ercurius, Venus, ... Pluto! Het lijstje dat je vaak hoort als het over het zonnestelsel gaat. De eerste vier (de binnenplaneten) lijken een beetje op de aarde en noemen we dus "aardse planeten". Dan komen er vier (de buitenplaneten) die zijn veel groter, de "reuzenplaneten" of gasplaneten, omdat ze vaak uit gassen bestaan. Verder hebben deze een heleboel maantjes en ringen. En nog verder van de zon is er nog Pluto. Pluto is toch een beetje anders. M Peter Louwman Zoeken naar nog meer planeten Na de ontdekking van Neptunus is men zich natuurlijk gaan afvragen of er misschien niet nog meer planeten bestaan , die nog verder weg zijn dan Neptunus. Verder van de zon worden objecten niet aileen minder helder omdat ze verder weg staan van ~ns, maar natuurlijk ook omdat de zon er minder hard op kan stralen. Gelukkig kwam de fotografie opzetten aan het eind van de vorige eeuw en konden we de hemel fotograferen en onderzoeken . Dwaalsterren In de oudheid , dus heel ver terug in de geschiedenis , kende men al de planeten Mercurius, Venus, Mars, Jupiter en Saturnus. Oat is niet zo verwonderlijk, want je kunt heel gemakkelijk deze planeten met je blote oog als heldere "sterretjes" aan de hemel waarnemen. Alhoewel men toen nog te weinig kennis had om een onderscheid te kunnen maken tussen sterren en planeten, had men wei in de gaten dat er een duidelijk verschil was . Men zag namelijk dat de planeten heel langzaam tussen de vaste sterren van de sterrenhemel bewogen . Omdat ze zich langzaam verplaatsten , noemde men ze dwaalsterren. Ook vermoedde men toen al dat de planeten minder ver weg waren dan de sterren. Na de ontdekking van de telescoop in 1608 werd het mogelijk om nog verder het heelal in te kijken . Met behulp van de telescoop kreeg men nu ontelbare aantallen sterren te zien , die veel te lichtzwak zijn om met het blote oog gezien te kunnen worden. Een zevende en een achtste planeet ontdekt Met behulp van een zelfgemaakte telescoop ontdekte de Engelse amateursterrenkundige William Herschel in 1781 een nog niet eerder waargenomen planeet, die men Uranus is gaan noemen . Oit was een belangrijke ontdekking, want ons zonnestelsel bleek nu dus geen zes planeten te hebben, zoals men al eeuwenlang had gedacht, maar zeven. Bovendien bleek ons zonnestelsel veel groter te zijn, want men vond dat Uranus in een baan om de zon bewoog, die tweemaal zo groot .is als de baan van Saturnus. Oaarna volgde in 1846 de ontdekking van nog een planeet, die nog veel verder weg stond: Neptunus. Met de Aarde meegerekend , waren er nu dus acht planeten bekend . Pluto ontdekt, de negende planeet Overal ter wereld heeft men op verschillende sterrenwachten geprobeerd om met de nieuwe veelbelovende fotomethode naar nieuwe planeten te zoeken. Men ging op zoek naar, wat men noemde, "planeet X". EEn sterrenwacht, opgericht door de schatrijke Amerikaanse industrieel Percival Lowell , is er zelfs tientallen jaren mee bezig geweest. Percival Lowell had zijn sterrenwacht opgericht op een voor waarnemingen gunstige plek boven op een berg vlakbij Flagstaff in de staat Arizona. Hier is het klimaat heel erg droog en heb je 's nachts bijna altijd mooie heldere luchten. Groot was de sensatie toen de sterrenkundige Clyde Tombaugh van de Percival Lowell sterrenwacht in 1930 de ontdekking wereldkundig maakte van een nog onbekende planeet. Tombaugh had namelijk op twee foto's, die hij enkele dagen na elkaar gemaakt had, tussen vele honderden sterren ergens in het sterrenbeeld Oe Tweelingen deze planeet als een heel klein lichtpuntje ontdekt. Nu bleek ons zonnestelsel dus negen planeten te hebben. Ais