Algemene Gegevensbank ECONOMISCHE CLASSIFICATIE Maart 2017 2 INHOUDSOPGAVE INLEIDING DEEL I Lijst van de economische codes van de uitgaven en de ontvangsten van de overheidssector DEEL II Commentaarfiches bij de economische codes DEEL III Bijlagen Bijlage 1: Definitie Onderzoek en Ontwikkeling Bijlage 2: Definitie van de verschillende sectoren Bijlage 3: Gedelegeerde opdrachten Bijlage 4: Boeking van EU-subsidies 3 INLEIDING a. De economische classificatie van januari 2017 is een lichte bijwerking van de economische classificatie van juni 2015. De volgende wijzigingen werden aangebracht: - een verduidelijking werd gedaan op het vlak van de omschrijvingen van de codes 59.30 en 59.60 om de aandacht te vestigen op het feit dat deze codes enkel andere kapitaaloverdrachten betreffen afkomstig van lidstaten van de Europese Unie (59.30) of van niet-lidstaten (59.60). De internationale investeringsbijdragen zijn in feite niet afkomstig van een land maar enkel van overheidsdiensten of internationale instellingen; - - toevoeging van de code 38.60 om de ontvangen subsidies te boeken van overheidsdiensten in het kader van de algemene bepalingen die van toepassing zijn op zowel privéproducenten als op publieke producenten. Deze rubriek bevat namelijk: de verminderingen van werkgeversbijdragen voor bepaalde doelgroepen van de Gemeenschappen en Gewesten toegekend via de RSZ en de DIBISS (voor rekening van de G&G); de federale verminderingen van werkgeversbijdragen voor bepaalde doelgroepen rechtstreeks toegekend door de RSZ; de vrijstellingen van betaling van de bedrijfsvoorheffing ten laste van de FOD Financiën; de subsidies Sociale Maribel toegekend door de RSZ en de DIBISS via het Fonds Sociale Maribel; toevoeging van de twee volgende codes om de prefinancieringen te boeken uitgevoerd door een entiteit in verband met de uitgaven gedaan in het kader van Europese subsidies die nog niet ontvangen werden op het ogenblik van de vereffening van de uitgave: 84.17: prefinanciering in het kader van Europese subsidies 88.17: terugbetaling van de EU in het kader van uitgaven geprefinancierd door de entiteit. 4 b. Herinnering van de basisprincipes van de economische classificatie van juni 2015 (steeds van toepassing voor de economische classificatie van januari 2017) De economische classificatie wordt door de verschillende eenheden van de centrale overheid1 gebruikt om de verschillende verrichtingen betreffende uitgaven en ontvangsten op eenzelfde basis te codificeren. De classificatie is belangrijk vanuit statistisch oogpunt omdat de economische codes berusten op een macro-economische structuur die op het ESR 2010 gebaseerd is2, waarmee het Instituut voor de Nationale Rekeningen de begrotingsverrichtingen van de verschillende entiteiten van de centrale overheid in de overheidsrekening kan integreren. De economische classificatie die tot de begroting van 2014 gebruikt werd was de economische classificatie van maart 2009 gebaseerd op het ESR 95. De classificatie van maart 2009 werd in juni 2015 hoofdzakelijk bijgewerkt om rekening te houden met de implicaties van de overgang van het ESR 95 naar het ESR 2010. Deze bijwerking die "economische classificatie juni 2015" genoemd wordt, werd gebruikt vanaf het begrotingsjaar 2015. Naast een inleiding omvat dit document drie delen. Het eerste deel bestaat uit een lijst met de economische codes, het tweede deel uit de commentaarfiches bij deze codes en het derde deel uit enkele definities. Net als de classificatie van maart 2009 bevat de economische classificatie van juni 2015 tien hoofdgroepen. Deze zijn onderverdeeld in groepen, subgroepen en uiteindelijk economische codes. 1 De centrale overheid bestaat uit de federale overheid, de gemeenschappen, de gewesten en de gemeenschapscommissies. 2 Het ESR 2010 werd door het Europees Parlement goedgekeurd op 13 maart 2013 en wordt vervat in de Verordening (EU) nr. 549/2013 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het Europees systeem van nationale en regionale rekeningen in de Europese Unie, die gepubliceerd werd in het Publicatieblad van de Europese Unie van 26 juni 2013. Het ESR 2010 werd voor het eerst toegepast op de gegevens die op 1 september 2014 aan Eurostat moesten worden overgemaakt. 5 De economische code is ontworpen volgens het decimaal stelsel en bevat vier cijfers. Het eerste cijfer duidt de hoofdgroep aan waartoe de verrichting behoort. De classificatie bevat tien hoofdgroepen: - de hoofdgroepen 0 tot 4 betreffen de lopende verrichtingen; de hoofdgroepen 5 tot 8 betreffen de kapitaalverrichtingen; hoofdgroep 9 betreft de verrichtingen inzake de overheidsschuld andere dan interestlasten. Hoofdgroep Uitgaven Ontvangsten 0 NIET-VERDEELDE UITGAVEN NIET-VERDEELDE ONTVANGSTEN 1 LOPENDE UITGAVEN VOOR GOEDEREN EN DIENSTEN LOPENDE ONTVANGSTEN VAN GOEDEREN EN DIENSTEN 2 RENTEN EN INKOMSTEN UIT EIGENDOM RENTEN EN INKOMSTEN UIT EIGENDOM 3 INKOMENSOVERDRACHTEN AAN ANDERE SECTOREN INKOMENSOVERDRACHTEN VAN ANDERE SECTOREN 4 INKOMENSOVERDRACHTEN BINNEN DE OVERHEIDSSECTOR INKOMENSOVERDRACHTEN BINNEN DE OVERHEIDSSECTOR 5 KAPITAALOVERDRACHTEN AAN ANDERE SECTOREN KAPITAALOVERDRACHTEN VAN ANDERE SECTOREN 6 KAPITAALOVERDRACHTEN BINNEN DE OVERHEIDSSECTOR KAPITAALOVERDRACHTEN BINNEN DE OVERHEIDSSECTOR 7 INVESTERINGEN DESINVESTERINGEN 8 KREDIETVERLENINGEN EN DEELNEMINGEN; ANDERE FINANCIËLE PRODUKTEN KREDIETAFLOSSINGEN EN VEREFFENINGEN VAN DEELNEMINGEN; ANDERE FINANCIËLE PRODUKTEN 9 OVERHEIDSSCHULD OVERHEIDSSCHULD Het tweede cijfer duidt de groep aan. Als het tweede cijfer kleiner is dan 6, betreft de begrotingsverrichting een uitgave. Is het gelijk aan of hoger dan 6, dan gaan het om een ontvangst. Het derde en vierde cijfer duiden de subgroep aan. Ze bieden meer gedetailleerde informatie die voor de statistieken interessant kan zijn en de consolidatie eventueel kan vergemakkelijken. 6 c. Voornaamste wijzigingen in vergelijking met de economische classificatie van maart 2009 1) Codes 12.11 en 74.22 De codes 12.11 en 74.22 op zich worden niet gewijzigd maar de limiet van 500 euro voor de aankoop van klein gereedschap verdwijnt. Er wordt bijgevolg geen limiet meer gesteld om de aankoop van een goed als een vast actief te beschouwen. Om een aankoop als een investering te kunnen beschouwen (economische code 74.22) moet het aangekochte goed langer dan een jaar in het productieproces gebruikt worden. Het ESR 2010 voorziet echter in een uitzondering voor de aankoop van klein kantoormaterieel en kleine goedkope handwerktuigen, die ook als consumptie mag worden beschouwd. De aankoop van goedkoop klein kantoormaterieel, zoals zakrekenmachientjes, gsm’s, USB-sticks, GPStoestellen en kleine goedkope handwerktuigen, zoals zagen, spades, messen, bijlen, hamers, schroevendraaiers, klein laboratoriummaterieel, enz. moet dan ook als consumptie beschouwd worden en dient bijgevolg aangerekend te worden op een economische code 12.11. De aankoop van goederen die niet als klein goedkoop materieel beschouwd worden en die langer dan een jaar gebruikt worden, dient als investering aangerekend te worden (economische code 74.22) en zal worden opgenomen in de balans van de instelling. 2) Onderzoek en ontwikkeling (zie definitie van het INR in bijlage 1) In het ESR 2010 worden de aankopen inzake onderzoek en ontwikkeling in de vorm van onderzoekscontracten niet meer als lopende aankopen van goederen en diensten beschouwd. Ze worden voortaan als investeringen beschouwd (nieuwe economische code 74.80), indien de overheidsdienst eigenaar wordt van de resultaten, of als overdracht van inkomsten (hoofdgroepen 3 of 4 naargelang van de begunstigde van de uitgave) indien dit niet het geval is. De boekingswijze van onderzoeken of studies uitgevoerd voor eigen rekening verandert niet. Deze onderzoeken en studies moeten niet bij de economische groep 74 geboekt worden maar nog steeds bij de werking van de overheidsdienst (personeels-, werkingskosten). 3) Codes 13.00 en 74.70 De code 13.00 (aankoop van duurzame militaire goederen) wordt afgeschaft en vervangen door code 74.70 (kapitalisatie van de aankopen van duurzame militaire goederen). De aankopen van duurzame militaire goederen worden aangerekend onder code 74.70. Deze aankopen werden in de classificatie van maart 2009 ondergebracht in de economische code 13 (die in de classificatie van juni 2015 afgeschaft werd). Het gaat dus om de oorlogswapens en het materiaal om ze af te vuren, terwijl (zoals reeds het geval was in de economische classificatie van maart 2009) de verwerving van goederen die analoog zijn met deze uit de burgersector (bijvoorbeeld luchthavens, wegen, ziekenhuizen, vrachtwagens, transportvliegtuigen, jeeps...) aangerekend worden onder de andere overeenkomende codes 7. Het gaat om de aankoop van gronden en gebouwen (71.xx), de nieuwbouw van gebouwen (72.00), wegen- en waterbouwkundige werken (73.xx) en de verwerving van overige investeringsgoederen (74.22). 4) Codes 17.00 en 77.70 De verkoop van duurzame militaire goederen wordt aangerekend onder code 77.70. Deze verkopen werden in de classificatie van maart 2009 ondergebracht onder de economische code 17 (die in de classificatie van juni 2015 afgeschaft werd). 7 5) Codes 21.xx en 26.xx; 81.70 en 86.70: intereststromen verbonden aan SWAPS De 'interest'-stromen verbonden aan de SWAP-verrichtingen moeten niet meer als interesten beschouwd worden en moeten dus niet meer aangerekend worden onder de groepen 21 (uitgaven) of 26 (ontvangsten), maar onder de codes 81.70 (uitgaven) en 86.70 (ontvangsten). 6) Code 21.60: andere rente In de economische classificatie van maart 2009 waren er geen passende codes om interestlasten andere dan op overheidsschuld, commerciële schulden en financiële leasings aan te rekenen. De code 21.60 werd dus aangemaakt om die 'andere rente' aan te rekenen. Voorbeelden: - verwijlinteresten andere dan op commerciële schulden - gerechtelijke interesten - interesten op fiscale vorderingen (bijvoorbeeld: een vennootschap die deel uitmaakt van de overheidssector (S.13) moet verwijlinteresten op belastingen betalen) 7) Code 25.00: uitbetaalde dividenden Deze code zal gebruikt worden om de dividenden uitgekeerd door een vennootschap die deel uitmaakt van de overheidssector (S.13) aan te rekenen. Voorbeeld: dividenden uitgekeerd door de Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij en de regionale investeringsmaatschappijen (bv. Limburgse reconversiemaatschappij, …). 8) Code 27.xx en 28.20 Alle dividenden ontvangen door een eenheid van de overheidssector moeten geboekt worden onder de code 28.20. Er was inderdaad soms verwarring met betrekking tot de code die gebruikt moest worden voor de ontvangen dividenden (code 27 of 28.20). De code 27.xx betreffende de exploitatiewinsten van overheidsbedrijven verdwijnt dus. 9) Code 31.40: vermindering van werkgeversbijdragen voor bepaalde doelgroepen Zie detail in de fiche in verband met code 31.40. 10) Codes 43.31 tot 43.36 en codes 63.31 en 63.32 Met het oog op de consolidatie benadrukt het INR dat alle tegenpartijen duidelijk geïdentificeerd moeten zijn op het vlak van de overdrachtcodes. De codes 43.31 tot 43.36 en de codes 63.31 en 63.32 werden gebruikt voor lopende of kapitaaloverdrachten die niet uitgesplitst waren naar de gemeenten en provincies. Deze codes worden afgeschaft. 11) Codes 43.5x en 63.5x Om de tegenpartijen duidelijk te identificeren bij de overdrachten naar de lokale overheden werd de structuur van de codes 43.5x en 63.5x (lopende of kapitaaloverdrachten aan overige lokale overheden) gewijzigd. Bij de overdrachten naar de intercommunales moeten alleen de overdrachten naar de intercommunales die door het INR tot de sector S.1313 gerekend worden (lokale overheden) 8 onder de codes 43.53 (lopende overdrachten) of 63.53 (kapitaaloverdrachten) aangerekend worden. 43.51 43.52 43.53 43.54 43.59 Politiezones OCMW's Intercommunales van de sector S.1313 Hulpverleningszones Overige lokale overheden 63.51 63.52 63.53 63.54 63.59 Politiezones OCMW's Intercommunales van de sector S.1313 Hulpverleningszones Overige lokale overheden 12) Codes 45.xx en 65.xx Steeds om de tegenpartijen te identificeren, werd de structuur van de groepen 45 en 65 gewijzigd om bij een lopende of kapitaaloverdracht de begunstigde entiteit duidelijk te kunnen identificeren in de economische code. 45 Inkomensoverdrachten aan andere institutionele groepen (federale overheid, gemeenschappen, gewesten, gemeenschapscommissies) Inkomensoverdrachten aan de gemeenschapscommissies 45.1 45.11 Franse Gemeenschapscommissie 45.12 Vlaamse Gemeenschapscommissie 45.13 Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie 45.2 Inkomensoverdrachten aan de gemeenschappen 45.24 Franse Gemeenschap 45.25 Vlaamse Gemeenschap (*) 45.26 Duitstalige Gemeenschap 45.3 Inkomensoverdrachten aan de gewesten 45.34 Waals Gewest 45.35 Brussels Hoofdstedelijk Gewest 45.4 Inkomensoverdrachten aan de federale overheid 45.40 45.5 Inkomensoverdrachten aan interregionale eenheden 45.50 65 Interregionale eenheden Kapitaaloverdrachten aan andere institutionele groepen (federale overheid, gemeenschappen, gewesten, gemeenschapscommissies) Kapitaaloverdrachten aan de gemeenschapscommissies 65.1 65.11 Franse Gemeenschapscommissie 65.12 Vlaamse Gemeenschapscommissie 65.13 Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie 65.2 65.3 Federale overheid Kapitaaloverdrachten aan de gemeenschappen 65.24 Franse Gemeenschap 65.25 Vlaamse Gemeenschap (*) 65.26 Duitstalige Gemeenschap Kapitaaloverdrachten aan de gewesten 9 65.34 Waals Gewest 65.35 Brussels Hoofdstedelijk Gewest 65.4 Kapitaaloverdrachten aan de federale overheid 65.40 65.5 Federale overheid Kapitaaloverdrachten aan interregionale eenheden 65.50 Interregionale eenheden (*) Vlaams Gewest inbegrepen. 13) Codes 48.5x en 68.5x: lopende of kapitaaloverdrachten vanuit de overige lokale overheden Zie codes 43.xx en 63.xx 14) Codes 49.xx en 69.xx: lopende of kapitaaloverdrachten vanuit andere entiteiten Zie codes 45.5x en 65.5x 15) Codes 85.6x: deelnemingen binnen de overheidssector De codes 85.61 tot 85.65 zijn nieuwe codes. In de vorige classificatie was er geen code om de deelnemingen binnen de overheidssector te boeken. Het kan bijvoorbeeld gaan om een deelneming in een vennootschap die met de overheidssector geconsolideerd moet worden. De codes 85.6x worden als volgt onderverdeeld: 85.6 Deelnemingen binnen de overheidssector 85.61 Binnen de institutionele groep 85.62 Sociale Zekerheid 85.63 Lokale overheden 85.64 Gesubsidieerd autonoom onderwijs 85.65 Andere institutionele groepen 16) Codes 89.6x: ontvangsten uit deelnemingen of uit de vereffening van deelnemingen binnen de overheidssector Deze codes zullen gebruikt worden voor de ontvangsten van deelnemingen verkregen door een vennootschap die deel uitmaakt van de overheidssector van een eenheid die deel uitmaakt van de overheidssector aan te rekenen. Deze codes zullen eveneens gebruikt worden voor de ontvangsten uit de vereffening van deelnemingen in een vennootschap die deel uitmaakt van de overheidssector. 89.6 Vereffeningen van deelnemingen binnen de overheidssector 89.61 Binnen de institutionele groep 89.62 Sociale Zekerheid 89.63 Lokale overheden 89.64 Gesubsidieerd autonoom onderwijs 89.65 Andere institutionele groepen 10 17) Investeringen uitgevoerd in eigen beheer Nieuwe economische codes werden aangemaakt om de investeringen uitgevoerd voor eigen rekening te boeken. Het gebruik van deze codes is enkel facultatief. Enkel eenheden die dergelijke verrichtingen in hun jaarrekening boeken, moeten deze codes gebruiken. Werken in eigen beheer komen overeen met vaste activa die de eenheid voor zichzelf aanmaakt. Haar personeel voert deze werkzaamheden uit met materiaal dat zij aankoopt. Deze vaste activa worden geboekt (code 19) door hun productiekosten op te tellen; deze worden steeds geboekt als uitgaven en komen overeen met de personeelskosten (codes 11.xx), plus de kostprijs van de grondstoffen en de andere productiekosten (codes 12.xx), met uitsluiting van de financiële kosten. Er wordt een investering op het actief geboekt als tegenboeking van de code 19.00. Volgende codes gelden voor de investeringen: 72.9 Werken in onroerende staat uitgevoerd in eigen beheer Bijv.: het personeel van de vennootschap bouwt een niet-residentieel gebouw 73.9 Infrastructuurwerken uitgevoerd in eigen beheer Bijv.: het personeel van de vennootschap legt een weg aan, voert er grote herstellingen aan uit of legt terreinen aan 74.9 Roerende investeringen uitgevoerd in eigen beheer Bijv.: het personeel van de vennootschap vervangt een motor in een voertuig, ontwikkelt een programmatuur of legt een gegevensbank aan 18) Voorraadbeheer De codes 75.00 (voorraadtoename) en 78.00 (voorraadverminderingen) worden gebruikt voor het voorraadbeheer. Het gaat om alle voorraden die een eenheid kan aanleggen: voorraden voor spoedeisende gevallen en normale voorraden van goederen; de vennootschap kan deze gebruiken voor haar normale werking of het kan gaan om voorraden van duurzame roerende goederen. We herinneren eraan dat aankopen van goederen naargelang van het geval worden geboekt als aankopen van niet-duurzame goederen (code 12) of als aankopen van duurzame roerende goederen (code 74). Deze boekingen moeten vervolgens worden gecorrigeerd met de bedragen in voorraad of afgenomen op de voorraden. Als de verrichtingen op de voorraden niet worden geboekt op bruto- maar op nettobasis wordt een toename van de voorraden geboekt onder code 75.00 en een afname onder code 78.00 (zie voorbeeld in de overeenkomstige fiches). Het gebruik van deze codes is facultatief. Enkel eenheden die dergelijke verrichtingen in hun jaarrekening boeken, moeten deze codes gebruiken. 11 12 DEEL I LIJST VAN DE ECONOMISCHE CODES VAN DE UITGAVEN EN DE ONTVANGSTEN VAN DE OVERHEIDSSECTOR 13 0 NIET-VERDEELDE UITGAVEN EN ONTVANGSTEN UITGAVEN Groep/ Code Subgroep Omschrijving 01 Uitgaven te verdelen over de hoofdgroepen 1 tot en met 9 Niet verdeeld Niet gebruikt Interne verrichtingen Diverse interne verrichtingen Verrekeningen met andere dienstjaren Annuïteiten met betrekking tot financiële leasings Annuïteiten met betrekking tot financiële leasings 01.00 02 03 03.10 03.20 04 04.00 ONTVANGSTEN Groep/ Code Subgroep Omschrijving 06 Ontvangsten te verdelen over de hoofdgroepen 1 tot en met 9 Ontvangsten te verdelen over de hoofdgroepen 1 tot en met 9 Niet gebruikt Interne verrichtingen Diverse interne verrichtingen Verrekeningen met andere dienstjaren 06.00 07 08 08.10 08.20 14 1 LOPENDE UITGAVEN VOOR EN ONTVANGSTEN VAN GOEDEREN EN DIENSTEN UITGAVEN Groep/ Code Subgroep Omschrijving 11 Lonen en sociale lasten Eigenlijke lonen Bezoldiging volgens weddeschalen Overige bezoldigingselementen Sociale bijdragen ten laste van de werkgevers, afgedragen aan instellingen of fondsen Sociale bijdragen ten laste van de werkgevers, afgedragen aan instellingen of fondsen Overige sociale lasten van de werkgever Directe toelagen Doorbetaling van loon Pensioenen van het overheidspersoneel Lonen in natura Lonen in natura Aankoop van niet-duurzame goederen en diensten Algemene werkingskosten vergoed aan andere sectoren dan de overheidssector Algemene werkingskosten Huurgelden van gebouwen Algemene werkingskosten vergoed binnen de overheidssector Algemene werkingskosten Huurgelden van gebouwen Niet gebruikt Niet gebruikt Belastingen betaald aan subsectoren van de overheidssector Belastingen betaald aan subsectoren van de overheidssector Niet gebruikt Herstel en niet-waardevermeerderend onderhoud van wegen- en waterbouwkundige werken Kosten vergoed aan andere sectoren dan de overheidssector Kosten vergoed binnen de overheidssector 11.1 11.11 11.12 11.2 11.20 11.3 11.31 11.32 11.33 11.4 11.40 12 12.1 12.11 12.12 12.2 12.21 12.22 12.3 12.4 12.5 12.50 13 14 14.10 14.20 ONTVANGSTEN Groep/ Code Subgroep Omschrijving 16 Verkoop van niet-duurzame goederen en diensten Verkoop van niet-duurzame goederen en diensten aan andere sectoren dan de overheidssector Aan bedrijven Aan vzw's ten behoeve van de gezinnen en aan gezinnen Aan het buitenland Verkoop van niet-duurzame goederen en diensten binnen de overheidssector Verkoop van niet-duurzame goederen en diensten binnen de overheidssector Niet gebruikt Ontvangsten afkomstig van wegen- en waterbouwkundige werken Ontvangsten van andere sectoren dan de overheidssector Ontvangsten binnen de overheidssector Productie van investeringsgoederen in eigen beheer Productie van investeringsgoederen in eigen beheer 16.1 16.11 16.12 16.13 16.2 16.20 17 18 18.10 18.20 19 19.00 15 2 RENTEN EN INKOMSTEN UIT EIGENDOM UITGAVEN Groep/ Code Subgroep Omschrijving 21 Interestlasten Interestlasten op overheidsschuld in euro Interestlasten op overheidsschuld in vreemde valuta Interestlasten op schuld binnen de overheidssector Rente op commerciële schuld Rente op financiële leasings Andere rente Niet gebruikt Niet gebruikt Huurgelden van gronden Betalingen aan andere sectoren dan de overheidssector Betalingen binnen de overheidssector Uitbetaalde dividenden 21.10 21.20 21.30 21.40 21.50 21.60 22 23 24 25 24.10 24.20 25.00 ONTVANGSTEN Groep/ Code Subgroep Omschrijving 26 Rente van overheidsvorderingen Rente-ontvangsten van andere sectoren dan de overheidssector Rente-ontvangsten binnen de overheidssector Niet gebruikt Overige opbrengsten uit vermogen Concessies Ontvangen dividenden Huurgelden van gronden 26.10 26.20 27 28 28.10 28.20 28.30 16 3 INKOMENSOVERDRACHTEN AAN EN VAN ANDERE SECTOREN UITGAVEN Groep/ Code Subgroep Omschrijving 31 Exploitatiesubsidies Rentesubsidies Rentesubsidies aan overheidsbedrijven Rentesubsidies aan andere bedrijven Overige exploitatiesubsidies aan overheidsbedrijven Prijssubsidies aan overheidsbedrijven Overige exploitatiesubsidies aan overheidsbedrijven Overige exploitatiesubsidies aan andere producenten dan overheidsbedrijven Prijssubsidies aan andere producenten dan overheidsbedrijven Overige exploitatiesubsidies aan andere producenten dan overheidsbedrijven Vermindering van werkgeversbijdragen voor bepaalde doelgroepen Vermindering van werkgeversbijdragen voor bepaalde doelgroepen Inkomensoverdrachten, die geen exploitatiesubsidies zijn, aan bedrijven en financiële instellingen Inkomensoverdrachten, die geen exploitatiesubsidies zijn, aan bedrijven en financiële instellingen Inkomensoverdrachten aan vzw's ten behoeve van de gezinnen Inkomensoverdrachten aan vzw's ten behoeve van de gezinnen Inkomensoverdrachten aan gezinnen Weduwen- en wezenpensioenen van het overheidspersoneel Weduwen- en wezenpensioenen van het overheidspersoneel Oorlogspensioenen Oorlogspensioenen Overige sociale uitkeringen Geldelijke uitkeringen Uitkeringen in natura Overige uitkeringen aan gezinnen als verbruikers Geldelijke uitkeringen Uitkeringen in natura Overige uitkeringen aan gezinnen als producenten Overige uitkeringen aan gezinnen als producenten Inkomensoverdrachten aan het buitenland Aan EU-instellingen Aan lidstaten van de EU (overheden) Aan lidstaten van de EU (niet-overheden) Aan internationale instellingen andere dan de EU-instellingen Aan landen andere dan de lidstaten van de EU (overheden) Aan landen andere dan de lidstaten van de EU (niet-overheden) 31.1 31.11 31.12 31.2 31.21 31.22 31.3 31.31 31.32 31.4 31.40 32 32.00 33 33.00 34 34.1 34.10 34.2 34.20 34.3 34.31 34.32 34.4 34.41 34.42 34.5 34.50 35 35.10 35.20 35.30 35.40 35.50 35.60 ONTVANGSTEN Groep/ Code Subgroep Omschrijving 36 Indirecte belastingen en