ zus op stap gaan verdriet eenzaamheid toekomst fantasie kwaad zijn dood omhelzen troosten angst hebben iets niet geloven vader moeder tranen ruiken vriendschap doel Schrijf deze woorden op kaartjes en laat de kinderen er hier één uit trekken. Ze mogen dan aan de klas vertellen wat dit woord voor haar/ hem betekent in haar/ zijn leven. Geef als leerkracht de aanzet. 5. Nagesprek Start een nagesprek met onderstaande vragen Vertel een deel na (uitbeelden mag ook) van wat je is bijgebleven in de voorstelling Op het einde gaan ze allen samen naar huis om misschien een boerderijtje te starten. Zou dit gelukt zijn en zo ja hoe ziet de boerderij eruit? Is iedereen blij of triest op het einde van de voorstelling? En jijzelf? In 1 woord: wat vond je ervan?