naam voor de nieuw ontdekte planeet werd gekozen "Pluto" op voorstel van een 11-jarig meisje, Venetia Burney uit Oxford in Engeland. Men wilde graag een naam kiezen uit de Griekse of Romeinse mythologie. Venetia had de naam Pluto bedacht, niet aileen omdat dat de naam is van de Griekse god voor de onderwereld, maar ook omdat deze naam begint met de letters "P" en "L" en dat zijn de eerste letters uit de naam Percival Lowell. Hiermee werd de eer van de ontdekking ook een beetje aan Percival Lowell gegund, alhoewel hij al in 1916 was overleden. ,sum 4-1998 ~ Figuur 2: Een schets van de banen van de buitenplaneten, schuin van boven gezien. Pluto beweegt duidelijk scheef ten opzichte van de andere planeten. En in het rechtse uiteinde is de baan van Pluto dichter bij de zon dan die van Neptunus Verder onderzoek aan Pluto zelf Figuur 1: Pluto is niet aileen god van de onderwereId. Walt Disney's hond met de bekende hangoren verscheen voor het eerst een paar maanden nada zijn hemelse neef was ontdekt! Pluto heeft een "rare" baan AI direct na de ontdekking van Pluto werd bekend dat deze planeet gemiddeld 39 keer zo ver van de zon afstaat als de Aarde en dat hij EEn omloop om de zon maakt in maar liefst 248jaar. Merkwaardig is dat zijn baan nogal erg ovaal is, want aan de ene kant van zijn baan staat Pluto 49 keer verder weg van de zon dan de Aarde, terwijl hij aan de andere kant van zijn baan slechts 29 keer zo ver is. Ais Pluto het dichtstbij staat, is hij zelfs iets dichter bij de zon dan Neptunus! Nog een eigenaardigheid van de baan van Pluto is dat de baan een grote helling maakt met de ecliptica, dus met het vlak van de Aardbaan. Je moet begrijpen dat de banen van de planeten allemaal vrijwel precies in het vlak van de ecliptica liggen. Aileen Pluto maakt daar dus een uitzondering op; zijn baan staat "schuin" en maakt een hoek van 17 graden met de ecliptica. Alhoewel het lijkt als of de banen van Neptunus en Pluto elkaar kruisen, komen deze planeten door de schuine stand van de Plutobaan eigenlijk nooit echt dicht bij elkaar. Een botsing zal dus niet kunnen gebeuren. Het is zelfs zo dat de afstand tussen Uranus en Pluto soms kleiner is dan de kleinste afstand tussen Neptunus en Pluto ooit wordt. In de loop der jaren is men Pluto met steeds grotere en betere telescopen gaan bestuderen. Tot nu toe zijn er helaas nooit ruimteschepen voor onderzoek naar Pluto gestuurd, zoals wei gebeurd is met bijvoorbeeld de planeten Jupiter, Saturnus , Uranus en Neptunus. Wij moeten Pluto dus vanaf de Aarde bestuderen. De allerbeste foto's van Pluto zijn gemaakt met de bekende en succesvolle Hubble Ruimtetelescoop (figuur 3), die op een hoogte van ongeveer 600 km boven de Aarde cirkelt. Figuur 3 (rechtsboven) en 4:(hieronder) Pluto en Charon door de Hubble gefotografeerd. ZV ver weg en zV klein dat we nauwelijks details kunnen zien. Toch heeft men met andere onderzoekingsmethoden (o .a. spectroscopie in het infra-rood) meer gegevens over Pluto kunnen verzamelen . Zo heeft men kunnen vaststellen dat Pluto een zeer ijle atmosfeer heeft bestaande uit voornamelijk stikstof en een klein beetje methaangas (aardgas , dat ook uit bij fornuizen gebruikt wordt). Het oppervlak van Pluto is erg helder wit, want het weerkaatst het zonlicht zeer goed; 55% wordt weerkaatst. Men neemt aan dat dit te wijten is aan bevroren methaan, dat, als Pluto in zijn baan om de zon het dichtst bij de zon komt, net ietsje kan verdampen en daarna weer aan het oppervlak als rijp of als sneeuw kan neerslaan . Momenteel staat Pluto dichtbij zijn "perihelium", wat betekent dat hij nu in zijn