Ethisch redeneren TOEPASSING EUTHANASIE 4.1 4. Ethisch denken rond het levenseinde van de mens 4.1. Begripsomschrijving van euthanasie Euthanasie wordt in de Belgische wetgeving omschreven als “het opzettelijke levensverkortend handelen door een andere dan de betrokkene op diens verzoek”. 4.2. Wat als de patiënt daar zelf niet meer kan om vragen? De wet stelt dat er dan een wilsverklaring moet zijn. De Belgische euthanasiewetgeving van 28 mei 2002 Wat stelt de wet? Anders gaat het natuurlijk om zelfdoding. Commentaar De euthanasie moet door een arts uitgevoerd worden. De patiënt moet meerderjarig zijn De persoon moet handelingsbekwaam zijn en bewust op het ogenblik van het verzoek Euthanasie op minderjarigen kan dus wettelijk (nog) niet, al gaan er stemmen op om ook dat wettelijk te regelen. Euthanasie kan dus niet toegepast worden bij mensen die hun wil niet kunnen uiten als ze vooraf geen schriftelijke wilsverklaring hebben laten opstellen (zie verder) (bvb. Comapatiënten) Het verzoek tot euthanasie moet vrijwillig, overwogen en herhaald zijn en niet tot stand gekomen door druk van buitenaf Er moet sprake zijn van een medisch uitzichtloze toestand van aanhoudend en ondraaglijk fysiek of psychisch lijden dat niet gelenigd kan worden en het gevolg is van een ernstige en ongeneeslijke, door ongeval of ziekte veroorzaakte aandoening. De arts moet patiënt inlichten over gezondheidstoestand en levensverwachting Cursus godsdienst T5 In de wet wordt niet gesteld dat de aandoening terminaal moet zijn. Euthanasie kan dus uitgevoerd worden op terminale en niet-terminale patiënten. Wel is er een bijzondere regeling voor niet-terminale patiënten. (zie verder). Enerzijds: efficiënte pijnbestrijding kan euthanasie dus overbodig maken. Anderzijds: de definitie is heel rekbaar want euthanasie kan ook toegepast worden in geval van ondraaglijk psychisch lijden. Dit kan heel ruim opgevat worden. De arts is dus verplicht de diagnose mee te delen aan zijn patiënt, hij mag geen informatie verzwijgen, hij moet de levensverwachting met zijn patiënt bespreken. Geert Vervaele Ethisch redeneren TOEPASSING EUTHANASIE Arts moet overleg plegen met de patiënt over Diens euthanasie-verzoek Resterende curatieve mogelijkheden Palliatieve mogelijkheden De patiënt kan ten allen tijde zijn verzoek intrekken. 4.2 De arts moet met zijn patiënt overleggen: Bespreken van het verzoek tot euthanasie Bespreken van eventuele andere behandelingsmogelijkheden De mogelijkheid van palliatieve zorg bespreken De arts moet zich verzekeren van het aanhoudend fysiek en psychisch lijden van de patiënt. De arts moet zich verzekeren van de duurzaamheid van het verzoek. De arts moet andere ‘onafhankelijke en bevoegde arts raadplegen over aandoening en verzoek, die het medisch dossier moet inzien en de patiënt moet onderzoeken. Arts moet overleg plegen met eventueel aanwezig verplegend team. Arts moet, indien de patiënt dit wenst, verzoek bespreken met aangewezen naasten. Arts moet zich ervan verzekeren dat de patiënt over zijn verzoek heeft kunnen spreken met door hem gewenste personen. Wat zegt de wet over de gevallen waarin de patiënt zijn wil niet meer kan uiten? De patiënt moet vooraf schriftelijke een wilsverklaring hebben opgesteld. De wilsverklaring mag niet ouder zijn dan 5 jaar. Als de patiënt zelf de wilsverklaring niet meer kan opstellen, kan hij een meerderjarig persoon die geen enkel materieel belang heeft bij het overlijden van de betrokkene, aanwijzen, die zijn verzoek schriftelijk opstelt in het bijzijn van 2 meerderjarige getuigen. Zo’n wilsverklaring moet ook vermelden dat de betrokkene niet in staat is te tekenen en waarom. De dokter mag