heffingen Invoerrechten Accijnzen en andere verbruiksbelastingen Belasting op de toegevoegde waarde Registratierechten Winsten van fiscale overheidsmonopolies of van openbare bedrijven met een monopolistisch karakter Verkeersbelasting Milieuheffingen Heffingen en belastingen op onroerende goederen, met uitzondering van de onroerende voorheffing Diverse belastingen 36.10 36.20 36.30 36.40 36.50 36.60 36.70 36.80 36.90 17 ONTVANGSTEN Groep/ Code Subgroep Omschrijving 37 Directe belastingen en bijdragen gestort aan de socialezekerheidsinstellingen Directe belastingen ten laste van bedrijven, kredietinstellingen en verzekeringsmaatschappijen Directe belastingen ten laste van gezinnen en vzw's ten behoeve van de gezinnen Socialezekerheidsbijdragen ten laste van werkgevers - overheid Socialezekerheidsbijdragen ten laste van andere werkgevers Socialezekerheidsbijdragen ten laste van werknemers Bijdragen voor het Fonds voor Overlevingspensioenen Andere verplichte bijdragen Overige inkomensoverdrachten van bedrijven, financiële instellingen, vzw's ten behoeve van de gezinnen en van gezinnen en ontvangen subsidies Van bedrijven Van kredietinstellingen Van verzekeringsmaatschappijen Van vzw's ten behoeve van de gezinnen Van gezinnen Ontvangen subsidies Inkomensoverdrachten van het buitenland Van EU-instellingen Van lidstaten van de EU (overheden) Van lidstaten van de EU (niet-overheden) Van internationale instellingen andere dan de EU-instellingen Van landen andere dan de lidstaten van de EU (overheden) Van landen andere dan de lidstaten van de EU (niet-overheden) 37.10 37.20 37.30 37.40 37.50 37.60 37.70 38 38.10 38.20 38.30 38.40 38.50 38.60 39 39.10 39.20 39.30 39.40 39.50 39.60 18 4 INKOMENSOVERDRACHTEN BINNEN DE OVERHEIDSSECTOR UITGAVEN Groep/ Code Subgroep Omschrijving 41 Inkomensoverdrachten binnen een institutionele groep Aan de institutionele overheid Aan niet-organieke begrotingsfondsen Aan administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie (ADBA) Aan administratieve openbare instellingen (AOI) Aan onderwijsinstellingen van de institutionele overheid Aan vzw's van de overheid Aan andere eenheden van de overheid Inkomensoverdrachten aan de socialezekerheidsinstellingen Ouderdom, overlijden, nabestaanden Ziekte Invaliditeit en handicap Werkloosheid Gezinslasten Arbeidsongevallen en beroepsziekten Beroepsopleiding voor volwassenen Globale rijkstoelage aan de sociale zekerheid Overige inkomensoverdrachten aan de socialezekerheidsinstellingen Inkomensoverdrachten aan lokale overheden Aan provincies Algemene bijdragen Specifieke bijdragen Bijdragen voor rentelasten Bijdragen voor lonen van het onderwijzend personeel Bijdragen voor rustpensioenen van het onderwijzend personeel Bijdragen voor overige werkingskosten van het onderwijs Aan gemeenten Algemene bijdragen Specifieke bijdragen Bijdragen voor rentelasten Bijdragen voor lonen van het onderwijzend personeel Bijdragen voor rustpensioenen van het onderwijzend personeel Bijdragen voor overige werkingskosten van het onderwijs Niet gebruikt Aan vzw's van de lokale overheden Aan vzw's van de lokale overheden Aan overige lokale overheden Politiezones OCMW's Intercommunales van de sector S.1313 Hulpverleningszones Overige lokale overheden Inkomensoverdrachten aan het gesubsidieerd autonoom onderwijs Bijdragen voor lonen van het onderwijzend personeel Bijdragen voor rustpensioenen van het onderwijzend personeel Bijdragen voor overige werkingskosten van het onderwijs Bijdragen voor rentelasten van het onderwijs 41.10 41.20 41.30 41.40 41.50 41.60 41.70 42 42.10 42.20 42.30 42.40 42.50 42.60 42.70 42.80 42.90 43 43.1 43.11 43.12 43.13 43.14 43.15 43.16 43.2 43.21 43.22 43.23 43.24 43.25 43.26 43.3 43.4 43.40 43.5 43.51 43.52 43.53 43.54 43.59 44 44.10 44.20 44.30 44.40 19 UITGAVEN Groep/ Code Subgroep Omschrijving 45 Inkomensoverdrachten aan andere institutionele groepen (federale overheid, gemeenschappen, gewesten, gemeenschapscommissies) Inkomensoverdrachten aan de gemeenschapscommissies Franse Gemeenschapscommissie Vlaamse Gemeenschapscommissie Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie Inkomensoverdrachten aan de gemeenschappen Franse Gemeenschap Vlaamse Gemeenschap Duitstalige Gemeenschap Inkomensoverdrachten aan de gewesten Waals Gewest Brussels Hoofdstedelijk Gewest Inkomensoverdrachten aan de federale overheid Federale overheid Inkomensoverdrachten aan interregionale eenheden Interregionale eenheden 45.1 45.11 45.12 45.13 45.2 45.24 45.25 45.26 45.3 45.34 45.35 45.4 45.40 45.5 45.50 ONTVANGSTEN Groep/ Code Subgroep Omschrijving 46 Inkomensoverdrachten binnen een institutionele groep Van de institutionele overheid Van niet-organieke begrotingsfondsen Van administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie (ADBA) Van administratieve openbare instellingen (AOI) Van onderwijsinstellingen van de institutionele overheid Van vzw's van de overheid Van andere eenheden van de overheid Inkomensoverdrachten van de socialezekerheidsinstellingen Ouderdom, overlijden, nabestaanden Ziekte Invaliditeit en handicap Werkloosheid Gezinslasten Arbeidsongevallen en beroepsziekten Beroepsopleiding voor volwassenen Overige inkomenoverdrachten van de socialezekerheidsinstellingen Inkomensoverdrachten van lokale overheden Van provincies Algemene bijdragen Specifieke bijdragen Van gemeenten Algemene bijdragen Specifieke bijdragen Niet gebruikt Van vzw's van de lokale overheden Van vzw's van de lokale overheden Van overige lokale overheden Politiezones OCMW's Intercommunales van de sector S.1313 Hulpverleningszones Overige lokale overheden 46.10 46.20 46.30 46.40 46.50 46.60 46.70 47 47.10 47.20 47.30 47.40 47.50 47.60 47.70 47.80 48 48.1 48.11 48.12 48.2 48.21 48.22 48.3 48.4 48.40 48.5 48.51 48.52 48.53 48.54 48.59 20 ONTVANGSTEN Groep/ Code Subgroep Omschrijving 49 Inkomensoverdrachten van andere institutionele groepen (federale overheid, gemeenschappen, gewesten, gemeenschapscommissies) Inkomensoverdrachten van de gemeenschapscommissies Franse Gemeenschapscommissie Vlaamse Gemeenschapscommissie Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie Inkomensoverdrachten van de gemeenschappen Franse Gemeenschap Vlaamse Gemeenschap Duitstalige Gemeenschap Inkomensoverdrachten van de gewesten Waals Gewest Brussels Hoofdstedelijk Gewest Inkomensoverdrachten van de federale overheid Federale overheid Inkomensoverdrachten van interregionale eenheden Interregionale eenheden 49.1 49.11 49.12 49.13 49.2 49.24 49.25 49.26 49.3 49.34 49.35 49.4 49.40 49.5 49.50 21 5 KAPITAALOVERDRACHTEN AAN EN VAN ANDERE SECTOREN UITGAVEN Groep/ Code Subgroep Omschrijving 51 Kapitaaloverdrachten aan bedrijven en financiële instellingen Investeringsbijdragen Investeringsbijdragen aan overheidsbedrijven Investeringsbijdragen aan privébedrijven Overige kapitaaloverdrachten aan bedrijven Overige kapitaaloverdrachten aan overheidsbedrijven Overige kapitaaloverdrachten aan privébedrijven Overige kapitaaloverdrachten aan kredietinstellingen Overige kapitaaloverdrachten aan kredietinstellingen Overige kapitaaloverdrachten aan verzekeringsmaatschappijen Overige kapitaaloverdrachten aan verzekeringsmaatschappijen Kapitaaloverdrachten aan vzw's ten behoeve van de gezinnen Investeringsbijdragen aan vzw's ten behoeve van de gezinnen Overige kapitaaloverdrachten aan vzw's ten behoeve van de gezinnen Kapitaaloverdrachten aan gezinnen Investeringsbijdragen aan gezinnen Overige kapitaaloverdrachten aan gezinnen Kapitaaloverdrachten aan het buitenland Aan EU-instellingen: investeringsbijdragen Aan EU-instellingen: overige kapitaaloverdrachten Aan lidstaten van de EU (overheden): investeringsbijdragen Aan lidstaten van de EU (overheden): overige kapitaaloverdrachten Aan lidstaten van de EU (niet-overheden): investeringsbijdragen Aan lidstaten van de EU (niet-overheden): overige kapitaaloverdrachten Aan internationale instellingen andere dan de EU-instellingen: investeringsbijdragen Aan internationale instellingen andere dan de EU-instellingen: overige kapitaaloverdrachten Aan landen andere dan de lidstaten van de EU (overheden): investeringsbijdragen Aan landen andere dan de lidstaten van de EU (overheden): overige kapitaaloverdrachten Aan landen andere dan de lidstaten van de EU (niet-overheden): investeringsbijdragen Aan landen andere dan de lidstaten van de EU (niet-overheden): overige kapitaaloverdrachten 51.1 51.11 51.12 51.2 51.21 51.22 51.3 51.30 51.4 51.40 52 52.10 52.20 53 53.10 53.20 54 54.11 54.12 54.21 54.22 54.31 54.32 54.41 54.42 54.51 54.52 54.61 54.62 ONTVANGSTEN Groep/ Code Subgroep Omschrijving 56 Vermogensheffingen Van bedrijven Van kredietinstellingen Van verzekeringsmaatschappijen Van vzw's ten behoeve van de gezinnen Van gezinnen Kapitaaloverdrachten van bedrijven en financiële instellingen (exclusief vermogensheffingen) Niet gebruikt Overige kapitaaloverdrachten van bedrijven Overige kapitaaloverdrachten van kredietinstellingen Overige kapitaaloverdrachten van verzekeringsmaatschappijen 56.10 56.20 56.30 56.40 56.50 57 57.10 57.20 57.30 57.40 22 ONTVANGSTEN Groep/ Code Subgroep Omschrijving 58 Kapitaaloverdrachten van vzw's ten behoeve van de gezinnen en van gezinnen (exclusief vermogensheffingen) Van vzw's ten behoeve van de gezinnen Van gezinnen Kapitaaloverdrachten van het buitenland Van EU-instellingen: investeringsbijdragen Van EU-instellingen: overige kapitaaloverdrachten Van lidstaten van de EU (overheden): investeringsbijdragen Van lidstaten van de EU (overheden): overige kapitaaloverdrachten Van lidstaten van de EU (niet-overheden): overige kapitaaloverdrachten Van internationale instellingen andere dan de EU-instellingen: investeringsbijdragen Van internationale instellingen andere dan de EU-instellingen: overige kapitaaloverdrachten Van landen andere dan de lidstaten van de EU (overheden): investeringsbijdragen Van landen andere dan de lidstaten van de EU (overheden): overige kapitaaloverdrachten Van landen andere dan de lidstaten van de EU (niet-overheden): overige kapitaaloverdrachten 58.10 58.20 59 59.11 59.12 59.21 59.22 59.30 59.41 59.42 59.51 59.52 59.60 23 6 KAPITAALOVERDRACHTEN BINNEN DE OVERHEIDSSECTOR UITGAVEN Groep/ Code Subgroep Omschrijving 61 Kapitaaloverdrachten binnen een institutionele groep Investeringsbijdragen aan de institutionele overheid Overige kapitaaloverdrachten aan de institutionele overheid Investeringsbijdragen aan niet-organieke begrotingsfondsen Overige kapitaaloverdrachten aan niet-organieke begrotingsfondsen Investeringsbijdragen aan administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie (ADBA) Overige kapitaaloverdrachten aan administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie (ADBA) Investeringsbijdragen aan administratieve openbare instellingen (AOI) Overige kapitaaloverdrachten aan administratieve openbare instellingen (AOI) Investeringsbijdragen aan onderwijsinstellingen van de institutionele overheid Overige kapitaaloverdrachten aan onderwijsinstellingen van de institutionele overheid Investeringsbijdragen aan vzw's van de overheid Overige kapitaaloverdrachten aan vzw's van de overheid Investeringsbijdragen aan andere eenheden van de overheid Overige kapitaaloverdrachten aan andere eenheden van de overheid Kapitaaloverdrachten aan de socialezekerheidsinstellingen Investeringsbijdragen Overige kapitaaloverdrachten Kapitaaloverdrachten aan lokale overheden Investeringsbijdragen aan provincies Overige kapitaaloverdrachten aan provincies Investeringsbijdragen aan gemeenten Overige kapitaaloverdrachten aan gemeenten Niet gebruikt Niet gebruikt Investeringsbijdragen aan vzw's van de lokale overheden Overige kapitaaloverdrachten aan vzw's van de lokale overheden Politiezones OCMW's Intercommunales van de sector S.1313 Hulpverleningszones Overige lokale overheden Kapitaaloverdrachten aan het gesubsidieerd autonoom onderwijs Investeringsbijdragen Overige kapitaaloverdrachten Kapitaaloverdrachten aan andere institutionele groepen (federale overheid, gemeenschappen, gewesten, gemeenschapscommissies) Kapitaaloverdrachten aan de gemeenschapscommissies Franse Gemeenschapscommissie Vlaamse Gemeenschapscommissie Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie Kapitaaloverdrachten aan de gemeenschappen Franse Gemeenschap Vlaamse Gemeenschap Duitstalige Gemeenschap Kapitaaloverdrachten aan de gewesten Waals Gewest Brussels Hoofdstedelijk Gewest Kapitaaloverdrachten aan de federale overheid Federale overheid Kapitaaloverdrachten aan interregionale eenheden Interregionale eenheden 61.11 61.12 61.21 61.22 61.31 61.32 61.41 61.42 61.51 61.52 61.61 61.62 61.71 61.72 62 62.10 62.20 63 63.11 63.12 63.21 63.22 63.31 63.32 63.41 63.42 63.51 63.52 63.53 63.54 63.59 64 64.10 64.20 65 65.1 65.11 65.12 65.13 65.2 65.24 65.25 65.26 65.3 65.34 65.35 65.4 65.40 65.5 65.50 24 ONTVANGSTEN Groep/ Code Subgroep Omschrijving 66 Kapitaaloverdrachten binnen een institutionele groep Investeringsbijdragen van de institutionele overheid Overige kapitaaloverdrachten van de institutionele overheid Investeringsbijdragen van niet-organieke begrotingsfondsen Overige kapitaaloverdrachten van niet-organieke begrotingsfondsen Investeringsbijdragen van administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie (ADBA) Overige kapitaaloverdrachten van administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie (ADBA) Investeringsbijdragen van administratieve openbare instellingen (AOI) Overige kapitaaloverdrachten van administratieve openbare instellingen (AOI) Investeringsbijdragen van onderwijsinstellingen van de institutionele overheid Overige kapitaaloverdrachten van onderwijsinstellingen van de institutionele overheid Investeringsbijdragen van vzw's van de overheid Overige kapitaaloverdrachten van vzw's van de overheid Investeringsbijdragen van andere eenheden van de overheid Overige kapitaaloverdrachten van andere eenheden van de overheid Kapitaaloverdrachten van de socialezekerheidsinstellingen Kapitaaloverdrachten van de socialezekerheidsinstellingen Kapitaaloverdrachten van lokale overheden Investeringsbijdragen van provincies Overige kapitaaloverdrachten van provincies Investeringsbijdragen van gemeenten Overige kapitaaloverdrachten van gemeenten Niet gebruikt Niet gebruikt Investeringsbijdragen van vzw's van de lokale overheden Overige kapitaaloverdrachten van vzw's van de lokale overheden Politiezones OCMW's Intercommunales van de sector S.1313 Hulpverleningszones Overige lokale overheden Kapitaaloverdrachten van andere institutionele groepen (federale overheid, gemeenschappen, gewesten, gemeenschapscommissies) Kapitaaloverdrachten van de gemeenschapscommissies Franse Gemeenschapscommissie Vlaamse Gemeenschapscommissie Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie Kapitaaloverdrachten van de gemeenschappen Franse Gemeenschap Vlaamse Gemeenschap Duitstalige Gemeenschap Kapitaaloverdrachten van de gewesten Waals Gewest Brussels Hoofdstedelijk Gewest Kapitaaloverdrachten van de federale overheid Federale overheid Kapitaaloverdrachten van interregionale eenheden Interregionale eenheden 66.11 66.12 66.21 66.22 66.31 66.32 66.41 66.42 66.51 66.52 66.61 66.62 66.71 66.72 67 67.00 68 68.11 68.12 68.21 68.22 68.31 68.32 68.41 68.42 68.51 68.52 68.53 68.54 68.59 69 69.1 69.11 69.12 69.13 69.2 69.24 69.25 69.26 69.3 69.34 69.35 69.4 69.40 69.5 69.50 25 7 INVESTERINGEN EN DESINVESTERINGEN UITGAVEN Groep/ Code Subgroep Omschrijving 71 Aankoop van gronden en gebouwen in het binnenland Aankoop van gronden Binnen de overheidssector In andere sectoren dan de overheidssector Aankoop van bestaande wegen- en waterbouwkundige werken Binnen de overheidssector In andere sectoren dan de overheidssector Aankoop van bestaande gebouwen Binnen de overheidssector In andere sectoren dan de overheidssector Nieuwbouw van gebouwen Nieuwbouw van gebouwen Werken in onroerende staat uitgevoerd in eigen beheer Wegen- en waterbouwkundige werken Wegenbouwkundige werken Waterbouwkundige werken Pijplijnen Overige werken Infrastructuurwerken uitgevoerd in eigen beheer Verwerving van overige investeringsgoederen, waaronder immateriële goederen Aankoop van vervoermaterieel Niet gebruikt Verwerving van overig materieel Overdrachtskosten bij aan- en verkoop van gronden en gebouwen Verwerving van patenten, octrooien en andere immateriële goederen Verwerving van waardevolle voorwerpen Verwerving van teeltgoederen (planten en dieren) Verwerving van duurzame militaire goederen Verwerving inzake onderzoek en ontwikkeling Roerende investeringen uitgevoerd in eigen beheer Voorraadtoename 71.1 71.11 71.12 71.2 71.21 71.22 71.3 71.31 71.32 72 72.00 72.90 73 73.10 73.20 73.30 73.40 73.90 74 74.10 74.21 74.22 74.30 74.40 74.50 74.60 74.70 74.80 74.90 75.00 75 ONTVANGSTEN Groep/ Code Subgroep Omschrijving 76 Verkoop van onroerende goederen in het binnenland Verkoop van gronden Binnen de overheidssector Aan andere sectoren dan de overheidssector Verkoop van bestaande wegen- en waterbouwkundige werken Binnen de overheidssector Aan andere sectoren dan de overheidssector Verkoop van bestaande gebouwen Binnen de overheidssector Aan andere sectoren dan de overheidssector Verkoop van overige investeringsgoederen, waaronder immateriële goederen Verkoop van vervoermaterieel Verkoop van overig materieel Verkoop van patenten, octrooien en andere immateriële goederen Verkoop van waardevolle voorwerpen Verkoop van teeltgoederen (planten en dieren) Niet gebruikt Verkoop van duurzame militaire goederen Verkoop inzake onderzoek en ontwikkeling Voorraadverminderingen 76.1 76.11 76.12 76.2 76.21 76.22 76.3 76.31 76.32 77 78 77.10 77.20 77.30 77.40 77.50 77.60 77.70 77.80 78.00 26 8 KREDIETVERLENINGEN EN KREDIETAFLOSSINGEN; DEELNEMINGEN EN VEREFFENINGEN VAN DEELNEMINGEN; ANDERE FINANCIËLE PRODUCTEN UITGAVEN Groep/ Code Subgroep Omschrijving 81 Kredietverleningen aan en deelnemingen in bedrijven en financiële instellingen en andere financiële producten Kredietverleningen aan overheidsbedrijven Kredietverleningen aan privébedrijven Kredietverleningen aan openbare kredietinstellingen Kredietverleningen aan privékredietinstellingen Kredietverleningen aan openbare verzekeringsmaatschappijen Kredietverleningen aan privéverzekeringsmaatschappijen Deelnemingen in overheidsbedrijven Deelnemingen in privébedrijven Deelnemingen in openbare kredietinstellingen Deelnemingen in privékredietinstellingen Deelnemingen in openbare verzekeringsmaatschappijen Deelnemingen in privéverzekeringsmaatschappijen Andere financiële producten Kredietverleningen aan vzw's ten behoeve van de gezinnen Kredietverleningen aan vzw's ten behoeve van de gezinnen Kredietverleningen aan gezinnen Kredietverleningen aan gezinnen Kredietverleningen aan en deelnemingen in het buitenland Kredietverleningen aan het buitenland Aan EU-instellingen Aan lidstaten van de EU (overheden) Aan lidstaten van de EU (niet-overheden) Aan internationale instellingen andere dan de EU-instellingen Aan landen andere dan de lidstaten van de EU (overheden) Aan landen andere dan de lidstaten van de EU (niet-overheden) Prefinanciering in het kader van Europese subsidies Deelnemingen in het buitenland In EU-instellingen In lidstaten van de EU (niet-overheden) In internationale instellingen andere dan de EU-instellingen In landen andere dan de lidstaten van de EU (niet-overheden) Kredietverleningen en deelnemingen binnen de overheidssector Kredietverleningen binnen een institutionele groep Aan de institutionele overheid Aan niet-organieke begrotingsfondsen Aan administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie (ADBA) Aan administratieve openbare instellingen (AOI) Aan onderwijsinstellingen van de institutionele overheid Aan vzw's van de overheid Aan andere eenheden van de overheid Kredietverleningen aan de socialezekerheidsinstellingen Kredietverleningen aan de socialezekerheidsinstellingen Kredietverleningen aan lokale overheden Aan provincies Aan gemeenten Niet gebruikt Aan vzw's van de lokale overheden Aan overige lokale overheden Kredietverleningen aan het gesubsidieerd autonoom onderwijs Kredietverleningen aan het gesubsidieerd autonoom onderwijs Kredietverleningen aan andere institutionele groepen Kredietverleningen aan andere institutionele groepen Deelnemingen binnen de overheidssector Binnen de institutionele groep Sociale zekerheid Lokale overheden Gesubsidieerd autonoom onderwijs Andere institutionele groepen 81.11 81.12 81.21 81.22 81.31 81.32 81.41 81.42 81.51 81.52 81.61 81.62 81.70 82 82.00 83 83.00 84 84.1 84.11 84.12 84.13 84.14 84.15 84.16 84.17 84.2 84.21 84.22 84.23 84.24 85 85.1 85.11 85.12 85.13 85.14 85.15 85.16 85.17 85.2 85.20 85.3 85.31 85.32 85.33 85.34 85.35 85.4 85.40 85.5 85.50 85.6 85.61 85.62 85.63 85.64 85.65 27 ONTVANGSTEN Groep/ Code Subgroep Omschrijving 86 Kredietaflossingen door en vereffeningen van deelnemingen in bedrijven en financiële instellingen en andere financiële producten Kredietaflossingen door bedrijven Kredietaflossingen door kredietinstellingen Kredietaflossingen door verzekeringsmaatschappijen Vereffeningen van deelnemingen in bedrijven Vereffeningen van deelnemingen in kredietinstellingen Vereffeningen van deelnemingen in verzekeringsmaatschappijen Andere financiële producten Kredietaflossingen door vzw's ten behoeve van de gezinnen en door gezinnen Kredietaflossingen door vzw's ten behoeve van de gezinnen Kredietaflossingen door gezinnen Kredietaflossingen door en vereffeningen van deelnemingen in het buitenland Kredietaflossingen door het buitenland Door EU-instellingen Door lidstaten van de EU (overheden) Door lidstaten van de EU (niet-overheden) Door internationale instellingen andere dan de EU-instellingen Door landen andere dan de lidstaten van de EU (overheden) Door landen andere dan de lidstaten van de EU (niet-overheden) Terugbetaling van de EU in het kader van uitgaven geprefinancierd door de entiteit Vereffeningen van deelnemingen in het buitenland In EU-instellingen In lidstaten van de EU (niet-overheden) In internationale instellingen andere dan de EU-instellingen In landen andere dan de lidstaten van de EU (niet-overheden) Kredietaflossingen en vereffeningen van deelnemingen binnen de overheidssector Kredietaflossingen binnen een institutionele groep Van de institutionele overheid Van niet-organieke begrotingsfondsen Van administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie (ADBA) Van administratieve openbare instellingen (AOI) Van onderwijsinstellingen van de institutionele overheid Van vzw's van de overheid Van andere eenheden van de overheid Kredietaflossingen door de socialezekerheidsinstellingen Kredietaflossingen door de socialezekerheidsinstellingen Kredietaflossingen door lokale overheden Door provincies Door gemeenten Niet gebruikt Door vzw's van de lokale overheden Door overige lokale overheden Kredietaflossingen door het gesubsidieerd autonoom onderwijs Kredietaflossingen door het gesubsidieerd autonoom onderwijs Kredietaflossingen door andere institutionele groepen Kredietaflossingen door andere institutionele groepen Vereffeningen van deelnemingen binnen de overheidssector Binnen de institutionele groep Sociale zekerheid Lokale overheden Gesubsidieerd autonoom onderwijs Andere institutionele groepen 86.10 86.20 86.30 86.40 86.50 86.60 86.70 87 87.10 87.20 88 88.1 88.11 88.12 88.13 88.14 88.15 88.16 88.17 88.2 88.21 88.22 88.23 88.24 89 89.1 89.11 89.12 89.13 89.14 89.15 89.16 89.17 89.2 89.20 89.3 89.31 89.32 89.33 89.34 89.35 89.4 89.40 89.5 89.50 89.6 89.61 89.62 89.63 89.64 89.65 28 9 OVERHEIDSSCHULD UITGAVEN Groep/ Code Subgroep Omschrijving 91 Aflossingen van leningen met een looptijd van meer dan één jaar Aflossingen van de schuld in euro Aflossingen van de schuld in vreemde valuta Aflossingen van de schuld binnen de overheidssector Aflossingen bij financiële leasings Ontmuntingen Ontmuntingen (thans niet van in gebruik) Verlaging het eigen vermogen Verlaging van het eigen vermogen 91.10 91.20 91.30 91.70 92 92.00 93 93.00 ONTVANGSTEN Groep/ Code Subgroep Omschrijving 96 Opbrengst van leningen met een looptijd van meer dan één jaar Opbrengst van leningen in euro Opbrengst van leningen in vreemde valuta Opbrengst van leningen binnen de overheidssector Opbrengst van leningen inzake financiële leasings Aanmuntingen Aanmuntingen (thans niet invan gebruik) Verhoging het eigen vermogen Verhoging van het eigen vermogen 96.10 96.20 96.30 96.70 97 97.00 98 98.00 29 30 DEEL II COMMENTAARFICHES BIJ DE ECONOMISCHE CODES 31 Hoofdgroep 0 Niet-verdeelde uitgaven en ontvangsten Definitie Deze hoofdgroep betreft de niet-verdeelde uitgaven en ontvangsten alsook de interne verrichtingen en de verrichtingen zonder financiële afwikkeling. Inbegrepen 01: uitgaven te verdelen over de hoofdgroepen 1 tot en met 9 02: niet-gebruikte groep 03: interne verrichtingen 04: annuïteiten met betrekking tot financiële leasings 06: ontvangsten te verdelen over de hoofdgroepen 1 tot en met 9 07: niet-gebruikte groep 08: interne verrichtingen Uitgesloten OPMERKINGEN– AANTEKENINGEN 32 Hoofdgroep 0 Niet-verdeelde uitgaven en ontvangsten Groep 01 Uitgaven te verdelen over de hoofdgroepen 1 tot en met 9 Economische code 01.00 Niet verdeeld Definitie Deze groep omvat de uitgaven waarvoor men bij de opmaak van de begroting nog niet weet tot welke hoofdgroep ze behoren. Inbegrepen indexprovisie interdepartementale provisie provisie voor de evolutie van de wisselkoersen, de energieprijzen, …. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN In principe zou deze economische code enkel in de begrotingen mogen worden gebruikt. Voor de verwezenlijkingen worden de betrokken uitgaven ondergebracht in de hoofdgroepen 1 tot en met 9. Het kan inderdaad voorvallen dat de begroting in een post voorziet vooraleer geweten is of, en in welke mate, de kredieten zullen mogen worden gebruikt om diensten aan te kopen, toelagen toe te kennen, overdrachten of investeringen uit te voeren, leningen toe te staan of schulden af te lossen. 33 Hoofdgroep 0 Niet-verdeelde uitgaven en ontvangsten Groep 02 Niet gebruikt 34 Hoofdgroep 0 Niet-verdeelde uitgaven en ontvangsten Groep 03 Interne verrichtingen Definitie Als interne verrichtingen worden beschouwd: de verrichtingen uitgevoerd binnen eenzelfde administratieve eenheid; de verrichtingen zonder financiële afwikkeling; de verrekeningen met andere dienstjaren. Inbegrepen 03.10: diverse interne verrichtingen 03.20: verrekeningen met andere dienstjaren Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN De interne verrichtingen, zowel aan de uitgaven- als aan de ontvangstenzijde, hebben geen invloed op het vorderingensaldo. De groepen 03 en 08 worden bijgevolg geneutraliseerd op het niveau van de economische hergroepering. 35 Hoofdgroep 0 Niet-verdeelde uitgaven en ontvangsten Groep 03 Interne verrichtingen Economische code 03.10 Diverse interne verrichtingen Definitie Het betreft verrichtingen uitgevoerd binnen een administratieve eenheid alsook de verrichtingen zonder financiële afwikkeling. Inbegrepen provisie voor risico’s en lasten economische afschrijving van vaste kapitaalgoederen kapitaalverliezen (verschil tussen de verkoopprijs en de boekwaarde bij verkoop) herwaarderingsminwaarde Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Deze code wordt hoofdzakelijk gebruikt door de instellingen van openbaar nut of door de ondernemingen die met de overheidssector geconsolideerd moeten worden. Hun begrotingsverrichtingen omvatten immers verrichtingen van “boekhoudkundige” aard zonder financiële afwikkeling, die geen invloed hebben op het vorderingensaldo. 36 Hoofdgroep 0 Niet-verdeelde uitgaven en ontvangsten Groep 03 Interne verrichtingen Economische code 03.20 Verrekeningen met andere dienstjaren Definitie Als verrekeningen met andere dienstjaren worden beschouwd de uitgaven met betrekking tot andere dienstjaren. Inbegrepen begrotingssaldo overgedragen van het ene naar het andere begrotingsjaar (doorgaans bij de begroting van instellingen van openbaar nut) aanrekening ten laste van het lopende jaar van uitgaven die vroeger in de rekening van de overheidsdiensten zijn geboekt Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Wanneer de begroting van het jaar X van een instelling van openbaar nut in evenwicht wordt gebracht met behulp van het overgedragen saldo van het jaar X-1, is dat overgedragen saldo een uitgave van het jaar X-1 (code 03.20) zonder invloed op het vorderingensaldo. De overeenkomstige ontvangst van het jaar X wordt ingeschreven onder de economische code 08.20 en heeft evenmin invloed op het vorderingensaldo. Het kan gebeuren dat bepaalde uitgaven die voorafgaandelijk in de nationale rekeningen zijn geboekt (onder andere om rekening te houden met het boekingsmoment volgens het ESR) achteraf in de begroting moeten worden geregulariseerd. Die regularisatie wordt dan onder de code 03.20 geboekt. 37 Hoofdgroep 0 Niet-verdeelde uitgaven en ontvangsten Groep 04 Annuïteiten met betrekking tot financiële leasings Economische code 04.00 Annuïteiten met betrekking tot financiële leasings Definitie Inzake financiële leasing omvatten de annuïteiten een deel rentelasten en een deel kapitaalaflossing. Als het bij het opstellen van de begroting niet mogelijk is de gedeelten rente en kapitaalaflossing te onderscheiden, dient de code 04.00 te worden gebruikt. De uitsplitsing tussen de codes 21.50 (rente op financiële leasings) en 91.70 (aflossingen bij financiële leasings) gebeurt dan op het niveau van de verwezenlijkingen. Inbegrepen Deze code wordt hoofdzakelijk gebruikt op het niveau van de begroting van de Regie der Gebouwen voor de annuïteiten met betrekking tot investeringen via alternatieve financiering. Uitgesloten 38 OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Inzake leasing voorziet het ESR in een verschillende boeking naargelang het een operationele of een financiële leasing betreft. Bij leasingoperaties worden de volgende codes gebruikt: 04.00: annuïteiten met betrekking tot financiële leasings; 12.11: algemene werkingskosten – overige huurgelden; 12.12: huurgelden van gebouwen; 21.50: rente op financiële leasings; 7x.xx: investering/desinvestering; 91.70: aflossingen bij financiële leasings; 96.70: opbrengsten van leningen met betrekking tot financiële leasings. A. OPERATIONELE LEASING (EENVOUDIGE HUUR) Operationele leasing komt overeen met een eenvoudige huur. Het gaat dus om een operatie waarbij de lessee het gebruiksrecht verwerft van een duurzaam goed gedurende een bepaalde periode. Er is geen koopoptie. De lessor blijft eigenaar van het goed en recupereert dit op het einde van de overeenkomst. B. FINANCIELE LEASING (HUURKREDIET) In het geval van huurkrediet verwerft de lessee het gebruiksrecht van een duurzaam goed gedurende een bepaalde periode in ruil voor de betaling van huurgelden. Op het einde van de huurperiode kan de lessee vaak kiezen of hij het goed koopt. In het algemeen is het de lessee die het goed kiest. Dat laatste wordt rechtstreeks geleverd door de producent of de verkoper. De lessor speelt dus een rol van louter financiële aard. Het ESR gaat er van uit dat de lessor een lening toekent aan de lessee. Deze laatste kan daardoor een duurzaam goed kopen en er eigenaar van worden vanaf het begin van de huurperiode. Bij het ter beschikking stellen van het goed beschouwt het ESR het dus zo dat de overheid een leningovereenkomst aangaat in ruil voor de verwerving van het goed. Deze verwerving wordt in de uitgaven aangerekend op de overeenkomende code 7x.xx en in de ontvangsten onder de code 96.70 als verrichting buiten de begroting omdat er op dat moment geen enkele geldstroom geboekt wordt. Gedurende het eerste jaar moet de hele investering (aankoopoptie inbegrepen) geboekt worden onder de codes “7x.xx” en “96.70”. Elke leasingannuïteit zal dus een gedeelte rentelasten (code 21.50) en een gedeelte aflossingen (code 91.70) bevatten. In kader van PPS, boekt men, bovenop deze 2 uitgavenposten, onder de code 12.11 de uitgaven in verband met de component onderhoud. Ingeval er een koopoptie bestaat op het einde van de leasingovereenkomst, kunnen twee gevallen zich voordoen: ofwel wordt de optie geheven: in dit geval wordt het restbedrag gelijkgesteld met een kredietaflossing (code 91.70). Het moet worden aangerekend, in vastlegging en in ordonnancering, op het ogenblik dat de optie wordt geheven; ofwel wordt de optie niet geheven: in dit geval is er een desinvestering (groepen 76/77) en een schuldaflossing (economische code 91.70). 39 Hoofdgroep 0 Niet-verdeelde uitgaven en ontvangsten Groep 06 Ontvangsten te verdelen over de hoofdgroepen 1 tot en met 9 Economische code 06.00 Ontvangsten te verdelen over de hoofdgroepen 1 tot en met 9 Definitie Net als de groep 01 vindt deze groep slechts toepassing in de begrotingen. Hij wordt enkel gebruikt voor de voorlopige classificatie van de verschillende of onvoorziene ontvangsten. Bij de verwezenlijkingen zullen deze ontvangsten moeten worden verdeeld over de hoofdgroepen 1 tot en met 9. Inbegrepen verschillende en toevallige ontvangsten Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Net als de economische code 01.00 moet het gebruik van code 06.00 zoveel mogelijk worden vermeden. 40 Hoofdgroep 0 Niet-verdeelde uitgaven en ontvangsten Groep 07 Niet gebruikt 41 Hoofdgroep 0 Niet-verdeelde uitgaven en ontvangsten Groep 08 Interne verrichtingen Definitie Als interne verrichtingen worden beschouwd: verrichtingen uitgevoerd binnen een administratieve eenheid; verrichtingen zonder financiële afwikkeling; verrekeningen met andere dienstjaren. Inbegrepen 08.10: diverse interne verrichtingen 08.20: verrekeningen met andere dienstjaren Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN De interne verrichtingen, zowel aan de uitgaven- als aan de ontvangstenzijde, hebben geen invloed op het vorderingensaldo. De groepen 03 en 08 worden bijgevolg geneutraliseerd op het niveau van de economische hergroepering. 42 Hoofdgroep 0 Niet-verdeelde uitgaven en ontvangsten Groep 08 Interne verrichtingen Economische code 08.10 Diverse interne verrichtingen Definitie Het betreft verrichtingen binnen een administratieve eenheid alsook verrichtingen zonder financiële afwikkeling. Inbegrepen kapitaalwinsten (verschil tussen verkoopprijs en boekwaarde bij verkoop) herwaarderingsmeerwaarde Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Deze code wordt hoofdzakelijk gebruikt door de instellingen van openbaar nut of door de ondernemingen die met de overheidssector geconsolideerd moeten worden. Hun begrotingsverrichtingen omvatten immers verrichtingen van “boekhoudkundige” aard zonder financiële afwikkeling die geen invloed hebben op het vorderingensaldo. 43 Hoofdgroep 0 Niet-verdeelde uitgaven en ontvangsten Groep 08 Interne verrichtingen Economische code 08.20 Verrekeningen met andere dienstjaren Definitie Als verrichtingen met andere dienstjaren worden beschouwd de ontvangsten met betrekking tot andere dienstjaren. Inbegrepen begrotingssaldo afkomstig van het voorgaande begrotingsjaar (doorgaans bij de begroting van de instellingen van openbaar nut) aanrekening op de ontvangsten van het lopende jaar van ontvangsten die voorafgaandelijk zijn geboekt op de rekening van de overheidsdiensten Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Wanneer de begroting van het jaar X van een instelling van openbaar nut in evenwicht wordt gebracht via het overgedragen saldo van het jaar X-1, vormt dat overgedragen saldo een uitgave van het jaar X-1 (code 03.20) zonder invloed op het vorderingensaldo. De overeenstemmende ontvangst van het jaar X wordt ingeschreven onder de economische code 08.20 en heeft evenmin invloed op het vorderingensaldo. Het kan voorvallen dat bepaalde ontvangsten die voorafgaandelijk in de nationale rekeningen zijn geboekt (onder andere om rekening te houden met het boekingsmoment volgens het ESR), achteraf in de begroting moeten worden geregulariseerd. Die regularisatie wordt dan onder de code 08.20 geboekt. 44 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Definitie Inbegrepen 11: lonen en sociale lasten 12: aankoop van niet-duurzame goederen en diensten 13: niet gebruikt 14: herstel en niet-waardevermeerderend onderhoud van wegen- en waterbouwkundige werken 16: verkoop van niet-duurzame goederen en diensten 17: niet gebruikt 18: ontvangsten afkomstig van wegen- en waterbouwkundige werken 19: productie van investeringsgoederen in eigen beheer Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 45 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 11 Lonen en sociale lasten Definitie Deze groep omvat alle betalingen en voordelen (in speciën of in natura) die de overheid als werkgever aan zijn werknemers of ex-werknemers toekent als vergoeding voor hun werk (met inbegrip van de bijdragen voor de kas van weduwen en wezen, de socialezekerheidsbijdragen en de fiscale afhoudingen), ongeacht of het gaat om vastbenoemden, contractuelen of gelijkgestelde personen. Er moet een dienstverband zijn. Als “dienstverband” geldt ook de uitvoering van politieke ambten (ministers, staatssecretarissen, volksvertegenwoordigers, schepenen, gemeenteraadsleden en parlementsleden). Ook de aan de bedienaars van erediensten uitgekeerde bezoldigingen, toelagen en pensioenen behoren tot de groep11. Inbegrepen 11.1: eigenlijke lonen 11.2: sociale bijdragen ten laste van de werkgevers 11.3: overige sociale lasten van de werkgever 11.4: lonen in natura Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Conform de boekhoudregels wordt het gebruik door een overheidseenheid van gedetacheerd personeel van een andere overheidseenheid gelijkgesteld met een aankoop van een dienst. De loonlast wordt dus geboekt op het niveau van de entiteit die de oorspronkelijke wedde betaalt. Voorbeeld: gedetacheerd personeel van een overheidseenheid A naar een overheidseenheid B: loonlasten geboekt op het niveau van overheidseenheid A onder groep 11 de terugbetaling van de beloning door overheidseenheid B wordt gelijkgesteld met een aankoop van een dienst binnen de overheidssector: economische code 12.21 op het niveau van de overheidseenheid B de ontvangst wordt geboekt op het niveau van eenheid A als een verkoop van een dienst: economische code 16.20 op niveau van eenheid A 46 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 11 Lonen en sociale lasten Subgroep 11.1 Eigenlijke lonen Definitie Deze subgroep is als volgt uitgesplitst: 11.11: bezoldiging volgens weddeschalen; 11.12: overige bezoldigingselementen. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 47 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 11 Lonen en sociale lasten Subgroep 11.1 Eigenlijke lonen Economische code 11.11 Bezoldiging volgens weddeschalen Definitie Om een zicht te krijgen op de evolutie van de loonmassa in de overheidssector, is het van belang het eigenlijke loon zichtbaar te maken vóór verhoging ervan met diverse andere toelagen en vóór aftrek van inhoudingen voor sociale verzekering, pensioenverzekering, belastingen, enz. Inbegrepen de bezoldiging volgens weddeschalen: - bevorderingen in graad - loonsverhogingen - kabinetsvergoedingen - aanwervingtoelagen - vergoedingen voor personeelsleden in mobiliteit de bezoldiging van studenten Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 48 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 11 Lonen en sociale lasten Subroep 11.1 Eigenlijke lonen Economische code 11.12 Overige bezoldigingselementen Definitie Hiertoe behoren onder meer de beloning voor overwerk, nachtdienst of onregelmatige werktijden, de productiviteitspremies, de presentiegelden van ambtenaren, de toelagen voor hogere functies, de gratificaties, het vakantiegeld. Inbegrepen In het algemeen de niet-“ingeschaalde” bezoldigingselementen, meer bepaald: - sociale abonnementen, dit wil zeggen de tegemoetkoming van de overheid in de prijs van de abonnementen voor openbaar vervoer voor ambtenaren (woon-werkverkeer); fietsvergoedingen; vergoedingen voor hogere functies; vergoedingen voor bijzondere functies; vergoedingen voor overwerk; presentiegelden en diverse vergoedingen (belastbaar) toegekend aan personeelsleden van de overheidssector (S.13) of aan openbare ambtsdragers (volksvertegenwoordigers, senatoren, ...); vergoedingen voor chauffeurs; toelagen en premies voor de eindejaarsperiode; haard- en standplaatstoelagen; vakantiegeld; vakbondspremies; taalpremies; competentiepremies, -toelagen; forfaitaire vergoedingen voor huisvesting in het buitenland; terugbetaling voor installatiekosten in het buitenland; expatriëringsvergoeding; vergoedingen voor een post in het buitenland. 49 Uitgesloten vergoedingen of terugbetalingen voor reis-, verwijdering-, verhuizing- en representatiekosten die de loontrekkenden hebben gemaakt bij de uitoefening van hun functie (code 12.11) presentiegelden en diverse vergoedingen toegekend aan personen die geen deel uitmaken van het overheidspersoneel vergoedingen aan werknemers voor de aankoop van gereedschap, vervoermiddelen en bijzondere beroepskledij (als bescherming tegen gevaarlijke of verontreinigende stoffen) moeten worden beschouwd als aankopen van goederen en diensten (groep 12) OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 50 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 11 Lonen en sociale lasten Subgroep 11.2 Sociale bijdragen ten laste van de werkgevers, afgedragen aan instellingen of fondsen Economische code 11.20 Sociale bijdragen ten laste van de werkgevers, afgedragen aan instellingen of fondsen Definitie De sociale bijdragen omvatten de wettelijke, contractuele, conventionele of vrijwillige bijdragen die werkgevers betalen aan de verzekeringsinstellingen voor verzekering, onder meer tegen risico’s van afwezigheid door ziekte, ziektekosten, invaliditeit, ouderdom, werkloosheid, ongevallen en overlijden, alsook de bijdragen voor kinderbijslag. Hoewel de werkgevers deze bijdragen rechtstreeks aan de verzekeringsinstellingen betalen, worden ze beschouwd als een bestanddeel van de bezoldiging van de werknemers, dat deze laatsten aan de verzekeringsinstellingen dienen te betalen. Inbegrepen de sociale bijdragen ten laste van de werkgevers afgedragen aan socialezekerheidsinstellingen de bijdragen van de instellingen van openbaar nut aan de pool der parastatalen voor de vereffening van de rustpensioenen de sociale bijdragen voor werkgevers afgedragen aan andere instellingen dan de socialezekerheidsinstellingen de solidariteitsbijdrage op bedrijfswagens de werkgeversbijdragen voor responsabilisering Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 51 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 11 Lonen en sociale lasten Subgroep 11.3 Overige sociale lasten van de werkgever Definitie Deze subgroep is als volgt uitgesplitst: 11.31: directe toelagen; 11.32: doorbetaling van loon; 11.33: pensioenen van het overheidspersoneel. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 52 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 11 Lonen en sociale lasten Subgroep 11.3 Overige sociale lasten van de werkgever Economische code 11.31 Directe toelagen Definitie Ze omvatten onder meer kinderbijslag, geboortetoelagen, wachtgelden, uitkeringen tot dekking van de verzekering tegen ziektekosten, arbeidsongevallen en overlijden, alsook de directe uitkeringen terzake die aan de werknemers en hun familie gratis worden toegekend. Inbegrepen kinderbijslag schoolpremie geboortepremies vergoedingen voor arbeidsongevallen uitgekeerd aan ambtenaren (als de entiteit haar eigen verzekeraar is) (zie economische code 34.31 voor de andere gezinnen) vergoeding voor begrafeniskosten invaliditeitspensioenen rechtstreeks uitgekeerd aan de rechthebbenden sociale tegemoetkomingen “om niet” ten gunste van het personeel (andere dan voor maaltijden) in vredestijd uitgekeerde renten aan militairen en hun rechthebbenden renten, vergoedingen uitgekeerd aan slachtoffers van een werkongeval of van een ongeval op de weg naar het werk, van een beroepsziekte bij de overheid en aan hun rechthebbenden Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Onder code 11.31 worden de sociale uitkeringen geboekt die door de werkgevers rechtstreeks aan hun werknemers of ex-werknemers en hun rechthebbenden worden toegekend. Indien er geen verhouding werkgever/werknemer of ex-werknemer is, dient de sociale uitkering in de subgroep 34.3 te worden geboekt. Indien een sociale uitkering door een bepaalde eenheid wordt betaald voor rekening van een andere eenheid, dient die verrichting uitsluitend te worden geboekt in de rekeningen van de voornaamste partij bij die verrichting, namelijk de partij die er daadwerkelijk de last van draagt. 