Taal en cognitie: Optimaliteitstheorie Henriëtte de Swart Optimaliteitstheorie • Optimale oplossingen van strijdige regels in natuurlijke taal Uitspraak van woorden (fonologie) Zinsbouw (syntaxis) Optimale interpretatie in contekst (semantiek) ‘Liever lui dan moe’ • Least Effort: Praten kost minder moeite als je een normale, makkelijke uitspraak van een klank kiest in een bepaalde positie. • Bijvoorbeeld: Klanken zijn stemloos aan het einde van een woord. (Ontstemd) • spreker Getrouwheid • Getrouwheid: Een klankonderscheid moet behouden blijven in de uitspraak. • Bijvoorbeeld: Stemhebbende klanken behouden hun stem in de uitspraak. (Stemvast) • Hoorder Verschillen tussen talen • Verschillen tussen talen ontstaan door verschillende ‘ranking’ van constraints • Nederlands: Ontstemd >> Stemvast Engels: Stemvast >> Ontstemd • Nederlands kiest op een onderdeel voor een makkelijke uitspraak. Engels kiest op dat punt voor een duidelijke uitspraak. Nederlands hoed [hoed] [hoet] ONTSTEMD STEMVAST * * Engels hood STEMVAST ONTSTEMD [hood] [hoot] * * Patroonherkenning • Gezichtsherkenning • Muziek • Herkenning van handgeschreven letters Handgeschreven letters • Is dit een A of een H? • Vraag niet te beantwoorden zonder contekst Letters in contekst • Letters in contekst zijn niet ambigu Patroonherkenning = optimalisatieproces • Een waargenomen patroon wordt opgedeeld in samenstellende kenmerken • Kenmerken wijzen in de richting van bepaalde letters • Kenmerken blokkeren keuze voor een bepaalde letter • Neurale netwerken Regelgestuurde processen • (Logisch) redeneren • Taal Patronen versus regels • Optimalisatie in contekst versus Symbolische regels • Is er sprake van volledig gescheiden cognitieve processen? • Of is het verschil niet zo groot als het lijkt? Prince en Smolensky (1993) • Taal wordt gestuurd door proces van optimalisatie • Er zijn wel regels, maar die zijn niet hard • Schending van taalregels mag om te voldoen aan een sterkere regel • Grammatica: verzameling potentieel strijdige taalregels. • Talen verschillen in ordening van regels Parallel met neurale netwerken • OT is geen directe modellering van taal in een neuraal netwerk • ‘harmonisch’ patroon van activatie van netwerk • gespiegeld in ‘harmonische’ uitkomst van combinatie van conflicterende regels. Consekwenties Taalverwerving • Twee klassen constraints: • Markedness: vermijd structuur b.v. ONTSTEMD • Faithfulness: respecteer input b.v. STEMVAST Verschil begrip/productie • Volwassenentaal faithfulness > markedness /trein/ trein /tijn/ tijn • Kindertaal markedness > faithfulness /trein/ tein /tijn/ tijn Optimalisatie van interpretatie • Zes sollicitanten werden uitgenodigd voor een gesprek. Drie werden afgewezen. Drie welke? • Zes sollicitanten werden aangenomen Drie werden afgewezen. Drie welke? Liever anaforisch • DOAP: Do not overlook anaphoric possibilities Mogelijkheden voor een anaforische interpretatie moet je gebruiken Drie = sollicitanten, niet ‘anderen’ Conflicterende regels • ANTECEDENTREGEL Kies als het antecedent van een incomplete NP de verzameling AB van de voorgaande zin • Zes sollicitanten werden uitgenodigd voor een gesprek. Drie werden afgewezen. Drie = drie van de sollicitanten die werden uitgenodigd voor een gesprek Gezond verstandregel • Zes sollicitanten werden aangenomen. Drie werden afgewezen. Drie drie van de sollicitanten die werden aangenomen. • GEZOND VERSTANDREGEL Vermijd tegenstrijdigheden Drie = drie andere sollicitanten Ordening Gezond Antecedent DOAP verstand regel regel Drie van de sollicitanten die werden aangenomen werden afgewezen Drie andere sollicitanten werden afgewezen *! * Anafora resolutie • Als ik met een dokter praat, is de dokter het vaak met hem oneens. Wie is hem? • Als ik met een dokter praat, is de dokter het vaak met zichzelf oneens. Wie is zichzelf? hem versus zichzelf • Reflexieve en niet-reflexieve pronomina • PRINCIPE B Als twee argumenten van dezelfde semantische relatie niet zijn gemarkeerd als identiek, interpreteer ze dan als verschillend. Ordening input output Als ik met een dokter praat is de dokter het vaak met hem oneens een dokter1 de dokter1 hem1 PrincB DOAP *! een dokter1 de dokter2 hem1 een dokter1 de dokter1 hem2 een dokter1 de dokter2 hem2 Als ik met een een dokter1 de dokter1 zichzelf1 dokter praat is een dokter1 de dokter2 zichzelf1 de dokter het een dokter1 de dokter1 zichzelf2 vaak met zichzelf oneens een dokter1 de dokter2 zichzelf3 *! * * * *! *! *!* Wie is hij? • OT analyse van optimale antecedent voor een pronomen in een discourse contekst. • Zie: • http://odur.let.rug.nl/~gerlof Conflicten in Interpretatie NWO cognitie project Utrecht, Groningen, Nijmegen