alleen de wilsverklaring tot euthanasie uitvoeren als er sprake is van een ernstige en ongeneeslijke, door ongeval of ziekte veroorzaakte aandoening, de patiënt niet meer bij bewustzijn is en deze toestand volgens de stand van de wetenschap onomkeerbaar is. Samen met de euthanasiewet werd de wet over palliatieve zorgen goedgekeurd. Beide werden aan elkaar gekoppeld. Elke patiënt heeft recht op palliatieve zorg. Hoe definieert de wet palliatieve zorg? Het geheel van zorgverlening aan patiënten waarvan de levensbedreigende ziekte niet langer op curatieve therapieën reageert. Voor de begeleiding van deze patiënten bij hun levenseinde is een multidisciplinaire totaalzorg van essentieel belang, zowel op het fysieke, psychische, sociale als morele vlak. Het belangrijkste doel van de palliatieve zorg is deze zieke en zijn naasten een zo groot mogelijke levenskwaliteit en maximale autonomie te bieden. Palliatieve zorg is er op gericht de kwaliteit van het resterende leven van deze patiënt en nabestaanden te waarborgen en te optimaliseren. 4.3. Palliatieve hulpverlening Cursus godsdienst T5 Geert Vervaele Ethisch redeneren etymologische betekenis TOEPASSING EUTHANASIE 4.3 Het woord palliatieve hulpverlening bevat het Latijnse woordje pallium. Dit woord betekent mantel. Palliatieve zorg is dus: mantelzorg: de zieke omringen met goede zorgen, de mantel van menselijke nabijheid omslaan. Wat betekent dit nu concreet? Palliatieve hulpverlening start op het ogenblik dat curatieve behandeling stopt. Curatief komt van het Latijnse werkwoord curare en betekent genezen. D.w.z.: op een bepaald ogenblik kan de zieke niet meer genezen (of beter worden) en begint het stervensproces (de terminale levensfase). Palliatieve zorgen is niet langer gericht op genezing maar op 'levenscomfort' voor de zieke (stervende). Het gaat er niet langer om dagen toe te voegen aan het leven (het leven verlengen), maar om leven toe te voegen aan de dagen (die nog resten) (de kwaliteit van het leven verhogen in de laatste levensdagen/maanden). Zo stopt men alle curatieve behandelingen zoals stralingen, chemotherapie, bloedtransfusies, transplantaties, … omdat deze behandelingen toch geen beterschap meer kunnen brengen. Bovendien zijn deze medische behandelingen zeer belastend (en soms zeer pijnlijk) voor de zieke. Palliatieve hulpverlening kan starten zodra aanvaard wordt dat het sterven nabij komt. De palliatieve hulpverlening is eigenlijk een zorg voor de zieke tot het einde toe. Daarbij zijn 5 principes héél belangrijk. 1. de lichamelijke klachten ernstig nemen en ze verhelpen pijn bestrijden en andere lichamelijke ongemakken nastreven van lichamelijk comfort de vijf belangrijkste principes van de palliatieve hulpverlening 2. zo lang mogelijk de zelfredzaamheid en het zelfbeschikkingsrecht van de zieke waarborgen; alles door de zieke laten doen wat hij/zij nog zelf kan doen en dat op de manier die hij/zij zelf verkiest m.a.w.: streven naar de grootst mogelijke autonomie. 3. de zieke begeleiden in zijn relatie met zijn nabestaanden opvang van de naastbestanden begeleiding bij het afscheid nemen 4. begeleiding van de zieke op psychologisch en spiritueel vlak luisteren, aandacht en zorg voor zinvragen, onmacht, angst, radeloosheid 5. rouwvoorbereiding en –begeleiding voor de nabestaanden 4.4. Ethische grondwaarden bij euthanasie Cursus godsdienst T5 Geert Vervaele Ethisch redeneren TOEPASSING EUTHANASIE 4.4 4.4.1. De ethische grondoptie De beginselethiek leert ons dat het leven de hoogste waarde is. Uiteraard: eerbied voor het leven is dé fundamentele waarde bij uitstek. Respect voor het menselijk leven, in alle situaties, voor alle mensen. Niet