53 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 11 Lonen en sociale lasten Subgroep 11.3 Overige sociale lasten van de werkgever Economische code 11.32 Doorbetaling van loon Definitie Hieronder verstaat men het eigenlijke loon dat doorbetaald wordt gedurende de tijd dat de werknemer niet actief is wegens ziekte, werkongeval en ontslag. Inbegrepen de ontslagvergoedingen uitgekeerd aan kabinetsmedewerkers (doorbetaling loon) de lasten voor disponibiliteit Uitgesloten de oorlogspensioenen en de pensioenen voor burgerlijke oorlogsslachtoffers (code 34.20) OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 54 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 11 Lonen en sociale lasten Subgroep 11.3 Overige sociale lasten van de werkgever Economische code 11.33 Pensioenen van het overheidspersoneel Definitie Deze post omvat de pensioenen die de overheid rechtstreeks – dit wil zeggen buiten elk bijdragesysteem – uitkeert aan haar personeel en/of hun rechthebbenden, alsook de pensioenen van voormalige politieke mandatarissen en/of hun rechthebbenden. Inbegrepen de rustpensioenen die de overheid rechtstreeks betaalt aan haar voormalige personeelsleden Uitgesloten Wat de parastatalen betreft, worden de uitkeringen aan de pool der parastatalen als 11.20 gecodeerd. Deze post omvat niet de pensioenen voor weduwen en wezen. (zie commentaar bij code 34.10) OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 55 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 11 Lonen en sociale lasten Subgroep 11.4 Lonen in natura Economische code 11.40 Lonen in natura Definitie Onder deze rubriek dienen de bezoldigingen in natura te worden geboekt die overeenkomen met goederen, diensten of andere voordelen die de boekhoudkundige entiteit gratis of tegen verminderde prijs levert aan haar personeelsleden en hun gezinsleden en die voor hen een bijkomend inkomen vormen. Immers, indien deze goederen en diensten, die niet onontbeerlijk zijn voor het eigenlijke werk, hun niet waren geleverd, dan zouden ze die zelf hebben moeten aanschaffen. Inbegrepen bezoldigingen in natura diverse uitgaven van de sociale diensten (Sinterklaascadeaus, reizen, verliezen op maaltijden, enz.), die gelijkgesteld worden met bezoldigingen in natura (met uitzondering van de nietterugvorderbare individuele steun; deze worden beschouwd als inkomensoverdrachten in speciën aan de gezinnen (code 34.41)) maaltijden geheel of gedeeltelijk ten laste genomen ten laste genomen regelmatig vervoer met speciale pendeldienst voor het woon-werkverkeer van personeelsleden vrij biljet (verkeersfaciliteit) voor statutair personeel tegemoetkoming in de maaltijdcheques tegemoetkomingen voor burger- en militaire uniformen (andere dan werk- of dienstkledij) tegemoetkoming in hospitalisatieverzekering Uitgesloten Als materiële consumptie moeten daarentegen worden beschouwd uitrustingsstukken voor militairen, politielui en brandweerlieden, enz., die wellicht samen met de kleding worden verstrekt, maar die doorgaans buiten de uitoefening van de functie geen nut hebben. Het verstrekken van gratis maaltijden aan het personeel, bijvoorbeeld bij overwerk, wordt niet als loon in natura beschouwd maar als aankoop van niet-duurzame goederen en diensten door de overheid (code 12.11). OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 56 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 12 Aankoop van niet-duurzame goederen en diensten Definitie De aanschaf door de overheid van niet-duurzame goederen en diensten wordt onder de groep 12 opgenomen. Inbegrepen Soms komt het voor dat gezinnen diensten verlenen tegen een vergoeding die niet als loon mag worden aanzien omdat er geen verhouding werkgever/werknemer is. Dergelijke diensten worden door de overheid geboekt als aankoop van niet-duurzame goederen en diensten. Presentiegelden betaald aan niet-ambtenaren in ambtelijke en bestuurlijke colleges en commissies worden eveneens in groep 12 opgenomen. Uitgesloten Wanneer de overheid aankopen doet die gewoonlijk gebeuren door de gezinnen, worden ze geboekt als overdracht in natura (34.32) aan de gezinnen (of als loon in natura zoals vermeld onder code 11.40). Dit is bijvoorbeeld het geval wanneer de overheid voedsel, kleding, geneesmiddelen, enz. aankoopt en gratis aan gezinnen uitdeelt. Dit geldt eveneens voor de kosten voor verpleging van zieken of het onderhoud van armen. Aankopen van niet-duurzame goederen en diensten bestemd om als gift te worden overgedragen aan het buitenland, worden als inkomensoverdrachten aan het buitenland geboekt (zie groep 35). OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Grens tussen aankoop van goederen en diensten en lopende overdrachten Een betaling van de overheid aan een vzw moet als een lopende aankoop van goederen en diensten worden behandeld indien de overheid als tegenprestatie iets ontvangt waarvan ze eigenaar wordt en dat ze voor haar werking gebruikt (bijv.: papierwaren, klein kantoormaterieel, een wetenschappelijke studie, een technische analyse, advies en ondersteuning in een specifiek domein, …), tenzij het bedrag duidelijk niet in verhouding staat tot de betrokken levering. In dat geval dient het betaalde bedrag als een overdracht te worden beschouwd. De betalingen die deze voorwaarde niet vervullen, dienen als lopende overdrachten zonder tegenprestatie te worden behandeld. Dit is specifiek het geval voor betalingen voor het ondersteunen van sociaal-culturele doelstellingen waarbij de vzw als enige voorwaarde wordt opgelegd dat ze bewijsstukken voorlegt omtrent de aanwending van de gelden die haar ter beschikking worden gesteld. Herhaaldelijke betalingen vanwege de administratie suggereren overdrachten zonder tegenprestatie. Idealiter zou men de zaak geval per geval moeten bekijken en de contractvoorwaarden tussen de overheid en de betrokken vzw moeten onderzoeken. 57 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 12 Aankoop van niet-duurzame goederen en diensten Subgroep 12.1 Algemene werkingskosten vergoed aan andere sectoren dan de overheidssector Definitie Deze subgroep is als volgt uitgesplitst: 12.11: algemene werkingskosten; 12.12: huurgelden van gebouwen. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Operationele leasing komt overeen met eenvoudige huur. Het gaat om een operatie waarbij de lessee het gebruiksrecht verwerft van een duurzaam goed gedurende een bepaalde periode. Er is geen koopoptie. De lessor blijft eigenaar van het goed en recupereert dit op het einde van de overeenkomst. Betalingen uitgevoerd in het kader van operationele leasings worden geboekt onder de code 12.12 (gebouwen) of 12.11 (andere dan gebouwen). 58 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 12 Aankoop van niet-duurzame goederen en diensten Subgroep 12.1 Algemene werkingskosten vergoed aan andere sectoren dan de overheidssector Economische code 12.11 Algemene werkingskosten Definitie Onder code 12.11 wordt de aankoop geboekt van niet-duurzame goederen (of klein materiaal) en diensten vergoed aan andere sectoren dan de overheid. 59 Inbegrepen Bureaukosten, zoals voor kantoor- en tekenmateriaal, hulpmiddelen voor reproductie, druk- en bindwerk, aankoop van boeken, tijdschriften en dagbladen, onderhoud, huur en herstelling van meubilair en bureaumaterieel, portkosten, kosten voor telefoon, telegrammen, verzending van dienststukken en kosten voor interdepartementale postdienst, bank- en accountantskosten, uitbesteding van computer-, type- en vertaalwerk en beloning van uitzendkrachten voor administratieve werkzaamheden. Andere huurgelden of operationele leasing dan van gebouwen (wagens, machines, …). Herstelling en niet-waardevermeerderend onderhoud van gebouwen, verplaatsing van tussenschotten, schoonmaak van gebouwen door gespecialiseerde firma’s, verf- en opknappingswerken, brandstoffen, elektriciteit, gas en water, verzekeringspremies, bewaking- en verhuizingkosten en kleine aanverwante kosten, zoals vervangingen van gloeilampen en vullingen van brandblusapparaten. Verblijf- en representatiekosten, ook wanneer ze door personeelsleden gemaakt worden en door de overheid worden terugbetaald. Onkostenvergoeding, honoraria en presentiegelden uitgekeerd aan personen die niet in dienstverband staan tot de overheid. Indien ze worden uitgekeerd aan personen die met overheidspersoneel worden gelijkgesteld, worden ze in groep 11 ondergebracht. Overige algemene kosten, zoals kosten voor de werving en opleiding van personeel, alsook publiciteitskosten. Als personeelsleden, die een cursus volgen op aanwijzing van de dienst waartoe zij behoren, een gehele of gedeeltelijke tegemoetkoming in de kosten krijgen, moet deze tegemoetkoming als overheidsverbruik worden beschouwd. Tot de publiciteitskosten kunnen behalve drukwerken ook films, radio- en televisie-uitzendingen of tentoonstellingskosten behoren. Goedkope kleine duurzame goederen gebruikt voor eerder eenvoudige werkzaamheden of verrichtingen (handgereedschap zoals zagen, hamers en schroevendraaiers) of klein bureaumateriaal zoals zakrekenmachines, GSM’s, smartphones, fototoestellen, USB-sleutels, GPS-toestellen, …; vaatwasmachines, koffiethermossen,…: zoals voorgeschreven boekt het ESR als intermediair verbruik alle uitgaven voor de aanschaf van dergelijke duurzame goederen zonder prijsbeperking. In het ESR 95 was een limiet van 500 EUR (indexeerbaar) vastgelegd. Deze limiet verdwijnt in het ESR 2010. Betalingen om gebruik te kunnen maken van niet-geproduceerde immateriële activa, zoals gebrevetteerde activa, merken, enz. (met uitzondering van de betalingen voor de aankoop van dergelijke eigendomsrechten die geboekt worden als niet-geproduceerde immateriële activa - code 74.40). Commissieloon voor beleggingen, beheer en andere op uitgegeven overheidsleningen en administratieve financiële kosten. Kosten verbonden aan onderzoek of studies die voor eigen rekening uitgevoerd worden. 60 Uitgesloten Herstel en niet-waardevermeerderend onderhoud van wegen en waterbouwkundige werken; deze worden geklasseerd in groep 14. Grote verbeteringswerkzaamheden (zoals renovatie, heropbouw of verruiming) die duidelijk het kader te buiten gaan van wat nodig is om eenvoudig de vaste activa in goede werkingsstaat te behouden. Aankopen of gebruikslicenties voor software worden opgenomen als investeringen voor zover ze bestemd zijn voor herhaaldelijk of ononderbroken gebruik in het productieproces gedurende meer dan een jaar. De ontwikkeling van software “op maat” volgt deze zelfde regel, ongeacht of ze worden ontwikkeld door een firma buitenhuis of voor eigen rekening. Als ze voor eigen rekening worden ontwikkeld, zullen ze tegen kostprijs worden gewaardeerd. De interesten op handelsschulden zijn uitgesloten uit groep 12; zij dienen onder code 21.40 te worden geboekt. De aankoop van goederen die niet beschouwd worden als klein materiaal en bestemd zijn om gedurende meer dan een jaar gebruikt te worden, worden als investering geboekt (economische code 74.22). Deze goederen zullen opgenomen worden in de balans van de instelling. Aankopen inzake onderzoek en ontwikkeling in de vorm van onderzoeksovereenkomsten met derden waarvan de overheid eigenaar wordt, werden in het ERS95 beschouwd als aankopen van goederen en diensten. In het ESR 2010 worden aankopen inzake onderzoek en ontwikkeling in de vorm van onderzoeksovereenkomsten met derden beschouwd als investeringen als de overheid eigenaar wordt van de onderzoeksresultaten (code 74.80); ofwel worden ze beschouwd als overdracht als de overheid geen eigenaar wordt van de onderzoeksresultaten (economische codes van de groepen 3 en 4 in functie van de verkrijger van de uitgaven (zie bijlage over onderzoek en ontwikkeling)). OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 61 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 12 Aankoop van niet-duurzame goederen en diensten Subgroep 12.1 Algemene werkingkosten vergoed aan andere sectoren dan de overheidssector Economische code 12.12 Huurgelden van gebouwen Definitie Het betreft de betaalde bedragen voor de huur van gebouwen waarvan de eigenaar niet tot de overheid behoort. Inbegrepen gewone huur operationele leasing voor gebouwen Uitgesloten huurgelden en betalingen in het kader van andere operationele leasings dan die voor gebouwen financiële leasings (zie commentaar groep 04) huurgelden van gronden (zie groep 24) OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 62 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 12 Aankoop van niet-duurzame goederen en diensten Subgroep 12.2 Algemene werkingskosten vergoed binnen de overheidssector Definitie Deze subgroep is als volgt uitgesplitst: 12.21: algemene werkingskosten; 12.22: huurgelden van gebouwen. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 63 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 12 Aankoop van niet-duurzame goederen en diensten Subgroep 12.2 Algemene werkingskosten vergoed binnen de overheidssector Economische code 12.21 Algemene werkingskosten Definitie Onder code 12.21 worden de aankopen van niet-duurzame goederen en diensten binnen de overheidssector geboekt. Inbegrepen Zie code 12.11 Uitgesloten Zie code 12.11 OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Conform de boekhoudregels wordt het gebruik door een overheidseenheid van gedetacheerd personeel van een andere overheidseenheid gelijkgesteld met een aankoop van een dienst. De loonlast wordt dus geboekt op het niveau van de entiteit die de oorspronkelijke wedde betaalt. Voorbeeld: gedetacheerd personeel van een overheidseenheid A naar een overheidseenheid B loonlasten geboekt op het niveau van overheidseenheid A onder groep 11 de terugbetaling van de beloning door overheidseenheid B wordt gelijkgesteld met een aankoop van een dienst binnen de overheidssector: economische code 12.21 op het niveau van de overheidseenheid B de ontvangst wordt geboekt op het niveau van eenheid A als een verkoop van een dienst: economische code 16.20 op niveau van eenheid A 64 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 12 Aankoop van niet-duurzame goederen en diensten Subgroep 12.2 Algemene werkingskosten vergoed binnen de overheidssector Economische code 12.22 Huurgelden van gebouwen Definitie Het betreft de betaalde bedragen voor het huren van gebouwen waarvan de eigenaar tot de overheidssector behoort. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 65 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 12 Aankoop van niet-duurzame goederen en diensten Subgroep 12.3 Niet gebruikt Subgroep 12.4 Niet gebruikt 66 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 12 Aankoop van niet-duurzame goederen en diensten Subgroep 12.5 Belastingen betaald aan subsectoren van de overheidssector Economische code 12.50 Belastingen betaald aan subsectoren van de overheidssector Definitie Hieronder worden de directe en indirecte belastingen geboekt die een overheid aan een subsector van de overheid betaalt. Inbegrepen roerende voorheffing onroerende voorheffing gewestelijke belastingen vennootschapsbelasting rechtspersonenbelasting (vzw’s) Uitgesloten btw OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Voor instellingen die niet btw-plichtig zijn wordt de btw automatisch geboekt op de codes 12.xx of 7x.xx overeenkomstig de prijs van het goed zoals aangeduid op de aankoopfactuur. Voor instellingen die wel btw-plichtig zijn moet de btw op aankoop en verkoop niet worden geboekt als begrotingsverrichting. Het gaat om een financiële verrichting waarvan het eventueel saldo op het einde van het jaar dat moet worden gestort aan (of teruggekregen van) de FOD Financiën rechtstreeks wordt geboekt in de balans van de instelling en niet wordt opgenomen in de economische hergroepering. Voor instellingen die slechts gedeeltelijk btw-plichtig zijn moet men kijken of voor een bepaalde verrichting de instelling btw verschuldigd is of niet. 67 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 13 Niet gebruikt (*) Definitie Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN (*) In het ESR 95 werd de aankoop van duurzame militaire goederen (oorlogswapens en lanceermateriaal) geboekt onder de groep 13. In het ESR 2010 wordt deze aankoop beschouwd als investering; hij wordt geboekt onder de code 74.70. 68 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 14 Herstel en niet-waardevermeerderend onderhoud van wegen- en waterbouwkundige werken Economische code 14.10 Kosten vergoed aan andere sectoren dan de overheidssector Economische code 14.20 Kosten vergoed binnen de overheidssector Definitie Deze groep bevat de uitgaven voor werkzaamheden aan wegen, kanalen, bruggen, tunnels, havens, enz. voorzover ze niet als investeringen kunnen worden beschouwd (zie groep 73). Het gaat hier om uitgaven met als doel de waarde van de kapitaalgoederen te behouden. Het onderhoud betreft de regelmatige en permanente zorg voor de goede werking en de goede staat van de kapitaalgoederen te waarborgen. Inbegrepen Uitgesloten Belangrijke veranderingen aan bestaande kapitaalgoederen die een waardeverhoging meebrengen (bijvoorbeeld wegherstellingen die de betrokken wegen feitelijk volledig omvormen door het aanbrengen van een ander wegdek, een ander tracé, enz.) worden als investeringen geboekt (groep 73). Herstel van oorlogsschade en rampenschade wordt eveneens als investering beschouwd (hoofdgroep 7). Onderhoud en kleine herstelwerkzaamheden aan gebouwen (code 12.11). OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Groep 14 is verdeeld over de economische codes: 14.10 indien de betalingen een andere sector dan de overheid betreffen; 14.20 indien de betalingen binnen de overheidssector gebeuren. 69 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 16 Verkoop van niet-duurzame goederen en diensten Definitie Deze groep omvat de opbrengsten uit de verkoop van niet-duurzame goederen en diensten door de overheidssector, alsook de opbrengsten uit verhuur van gebouwen, lokalen, vervoermiddelen, technische apparatuur en andere goederen (de opbrengst uit verhuur van gronden wordt gecodeerd onder 28.3). Indien een subsector van de overheidssector bij de productie van “niet-verhandelbare” diensten eveneens op marginale, incidentele en bijkomende wijze goederen en verhandelbare diensten verkoopt, worden de ontvangsten uit deze verkopen geboekt onder groep 16. Inbegrepen De betalingen voor de waarborgen proportioneel met de productiekosten, de kinderdagverblijven, bedrijfsrestaurants moeten worden geboekt in groep 16. Uitgesloten De commissies voor waarborgen niet proportioneel met de productiekosten. OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Belastingen die de gezinnen of bedrijven betalen voor het bezit of het gebruik van voertuigen, boten of vliegtuigen, voor een schietvergunning, een jacht- of een visverlof, enz., worden ofwel als belasting ofwel als aankoop van een dienst beschouwd. Het onderscheid tussen een belasting en een aankoop van een dienst bij een overheid is gebaseerd op het volgende criterium: als de machtiging automatisch gegeven wordt zodra het verschuldigd bedrag betaald is, wordt dit als een belasting beschouwd. Als de overheid echter gebruik maakt van de toekenningsprocedure voor om het even welke machtiging om een welbepaalde regulerende functie in te stellen (bijvoorbeeld de bevoegdheid of de kwalificaties nagaan van de betrokken persoon), zal de betaalde som niet worden beschouwd als een belasting maar als de betaling voor de aankoop van een dienst bij de overheid in kwestie, tenzij dit bedrag duidelijk buiten verhouding staat tot de kostprijs van de dienstlevering. 70 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 16 Verkoop van niet-duurzame goederen en diensten Subgroep 16.1 Verkoop van niet-duurzame goederen en diensten aan andere sectoren dan de overheidssector Definitie Deze subgroep is als volgt uitgesplitst: 16.11: aan de bedrijven; 16.12: aan vzw’s ten behoeve van de gezinnen en aan gezinnen; 16.13: aan het buitenland. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 71 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 16 Verkoop van niet-duurzame goederen en diensten Subgroep 16.1 Verkoop van niet-duurzame goederen en diensten aan andere sectoren dan de overheidssector Economische code 16.11 Aan bedrijven Definitie Onder deze economische code wordt de verkoop geboekt van niet-duurzame goederen en diensten door de overheidssector aan bedrijven, kredietinstellingen, verzekeringsmaatschappijen. Inbegrepen opbrengst van de Regie van het Staatsblad opbrengst van de verhuring van een gebouw aan een onderneming Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 72 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 16 Verkoop van niet-duurzame goederen en diensten Subgroep 16.1 Verkoop van niet-duurzame goederen en diensten aan andere sectoren dan de overheidssector Economische code 16.12 Aan vzw’s ten behoeve van de gezinnen en aan gezinnen Definitie Onder deze economische code wordt de verkoop geboekt van niet-duurzame goederen en diensten door de overheidssector aan de gezinnen en vzw’s ten behoeve van de gezinnen. Inbegrepen opbrengst van kanselarijrechten, consulaire taksen, visa van paspoorten verkoop van kleding aan het politiepersoneel afgifte van uittreksels of andere kadastrale stukken verkoop van gepersonaliseerde nummerplaten opbrengst van de verhuring van woningen die aan personeelsleden ter beschikking worden gesteld inschrijvingsgeld (onderwijs, sportcentra, …) rechten inzake gelijkwaardigheid van diploma’s opbrengst van inschrijvingen voor colloquia, seminaries, stages, … Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 73 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 16 Verkoop van niet-duurzame goederen en diensten Subgroep 16.1 Verkoop van niet-duurzame goederen en diensten aan andere sectoren dan de overheidssector Economische code 16.13 Aan het buitenland Definitie Onder deze economische code wordt de verkoop geboekt van niet-duurzame goederen en diensten door de overheid aan het buitenland. Inbegrepen terugbetaling door de Europese Unie van de kosten voor de inning van ontvangsten die de Belgische Staat voor rekening van de Unie int Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 74 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 16 Verkoop van niet-duurzame goederen en diensten Subgroep 16.2 Verkoop van niet-duurzame goederen en diensten binnen de overheidssector Economische code 16.20 Verkoop van niet-duurzame goederen en diensten binnen de overheidssector Definitie Onder deze economische code wordt de verkoop geboekt van niet-duurzame goederen en diensten door een eenheid van de overheidssector aan een andere eenheid van de overheidssector. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Conform de boekhoudregels wordt het gebruik door een overheidseenheid van gedetacheerd personeel van een andere overheidseenheid gelijkgesteld met een aankoop van een dienst. De loonlast wordt dus geboekt op het niveau van de entiteit die de oorspronkelijke wedde betaalt. Voorbeeld: gedetacheerd personeel van een overheidseenheid A naar een overheidseenheid B loonlasten geboekt op het niveau van overheidseenheid A onder groep 11 de terugbetaling van de beloning door overheidseenheid B wordt gelijkgesteld met een aankoop van een dienst binnen de overheidssector: economische code 12.21 op het niveau van de overheidseenheid B de ontvangst wordt geboekt op het niveau van eenheid A als een verkoop van een dienst: economische code 16.20 op niveau van eenheid A 75 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 17 Niet gebruikt 76 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven voor en ontvangsten van goederen en diensten Groep 18 Ontvangsten afkomstig van wegen- en waterbouwkundige werken Economische code 18.10 Ontvangsten van andere sectoren dan de overheidssector Economische code 18.20 Ontvangsten binnen de overheidssector Definitie Deze groep heeft betrekking op werkzaamheden uitgevoerd door een subsector van de overheidssector ten behoeve van een andere subsector van de overheidssector dan wel ten behoeve van een andere sector. De werkzaamheden kunnen voor de subsector of de sector ten behoeve waarvan zij worden uitgevoerd, zowel investeringswerken (nieuwe aanleg of groot onderhoud) als onderhoudswerken zijn. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Groep 18 is verdeeld over de economische codes: 18.10 indien de betalingen afkomstig zijn van een andere sector dan de overheidssector; 18.20 indien de betalingen afkomstig zijn van een andere subsector van de overheidssector. 77 Hoofdgroep 1 Lopende uitgaven en ontvangsten voor goederen en diensten Groep 19 Productie van investeringsgoederen in eigen beheer Economische code 19.00 Productie van investeringsgoederen in eigen beheer Definitie Werken in eigen beheer komen overeen met vaste activa die de eenheid voor zichzelf aanmaakt. Haar personeel voert deze werkzaamheden uit met materiaal dat zij aankoopt. Deze vaste activa worden geboekt (code 19) door hun productiekosten op te tellen; deze worden steeds geboekt als uitgaven en komen overeen met de personeelskosten (codes 11.xx), plus de kostprijs van de grondstoffen en de andere productiekosten (codes 12.xx), met uitsluiting van de financiële kosten. Er wordt een investering op het actief geboekt als tegenboeking van de ontvangstencode 19.00. Volgende codes gelden voor de investeringen: 72.9 Werken in onroerende staat uitgevoerd in eigen beheer Bijv.: het personeel van de vennootschap bouwt een niet-residentieel gebouw 73.9 Infrastructuurwerken uitgevoerd in eigen beheer Bijv.: het personeel van de vennootschap legt een weg aan, voert er grote herstellingen aan uit of legt terreinen aan 74.9 Roerende investeringen uitgevoerd in eigen beheer Bijv.: het personeel van de vennootschap vervangt een motor in een voertuig, ontwikkelt een programmatuur of legt een gegevensbank aan Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN - AANTEKENINGEN Enkel eenheden die dergelijke verrichtingen in hun jaarrekening boeken moeten deze codes gebruiken. 