Verordening betreffende rondwormen, insecten en spinachtigen als

advertisement
Bijlage 1 bij het regeringsbesluit
van 7 juli 2015
(dnr M2015/2754/R, § 220)
Zweeds staatsblad 1. ------IND- 2015 0366 S-- NL- ------ 20150717 --- --- PROJET
Verordening
betreffende rondwormen, insecten en spinachtigen
als bestrijdingsmiddel;
SFS
In druk verschenen
Klik hier om de
datum te vermelden.
uitgevaardigd op Klik hier om de datum in te voegen.
De regering schrijft het volgende voor1.
§ 1 Deze verordening bevat bepalingen betreffende rondwormen, insecten
en spinachtigen als bestrijdingsmiddel.
De verordening wordt meegedeeld uit hoofde van:
– hoofdstuk 14, § 8, van de milieuwet met betrekking tot de
goedkeuring en het gebruik van rondwormen, insecten en
spinachtigen, en
– hoofdstuk 8, § 7, van de grondwet met betrekking tot de overige
bepalingen.
§ 2 De woorden in deze verordening hebben dezelfde betekenis als in
hoofdstuk 14 van de milieuwet.
Eis betreffende de goedkeuring
§ 3 Rondwormen, insecten en spinachtigen moeten zijn goedgekeurd
overeenkomstig deze verordening om deel uit te kunnen maken van
bestrijdingsmiddelen die worden ingevoerd in Zweden vanuit een land
buiten de Europese Unie of de Europese Economische Ruimte, in de handel
worden gebracht of worden gebruikt.
Uitzonderingen
§ 4 De eis betreffende de goedkeuring zoals bepaald in § 3 is niet van
toepassing op rondwormen, insecten of spinachtigen die worden beoordeeld
of deel uitmaken van een middel dat wordt beoordeeld overeenkomstig:
1. Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de
Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van
gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen
79/11/EEG en 91/414/EEG van de Raad, in de formulering overeenkomstig
Verordening (EU) nr. 652/2014 van het Europees Parlement en de Raad, of
1
Vgl. Richtlijn 98/34/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juni 1998
betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische
voorschriften en van regels betreffende diensten van de informatiemaatschappij.
1
SFS
2. Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad
van 22 mei 2012 betreffende het op de markt aanbieden en het gebruik van
biociden, in de formulering overeenkomstig Verordening (EU) nr. 334/2014
van het Europees Parlement en de Raad.
§ 5 De Rijksdienst voor natuur en milieu kan vrijstelling verlenen van de
eis betreffende de goedkeuring zoals bepaald in § 3 voor gebruik voor
onderzoeks- of ontwikkelingsdoeleinden.
Voorwaarden voor de goedkeuring
§ 6 Rondwormen, insecten en spinachtigen mogen uitsluitend worden
goedgekeurd indien ze:
1. vanuit het oogpunt van gezondheids- en milieubescherming
aanvaardbaar zijn, in het bijzonder gelet op de gevolgen voor de biologische
diversiteit, en
2. niet zijn opgenomen op de lijst met invasieve uitheemse soorten die de
Europese Commissie heeft vastgesteld overeenkomstig Verordening (EU)
nr. 1143/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2014
betreffende de preventie en beheersing van de introductie en verspreiding
van invasieve uitheemse soorten.
§ 7 De Rijksdienst voor natuur en milieu kan nadere voorschriften
vaststellen betreffende de voorwaarden voor de goedkeuring zoals bepaald in
§ 6.
Voordat de Rijksdienst voor natuur en milieu dergelijke voorschriften
vaststelt, raadpleegt zij de Inspectiedienst voor chemicaliën en de
Rijkslandbouwdienst.
Procedure voor de goedkeuring
§ 8 Een goedkeuring overeenkomstig § 3 wordt verleend doordat de
Rijksdienst voor natuur en milieu:
1. op eigen initiatief beoordeelt of rondwormen, insecten en spinachtigen
die de Plantenbeschermingsorganisatie voor Europa en het gebied van de
Middellandse Zee heeft opgenomen op haar lijst met aanvaardbare
organismen in bijlage 1 of 2 van norm PM 6/3 (EPPO-lijst) kunnen worden
goedgekeurd, of
2. nadat iemand hierom heeft verzocht, beoordeelt of een rondworm, een
insect of een spinachtige kan worden goedgekeurd.
§ 9 De Rijksdienst voor natuur en milieu zorgt dat zij op de hoogte blijft
van de ontwikkeling van de EPPO-lijst en neemt de maatregelen met
betrekking tot goedkeuring of herbeoordeling, wijziging of intrekking van
een goedkeuring waartoe de EPPO-lijst aanleiding geeft.
§ 10 De Rijksdienst voor natuur en milieu kan voorschriften vaststellen voor
de documentatie en tests die nodig zijn voordat de Rijksdienst voor natuur en
milieu haar beoordeling kan voltooien.
Voordat de Rijksdienst voor natuur en milieu dergelijke voorschriften
vaststelt, raadpleegt zij de Inspectiedienst voor chemicaliën en de
Rijkslandbouwdienst.