alleen voor het leven van gezonde mensen, maar ook van zieke mensen, gehandicapte mensen, bejaarde mensen, demente bejaarden, … stervende mensen. De dood is onlosmakelijk verbonden met het leven. Geboren worden is eigenlijk al naderen tot de dood. Sterven hoort bij het leven, onafscheidelijk. Desondanks ervaren we de dood als een onwaarde. Leven! Daar gaat het om: men sw aard i g l even ! Sterven is de laatste fase in iemands leven. Deze terminale fase maakt integraal deel uit van het leven van de mens. Ook deze laatste levensfase moet menswaardig verlopen. De eth i s ch e gron d op ti e (= f u n d ame n tel e eth i sch e k eu ze) i s d an ook een men s w aard i g l evensei n d e. Ethisch gesproken moet therapeutische hardnekkigheid inderdaad afgewezen worden aangezien het sterven alleen maar nodeloos wordt gerekt1. Ook het stervensproces moet menswaardig kunnen verlopen. Daarom hebben we een verantwoordelijkheid tegenover stervende mensen: nl. d e p l i ch t tot s te rven sb egel ei d i n g. Stervensbegeleiding houdt in dat we de stervende mens nabij zijn tot het einde toe. Stervensbegeleiding vraagt zorg voor de zieke op fysisch vlak, psychisch, sociaal en spiritueel vlak. Op fysisch vlak moet allereerst de pijn bestreden worden en het comfort van de stervende zoveel mogelijk gewaarborgd blijven. Op psychisch vlak moet men een stervende nabij zijn en steunen. In eenzaamheid sterven moet heel erg zijn. Sterven is afstand doen van, loslaten, afscheid nemen van … zijn omgeving, vrienden, familie, zijn geliefden, … Het sociale aspect is belangrijker dan men zou denken. De dood doet de mens ook heel wat zin- en levensvragen stellen. Ook op geestelijk vlak kan de stervende nood hebben aan opvang, steun, begeleiding. Eens de mens op het punt gekomen is dat hij/zij niet meer kan genezen en hij oog in oog komt te staan met de dood, is het dus aangewezen de stervende te begeleiden naar de dood toe. Dit vraagt een andere houding dan de gewone curatieve geneeskunde die gericht is op het genezen en het behandelen van ziekten. De omringende zorg rond de zieke wordt aangeboden in de palliatieve verzorging. Samengevat kunnen we dus stellen dat de fundamentele norm "gij zult eerbied hebben voor het leven" ook inhoudt dat men streeft naar een menswaardig levenseinde van de (stervende) mens. 4.4.2. Zelfbeschikkingsrecht Hoog op de waardeladder staat ook de mor el e au ton omi e van de mens. Wat wil dit zeggen? Dit betekent dat men het eigen geweten van de mens respecteert. Autonomie 1 Onder therapeutische hardnekkigheid verstaat men de medische praktijk waarbij men probeert tot elke prijs zo lang mogelijk het leven in stand te houden. Cursus godsdienst T5 Geert Vervaele Ethisch redeneren TOEPASSING EUTHANASIE 4.5 betekent zelfstandigheid en het morele heeft betrekking op de keuze tussen goed en kwaad. Anders gezegd: ethisch gesproken moet men een gewetensbeslissing van iemand respecteren. Wanneer iemand in eer en geweten een bepaalde keuze maakt, moet men deze keuze respecteren. In hetzelfde verband kan men stellen dat niemand over een andere mens mag oordelen. Het is een onwaarde iemands keuzevrijheid af te nemen. Vrijheid is een grote waarde. Zeker in onze tijd. Wanneer men deze waarde toepast op het onderwerp, houdt dit in dat men moet rekening houden met de wil van de patiënt. Het zel f b esch i k k in gsre ch t van de zieke mens moet gerespecteerd worden. Een vrije mens moet kunnen beslissen over zijn eigen leven. Iemand anders mag niet over iemands leven beslissen. Menselijke vrijheid is echter altijd beperkt of relatief. Niemand kan zijn vrijheid waar maken zonder rekening te houden met anderen. Naast de