78 Hoofdgroep 2 Renten en inkomsten uit eigendom Definitie Inbegrepen 21: interestlasten 22: deze groep wordt niet gebruikt 23: deze groep wordt niet gebruikt 24: huurgelden van gronden 25: uitbetaalde dividenden 26: rente van overheidsvorderingen 27: deze groep wordt niet gebruikt 28: overige opbrengsten uit vermogen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 79 Hoofdgroep 2 Renten en inkomsten uit eigendom Groep 21 Interestlasten Definitie Deze groep omvat de rente en andere daarmee gelijkgestelde lasten op alle overheidsschulden, met inbegrip van de commerciële schulden. De uitgifteverschillen en de aflossingspremies ten laste van de emittent worden beschouwd als renten, net als de loten van lotenleningen worden gelijkgesteld met rentelasten. Inbegrepen 21.1: interestlasten op overheidsschuld in euro 21.2: interestlasten op overheidsschuld in vreemde valuta 21.3: interestlasten op schuld binnen de overheidssector 21.4: rente op commerciële schuld 21.5: rente op financiële leasings 21.6: andere rente Uitgesloten Schulden van overheidsbedrijven die niet tot de overheidssector S.13 behoren, maken geen deel uit van de overheidsschuld, behalve wanneer hun lasten systematisch gedragen worden door de overheid. Als het om een eenmalige situatie gaat, mag de rente op (en aflossing van) deze schulden dan ook niet worden opgenomen bij de rente op (en de aflossing van) overheidsschuld. Indien de overheid occasioneel de rente op (en de aflossing van) die schulden voor haar rekening neemt, dan is dit een overdracht ten gunste van die bedrijven. De rente wordt dan geboekt onder de code 31.11 (en de aflossing onder de groep 51). Een analoge situatie kan zich voordoen binnen de overheidssector. Zo kan de centrale overheid de betaling van de rente (en de aflossing) voor haar rekening nemen van leningen aangegaan door lokale overheden en door socialezekerheidsinstellingen. De rente wordt dan geboekt onder de overeenstemmende hoofdgroep 4 (de aflossing onder hoofdgroep 6). De kosten voor uitgifte van leningen (commissielonen, enz.) worden geklasseerd als aankoop van goederen en diensten (code 12.11) en niet als rente. OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Moment van boeking: Volgens het ESR worden de rentelasten van leningen van de overheidsschuld (groep 21) alsook de renten van schuldvorderingen van de overheid (groep 26) geboekt op basis van de vastgestelde rechten. Indien op het vlak van de begroting de aanrekening gebeurt op basis van de vervallen renten, zal vervolgens een correctie moeten worden uitgevoerd in de economische hergroepering via de extrabudgettaire verrichtingen, om rekening te houden met de vereisten van het ESR. 80 Hoofdgroep 2 Renten en inkomsten uit eigendom Groep 21 Interestlasten Economische code 21.10 Interestlasten op overheidsschuld in euro Economische code 21.20 Interestlasten op overheidsschuld in vreemde valuta Economische code 21.30 Interestlasten op schuld binnen de overheidssector Definitie Onder de codes 21.10 (euro) en 21.20 (vreemde valuta) worden de rentelasten geboekt op de leningen van de overheid en andere vergelijkbare lasten. De rentelasten op de schuld binnen de overheidssector worden geboekt onder de code 21.30. Inbegrepen de renten tegen nominale rentevoet van de lening de uitgifteverschillen de terugbetalingpremies, contractueel vastgelegd en niet gebonden aan opties de lotenleningen de uit de indexering voortvloeiende bijkomende vergoeding ten opzichte van de nominale rentevoet, in het geval van geïndexeerde leningen Uitgesloten de kosten voor uitgifte van leningen (code 12.11) de aflossingen van leningen (code 91.10) allerlei optiepremies (code 81.70 in geval van aankoop of code 86.70 in geval van verkoop) de premies voor annulatie van wisselswaps (code 81.70 indien negatief of code 86.70 indien positief) de terugbetalingpremies verbonden aan de uitoefening van opties (code 81.70) het verschil tussen de nominale waarde en de prijs van de verrichting (code 81.70 in geval van verlies en code 86.70 in geval van winst) voor: de terugkoop van effecten en andere terugbetalingen de aankoop van effecten om ze in portefeuille te houden de doorverkoop van effecten uit portefeuille de rentestromen in verband met SWAPS 81 OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Vóór de toepassing van het ESR 2010 werden de rentestromen in verband met SWAPS beschouwd als renten en geboekt in de economische groepen 21 (uitgave) of 26 (ontvangst). In het ESR 2010 worden deze stromen niet beschouwd als renten. Ze moeten worden geboekt onder de economische codes 81.70 (uitgaven) of 86.70 (ontvangsten). 82 Hoofdgroep 2 Renten en inkomsten uit eigendom Groep 21 Interestlasten Economische code 21.40 Rente op commerciële schuld Definitie Onder de economische code 21.40 worden de renten geboekt op schulden in verband met de aankoop van goederen en diensten. Inbegrepen verwijlinteresten Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 83 Hoofdgroep 2 Renten en inkomsten uit eigendom Groep 21 Interestlasten Economische code 21.50 Rente op financiële leasings Definitie Onder de economische code 21.50 worden de renten geboekt op schulden in verband met financiële leasings (cf. code 04.00). Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 84 Hoofdgroep 2 Renten en inkomsten uit eigendom Groep 21 Interestlasten Economische code 21.60 Andere rente Definitie Onder de economische code 21.60 worden de andere rentelasten geboekt dan op de overheidsschuld, de commerciële schuld of de financiële leasing. Inbegrepen verwijlinteresten andere dan op commerciële schulden gerechtelijke interesten interesten op belastingschuldvorderingen (bijvoorbeeld: een naamloze vennootschap uit de overheidssector (S. 13) moet verwijlinteresten op haar belastingen betalen) Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 85 Hoofdgroep 2 Renten en inkomsten uit eigendom Groep 22 Niet gebruikt Groep 23 Niet gebruikt 86 Hoofdgroep 2 Renten en inkomsten uit eigendom Groep 24 Huurgelden van gronden Economische code 24.10 Betalingen aan andere sectoren dan de overheidssector Economische code 24.20 Betalingen binnen de overheidssector Definitie Onder de economische codes 24.10 (betalingen aan andere sectoren dan de overheidssector) of 24.20 (betalingen binnen de overheidssector) wordt de huur geboekt die betaald wordt voor gronden. Inbegrepen huurgelden voor gronden huurgelden te betalen aan eigenaars van rivieren en watervlakten om het recht te krijgen deze te gebruiken voor recreatieve en andere doeleinden, waaronder de visvangst Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 87 Hoofdgroep 2 Renten en inkomsten uit eigendom Groep 25 Uitbetaalde dividenden Economische code 25.00 Uitbetaalde dividenden Definitie Dividenden uitgekeerd door een vennootschap uit de overheidssector (S. 13) moeten worden geboekt onder code 25.00. Inbegrepen Voorbeeld: dividenden uitgekeerd door de Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij dividenden uitgekeerd door PMV, LRM Uitgesloten De uitkeringen van het Federale Participatiefonds aan de gewesten naar aanleiding van de staatshervorming en de daaraan gekoppelde ontbinding en de regionalisering van het Federale Participatiefonds (code 69.50). OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 88 Hoofdgroep 2 Renten en inkomsten uit eigendom Groep 26 Rente van overheidsvorderingen Economische code 26.10 Rente-ontvangsten van andere sectoren dan de overheidssector Economische code 26.20 Rente-ontvangsten binnen de overheidssector Definitie De renten die een subsector van de overheid ontvangt op beleggingen, worden geboekt onder de code 26.10, als de interestopbrengst voortkomt uit een andere sector dan de overheidssector, en onder de code 26.20, als die voortkomt uit een subsector van de overheid. Inbegrepen Uitgesloten De rentestromen in verband met SWAPS. OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Voor de toepassing van het ESR 2010 werden de rentestromen in verband met SWAPS beschouwd als renten en geboekt in de economische groepen 21 (uitgave) of 26 (ontvangst). In het ESR 2010 worden deze stromen niet beschouwd als renten. Ze moeten worden geboekt onder de economische codes 81.70 (uitgaven) of 86.70 (ontvangsten). 89 Hoofdgroep 2 Renten en inkomsten uit eigendom Groep 27 Niet gebruikt (*) OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN (*) Opgenomen in de groep 28. 90 Hoofdgroep 2 Renten en inkomsten uit eigendom Groep 28 Overige opbrengsten uit vermogen Definitie De andere opbrengsten uit vermogen zijn deze in verband met concessies (code 28.10), dividenden (code 28.20) en huurgelden van gronden (28.30). Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 91 Hoofdgroep 2 Renten en inkomsten uit eigendom Groep 28 Overige opbrengsten uit vermogen Economische code 28.10 Concessies Definitie Deze groep omvat de ontvangsten uit concessies. Het gaat bijvoorbeeld om concessies in verband met de winning van grondstoffen (kolen, erts, aardolie, aardgas, grind, zand, enz.) Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 92 Hoofdgroep 2 Renten en inkomsten uit eigendom Groep 28 Overige opbrengsten uit vermogen Economische code 28.20 Dividenden Definitie Hieronder vallen alle dividenden geïnd door een eenheid van de overheidssector als aandeelhouder in bedrijven, kredietinstellingen en verzekeringsmaatschappijen, ongeacht of de overheid al dan niet de meerderheid van de aandelen bezit. Inbegrepen Belgacomdividend dividend van de FPIM dividend van de NBB dividenden van PMV, LRM, … Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 93 Hoofdgroep 2 Renten en inkomsten uit eigendom Groep 28 Overige opbrengsten uit vermogen Economische code 28.30 Huurgelden van gronden Definitie Tot deze ontvangstencategorie behoren onder meer: a) de huurgelden, eventueel de erfpacht van gronden die aan anderen in gebruik zijn gegeven als landbouwgronden, gronden voor de bouw van woningen en van bedrijfsgebouwen, enz. Om praktische redenen wordt de pacht bruto opgenomen, dit is inclusief belastingen en onderhoudskosten; b) de verhuur van grond, meestal van korte duur, ten behoeve van marktkraampjes enz.; c) de parkeervergunningen en -gelden; d) de toestemming aan openbare nuts- en transportbedrijven voor de aanleg van kabels, buizen, rails enz. in de openbare grond; e) de verhuur van wateren voor scheepvaart of visvangst; f) de verhuur van gronden voor de jacht; g) de vergunningen om openbare gronden te laten begrazen. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 94 Hoofdgroepen 3, 4, 5 en 6: Inkomens- en kapitaaloverdrachten Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Hoofdgroep 5 Kapitaaloverdrachten aan en van andere sectoren Hoofdgroep 6 Kapitaaloverdrachten binnen de overheidssector Definitie Overdrachten zijn betalingen “om niet", d.w.z. betalingen zonder rechtstreekse tegenprestatie. Aan de uitgavenzijde gaat het om allerlei subsidies, bijdragen, sociale uitkeringen en aan de ontvangstenzijde om belastingen, sociale bijdragen, taksen, heffingen, boeten en giften. De overdrachten worden in 4 hoofdgroepen ingedeeld: inkomensoverdrachten (hoofdgroep 3) en kapitaaloverdrachten (hoofdgroep 5) aan en van andere sectoren, inkomensoverdrachten (hoofdgroep 4) en kapitaaloverdrachten (hoofdgroep 6) binnen de overheidssector. Inkomensoverdrachten behoren tot de lopende verrichtingen en kapitaaloverdrachten tot de kapitaalverrichtingen. Voor het onderscheid tussen lopende overdracht en kapitaaloverdracht gaat men kijken naar de doelstelling van de uiteindelijke uitgave. Inbegrepen Sommige uitgaven van de overheid worden in de begroting “voorschotten” genoemd. Indien het duidelijk is dat die voorschotten niet zullen worden terugbetaald, moeten deze meteen als overdrachten worden geclassificeerd. Indien later toch terugbetalingen zouden plaatsvinden, dan zullen deze ook bij de overdrachten worden geboekt. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 95 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 31 Exploitatiesubsidies Definitie Exploitatiesubsidies zijn inkomensoverdrachten uitgekeerd door de overheid in het kader van het economische en sociale beleid aan ingezeten eenheden die verhandelbare goederen en/of diensten voortbrengen. Zij maken het mogelijk eventueel de verkoopprijs, zoals die normaal gezien uit de werkelijke productiekosten voortvloeit, te verlagen. Het doel is dan ook de verkoopprijzen te beïnvloeden en/of een toereikende beloning van de productiefactoren mogelijk te maken. In principe is het effect van de subsidie tegenovergesteld aan dat van de indirecte belastingen, die kostprijsverhogend werken. Inbegrepen vermindering van patronale bijdragen voor bepaalde specifieke groepen (economische code 31.40) Uitgesloten Exploitatiesubsidies uitgekeerd aan bedrijven door Europese communautaire instellingen moeten niet worden opgenomen in de economische hergroepering (zelfs als ze worden doorgevoerd via de rekening van een instelling opgenomen in de economische hergroepering). Zij die dit soort verrichtingen willen boeken in de economische hergroepering, moeten de groepen 03 en 08 gebruiken. OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Investeringsbijdragen, herstel van rampenschade, schuldkwijtschelding en andere schadeloosstellingen behoren tot de kapitaaloverdrachten (hoofdgroep 5). 96 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 31 Exploitatiesubsidies Subgroep 31.1 Rentesubsidies Economische code 31.11 Rentesubsidies aan overheidsbedrijven Economische code 31.12 Rentesubsidies aan andere bedrijven Definitie Rentesubsidies toegekend aan productie-eenheden moeten ook als exploitatiesubsidies worden geboekt, zelfs indien zij tot doel hebben de investering te vergemakkelijken. Deze vergoedingen vormen immers overdrachten die beogen de exploitatielasten van de producenten te verlichten. Zij worden geboekt als subsidies aan de begunstigde producenten, ook als het renteverschil in feite door de overheid rechtstreeks wordt uitgekeerd aan de kredietinstelling die de lening heeft verstrekt. Inbegrepen De subgroep 31.1 is onderverdeeld in 2 economische codes: 31.11: indien de begunstigde een overheidsbedrijf is; 31.12: indien de begunstigde een niet-overheidsbedrijf is. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 97 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 31 Exploitatiesubsidies Subgroep 31.2 Overige exploitatiesubsidies aan overheidsbedrijven Economische code 31.21 Prijssubsidies aan overheidsbedrijven Economische code 31.22 Overige exploitatiesubsidies aan overheidsbedrijven Definitie Onder subgroep 31.2 boekt men de exploitatiesubsidies aan overheidsbedrijven andere dan rentesubsidies (subgroep 31.1). Inbegrepen economische code 31.21: prijssubsidies aan overheidsbedrijven economische code 31.22: overige exploitatiesubsidies aan overheidsbedrijven Uitgesloten Courante toelagen aan intercommunales geklasseerd in de sector S.1313 (lokale overheden) volgens de lijst van de eenheden van de overheidssector van het INR worden geklasseerd onder de economische code 45.53. Zelfstandigen worden geklasseerd in de sector van de gezinnen, ook voor wat betreft hun beroepsactiviteiten. Toelagen aan zelfstandigen moeten dan ook worden geklasseerd in groep 31 en mogen niet worden verward met sociale uitkeringen of andere overdrachten naar gezinnen. OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Prijssubsidies zijn subsidies die per geproduceerde eenheid van goederen of diensten worden uitgekeerd. Onder code 31.22 horen bijvoorbeeld: - de exploitatietoelagen die voorwaardelijk aan een overheidsbedrijf worden toegekend in samenhang met een programmacontract; - de toelagen aan overheidsbedrijven om de loonkosten te dekken; - lopende toelagen aan intercommunales geklasseerd in de sector van de niet-financiële ondernemingen (S.11) volgens de lijst van de eenheden van de overheidssector van het INR. 98 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 31 Exploitatiesubsidies Subgroep 31.3 Overige exploitatiesubsidies aan andere producenten dan overheidsbedrijven Economische code 31.31 Prijssubsidies aan andere producenten dan overheidsbedrijven Economische code 31.32 Overige exploitatiesubsidies aan andere producenten dan overheidsbedrijven Definitie Onder subgroep 31.3 registreert men de subsidies aan niet-overheidsbedrijven die geen rentesubsidies zijn (subgroep 31.1). Inbegrepen economische code 31.31: prijssubsidies aan andere producenten dan overheidsbedrijven economische code 31.32: overige exploitatiesubsidies aan andere producenten dan overheidsbedrijven Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Prijssubsidies zijn subsidies die per geproduceerde eenheid van goederen of diensten worden uitgekeerd. Onder code 31.32 horen bijvoorbeeld: subsidies aan privébedrijven om de vervuiling tegen te gaan; subsidies aan privébedrijven om de loonkosten te dekken. 99 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 31 Exploitatiesubsidies Subgroep 34.4 Vermindering van werkgeversbijdragen voor bepaalde doelgroepen Economische code 31.40 Vermindering van werkgeversbijdragen voor bepaalde doelgroepen Definitie Onder code 31.40 boekt men de verminderingen van werkgeversbijdragen voor bepaalde doelgroepen. Inbegrepen Specifieke bijdragenverminderingen Loonmatiging universiteiten Wetenschappelijk onderzoek Vermindering patronale bijdragen - Eerste aanwervingen (1,2,3) - Uitbreiding eerste aanwervingen tot 4e en 5e - Arbeidsduurvermindering - Vervanger in de publieke sector - Horeca Geregionaliseerde bijdragenverminderingen Gesubsidieerde contractuelen Baggeraars (naar HVKZ) Huispersoneel Kunstenaars Onthaalouders Herstructurering Jonge werknemers Langdurig werkzoekenden Activering Preventiepersoneel Doorstromingsprogramma's SINE (sociale inschakelingseconomie) Oudere werknemers Mentors 100 Uitgesloten Structurele bijdragenvermindering zowel het deel forfait als de component voor lage en hoge lonen. OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 101 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 32 Inkomensoverdrachten, die geen exploitatiesubsidies zijn, aan bedrijven en financiële instellingen Economische code 32.00 Inkomensoverdrachten, die geen exploitatiesubsidies zijn, aan bedrijven en financiële instellingen Definitie Deze code is een restpost voor het registreren van de inkomensoverdrachten, die geen exploitatietoelagen zijn, aan bedrijven en financiële instellingen. Inbegrepen de overdrachten aan overheidsbedrijven bedoeld om een deel van de pensioenlasten te dekken van hun voormalige beambten in het kader van een rechtszaak, de gerechtskosten terugbetaald aan de winnende partij, indien deze een onderneming of een vzw ten behoeve van de ondernemingen is Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 102 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 33 Inkomensoverdrachten aan vzw’s ten behoeve van de gezinnen Economische code 33.00 Inkomensoverdrachten aan vzw’s ten behoeve van de gezinnen Definitie Tot deze groep behoren de tegemoetkomingen in de lopende uitgaven van vzw’s met eigen rechtspersoonlijkheid ten behoeve van gezinnen. Inbegrepen overdrachten naar stichtingen, verenigingen, enz. die werkzaam zijn op het gebied van cultuur, recreatie, toerisme, dierenbescherming, alcoholismebestrijding, sportbeoefening enz., alsook kerkgemeenschappen en andere levensbeschouwelijke verenigingen in het kader van een rechtszaak, de gerechtskosten terugbetaald aan de winnende partij, indien deze een vzw ten behoeve van de gezinnen is Uitgesloten Overdrachten naar vzw’s die als eenheden van de overheidssector worden beschouwd (sector S.13). OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Grens tussen aankoop van goederen en diensten en lopende overdrachten Een betaling van de overheid aan een vzw moet als een lopende aankoop van goederen en diensten worden behandeld indien de overheid als tegenprestatie iets ontvangt waarvan ze eigenaar wordt en dat ze voor haar werking gebruikt (bijv.: papierwaren, klein kantoormaterieel, een wetenschappelijke studie, een technische analyse, advies en ondersteuning in een specifiek domein, …), tenzij het bedrag duidelijk niet in verhouding staat tot de betrokken levering. In dat geval dient het betaalde bedrag als een overdracht te worden beschouwd. De betalingen die deze voorwaarde niet vervullen dienen als lopende overdrachten zonder tegenprestatie te worden behandeld. Dit is specifiek het geval voor betalingen voor het ondersteunen van sociaal-culturele doelstellingen waarbij de vzw als enige voorwaarde wordt opgelegd dat ze bewijsstukken voorlegt betreffende de aanwending van de gelden die haar ter beschikking worden gesteld. Herhaaldelijke betalingen vanwege de administratie suggereren overdrachten zonder tegenprestatie. Idealiter zou men de zaak geval per geval moeten bekijken en de contractvoorwaarden tussen de overheid en de betrokken vzw moeten onderzoeken. 103 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 34 Inkomensoverdrachten aan gezinnen Definitie Deze groep omvat de uitkeringen die aan gezinnen worden toegekend om de lasten te dekken die voortvloeien uit het bestaan van bepaalde risico’s of behoeften, zonder dat de begunstigden tegelijk een gelijkwaardige tegenprestatie leveren. Inkomensoverdrachten aan gezinnen komen vooral voor in de subsector socialezekerheidsinstellingen, waar zij betrekking hebben op de uitkeringen die deze instellingen doen ten behoeve van de gezinnen krachtens verzekeringsaanspraken. Het maakt geen verschil uit of die uitkeringen rechtstreeks aan de gezinnen dan wel aan de productie-eenheden (bijvoorbeeld verpleegen verzorgingstehuizen) plaatsvinden als gehele of gedeeltelijke betaling voor de diensten die zij aan de sociaal verzekerden verlenen. Naast de socialezekerheidsinstellingen doen ook de centrale en lokale overheden nog uitkeringen aan gezinnen die in omstandigheden zijn gekomen die bijstand van overheidswege noodzakelijk maken. De overlevingspensioenen van het overheidspersoneel en de oorlogspensioenen nemen in deze groep een bijzondere plaats in. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 104 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 34 Inkomensoverdrachten aan gezinnen Subgroep 34.1 Weduwen- en wezenpensioenen van het overheidspersoneel Economische code 34.10 Weduwen- en wezenpensioenen van het overheidspersoneel Definitie De weduwen- en wezenpensioenen van het overheidspersoneel worden onder code 34.10 geboekt. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN De brutobedragen van de uitgekeerde weduwen- en wezenpensioenen worden geboekt onder code 34.10. De inhoudingen op de wedden (begrepen in de brutolonen) worden als een ontvangst van de overheid onder de code 37.60 geboekt. 105 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 34 Inkomensoverdrachten aan gezinnen Subgroep 34.2 Oorlogspensioenen Economische code 34.20 Oorlogspensioenen Definitie Het gaat hier om alle pensioenen, renten en gratificaties die de overheid uitkeert voor lichamelijke en psychische schade en gelopen risico’s die voortvloeien uit oorlogsomstandigheden. Inbegrepen De schadeloosstelling voor oorlogsinvaliditeit, begrepen in de militaire pensioenen, wordt niet als overdracht beschouwd maar als ouderdomspensioen (code 11.33) omdat zij niet kan worden afgezonderd. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 106 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 34 Inkomensoverdrachten aan gezinnen Subgroep 34.3 Overige sociale uitkeringen Economische code 34.31 Geldelijke uitkeringen Economische code 34.32 Uitkeringen in natura Definitie De sociale uitkeringen die tot deze groep behoren, worden opgesplitst in geldelijke uitkeringen (code 34.31) en uitkeringen in natura (code 34.32). De lijst van risico’s of behoeften die aanleiding kunnen geven tot sociale uitkeringen is zoals voorgeschreven als volgt vastgesteld: a) b) c) d) e) f) g) h) i) j) k) l) ziekte; invaliditeit en handicap; arbeidsongeval en beroepsziekte; ouderdom; overleven; moederschap; gezin; tewerkstellingsbevordering; werkloosheid; huisvesting; opvoeding; armoede. Inbegrepen Uitgesloten 107 OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN De meerderheid van de sociale uitkeringen gebeuren in speciën. Onder uitkeringen in natura vallen onder meer: rechtstreekse tegemoetkomingen: geneesmiddelen, prothesen, apparaten die rechtstreeks geleverd worden aan militaire en burgerlijke slachtoffers van oorlog en politieke evenementen; medische verzorging, chirurgische ingrepen en verzorging in ziekenhuizen rechtstreeks verstrekt aan gehandicapten, behoeftigen, vluchtelingen, ... de terugbetalingen aan gezinnen ten gevolge van aankopen van farmaceutische producten, medische verzorging, enz. 108 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 34 Inkomensoverdrachten aan gezinnen Subgroep 34.4 Overige uitkeringen aan gezinnen als verbruikers Economische code 34.41 Geldelijke uitkeringen Economische code 34.42 Uitkeringen in natura Definitie Ook deze overige uitkeringen aan gezinnen als verbruikers worden opgesplitst in geldelijke uitkeringen (code 34.41) en uitkeringen in natura (code 34.42). Inbegrepen Zoals voorgeschreven behoren tot deze subgroep: reisbeurzen; schadeloosstellingen voor het verlies van verbruiksgoederen (bijvoorbeeld verlies van meubilair ten gevolge van natuurrampen). Voor de niet-verbruiksgoederen, zie code 53.20; in het kader van een rechtszaak, de gerechtskosten terugbetaald aan de winnende partij, indien deze een gezin is. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 109 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 34 Inkomensoverdrachten aan gezinnen Subgroep 34.5 Overige uitkeringen aan gezinnen als producenten Economische code 34.50 Overige uitkeringen aan gezinnen als producenten Definitie Het betreft hier uitkeringen andere dan exploitatiesubsidies, zoals premies in verband met artistieke activiteiten. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 110 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 35 Inkomensoverdrachten aan het buitenland Definitie Deze groep dekt alle overdrachtverrichtingen in speciën of in natura tussen nationale overheden en de rest van de wereld. Hij dekt de overdrachten aan internationale instellingen en de overdrachten aan vreemde landen (al dan niet overheden). Inbegrepen Uitgesloten de investeringsbijdragen en de kapitaaloverdrachten aan de rest van de wereld (groep 54) OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 111 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 35 Inkomensoverdrachten aan het buitenland Economische code 35.10 Aan EU-instellingen Definitie Onder de code 35.10 worden de lopende bijdragen geboekt die worden gestort aan instellingen van de Europese Unie. Inbegrepen afgestane btw bni-bijdrage aan de Europese Unie Uitgesloten belastingen verbonden aan het gemeenschappelijk landbouwbeleid douanerechten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 112 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 35 Inkomensoverdrachten aan het buitenland Economische code 35.20 Aan lidstaten van de EU (overheden) Economische code 35.30 Aan lidstaten van de EU (niet-overheden) Definitie De lopende overdrachten aan de lidstaten van de Europese Unie worden geboekt onder de code 35.20 als de begunstigde een overheidsinstelling is en 35.30 als de begunstigde geen overheidsinstelling is. Inbegrepen hulp aan andere lidstaten van de Europese Unie (code 35.20) rechtstreekse hulp aan buitenlandse studenten uit een lidstaat van de Europese Unie (code 35.30) Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 113 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 35 Inkomensoverdrachten aan het buitenland Economische code 35.40 Aan internationale instellingen andere dan de EU-instellingen Definitie Onder de economische code 35.40 boekt men inkomensoverdrachten aan andere internationale instellingen dan de Europese Unie: het IMF, de UNO, de NATO, de OESO, enz. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 114 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 35 Inkomensoverdracht aan het buitenland Economische code 35.50 Aan landen andere dan de lidstaten van de EU (overheden) Economische code 35.60 Aan landen andere dan de lidstaten van de EU (niet-overheden) Definitie De lopende overdrachten aan niet-lidstaten van de Europese Unie worden geboekt onder de code 35.50 als de verkrijger een overheid is, en onder de code 35.60 als de verkrijger geen overheid is. Inbegrepen hulp aan een buitenlandse Staat die geen lid is van de Europese Unie (code 35.50) rechtstreekse hulp aan ingezetenen van landen die geen lid zijn van de Europese Unie (code 35.60) Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 115 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 36 Indirecte belastingen en heffingen Economische code 36.10 Invoerrechten Economische code 36.20 Accijnzen en andere verbruiksbelastingen Economische code 36.30 Belasting op de toegevoegde waarde Economische code 36.40 Registratierechten Economische code 36.50 Winsten van fiscale overheidsmonopolies of van openbare bedrijven met een monopolistisch karakter Economische code 36.60 Verkeersbelasting Economische code 36.70 Milieuheffingen Economische code 36.80 Heffingen en belastingen op onroerende goederen, met uitzondering van de onroerende voorheffing Economische code 36.90 Diverse belastingen Definitie Belastingen zijn verplichte heffingen zonder aanwijsbare tegenprestatie die volgens algemene regels worden geheven. Indirecte belastingen worden geboekt onder de groep 36. Die wordt onderverdeeld volgens het soort belasting. 116 Inbegrepen De code 36 wordt als volgt opgesplitst: 36.10: invoerrechten; 36.20: accijnzen en andere verbruiksbelastingen; 36.30: belasting op de toegevoegde waarde; 36.40: registratierechten; 36.50: winsten van fiscale overheidsmonopolies of van openbare bedrijven met een monopolistisch karakter; 36.60: verkeersbelasting; 36.70: milieuheffingen; 36.80: heffingen en belastingen op onroerende goederen, met uitzondering van de onroerende voorheffing; 36.90: diverse belastingen, waaronder de kansspelbelastingen, de uitvoerheffingen, de keuringsrechten en de vermakelijkheidsbelastingen. Uitgesloten fiscale boeten (groep 38) behalve wanneer men ze niet kan scheiden van de overeenstemmende belasting verwijlinteresten (groep 26) tenzij ze niet te scheiden vallen van de overeenkomstige belasting OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Betalingen geïnd voor emissierechten van het type "European Union Allowances" (EUA), die afgeleverd zijn in het Europees stelsel "Emission Trading System" (EU ETS), moeten worden geboekt als indirecte belastingen (code 36.90). In theorie zouden deze belastingen moeten worden geboekt op het ogenblik waarop de luchtvervuiling plaatsvindt. In praktijk echter worden ze geboekt op het ogenblik waarop deze rechten worden teruggegeven aan de bevoegde overheid, zijnde in april van het jaar t+1. Het verschil tussen het ogenblik waarop de Staat de bedragen int van de verkoop van de rechten (via opbod) en het ogenblik waarop de rechten worden teruggegeven doet een financiële verbintenis ontstaan voor de Staat en een financiële schuldvordering voor de houder. 117 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 37 Directe belastingen en bijdragen gestort aan de socialezekerheidsinstellingen Definitie Deze groep omvat vooral de belastingen die regelmatig geheven worden op het inkomen of het kapitaal en waarvan de berekening gewoonlijk geschiedt met inachtneming van de individuele omstandigheden van de belastingplichtigen (gezinslasten, woonplaats, aard van de bedrijvigheid, enz.). Derhalve behoren tot de directe belastingen ook de roerende voorheffing, de dividendbelasting en de belasting op onroerend goed (aangezien deze, gelet op de criteria die worden toegepast bij aanslag en inning, moeten worden geacht deel uit te maken van de belasting op het inkomen). Inbegrepen Uitgesloten Eenmalige belasting op het kapitaal, successierechten en andere soortgelijke buitengewone belastingen worden bij de kapitaaloverdrachten ingedeeld (groep 56). OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 118 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 37 Directe belastingen en bijdragen gestort aan de socialezekerheidsinstellingen Economische code 37.10 Directe belastingen ten laste van bedrijven, kredietinstellingen en verzekeringsmaatschappijen Definitie Onder de code 37.10 worden de directe belastingen geboekt afkomstig van bedrijven, kredietinstellingen en verzekeringsmaatschappijen. Inbegrepen de onroerende voorheffing ten laste van bedrijven de roerende voorheffing ten laste van bedrijven de vennootschapsbelasting (inkohieringen en voorafbetalingen) belastingen ten laste van niet-ingezetenen (vennootschappen) de jaarlijkse taks op collectieve beleggingsinstellingen Uitgesloten de onroerende en roerende voorheffing ten laste van natuurlijke personen (37.20) de belasting op niet-ingezetenen ten laste van natuurlijke personen (37.20) OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Sommige belastingen worden globaal aangerekend op een enkel ontvangstenartikel. Toch moet via een verschillende economische code een onderscheid worden gemaakt tussen het gedeelte “vennootschappen” (37.10) en het gedeelte “natuurlijke personen” (37.20). 119 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 37 Directe belastingen en bijdragen gestort aan de socialezekerheidsinstellingen Economische code 37.20 Directe belastingen ten laste van gezinnen en vzw’s ten behoeve van de gezinnen Definitie Onder de code 37.20 worden de directe belastingen geboekt ten laste van de gezinnen en vzw’s ten behoeve van de gezinnen. Inbegrepen de onroerende voorheffing ten laste van natuurlijke personen de roerende voorheffing (natuurlijke personen) de belasting ten laste van niet-ingezetenen (natuurlijke personen) personenbelasting (inkohieringen en bedrijfsvoorheffing) de belasting op de werkgeversparticipatie de belastingen op de vzw’s Uitgesloten de onroerende en roerende voorheffing ten laste van vennootschappen (37.10) de belasting op niet-ingezetenen ten laste van vennootschappen (37.10) OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Sommige belastingen worden globaal aangerekend op een enkel ontvangstenartikel. Toch moet via een verschillende economische code een onderscheid worden gemaakt tussen het gedeelte “vennootschappen” (37.10) en het gedeelte “natuurlijke personen” (37.20). 120 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 37 Directe belastingen en bijdragen gestort aan de socialezekerheidsinstellingen Economische code 37.30 Socialezekerheidsbijdragen ten laste van werkgevers – overheid Definitie Onder de code 37.30 worden de ontvangsten geboekt uit bijdragen voor de sociale zekerheid ten laste van de overheid als werkgever. Inbegrepen de werkgeversbijdragen de responsabiliseringsbijdrage de werkgeversbijdragen van de instellingen aangesloten bij de pool der parastatalen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 121 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 37 Directe belastingen en bijdragen gestort aan de socialezekerheidsinstellingen Economische code 37.40 Socialezekerheidsbijdragen ten laste van andere werkgevers Definitie Onder de code 37.40 worden de ontvangsten geboekt uit de socialezekerheidsbijdragen ten laste van andere werkgevers dan de overheid. Inbegrepen de werkgeversbijdragen van overheidsbedrijven (bpost, Belgacom, Belgocontrol, BIAC, NMBS) Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 122 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 37 Directe belastingen en bijdragen gestort aan de socialezekerheidsinstellingen Economische code 37.50 Socialezekerheidsbijdragen ten laste van werknemers Definitie Onder de code 37.50 worden de ontvangsten geboekt uit de socialezekerheidsbijdragen ten laste van de werknemers. Inbegrepen de solidariteitsbijdrage de persoonlijke bijdrage van de managers de afhouding op het vakantiegeld de persoonlijke bijdragen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 123 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 37 Directe belastingen en bijdragen gestort aan de socialezekerheidsinstellingen Economische code 37.60 Bijdragen voor het Fonds voor Overlevingspensioenen Definitie De sociale bijdragen voor het Fonds voor Overlevingspensioenen worden geboekt onder de economische code 37.60. Inbegrepen de persoonlijke bijdragen voor het pensioenfonds de bijdrage voor begrafeniskosten de emeritaatafhouding Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 124 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 37 Directe belastingen en bijdragen gestort aan de socialezekerheidsinstellingen Economische code 37.70 Andere verplichte bijdragen Definitie Onder de code 37.70 worden de bijdragen of directe belastingen geboekt andere dan deze die vallen onder de economische codes 37.10 tot 37.60. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 125 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 38 Overige inkomensoverdrachten van bedrijven, financiële instellingen, vzw’s ten behoeve van de gezinnen en van gezinnen en ontvangen subsidies Economische code 38.10 Van bedrijven Economische code 38.20 Van kredietinstellingen Economische code 38.30 Van verzekeringsmaatschappijen Economische code 38.40 Van vzw’s ten behoeve van de gezinnen Economische code 38.50 Van gezinnen Economische code 38.60 Ontvangen subsidies Definitie Tot deze groep behoren de overige inkomensoverdrachten en betalingen zonder tegenprestatie, andere dan die van de groepen 36 en 37. Voorbeelden zijn giften, inzamelingen voor de overheid, strafrechtelijke boeten, fiscale boeten, schadeloosstellingen door verzekeringsmaatschappijen, ... 126 Inbegrepen Zijn inbegrepen in de codes 38.10 tot 38.50: belastingboeten opbrengsten van geschillen strafrechtelijke boetes giften en legaten van weinig belang schadeloosstellingen vanwege verzekeringsmaatschappijen Zijn uitgesloten in de codes 38.10 tot 38.50: ontvangen subsidies Zijn inbegrepen in de code 38.60 Ontvangen subsidies: De subsidies afkomstig van overheidsdiensten die ze toekennen in het kader van de algemene bepalingen die van toepassing zijn op zowel privéproducenten als op publieke producenten. Deze rubriek bevat namelijk: de verminderingen van werkgeversbijdragen voor bepaalde doelgroepen van de Gemeenschappen en Gewesten toegekend via de RSZ en de DIBISS (voor rekening van de G&G) de federale verminderingen van werkgeversbijdragen voor bepaalde doelgroepen rechtstreeks toegekend door de RSZ de vrijstellingen van betaling van de bedrijfsvoorheffing ten laste van de FOD Financiën de subsidies Sociale Maribel toegekend door de RSZ en de DIBISS via het Fonds Sociale Maribel Zijn uitgesloten in de code 38.60 Ontvangen subsidies: de dotaties, zonder belang of ze al dan niet voorzien zijn in de bijzondere financieringswet de toegekende delen van belastingen evenals de gewestelijke belastingen de overdrachten die voortvloeien uit conventies tussen de publieke autoriteiten en de overheidseenheden die ze ontvangen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN De andere inkomensoverdrachten worden opgesplitst tussen de codes 38.10 tot 38.50 naargelang de sector waar de overdracht vandaan komt. 127 Hoofdgroep 3 Inkomensoverdrachten aan en van andere sectoren Groep 39 Inkomensoverdrachten van het buitenland Economische code 39.10 Van EU-instellingen Economische code 39.20 Van lidstaten van de EU (overheden) Economische code 39.30 Van lidstaten van de EU (niet-overheden) Economische code 39.40 Van internationale instellingen andere dan de EU-instellingen Economische code 39.50 Van landen andere dan de lidstaten van de EU (overheden) Economische code 39.60 Van landen andere dan de lidstaten van de EU (niet-overheden) Definitie Onder deze groep 39 worden de inkomensoverdrachten van het buitenland geboekt. Net als de groep 35 moeten de inkomensoverdrachten uit het buitenland worden geboekt onder de codes 39.10 tot 39.60 naargelang van de herkomst van deze overdrachten. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN De boeking van subsidies vanwege de Europese Unie gebeurt met de economische code 39.10 (lopende subsidies) of met de economische code 59.11 (kapitaalsubsidies). Voor meer detail zie bijlage 4. 128 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Definitie Hoofdgroep 4 betreft de inkomensoverdrachten binnen de overheidssector. De overheidssector omvat de volgende subsectoren: federale overheid; sociale zekerheid; lokale overheden; gemeenschappen; gewesten; gesubsidieerd autonoom onderwijs. Inbegrepen 41: inkomensoverdrachten binnen een institutionele groep (uitgaven) 42: inkomensoverdrachten aan de socialezekerheidsinstellingen 43: inkomensoverdrachten aan lokale overheden 44: inkomensoverdrachten aan het gesubsidieerd autonoom onderwijs 45: inkomensoverdrachten aan andere institutionele groepen 46: inkomensoverdrachten binnen een institutionele groep (ontvangsten) 47: inkomensoverdrachten van de socialezekerheidsinstellingen 48: inkomensoverdrachten van lokale overheden 49: inkomensoverdrachten van andere institutionele groepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 129 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 41 Inkomensoverdrachten binnen een institutionele groep Definitie Onder institutionele groep verstaat men de verschillende entiteiten die samen de centrale overheid vormen, namelijk de federale overheid, de gewesten, de gemeenschappen en de gemeenschapscommissies. Een institutionele groep is meestal samengesteld uit verschillende eenheden waarvan de begrotingen en de rekeningen met die van de institutionele overheid moeten worden samengevoegd om de economische hergroepering van de institutionele groep in kwestie te verkrijgen. De institutionele overheden zijn de federale overheid, de gewesten, de gemeenschappen en de gemeenschapscommissies. Om te weten welke eenheid bij welke institutionele overheid hoort, kan men teruggrijpen naar de lijst van de eenheden van de overheidssector opgesteld door het Instituut voor de Nationale Rekeningen en gepubliceerd op de website van de NBB en in het jaarverslag van de Algemene Gegevensbank. De eenheden die bij de federale overheid horen, vallen onder sector S.1311 terwijl deze die met de verschillende gewesten, gemeenschappen of gemeenschapscommissies moeten worden samengevoegd, onder sector S.1312 vallen. Inbegrepen 41.10: inkomensoverdrachten aan de institutionele overheid 41.20: inkomensoverdrachten aan niet-organieke begrotingsfondsen 41.30: inkomensoverdrachten aan administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie 41.40: inkomensoverdrachten aan administratieve openbare instellingen 41.50: inkomensoverdrachten aan onderwijsinstellingen van de institutionele overheid 41.60: inkomensoverdrachten aan vzw’s van de overheid 41.70: inkomensoverdrachten aan andere eenheden van de overheid Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 130 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 41 Inkomensoverdrachten binnen een institutionele groep Economische code 41.10 Aan de institutionele overheid Definitie Onder code 41.10 worden de inkomensoverdrachten geboekt van een eenheid naar de institutionele overheid waarmee die eenheid moet worden geconsolideerd volgens de lijst van de eenheden van de overheidssector. Inbegrepen inkomensoverdracht van een ADBA (administratieve dienst met boekhoudkundige autonomie) inkomensoverdracht van een AOI (administratieve openbare instelling) naar de institutionele overheid inkomensoverdracht van een onderwijsinstelling van de institutionele overheid inkomensoverdracht van een vzw van de overheid Uitgesloten De verrichtingen die leiden tot een facturatie moeten niet worden beschouwd als overdrachten en moeten worden geboekt in groep 12. OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Als tegenboeking worden de ontvangsten geboekt op het niveau van de institutionele overheid onder de overeenkomstige code « 46.xx ». 131 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 41 Inkomensoverdrachten binnen een institutionele groep Economische code 41.20 Aan niet-organieke begrotingsfondsen Definitie Onder code 41.20 worden de inkomensoverdrachten aan niet-organieke begrotingsfondsen geboekt. De niet-organieke begrotingsfondsen werden afgeschaft door de wet van 28 juni 1989. Die code zou dus in principe niet langer mogen worden gebruikt. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 132 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 41 Inkomensoverdrachten binnen een institutionele groep Economische code 41.30 Aan administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie (ADBA) Definitie De overdrachten aan administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie worden geboekt onder de code 41.30. Die overdrachten kunnen zowel door de institutionele overheid als door een andere eenheid (ADBA, AOI, …) worden uitgevoerd. Inbegrepen Voorbeelden: De lopende dotatie van de federale overheid: aan de Nationale Kas voor Rampenschade; aan Selor; aan de staatsdienst met afzonderlijk beheer voor het beheer van de identiteitskaarten en het Rijksregister; aan de culturele wetenschappelijke instellingen die niet als administratieve openbare instellingen worden beschouwd. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN De ontvangsten worden geboekt op het niveau van de ADBA onder de overeenkomstige code 46.xx. 133 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 41 Inkomensoverdrachten binnen een institutionele groep Economische code 41.40 Aan administratieve openbare instellingen (AOI) Definitie Onder de economische code 41.40 boekt men de lopende dotaties aan administratieve openbare instellingen die al dan niet onder de wet van 1954 vallen en die dienen te worden geconsolideerd op basis van de lijst van de eenheden van de overheidssector. Inbegrepen Voorbeelden: lopende dotatie van de federale overheid aan het FAVV lopende dotatie van de federale overheid aan de Regie der Gebouwen lopende dotatie aan het Studiecentrum voor Kernenergie lopende dotatie aan VOI’s A, IVA’s met rechtspersoonlijkheid, VOI’s B en Sui Generis, Eigen Vermogens en publiekrechtelijke EVA’s, Herculesstichting Uitgesloten lopende dotatie aan vzw’s en andere privaatrechtelijke EVA’s OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN De ontvangsten worden geboekt op het niveau van de AOI onder de overeenkomstige code 46.xx. 134 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 41 Inkomensoverdrachten binnen een institutionele groep Economische code 41.50 Aan onderwijsinstellingen van de institutionele overheid Definitie Onder code 41.50 boekt men de inkomensoverdrachten aan onderwijsinstellingen van de institutionele overheid. Inbegrepen scholen hogescholen universiteiten internaten associaties Uitgesloten de inkomensoverdrachten aan instellingen van het gesubsidieerd autonoom onderwijs (cf. groep 44) OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 135 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 41 Inkomensoverdrachten binnen een institutionele groep Economische code 41.60 Aan vzw’s van de overheid Definitie Onder code 41.60 boekt men de overdrachten aan vzw’s van de overheid, namelijk deze opgenomen in de lijst van de eenheden van de overheidssector onder de sectoren S.1311 (federale overheid) of S.1312 (gewesten, gemeenschappen, gemeenschapscommissies). Inbegrepen Voorbeeld: inkomensoverdracht van de FOD Volksgezondheid aan de vzw Sociale dienst Uitgesloten inkomensoverdrachten van privaatrechtelijke EVA’s andere dan vzw’s OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 136 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 41 Inkomensoverdrachten binnen een institutionele groep Economische code 41.70 Aan andere eenheden van de overheid Definitie Onder code 41.70 boekt men de overdrachten aan andere overheidseenheden dan deze die vallen onder de economische codes 41.20 tot 41.60. Inbegrepen de vennootschappen die binnen de consolidatieperimeter vallen privaatrechtelijke EVA’s die geen vzw zijn bv. LRM, PMV, Waarborgbeheer, Gigarant, Diestse Poort, EKM’s, … Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 137 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 42 Inkomensoverdrachten aan de socialezekerheidsinstellingen Economische code 42.10 Ouderdom, overlijden, nabestaanden Economische code 42.20 Ziekte Economische code 42.30 Invaliditeit en handicap Economische code 42.40 Werkloosheid Economische code 42.50 Gezinslasten Economische code 42.60 Arbeidsongevallen en beroepsziekten Economische code 42.70 Beroepsopleiding voor volwassenen Economische code 42.80 Globale rijkstoelage aan de sociale zekerheid Economische code 42.90 Overige inkomensoverdrachten aan de socialezekerheidsinstellingen Definitie De inkomensoverdrachten van de federale overheid, de gemeenschappen, de gewesten en de gemeenschapscommissies aan de socialezekerheidsinstellingen (sector S.1314 van de lijst van eenheden van de overheidssector) worden geboekt onder groep 42. Die inkomensoverdrachten zijn verdeeld over de economische codes 42.10 tot 42.90 volgens de aard van de overdracht. 138 Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 139 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 43 Inkomensoverdrachten aan lokale overheden Definitie De inkomensoverdrachten aan lokale overheden (sector S.1313) worden geboekt onder groep 43. Inbegrepen De inkomensoverdrachten aan lokale overheden zijn over de volgende subgroepen verdeeld: 43.1: aan provincies; 43.2: aan gemeenten; 43.3: niet gebruikt; 43.4: aan vzw’s van de lokale overheden; 43.5: aan overige lokale overheden. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 140 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 43 Inkomensoverdrachten aan lokale overheden Subgroep 43.1 Aan provincies Economische code 43.11 Algemene bijdragen Economische code 43.12 Specifieke bijdragen Economische code 43.13 Bijdragen voor rentelasten Economische code 43.14 Bijdragen voor lonen van het onderwijzend personeel Economische code 43.15 Bijdragen voor rustpensioenen van het onderwijzend personeel Economische code 43.16 Bijdragen voor overige werkingskosten van het onderwijs Definitie De inkomensoverdrachten aan provincies worden geboekt onder subgroep 43.1. Die subgroep is verdeeld over de economische codes 43.11 tot 43.16 volgens de aard van de overdrachten. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 141 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 43 Inkomensoverdrachten aan lokale overheden Subgroep 43.2 Aan gemeenten Economische code 43.21 Algemene bijdragen Economische code 43.22 Specifieke bijdragen Economische code 43.23 Bijdragen voor rentelasten Economische code 43.24 Bijdragen voor lonen van het onderwijzend personeel Economische code 43.25 Bijdragen voor rustpensioenen van het onderwijzend personeel Economische code 43.26 Bijdragen voor overige werkingskosten van het onderwijs Definitie De inkomensoverdrachten aan gemeenten worden geboekt onder subgroep 43.2. Die subgroep is verdeeld over de economische codes 43.21 tot 43.26 volgens de aard van die overdrachten. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 142 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 43 Inkomensoverdrachten aan lokale overheden Subgroep 43.3 Niet gebruikt 143 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 43 Inkomensoverdrachten aan lokale overheden Subgroep 43.4 Aan vzw’s van de lokale overheden Economische code 43.40 Aan vzw’s van de lokale overheden Definitie De overdrachten aan vzw’s van de lokale overheden (vzw van sector S.1313) worden geboekt onder de economische code 43.40. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 144 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 43 Inkomensoverdrachten aan lokale overheden Subgroep 43.5 Aan overige lokale overheden Economische code 43.51 Politiezones Economische code 43.52 OCMW's Economische code 43.53 Intercommunales van de sector S.1313 Economische code 43.54 Hulpverleningszones Economische code 45.59 Overige lokale overheden Definitie De inkomensoverdrachten aan overige lokale overheden zijn verdeeld over de economische codes 43.51 (politiezones), 43.52 (OCMW's), 43.53 (intercommunales van de sector S.1313), 43.54 (hulpverleningszones) en 43.59 (overige lokale overheden). Inbegrepen de dotatie aan de politiezones (43.51) de toelage aan de OCMW’s voor het leefloon (code 43.52) de toelage aan de OCMW’s voor de opvang van vluchtelingen (code 43.52) Uitgesloten Overdrachten aan intercommunales die volgens de klassering van het INR niet tot de sector S.1313 behoren. OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN De lopende overdrachten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest aan de Brusselse agglomeratie moeten worden geboekt onder code 43.59. 145 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 44 Inkomensoverdrachten aan het gesubsidieerd autonoom onderwijs Economische code 44.10 Bijdragen voor lonen van het onderwijzend personeel Economische code 44.20 Bijdragen voor rustpensioenen van het onderwijzend personeel Economische code 44.30 Bijdragen voor overige werkingskosten van het onderwijs Economische code 44.40 Bijdragen voor rentelasten van het onderwijs Definitie De inkomensoverdrachten aan het gesubsidieerd autonoom onderwijs worden geboekt onder groep 44. Groep 44 is verdeeld over de economische codes 44.10 tot 44.40 volgens de aard van de inkomensoverdracht. Inbegrepen Volgende economische codes: 44.10: bijdragen voor lonen van het onderwijzend personeel; 44.20: bijdragen voor rustpensioenen van het onderwijzend personeel; 44.30: bijdragen voor overige werkingskosten van het onderwijs; 44.40: bijdragen voor rentelasten van het onderwijs. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN In deze groep worden niet enkel de overdrachten aan de instellingen zelf opgenomen, maar ook de lonen, pensioenen en wachtgelden die de betrokken eenheid rechtstreeks stort aan het onderwijzend personeel in actieve dienst of met pensioen. 146 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 45 Inkomensoverdrachten aan andere institutionele groepen (federale overheid, gemeenschappen, gewesten, gemeenschapscommissies) Definitie Onder groep 45 worden de inkomensoverdrachten van een institutionele groep (federale overheid, gemeenschappen, gewesten, gemeenschapscommissies) aan een andere institutionele groep geboekt. Inbegrepen Groep 45 is verdeeld over de volgende subgroepen: 45.1: inkomensoverdrachten aan de gemeenschapscommissies; 45.2: inkomensoverdrachten aan de gemeenschappen; 45.3: inkomensoverdrachten aan de gewesten; 45.4: inkomensoverdrachten aan de federale overheid; 45.5: inkomensoverdrachten aan interregionale eenheden. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Als we het hebben over de overdracht van een institutionele groep aan een andere institutionele groep, bedoelen we een overdracht van gelijk welk onderdeel van een institutionele groep (institutionele overheid, AOI, ADBA, enz.) aan gelijk welk onderdeel van een andere institutionele groep (institutionele overheid, AOI, ADBA, enz.). 147 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 45 Inkomensoverdrachten aan andere institutionele groepen (federale overheid, gemeenschappen, gewesten, gemeenschapscommissies) Subgroep 45.1 Inkomensoverdrachten aan de gemeenschapscommissies Economische code 45.11 Franse Gemeenschapscommissie Economische code 45.12 Vlaamse Gemeenschapscommissie Economische code 45.13 Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie Definitie In subgroep 45.1 boekt men de inkomensoverdrachten van de federale overheid, gemeenschappen, gewesten of een gemeenschapscommissie aan de Franse, Vlaamse of Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie. Inbegrepen Deze subgroep wordt onderverdeeld in de economische codes in functie van de begunstigde gemeenschapscommissie: 45.11: Franse Gemeenschapscommissie 45.12: Vlaamse Gemeenschapscommissie 45.13: Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 148 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 45 Inkomensoverdrachten aan andere institutionele groepen (federale overheid, gemeenschappen, gewesten, gemeenschapscommissies) Subgroep 45.2 Inkomensoverdrachten aan de gemeenschappen Economische code 45.24 Franse Gemeenschap Economische code 45.25 Vlaamse Gemeenschap Economische code 45.26 Duitstalige Gemeenschap Definitie Onder subgroep 45.2 boekt men de inkomensoverdrachten van de federale overheid, de gewesten, een gemeenschap of de gemeenschapscommissies aan de gemeenschappen. Inbegrepen Deze subgroep wordt onderverdeeld in de economische codes in functie van de begunstigde gemeenschap: 45.24: Franse Gemeenschap 45.25: Vlaamse Gemeenschap (lopende overdrachten aan het Vlaams Gewest inbegrepen) 45.26: Duitstalige Gemeenschap Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN De codes 45.21 tot 45.23 uit de economische classificatie van maart 2009 bestaan niet langer. 149 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 45 Inkomensoverdrachten aan andere institutionele groepen (federale overheid, gemeenschappen, gewesten, gemeenschapscommissies) Subgroep 45.3 Inkomensoverdrachten aan de gewesten Economische code 45.34 Waals Gewest Economische code 45.35 Brussels Hoofdstedelijk Gewest Definitie Onder code 45.3 boekt men de inkomensoverdrachten van de federale overheid, de gewesten, de gemeenschappen of de gemeenschapscommissies aan de gewesten. Inbegrepen Deze subgroep is over de economische codes verdeeld volgens het begunstigde gewest: 45.34: Waals Gewest 45.35: Brussels Hoofdstedelijk Gewest Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN De economische codes 45.31 tot 45.33 van de economische classificatie van maart 2009 bestaan niet langer. 150 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 45 Inkomensoverdrachten aan andere institutionele groepen (federale overheid, gemeenschappen, gewesten, gemeenschapscommissies) Subgroep 45.4 Inkomensoverdrachten aan de federale overheid Economische code 45.40 Inkomensoverdrachten aan de federale overheid Definitie Onder code 45.40 boekt men de inkomensoverdrachten van de gewesten, de gemeenschappen en de gemeenschapscommissies aan de federale overheid. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 151 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 45 Inkomensoverdrachten aan andere institutionele groepen (federale overheid, gemeenschappen, gewesten, gemeenschapscommissies) Subgroep 45.5 Inkomensoverdrachten aan interregionale eenheden Economische code 45.50 Interregionale eenheden Definitie Onder code 45.50 worden de inkomstenoverdrachten naar interregionale eenheden geboekt. Het gaat om eenheden van de overheidssector die onder het toezicht vallen van verschillende institutionele groepen (federale overheid, gewesten, gemeenschappen, gemeenschapscommissies) zonder dat dit toezicht in meerderheid kan worden toegekend aan een enkele institutionele groep. Inbegrepen In de lijst van de eenheden van de overheidssector van 17 april 2015 meent het INR dat volgende eenheden moeten worden beschouwd als interregionaal: Vitrufin Krediet voor sociale woonbouw Epsynomics Belgian Mobility Card Theodorus II GIEI (Groupement d'intérêt économique et informatique) Theodorus III Viapass Participatiefonds Uitgesloten Eenheden geconsolideerd met de federale overheid zoals het Agentschap voor Buitenlandse Handel. OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Deze code mag enkel worden gebruikt voor overdrachten naar die enkele eenheden die als interregionaal worden beschouwd. De lijst van deze eenheden kan mettertijd veranderen maar zal in principe zeer beperkt blijven. 152 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 46 Inkomensoverdrachten binnen een institutionele groep Definitie Onder institutionele groep verstaat men de verschillende entiteiten die samen de centrale overheid vormen, namelijk de federale overheid, de gewesten, de gemeenschappen en de gemeenschapscommissies. Een institutionele groep is meestal samengesteld uit verschillende eenheden waarvan de begrotingen en de rekeningen met die van de institutionele overheid moeten worden samengevoegd om de economische hergroepering van de institutionele groep in kwestie te verkrijgen. De institutionele overheden zijn de federale overheid, de gewesten, de gemeenschappen en de gemeenschapscommissies. Om te weten welke eenheid bij welke institutionele overheid hoort, kan men teruggrijpen naar de lijst van de eenheden van de overheidssector opgesteld door het Instituut voor de Nationale Rekeningen en gepubliceerd in het jaarverslag van de Algemene Gegevensbank. De eenheden die bij de federale overheid horen, vallen onder sector S.1311 terwijl deze die met de verschillende gewesten, gemeenschappen of gemeenschapscommissies moeten worden samengevoegd, onder sector S.1312 vallen. Inbegrepen 46.1: inkomensoverdrachten van de institutionele overheid 46.2: inkomensoverdrachten van niet-organieke begrotingsfondsen 46.3: inkomensoverdrachten van administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie 46.4: inkomensoverdrachten van administratieve openbare instellingen 46.5: inkomensoverdrachten van onderwijsinstellingen van de institutionele overheid 46.6: inkomensoverdrachten van vzw’s van de overheid 46.7: inkomensoverdrachten van andere eenheden van de overheid Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 153 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 46 Inkomensoverdrachten binnen een institutionele groep Economische code 46.10 Van de institutionele overheid Definitie Onder code 46.10 worden de lopende ontvangsten geboekt die worden geïnd door een ADBA, AOI, een overheids-vzw, een onderwijsinstelling of een andere overheidseenheid, komende van de institutionele overheid waarmee hij moet worden geconsolideerd volgens de lijst van eenheden van de overheidssector. Inbegrepen Voorbeelden: lopende dotatie ontvangen door de Regie der Gebouwen lopende dotatie ontvangen door het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 154 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 46 Inkomensoverdrachten binnen een institutionele groep Economische code 46.20 Van niet-organieke begrotingsfondsen Definitie Onder code 46.20 worden de inkomensoverdrachten geboekt vanwege niet-organieke begrotingsfondsen. Deze fondsen werden bij de wet van 28 juni 1989 afgeschaft. Deze code mag dus in principe niet meer worden gebruikt. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 155 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 46 Inkomensoverdrachten binnen een institutionele groep Economische code 46.30 Van administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie (ADBA) Definitie Onder code 46.30 worden de lopende ontvangsten geboekt die een eenheid (institutionele overheid, ADBA, AOI, onderwijsinstelling, overheids-vzw, andere overheidseenheid) krijgt van een ADBA die tot dezelfde institutionele groep behoort. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 156 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 46 Inkomensoverdrachten binnen een institutionele groep Economische code 46.40 Van administratieve openbare instellingen (AOI) Definitie Onder code 46.40 worden de lopende ontvangsten geboekt die een eenheid (institutionele overheid, ADBA, AOI, onderwijsinstelling, overheids-vzw, andere overheidseenheid) krijgt van een AOI die tot dezelfde institutionele groep behoort. Inbegrepen Voorbeeld: ontvangst van de federale overheid komende van het Belgisch Instituut voor Postdiensten en Telecommunicatie inkomenoverdrachten/dotatie van VOI’s A, IVA’s met rechtspersoonlijkheid, VOI’s B en Sui Generis, Eigen Vermogens en publiekrechtelijke EVA’s, Herculesstichting Uitgesloten lopende dotatie van vzw’s en andere privaatrechtelijke EVA’s OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 157 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 46 Inkomensoverdrachten binnen een institutionele groep Economische code 46.50 Van onderwijsinstellingen van de institutionele overheid Definitie Onder code 46.50 worden de lopende ontvangsten geboekt die een eenheid (institutionele overheid, ADBA, AOI, onderwijsinstelling, overheids-vzw, andere overheidseenheid) krijgt van een onderwijsinstelling die tot dezelfde institutionele groep behoort. Inbegrepen scholen hogescholen universiteiten internaten associaties Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 158 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 46 Inkomensoverdrachten binnen een institutionele groep Economische code 46.60 Van vzw’s van de overheid Definitie Onder code 46.60 worden de lopende ontvangsten geboekt die een eenheid (institutionele overheid, ADBA, AOI, onderwijsinstelling, overheids-vzw, andere overheidseenheid) krijgt van een vzw die tot dezelfde institutionele groep behoort. Inbegrepen Uitgesloten inkomensoverdrachten van privaatrechtelijke EVA’s andere dan vzw’s OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 159 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 46 Inkomensoverdrachten binnen een institutionele groep Economische code 46.70 Van andere eenheden van de overheid Definitie Onder code 46.70 worden de lopende ontvangsten geboekt die een overheidseenheid (institutionele overheid, ADBA, AOI, onderwijsinstelling, overheids-vzw, andere overheidseenheid) krijgt van andere overheidseenheden (dan deze onder codes 46.10 tot 46.60) die tot dezelfde institutionele groep behoren. Inbegrepen de vennootschappen die binnen de consolidatieperimeter van de betrokken institutionele groep vallen privaatrechtelijke EVA’s die geen vzw zijn bv. LRM, PMV, Waarborgbeheer, Gigarant, Diestse Poort, EKM’s, … Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 160 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 47 Inkomensoverdrachten van de socialezekerheidsinstellingen Economische code 47.10 Ouderdom, overlijden, nabestaanden Economische code 47.20 Ziekte Economische code 47.30 Invaliditeit en handicap Economische code 47.40 Werkloosheid Economische code 47.50 Gezinslasten Economische code 47.60 Arbeidsongevallen en beroepsziekten Economische code 47.70 Beroepsopleiding voor volwassenen Economische code 47.80 Overige inkomensoverdrachten van de socialezekerheidsinstellingen Definitie De inkomensoverdrachten van de federale overheid, de gemeenschappen, de gewesten en de gemeenschapscommissies aan de socialezekerheidsinstellingen (sector S.1314) worden geboekt onder de groep 47. Deze inkomensoverdrachten zijn verdeeld over de economische codes 47.10 tot 47.80 naargelang van de aard van de overdracht. 161 Inbegrepen Uitgesloten Verminderingen van werkgeversbijdragen voor bepaalde specifieke doelgroepen (zie code 31.40). OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 162 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 48 Inkomensoverdrachten van lokale overheden Definitie De lopende inkomensoverdrachten die de federale overheid, de gemeenschappen, de gewesten of de gemeenschapscommissies ontvangen van de lokale overheden worden geboekt onder de groep 48. Inbegrepen De groep 48 wordt onderverdeeld in subgroepen volgens de herkomst van de overdrachten: 48.1: van provincies; 48.2: van gemeenten; 48.3: niet gebruikt; 48.4: van vzw’s van de lokale overheden; 48.5: van overige lokale overheden. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 163 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 48 Inkomensoverdrachten van lokale overheden Subgroep 48.1 Van provincies Economische code 48.11 Algemene bijdragen Economische code 48.12 Specifieke bijdragen Definitie De inkomensoverdrachten van provincies worden geboekt in de subgroep 48.1. Deze subgroep is verdeeld over de economische codes 48.11 (algemene bijdragen) en 48.12 (specifieke bijdragen). Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 164 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 48 Inkomensoverdrachten van lokale overheden Subgroep 48.2 Van gemeenten Economische code 48.21 Algemene bijdragen Economische code 48.22 Specifieke bijdragen Definitie De inkomensoverdrachten van gemeenten worden geboekt in de subgroep 48.2. Deze subgroep is verdeeld over de economische codes 48.21 (algemene bijdragen) en 48.22 (specifieke bijdragen). Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 165 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 48 Inkomensoverdrachten van lokale overheden Subgroep 48.3 Niet gebruikt 166 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 48 Inkomensoverdrachten van lokale overheden Subgroep 48.4 Van vzw’s van de lokale overheden Economische code 48.40 Van vzw’s van de lokale overheden Definitie Inkomensoverdrachten vanwege vzw’s van de lokale overheden (vzw’s die behoren tot de sector S.1313) worden geboekt onder de economische code 48.40. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 167 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 48 Inkomensoverdrachten van lokale overheden Subgroep 48.5 Van overige lokale overheden Economische code 48.51 Politiezones Economische code 48.52 OCMW's Economische code 48.53 Intercommunales van de sector S.1313 Economische code 48.54 Hulpverleningszones Economische code 48.59 Overige lokale overheden Definitie Inkomensoverdrachten vanwege overige lokale overheden zijn verdeeld over de economische codes 48.51 (politiezones), 48.52 (OCMW's), 48.53 (intercommunales van de sector S.1313), 48.54 (hulpverleningszones) en 48.59 (overige lokale overheden). Inbegrepen Uitgesloten Overdrachten vanwege intercommunales die volgens de klassering van het INR niet tot de sector S.1313 behoren. OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 168 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 49 Inkomensoverdrachten van andere institutionele groepen (federale overheid, gemeenschappen, gewesten, gemeenschapscommissies) Definitie Onder groep 49 boekt men de ontvangsten uit lopende overdrachten geïnd door een institutionele groep (federale overheid, gemeenschappen, gewesten of gemeenschapscommissies) en komende van een andere institutionele groep. Inbegrepen De groep 49 is over de volgende subgroepen verdeeld: 49.1: gemeenschapscommissies; 49.2: gemeenschappen; 49.3: gewesten; 49.4: federale overheid; 49.5: interregionale eenheden. