Doe schoonheid niet te kort Geografische duiding Van Maashees tot Beers, van zoet naar zure pas, tussen Oeffelt en Beugen, tussen Sam- en Vierlingsbeek. Het lijkt wel of 1000 jaar geleden een reusachtig web over het Maasdal werd gespannen van 100-en km’s heg die op onregelmatige wijze 1000 weitjes omlijsten, a.h.w. de mazen van een net. Ook elders in ons land treffen we langs de grote rivieren wel heggen aan in uiterwaarden, maar nergens staan ze zo dicht op elkaar en spelen ze zo’n dominante rol in het landschap als hier. Zelfs nergens in Europa komt zo’n omvangrijk aaneengesloten heggengebied voor: 20 km lang en 1 km breed en vooral aan de Brabantse kant. (Sorry, Limbo’s.) Hoe te omschrijven? Het hardhout-ooibos dat ons rest Strepen oerwoud, door de boer gespaard Oud, zeldzaam en gaaf Natuurlijk prikkeldraad Besloten en behaaglijk. Wat doen ze? Ter kering van het vee Markering van eigendom Het vangen van goed slib Beteugelen van wind Verstrekken van schaduw Temperen van vorst Maar het zijn vooral: Dragers van bloem en vrucht, een eetbaar landschap … … voor mens en dier, nergens worden bramen zo groot als hier. Ecologie Wat zijn eigenlijk heggen en wat is nou toch een haag? Beschouw een heg als twee tegen elkaar geplakte bosranden, een noordelijke tegen een zuidelijke of een westelijke tegen een oostelijke. Je hebt het hele bos niet meer nodig, als je het beste ervan bewaart! (In een heg natuurlijk.) De flora van het ooibos vond er een toevlucht … gevlekte aronskelk, de tulp uit het bos, gevlekte dovenetel, heggenrank en hop. Het zijn fluwelen struwelen en zelfs sensuele … … denk aan Brigitte Bardot in een bontjas; of zonder, het is dat soort aaibaarheid. Zulke weelderige heggen kunnen alleen aan de Maas liggen en niet aan de Rijn, want Mosa is vrouwelijk en Rhenus is van een mannelijke uitgang. De Romeinen hadden hun ogen ook niet in hun zak zitten! Laat in de uiterwaarden van de Rijn de grote grazers de boel maar kapot trappen - natuur die tegen een stootje kan - wat binnen bereik van de Maas ligt, verdient voorzichtige menselijke penetratie. De heggen zijn op hun mooist in voor- en najaar, met in de lente een witte bloemenpracht, terwijl ze in de herfst rood zien van de bessen. En wat een variatie daarin! Op 100 meter haal je wel 15 soorten houtige gewassen. Ga maar na: meidoorn (de één en tweestijlige), sleedoorn, wegedoorn, Gelderse roos, hondsroos, heggenroos, rode kornoelje, kardinaalsmuts, Spaanse aak, aalbes, kruisbes, gewone vlier, hop, kamperfoelie, bos en heggenrank en in de perceelshoeken de eik en de es, al dan niet geknot. Zo dat was de fine fleur, dan nu de zoogdieren. Het meest aan heggen verknochte zoogdier is wel de das. Het rivierduin is zijn woonst, de heg zijn provisiekast. Nergens zoveel vette pieren, vruchten, kevers, slakken noem maar op. En wat vind je aan vogels in fluwelen struwelen? Struweelvogels natuurlijk! De braamsluiper heeft zijn naam niet gestolen, hetzelfde geldt voor de grasmus. Verder zitten er nog roodstaart, geelgors, koekoek en kneu. En heel veel andere zangertjes, die er voedsel in overvloed vinden. En - zeker zo belangrijk - nestgelegenheid. Groei, geen snoei Tenminste, en nou worden we serieus, als heggen heggen mogen blijven. Of dat anders mogen worden. Er is niks mis met groei, en haaks daarop staat snoei. Snoei heggen niet te vaak! Anders komen ze niet eens tot bloei. Je verspert er de weg mee voor insecten, vogels en das. Snoei niet rigoureus, je krijgt daarvan een kneus. Laat daarentegen 1000 bloemen bloeien! Daar komen insecten op af en bloemen worden vruchten. Houd een heg niet klein, vogels vinden dat niet fijn! Ze vinden er geen ruimte meer om hun nestje te bouwen. Dat is allemaal zo logisch als wat en zou niet eens uitgelegd hoeven te worden. Knippen en scheren doe je maar bij de kapper. Niemand wordt graag kort gehouden. Een lekkere heg kan wel tien jaar zonder u. Richt u zich anders maar tot de bonsai-vereniging. Kathedralen aan de Maas Het eens uiterst fijnmazig heggennet heeft de afgelopen 50 jaar veel geleden. Veel kabels van het net zijn gebroken, de mazen werden groter en het net zwakker. Het visnet is een gatenkaas geworden. De heggen staan de moderne landbouw kennelijk in de weg. Die denkt van: ‘maak plaats, maak plaats, maak plaats, we hebben ongelofelijke haast’. Wat kunnen we hiertegen doen? Hoe kunnen we de heggen redden? Door niet alleen te wijzen op de biologische rijkdom en de landschappelijke fraaiheid, maar vooral op de hoge cultuurwaarde. Die is te vergelijken met die van gotische kathedralen. De Sint Jan van Den Bosch en de Maasheggen van Vierlingsbeek hebben nogal wat overeenkomsten. Uit beide is af te lezen op welke wijze vroegere Brabanders in het leven stonden en gestalte gaven aan de hen omgevende ruimte. Beide kennen een hoge zeldzaamheidswaarde, een grote schoonheid en een hoge ouderdom. De ouderdom van de heggen reikt zelfs dubbel zo ver, gaat terug tot het jaar 1000 terwijl de Sint Jan als gotische kathedraal pas afkwam in 1530, dat is 1000 tegen 500 jaar oud, bingo! En toch wordt de een, de Sint Jan heel anders tegemoet getreden als de ander, het Maasheggengebied. Voor de kerk hebben we, terecht, veel geld over om haar te restaureren en te behouden voor de toekomst. Een bedreiging als zure regen, die de kwetsbare zandsteen van het gebouw aantast, wordt algemeen als een gruwel beschouwd. Geen zinnig mens zal op de gedachte komen om het teruglopende kerkbezoek als argument aan te voeren om het kerkgebouw dan maar te slopen en bijvoorbeeld te vervangen door een subtropisch zwemparadijs, omdat daar toevallig meer vraag naar is. Het langzaam in de tijd en door de mens uit natuurlijke bouwstenen opgebouwde Maasheggengebied staat wél onder de druk en veel minder mensen maken zich daar druk over. En daar zit hem net nou de crux. De noodzaak van het redden van de heggen is een proces, een kwestie van bewustwording, het zit tussen de oren. De film die onlangs in première is gegaan kan daar een belangrijke bijdrage aan leveren.