2
SFS
§ 11 Voordat de Rijksdienst voor natuur en milieu een goedkeuringsverzoek
beoordeelt, raadpleegt zij de Inspectiedienst voor chemicaliën en de
Rijkslandbouwdienst.
Geldigheidsperiode van de goedkeuring
§ 12 Een goedkeuring is tot nader order geldig.
Lijst met goedgekeurde rondwormen, insecten en spinachtigen
§ 13 De Rijksdienst voor natuur en milieu houdt een lijst bij met
rondwormen, insecten en spinachtigen die op grond van deze verordening
zijn goedgekeurd.
De lijst wordt gepubliceerd op de wijze die geldt voor besluiten en
verordeningen die door de Rijksdienst voor natuur en milieu worden
vastgesteld.
§ 14 Rondwormen, insecten en spinachtigen die zijn opgenomen op de lijst
worden beschouwd als goedgekeurd overeenkomstig deze verordening.
Informatieplicht
§ 15 Informatie over schadelijke effecten zoals bedoeld in hoofdstuk 14,
§ 18, van de milieuwet wordt verstrekt aan de Rijksdienst voor natuur en
milieu.
§ 16 De Rijksdienst voor natuur en milieu kan nadere voorschriften
bekendmaken betreffende de informatieplicht.
Voordat de Rijksdienst voor natuur en milieu dergelijke voorschriften
vaststelt, raadpleegt zij de Inspectiedienst voor chemicaliën en de
Rijkslandbouwdienst.
Herbeoordeling, wijziging en intrekking van de goedkeuring
§ 17 De Rijksdienst voor natuur en milieu kan een goedkeuring opnieuw
beoordelen indien er informatie beschikbaar is die erop wijst dat niet langer
aan de voorwaarden voor een goedkeuring overeenkomstig § 6 wordt
voldaan.
Bij een herbeoordeling van een goedkeuring die is verstrekt na een
aanvraag op grond van § 8, lid 2, kan de Rijksdienst voor natuur en milieu
van de aanvrager verlangen dat deze de voor de herbeoordeling benodigde
informatie verstrekt.
§ 18 De Rijksdienst voor natuur en milieu trekt een goedkeuring van
rondwormen, insecten of spinachtigen in wanneer niet langer aan de in § 6
vermelde voorwaarden voor de goedkeuring wordt voldaan.
Indien een goedkeuring wordt ingetrokken, zal de Rijksdienst voor natuur
en milieu:
1. de aanvrager direct meedelen dat de goedkeuring is ingetrokken, indien
de goedkeuring is verstrekt na een verzoek overeenkomstig § 8, lid 2, en
2. de in § 13 bedoelde lijst bijwerken.
3
SFS
§ 19 Voordat de Rijksdienst voor natuur en milieu een in § 17 of § 18
bedoelde handeling uitvoert, raadpleegt zij de Inspectiedienst voor
chemicaliën en de Rijkslandbouwdienst.
Verspreiding
§ 20 Personen die een bestrijdingsmiddel verspreiden dat geheel of
gedeeltelijk bestaat uit rondwormen, insecten of spinachtigen:
1. doen dat zodanig dat de gezondheid van mensen niet wordt beschadigd
of ander ongemak wordt veroorzaakt en zodanig dat de milieugevolgen zo
klein mogelijk blijven, en
2. nemen maatregelen om te voorkomen dat het organisme zich verspreidt
buiten de beoogde verspreidingsomgeving.
Toezicht en heffingen
§ 21 Bepalingen met betrekking tot het toezicht zijn opgenomen in
hoofdstuk 26 van de milieuwet en in de milieutoezichtsverordening
(2011:13).
Bepalingen
met
betrekking
tot
de
operationele
toezichtsverantwoordelijkheid behorende bij deze verordening zijn
opgenomen in hoofdstuk 2, §§ 19 en 21 van de milieutoezichtsverordening.
§ 22 Bepalingen over heffingen voor beoordelingen en toezicht zijn
opgenomen in verordening (2013:63) betreffende heffingen voor
bestrijdingsmiddelen en in verordening (1998:940) inzake heffingen voor
beoordeling en toezicht overeenkomstig de milieuwet.
Beroep, straffen en verbeuring
§ 23 In hoofdstuk 19, § 1, en hoofdstuk 29 van de milieuwet zijn bepalingen
opgenomen over beroep, straffen en verbeuring.
1. Deze verordening treedt in werking op
2. Middels deze verordening worden de volgende verordeningen
opgeheven:
a) verordening (2000:338) betreffende biocideproducten die rondwormen,
insecten of spinachtigen bevatten, en
b) verordening (2006:1010) betreffende gewasbeschermingsmiddelen die
rondwormen, insecten of spinachtigen bevatten.
2. De opgeheven verordeningen gelden echter nog wel voor de
beoordeling van aanvragen die zijn ingediend voor de datum van
inwerkingtreding.
3. Rondwormen, insecten en spinachtigen die zijn goedgekeurd of die
deel uitmaken van een goedgekeurd bestrijdingsmiddel op grond van de
opgeheven verordeningen worden beschouwd als goedgekeurd op grond van
deze verordening.
Namens de regering
ÅSA ROMSON
4
Egon Abresparr
( )
SFS
5
Download