zieke en/of stervende mens is er de familie (partner, kinderen, …), de arts(en), de hulpverleners, … uiteindelijk is heel de samenleving er bij betrokken. Sommigen gaan zeer ver in die menselijke autonomie. Ze stellen bijvoorbeeld dat iemand volledig vrij over zijn eigen leven moet kunnen beslissen zonder rekening te houden met anderen. Als iemand zijn leven wil beëindigen moet dat kunnen. Wie anders kan over jouw leven beslissen dan jijzelf? Als je er dus een eind wil aan maken, moeten de anderen jouw beslissing respecteren. Aangezien de individuele vrijheid in onze maatschappij hoge toppen scheert, zijn er veel voorstanders van bovengenoemde houding. In de discussie over euthanasie vinden we deze houding terug in de stelling dat iemand vrij moet kunnen bepalen wanneer hij/zij uit het leven stapt. Anderen nemen die menselijke vrijheid niet zo absoluut en vinden dat men ook met andere waarden moet rekening houden. Precies omwille van een verschillende inhoud van die menselijke autonomie, komt men tot andere standpunten inzake euthanasie. Geen medische handeling stellen tegen de wil in van de patiënt is nog iets heel anders dan sowieso gevolg geven aan de wil van de patiënt. In het eerste geval kan een patiënt beslissen af te zien van verdere behandelingen omdat zijn ziekte toch terminaal is. Zou men ingaan tegen de keuze van de patiënt, is er sprake van therapeutische hardnekkigheid. Men kan de wil van de patiënt respecteren en de patiënt begeleiden naar het sterven toe. In het tweede geval zou men moeten helpen bij de keuze van een zieke om te kunnen sterven. Dit kan betekenen dat een arts tussenbeide komt met een medische handeling die het leven van iemand verkort. De Belgische wet voorziet in een vrij ruime interpretatie van het zelfbeschikkingsrecht. Dit komt 1° tot uiting in de omschrijving van euthanasie waar er geen sprake moet zijn van een terminaal stadium in het ziekteproces. Euthanasie kan ook bij niet-terminale patiënten. 2° De patiënt kan via een wilsverklaring euthanasie mogelijk maken in geval hij niet meer handelingsbekwaam zou zijn op het ogenblik dat euthanasie wenselijk is. Cursus godsdienst T5 Geert Vervaele Ethisch redeneren TOEPASSING EUTHANASIE 4.6 4.4.3. Lijden verzachten Pijn lijden, afzien, … zijn onwaarden. Zowel fysiek als psychisch lijden moet men proberen te lenigen. Het is duidelijk dat therapeutische hardnekkigheid ethisch niet verantwoord is. Het is niet menswaardig mensen nodeloos te laten lijden. Ethisch gesproken is het duidelijk dat mensen ervoor moeten zorgen dat ze elkaar niet doen lijden en elkaars lijden zoveel mogelijk moeten lenigen. De ethische vraag is of levensverkortend handelen daarvoor in een bepaalde situatie het enige middel is. Euthanasie maakt een einde aan het leven – feitelijk ‘doodt men een menselijk leven’ – en de ethische vraag is precies wanneer dit verantwoord is en wanneer niet. In de praktijk ligt de palliatieve hulpverlening volledig in het verlengde van de ethische verantwoordelijkheid tegenover de lijdende mens. Het principe is immers: “when it is no longer possible to cure, it is our duty to care!”. Heel de palliatieve zorgverlening is daar immers op afgestemd. [Zie hoger bij de 5 belangrijkste principes van de palliatieve hulpverlening]. Palliatieve hulpverleners vertellen vaak hoe bij een degelijke palliatieve behandeling de vraag naar euthanasie bij (bepaalde) patiënten wegvalt. Euthanasie is – ethisch gesproken – inderdaad altijd de laatste keuze omdat het hoogste goed – het mensenleven zelf- opgeofferd wordt. Alles zal er dus van afhangen welke kwaliteit van leven nog mogelijk is voor de patiënt. Cursus godsdienst T5 Geert Vervaele