Welke stoffen zijn kankerverwekkend

advertisement
Welke agentia uit het milieu zijn kankerverwekkend ?
Prof.dr. Marc van Sprundel
Universiteit Antwerpen
Vakgroep Epidemiologie en Sociale Geneeskunde
Campus Drie Eiken, Universiteitsplein 1, 2610 Wilrijk
Tel: 03/820.25.24
fax: 03/820 26 40
Méér dan 90 % van de kankers worden veroorzaakt door externe factoren. Een groot deel
van deze factoren hangt samen met leefstijlfactoren: roken, alcohol, voeding, seksueel
gedrag, blootstelling aan UV-stralen… In een studie uit de jaren 1980 werd voor de
Amerikaanse bevolking de bijdrage aan de kankersterfte van kankerverwekkende agentia uit
het milieu, die voorkomen in de lucht, de bodem en het water, geschat op 2 % (1% - 4 %).
Onderzoek naar oorzaken van kanker start in laboratoria. Chemische stoffen worden gescreend op hun mutageen en kankerverwekkend vermogen in bacteriën, celculturen en
proefdieren. De complexiteit van de carcinogenese maakt onderzoek niet eenvoudig:
chemische stoffen kunnen inwerken op de verschillende fasen van de carcinogenese met
name de initiatie, promotie en progressie. Het bewijs dat een chemische stof effectief kanker
veroorzaakt bij de mens kan maar geleverd worden door epidemiologisch onderzoek op
menselijke bevolkingsgroepen. Epidemiologisch onderzoek kent echter zijn beperkingen. Het
kan associaties vaststellen tussen milieufactoren en het optreden van kanker, wat nog niet
betekent dat het verband oorzakelijk is. Als er nu nog ‘nieuwe’ associaties gevonden worden
liggen de OR’s vaak onder de 5, meestal zelfs onder de 2 (verdubbeling van het risico). De
vaak lange latentietijd die er is tussen blootstelling aan een mogelijks kankerverwekkende
stof en het optreden van kanker, maakt dat er nu veel aandacht gaat naar het opsporen van
merkers die kunnen aanzien worden als vroegtijdige effecten.
Ook in de
kankerepidemiologie is er een verschuiving van de studie van kankermorbiditeit en –
mortaliteit naar moleculaire epidemiologie. Om de merkers van vroegtijdige effecten van
kanker op een verantwoorde manier te kunnen gebruiken, is er nog véél onderzoek nodig,
voornamelijk rond de voorspellende waarde van deze merkers met betrekking tot het
effectief optreden van kanker.
Moeilijkheden bij epidemiologisch onderzoek naar associaties tussen milieufactoren en
gezondheidseffecten zoals kanker liggen op het gebied van het vaststellen van de
blootstelling, het gezondheidseffect met name kanker, het belang van genetische factoren en
individuele gevoeligheid en het belang van verstorende factoren zoals leefstijlfactoren. Als
er al een associatie gevonden wordt tussen milieufactoren en kanker betekent dat nog niet
dat deze associatie causaal is. De criteria die een causaal verband aannemelijk maken,
werden in 1965 al door Hill beschreven.
Het IARC (International Agency for Research on Cancer) heeft ondertussen een 900-tal
agentia beoordeeld met betrekking tot hun kankerverwekkende eigenschappen. Deze
agentia worden ingedeeld in 4 groepen: groep 1 kankerverwekkend bij de mens, groep 2A
waarschijnlijk kankerverwekkend, groep 2B mogelijks kankerverwekkend, groep 3 niet te
klasseren en groep 4 waarschijnlijk niet kankerverwekkend. Een 90-tal agentia zijn
geklasseerd in groep 1. Naast de IARC-classificatie zijn er enkele andere classificaties ontwikkeld door organismen zoals EPA, het National Toxicology Program, NIOSH en de Europese Unie.
Als conclusie kan men stellen dat er méér epidemiologisch onderzoek nodig is om de rol van
een aantal milieufactoren in het ontstaan van kanker uit te klaren, is er onderzoek nodig om
de waarde van biologische monitoring van vroegtijdige effecten van carcinogenese te
onderzoe-ken en moet er meer aandacht gegeven worden aan de strijd tegen bekende
kankerverwek-kende agentia.
Download