baan een punt bereikt heeft dat het dichtst bij de zon staat. Ais de afstand van Pluto tot de zon in de komende honderd jaar echter geleidelijk weer groter wordt en de kracht van de zonnewarmte niet meer in staat is om het methaan te verdampen , zal het oppervlak door een witte sneeuwdek bedekt blijven. Op Pluto kan de weersvoorspelling daarom heel simpel samengevat worden : methaan sneeuw eens in de 248 jaar! Pluto heeft een maantje In 1978 is ontdekt dat Pluto een maantje heeft. Hij bleek op een afstand van slechts 19.000 km om Pluto heen te cirkelen en kreeg de naam Charon. Alhoewel vrij klein, bleek dit maantje in vergelijking met de grootte van Pluto helemaal niet zo klein. De doorsnee van Charon is ongeveer 1100 km, terwijl die van Pluto ongeveer 2300 km is. Meestal zijn de afmetingen van manen veel en vee I kleiner dan die van de planeet waar ze omheen draaien. Maar hier bij Pluto en Charon zijn de afmetingen niet zo erg verschillend. Misschien zou je daarom in dit geval beter niet van "planeet en maan" moeten spreken, maar eerder van een "dubbelplaneet". Charon heeft geen atmosfeer en heeft een donkerder oppervlak dan Pluto . Eens in de ruim zes dagen draait Charon om Pluto , of, beter gezegd : ze draaien beiden om elkaar heen. Het eigenaardige is dat Pluto in precies dezelfde tijd om zijn as draait! Voor iemand op Pluto duurt een "dag" dus net zo lang als een "maand"! Omdat ook Charon eens in dezelfde tijd van ruim 6 dagen om zijn as draait, betekent dit dat Pluto en Charon dezelfde daglengte hebben en dat ze altijd met dezelfde kant naar elkaar toe gekeerd zijn! Pluto en Charon zijn waarschijnlijk ijsdwergen Nu we Pluto en Charon van nabij bekeken hebben, willen wij graag nog antwoord hebben op de vraag, die in de titel aan het begin van dit artikel gesteld is, namelijk: "Pluto wei of geen negende planeet?" Het antwoord is: Pluto is geen volwaardige, negende planeet. Dat is een grote teleurstelling voor wijlen Percival Lowell en ook jammer voor al die oude sterrenkunde boeken, die nog in om loop zijn en waarin staat dat Pluto de negende planeet is. Vroeger was het eenvoudig: wat om de zon draaide was een planeet en wat om een planeet draaide was een maan. In de loop van de jaren kwamen er echter allemaal vreemde objecten bij, zoals planetoOden en kometen . De laatste tijd zijn sterrenkundigen steeds meer gaan vermoeden dat Pluto echter een ijsdwerg is. Wei een vrij grote uit de kluiten gegroeide "ijsdwerg", maar geen gewone planeet. Ook Charon is een ijsdwerg , denken ze. IJsdwergen zijn kleine planeetjes (planetoOden), die men sinds 1992 is gaan ontdekken in een gebied buiten de banen van Neptunus en Pluto, in de zogenaamde "Kuipergordel". Er zijn er nu al meer dan 60 van ontdekt en waarschijnlijk zijn er nog veel meer, misschien wei vele duizenden of tienduizenden. Deze ijsdwergen bestaan voornamelijk uit waterijs en andere bevroren gassen . Ze lijken veel op de kernen van kometen en hebben daarmee waarsch ijnlijk een gemeenschappelijke ontstaansgeschieden is. De doorsnee van de grootste ijsdwergen, die men tot nu toe ontdekt heeft, is ongeveer 500 km , dus wat kleiner dan Pluto en Charon. Ook de grote maan van Neptunus (Triton) en enkele andere planetoOden , zoals de merkwaardige Chiron, die een baan heeft ruwweg tussen die van Saturnus en Uranus, rekent men tot de ijsplanetoOden. Kortom, het zonnestelsel heeft veel meer dan aardse- en gasplaneten. Er cirkelen nog veel meer soorten objecten om de zon heen. EEn daarvan is Pluto, die, zoals je gelezen hebt, geen planeet is en dus zullen we het moeten stellen met maar acht planeten .