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 169 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 49 Inkomensoverdrachten van andere institutionele groepen (federale overheid, gemeenschappen, gewesten, gemeenschapscommissies) Subgroep 49.1 Inkomensoverdrachten van de gemeenschapscommissies Economische code 49.11 Franse Gemeenschapscommissie Economische code 49.12 Vlaamse Gemeenschapscommissie Economische code 49.13 Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie Definitie Onder de subgroep 49.1 boekt men de ontvangsten uit lopende overdrachten geïnd door de federale overheid, de gemeenschappen, de gewesten of een gemeenschapscommissie en komende van de Franse, de Vlaamse of de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie. Inbegrepen Deze subgroep wordt onderverdeeld in economische gemeenschapscommissie die de overdracht uitvoert: codes in functie van 49.11: Franse Gemeenschapscommissie 49.12: Vlaamse Gemeenschapscommissie 49.13: Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 170 de Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 49 Inkomensoverdrachten van andere institutionele groepen (federale overheid, gemeenschappen, gewesten, gemeenschapscommissies) Subgroep 49.2 Inkomensoverdrachten van de gemeenschappen Economische code 49.24 Franse Gemeenschap Economische code 49.25 Vlaamse Gemeenschap Economische code 49.26 Duitstalige Gemeenschap Definitie Onder de subgroep 49.2 boekt men de ontvangsten uit lopende overdrachten geïnd door de federale overheid, de gemeenschappen, de gewesten of de gemeenschapscommissies, komende van de gemeenschappen. Inbegrepen Deze subgroep is over de economische codes verdeeld volgens de gemeenschap die de overdracht uitvoert: 49.24: Franse Gemeenschap; 49.25: Vlaamse Gemeenschap (inclusief Vlaams Gewest); 49.26: Duitstalige Gemeenschap. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 171 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 49 Inkomensoverdrachten van andere institutionele groepen (federale overheid, gemeenschappen, gewesten, gemeenschapscommissies) Subgroep 49.3 Inkomensoverdrachten van de gewesten Economische code 49.34 Waals Gewest Economische code 49.35 Brussels Hoofdstedelijk Gewest Definitie Onder de subgroep 49.3 boekt men de ontvangsten uit lopende overdrachten geïnd door de federale overheid, de gemeenschappen, de gewesten of de gemeenschapscommissies, komende van de gewesten. Inbegrepen Deze subgroep wordt onderverdeeld in economische codes naargelang van het gewest dat de overdracht uitvoert: 49.34 : Waals Gewest 49.35 : Brussels Hoofdstedelijk Gewest Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 172 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 49 Inkomensoverdrachten van andere institutionele groepen (federale overheid, gemeenschappen, gewesten, gemeenschapscommissies) Subgroep 49.4 Inkomensoverdrachten van de federale overheid Economische code 49.40 Federale overheid Definitie Onder de economische code 49.40 boekt men de ontvangsten uit lopende overdrachten geïnd door de gemeenschappen, de gewesten of de gemeenschapscommissies, komende van de federale overheid. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN De economische codes 49.41 tot 49.43 uit de economische classificatie van maart 2009 bestaan niet langer. 173 Hoofdgroep 4 Inkomensoverdrachten binnen de overheidssector Groep 49 Inkomensoverdrachten van andere institutionele groepen (federale overheid, gemeenschappen, gewesten, gemeenschapscommissies) Subgroep 49.5 Inkomensoverdrachten van interregionale eenheden Economische code 49.50 Interregionale eenheden Definitie Onder code 49.50 worden de inkomstenoverdrachten geboekt die de federale overheid, de gemeenschappen, de gewesten of de gemeenschappelijke gemeenschapscommissies ontvangen van interregionale eenheden. Inbegrepen In de lijst van de eenheden van de overheidssector van 17 april 2015 meent het INR dat volgende eenheden moeten worden beschouwd als interregionaal: Vitrufin Krediet voor sociale woonbouw Epsynomics Belgian Mobility Card Theodorus II GIEI (Groupement d'intérêt économique et informatique) Theodorus III Viapass Participatiefonds Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Deze code mag enkel worden gebruikt voor overdrachten vanuit die enkele eenheden die als interregionaal worden beschouwd. De lijst van deze eenheden kan met de tijd veranderen maar zal in principe zeer beperkt blijven. 174 Hoofdgroep 5 Kapitaaloverdrachten aan en van andere sectoren Definitie In de optiek van de nationale rekeningen worden kapitaaloverdrachten beschouwd als betalingen “om niet” aan en van de overheid, die de verwerving of de overdracht inhouden van een of meer activa door minstens een van de partijen betrokken bij de verrichting. In de praktijk rijst de volgende vraag: dient de inbreng door de overheid van kapitaal in een onderneming of in een internationale instelling in de nationale rekeningen te worden geboekt als: - een financiële verrichting (hoofdgroep 8): in deze veronderstelling is de storting door de overheid vergelijkbaar met een aandeelhoudershandeling in een handelscontext. De kapitaalinbreng kan slechts als financiële verrichting worden geboekt als de overheid in ruil een financieel actief krijgt van dezelfde waarde. Dit is een fundamenteel kenmerk van financiële verrichtingen. Door kapitaalaandelen in te brengen in een vennootschap, treedt de overheid op als aandeelhouder om in ruil dividenden te krijgen of een meerwaarde te verkrijgen. Daadwerkelijke storting van dividenden - of het realiseren van meerwaarden - is aldus een belangrijk criterium om de handelscontext van de verrichting te beoordelen en de inbreng van fondsen als een financiële verrichting te behandelen. Als deze voorwaarden vervuld zijn, wordt de kapitaalinbreng als kapitaalverhoging geanalyseerd en dus als financiële verrichting geboekt op het financiële instrument “aandelen en andere deelnemingen” en zal geen weerslag hebben op het vorderingensaldo van de overheid. Bij het onderzoek van de verwachte winst: moeten de toelagen en andere openbare overdrachten worden uitgesloten uit de berekening; moet de vergelijking worden gemaakt hetzij met de winst van de privébedrijven actief in dezelfde bedrijfstak, hetzij met het rendement van de staatsobligaties op lange termijn. - een niet-financiële verrichting (hoofdgroep 5): in deze veronderstelling is de storting van de overheid “om niet” en gebeurt die om algemene beleidsredenen en buiten een handelscontext. Er staat geen tegenprestatie tegenover en heeft geen automatisch effect (en voor eenzelfde bedrag) op de participatie van de Staat in het bedrijf. Het zal worden geanalyseerd en geboekt als kapitaaloverdracht. Door haar optreden verwacht de overheid geen dividend terug (meestal keert een onderneming die dergelijke overdracht geniet, geen dividend uit), maar enkel een verbetering van de financiële toestand van de onderneming en de bevrediging van maatschappelijke behoeften (in termen van werkgelegenheid of overheidsinfrastructuur, ...). Inbegrepen Als een overheid kapitaal inbrengt in een bestaand bedrijf (zonder dat daardoor de hoofdactiviteit ervan radicaal wordt gewijzigd) dat verliezen heeft opgestapeld, en deze verliezen geboekt zijn volgens de gebruikelijke algemene boekhoudregels, zal in het algemeen de kapitaalinbreng in zijn geheel als niet-financiële verrichting worden behandeld (hoofdgroep 5). 175 Uitgesloten Toch bestaan er enkele uitzonderingen: Wanneer tegelijk de kapitaalinbreng groter is dan het bedrag van de opgestapelde verliezen en het duidelijk is dat het overblijvende deel uitsluitend bestemd is om te investeren in reeds winstgevende activiteiten van het bedrijf, wordt de kapitaalinbreng behandeld als niet-financiële verrichting binnen de grenzen van het bedrag van de verliezen (hoofdgroep 5) en als financiële verrichting voor het deel dat overblijft (hoofdgroep 8); Wanneer men besloten heeft tot een “grondige herstructurering” van het bedrijf om de rendabiliteit te herstellen. In dat geval: wordt de kapitaalinbreng in zijn geheel behandeld als financiële verrichting (hoofdgroep 8) als er een brede consensus bestaat over het feit dat het bedrijf door de herstructurering in de nabije toekomst naar alle waarschijnlijkheid opnieuw winstgevend zal worden; als er echter onzekerheid is over de toekomstige gevolgen van de herstructurering, wordt de kapitaalinbreng behandeld als niet-financiële verrichting (hoofdgroep 5) binnen de grenzen van het bedrag van de opgestapelde verliezen en als financiële verrichting (hoofdgroep 8) voor het overblijvende deel. Als een overheidsbedrijf verlieslatend is en particuliere investeerders (met inbegrip van nieuwe investeerders) substantieel deelnemen in de kapitaalinbreng, voorzover sommige voorwaarden inzake de particuliere investeerders zijn vervuld (onder meer voor wat betreft hun rechten en risico’s, die gelijkaardig zijn aan deze van de overheid), wordt de totale overheidsinbreng in het kapitaal als financiële verrichting behandeld (hoofdgroep 8). Wanneer een overheidsbedrijf tijdens de jongste boekjaren geen verliezen heeft opgestapeld, wordt de totale kapitaalinbreng geboekt als een financiële verrichting (hoofdgroep 8) in de rubriek “aandelen en andere deelnemingen” (of eventueel als leningen), behalve in de veronderstelling dat de door de overheid opgelegde activiteitsvoorwaarden van de onderneming zouden wijzigen en ernstige twijfels zouden doen ontstaan over de toekomstige winstgevendheid van het bedrijf. In dit geval dient de totale kapitaalinbreng als niet-financiële verrichting (hoofdgroep 5) te worden behandeld. In het geval van een nieuw overheidsbedrijf, opgericht op het moment van de kapitaalinbreng, of een bestaand bedrijf, dat een geheel nieuwe activiteit begint of nieuwe soorten activa worden verworven, en het duidelijk is dat de overheid niet de bedoeling heeft het bedrijf voor overheidsbeleidsdoeleinden te gebruiken: als de analyse aantoont dat na een normale periode van verliezen (zoals men die vaststelt bij gelijkaardige investeringen) het bedrijf structureel winstgevend zou moeten zijn, wordt de totale kapitaalinbreng als financiële verrichting behandeld (hoofdgroep 8). Indien dit niet het geval is, wordt de totale kapitaalinbreng als niet-financiële verrichting behandeld (hoofdgroep 5). De investeringsbijdragen voor ondernemingen toegekend door de communautaire instellingen worden niet opgenomen in de economische hergroepering. Zij die dit soort verrichtingen willen boeken in de economische hergroepering moeten de groepen 03 en 08 gebruiken. 176 OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Elke inbreng van fondsen, die geheel of gedeeltelijk als niet-financiële verrichting wordt beschouwd, wordt op vlak van het ESR 2010 als overheidsuitgave geboekt. Daardoor heeft het een negatief effect op het vorderingensaldo. Zelfs indien de inbreng van de overheid wettelijk de vorm van aandelen (of andere deelnemingen) heeft aangenomen kan men een effect boeken op het vorderingensaldo wanneer aan voormelde voorwaarden niet is voldaan. In de economische classificatie worden kapitaaloverdrachten opgesplitst volgens hun aard. Men onderscheidt drie soorten: a) Investeringsbijdragen zijn stortingen “om niet” die de overheid of de rest van de wereld ten voordele van andere institutionele eenheden verricht en die bestemd zijn om de vastekapitaalvorming geheel of gedeeltelijk te financieren. Giften van kapitaalgoederen, zoals bij hulp aan ontwikkelingslanden, dienen eveneens als investeringsbijdragen te worden beschouwd. Woningbouwpremies worden beschouwd als investeringsbijdragen zowel voor de sector gezinnen als voor de andere sectoren. Jaarlijkse stortingen door de overheid aan andere (sub)sectoren voor het deel dat overeenstemt met de aflossingen van leningen die bedrijven hebben aangegaan om investeringen te doen, moeten ook als investeringsbijdragen worden beschouwd. In principe moeten deze bedragen onderscheiden worden van de rentesubsidies (subgroep 31.1). Wanneer een bijdrage beide elementen bevat, zonder dat een splitsing kan worden gemaakt, wordt de totale bijdrage als een investeringsbijdrage geboekt. b) Vermogensheffingen zijn verplichte, door de overheid ontvangen op niet-regelmatige basis, heffingen op het kapitaal of vermogen van institutionele eenheden. Ze worden geacht niet te worden aangerekend op het inkomen, maar op het vermogen. Zij omvatten onder meer successie- en schenkingsrechten en buitengewone heffingen op vermogen. c) De overige kapitaaloverdrachten omvatten onder meer: - schadeloosstellingen voor schade geleden tijdens de oorlog of als gevolg van een natuurramp; - dekking van opgestapelde verliezen van bedrijven; - verhoging van de mathematische reserve van de pensioenkassen; - schuldkwijtschelding en waarborgstortingen; - eenmalige spaarpremies toegekend aan gezinnen ter compensatie van spaarverrichtingen gedurende een aantal jaren; - legaten en belangrijke giften; - jaarlijkse stortingen van de overheid aan andere (sub)sectoren ter grootte van de aflossing (en de interesten, indien een splitsing niet mogelijk is) op de leningen aangegaan voor andere dan investeringsdoeleinden. Kapitaaloverdrachten behouden hun aard ongeacht of ze gebeuren met een eenmalige storting dan wel verspreid in de tijd. Kapitaaloverdrachten worden onderverdeeld in de hoofdgroepen 5 en 6 naargelang van de sector of subsector. Vervolgens wordt een onderscheid gemaakt tussen investeringsbijdragen en overige kapitaaloverdrachten. 177 Hoofdgroep 5 Kapitaaloverdrachten aan en van andere sectoren Groep 51 Kapitaaloverdrachten aan bedrijven en financiële instellingen Definitie Kapitaaloverdrachten aan bedrijven en financiële instellingen (groep 51) zijn opgesplitst in de subgroepen 51.1 (investeringsbijdragen aan bedrijven en financiële instellingen) en 51.2 (overige kapitaaloverdrachten aan bedrijven en financiële instellingen). Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Kapitaaloverdrachten aan intercommunales die niet tot de sector S.1313 behoren moeten worden geboekt onder de codes 51.11 (investeringsbijdragen) of 51.21 (overige kapitaaloverdrachten). 178 Hoofdgroep 5 Kapitaaloverdrachten aan en van andere sectoren Groep 51 Kapitaaloverdrachten aan bedrijven en financiële instellingen Subgroep 51.1 Investeringsbijdragen Economische code 51.11 Investeringsbijdragen aan overheidsbedrijven Economische code 51.12 Investeringsbijdragen aan privébedrijven Definitie In subgroep 51.1 boekt men de investeringsbijdragen, dit wil zeggen stortingen “om niet” uitgevoerd door de overheid en bestemd om de vastekapitaalvorming geheel of gedeeltelijk te financieren. Inbegrepen De investeringsbijdragen aan bedrijven worden opgesplitst in de economische codes 51.11 (aan overheidsbedrijven) en 51.12 (aan privébedrijven). Voorbeeld: dotatie van de federale overheid voor de investeringen van de NMBS (51.11) Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 179 Hoofdgroep 5 Kapitaaloverdrachten aan en van andere sectoren Groep 51 Kapitaaloverdrachten aan bedrijven en financiële instellingen Subgroep 51.2 Overige kapitaaloverdrachten aan bedrijven Economische code 51.21 Overige kapitaaloverdrachten aan overheidsbedrijven Economische code 51.22 Overige kapitaaloverdrachten aan privébedrijven Definitie In subgroep 51.2 worden de kapitaaloverdrachten “om niet”, andere dan investeringsbijdragen, aan (niet-financiële) bedrijven geboekt. Inbegrepen De andere kapitaaloverdrachten aan bedrijven zijn opgesplitst in de economische codes 51.21 (aan overheidsbedrijven) en 51.22 (aan privébedrijven). Voorbeelden: oorlogschadevergoedingen schadevergoedingen ten gevolge van natuurrampen dekking van geaccumuleerde verliezen kwijtschelding van schulden schuldovername Uitgesloten Kapitaalinbrengen die de noodzakelijke voorwaarden vervullen om te worden geboekt in groep 8 (cf. uitsluiting uit groep 5). OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 180 Hoofdgroep 5 Kapitaaloverdrachten aan en van andere sectoren Groep 51 Kapitaaloverdrachten aan bedrijven en financiële instellingen Subgroep 51.3 Overige kapitaaloverdrachten aan kredietinstellingen Economische code 51.30 Overige kapitaaloverdrachten aan kredietinstellingen Definitie Onder de code 51.30 worden de stortingen “om niet”, andere dan investeringsbijdragen, aan kredietinstellingen geboekt. Inbegrepen Voorbeelden: oorlogschadevergoedingen schadevergoedingen ten gevolge van natuurrampen dekking van geaccumuleerde verliezen kwijtschelding van schulden schuldovername provisies in het kader van gestandaardiseerde waarborgen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 181 Hoofdgroep 5 Kapitaaloverdrachten aan en van andere sectoren Groep 51 Kapitaaloverdrachten aan bedrijven en financiële instellingen Subgroep 51.4 Overige kapitaaloverdrachten aan verzekeringsmaatschappijen Economische code 51.40 Overige kapitaaloverdrachten aan verzekeringsmaatschappijen Definitie Onder de code 51.40 worden de stortingen “om niet”, andere dan investeringsbijdragen, aan verzekeringsmaatschappijen geboekt. Inbegrepen Voorbeelden: oorlogschadevergoedingen schadevergoedingen ten gevolge van natuurrampen dekking van geaccumuleerde verliezen kwijtschelding van schulden schuldovername Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 182 Hoofdgroep 5 Kapitaaloverdrachten aan en van andere sectoren Groep 52 Kapitaaloverdrachten aan vzw’s ten behoeve van de gezinnen Economische code 52.10 Investeringsbijdragen aan vzw’s ten behoeve van de gezinnen Economische code 52.20 Overige kapitaaloverdrachten aan vzw’s ten behoeve van de gezinnen Definitie Kapitaaloverdrachten “om niet” aan vzw’s ten behoeve van de gezinnen worden in groep 52 geboekt. Inbegrepen De groep 52 is opgesplitst in de economische codes 52.10 (investeringsbijdragen) en 52.20 (overige kapitaaloverdrachten). Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 183 Hoofdgroep 5 Kapitaaloverdrachten aan en van andere sectoren Groep 53 Kapitaaloverdrachten aan gezinnen Economische code 53.10 Investeringsbijdragen aan gezinnen Economische code 53.20 Overige kapitaaloverdrachten aan gezinnen Definitie In groep 53 worden de kapitaaloverdrachten “om niet” aan de gezinnen geboekt. Inbegrepen De groep 53 is opgesplitst in de economische codes 53.10 (investeringsbijdragen) en 53.20 (andere kapitaaloverdrachten). Voorbeelden: bijdragen in de investeringen van eenmanszaken en personenvennootschappen zonder rechtspersoonlijkheid (53.10) woningbouwpremies voor gezinnen (53.10) oorlog- en rampschadevergoeding (53.20) Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 184 Hoofdgroep 5 Kapitaaloverdrachten aan en van andere sectoren Groep 54 Kapitaaloverdrachten aan het buitenland Economische code 54.11 Aan EU-instellingen: investeringsbijdragen Economische code 54.12 Aan EU-instellingen: overige kapitaaloverdrachten Economische code 54.21 Aan lidstaten van de EU (overheden): investeringsbijdragen Economische code 54.22 Aan lidstaten van de EU (overheden): overige kapitaaloverdrachten Economische code 54.31 Aan lidstaten van de EU (niet-overheden): investeringsbijdragen Economische code 54.32 Aan lidstaten van de EU (niet-overheden): overige kapitaaloverdrachten Economische code 54.41 Aan internationale instellingen andere dan de EU-instellingen: investeringsbijdragen Economische code 54.42 Aan internationale instellingen andere dan de EU-instellingen: overige kapitaaloverdrachten Economische code 54.51 Aan landen andere dan de lidstaten van de EU (overheden): investeringsbijdragen Economische code 54.52 Aan landen andere dan de lidstaten van de EU (overheden): overige kapitaaloverdrachten Economische code 54.61 Aan landen andere dan de lidstaten van de EU (niet-overheden): investeringsbijdragen Economische code 54.62 Aan landen andere dan de lidstaten van de EU (niet-overheden): overige kapitaaloverdrachten 185 Definitie Onder de groep 54 worden de kapitaalverrichtingen “om niet” geboekt alsook de giften in de vorm van kapitaalgoederen ten voordele van de rest van de wereld, met inbegrip van de internationale instellingen. Voor de groep 54 wordt een dubbel onderscheid gemaakt. Het buitenland wordt vooreerst opgesplitst overeenkomstig groep 35 en vervolgens worden de investeringsbijdragen gescheiden van de overige kapitaaloverdrachten. Inbegrepen giften van militair materieel Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN In geval van twijfel tussen een kapitaal- en inkomensoverdracht aan de rest van de wereld, wordt in het algemeen een inkomensoverdracht geboekt. 186 Hoofdgroep 5 Kapitaaloverdrachten aan en van andere sectoren Groep 56 Vermogensheffingen Economische code 56.10 Van bedrijven Economische code 56.20 Van kredietinstellingen Economische code 56.30 Van verzekeringsmaatschappijen Economische code 56.40 Van vzw’s ten behoeve van de gezinnen Economische code 56.50 Van gezinnen Definitie Onder de codes 56.10 tot 56.40 worden de vermogensheffingen geboekt betaald door bedrijven, kredietinstellingen, verzekeringsmaatschappijen en vzw’s ten behoeve van de gezinnen die in uitzonderlijke omstandigheden worden geheven. Onder de code 56.50 (vermogensheffingen van gezinnen) boekt men hoofdzakelijk successierechten, schenkingsrechten en de heffing op het langetermijnsparen. Inbegrepen successierechten schenkingsrechten heffing op het langetermijnsparen Uitgesloten Periodieke vermogensheffingen worden verondersteld aangerekend te worden op het inkomen en worden dus beschouwd als inkomensoverdracht (groep 37). OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 187 Hoofdgroep 5 Kapitaaloverdrachten aan en van andere sectoren Groep 57 Kapitaaloverdrachten van bedrijven en financiële instellingen (exclusief vermogensheffingen) Economische code 57.10 Niet gebruikt Economische code 57.20 Overige kapitaaloverdrachten van bedrijven Economische code 57.30 Overige kapitaaloverdrachten van kredietinstellingen Economische code 57.40 Overige kapitaaloverdrachten van verzekeringsmaatschappijen Definitie In groep 57 boekt men de kapitaaloverdrachten andere dan vermogensheffingen (groep 56) afkomstig van bedrijven (57.20), kredietinstellingen (57.30) en verzekeringsmaatschappijen (57.40). Inbegrepen inkomsten van de overheid voor stortingen van vroegere waarborgen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 188 Hoofdgroep 5 Kapitaaloverdrachten aan en van andere sectoren Groep 58 Kapitaaloverdrachten van vzw’s ten behoeve van de gezinnen en van gezinnen (exclusief vermogensheffingen) Economische code 58.10 Van vzw’s ten behoeve van de gezinnen Economische code 58.20 Van gezinnen Definitie In groep 58 worden de kapitaaloverdrachten geboekt andere dan vermogensheffingen (groep 56) vanwege vzw’s (58.10) en gezinnen (58.20). Inbegrepen legaten aan de overheid erfenissen die de overheid toekomen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 189 Hoofdgroep 5 Kapitaaloverdrachten aan en van andere sectoren Groep 59 Kapitaaloverdrachten van het buitenland Economische code 59.11 Van EU-instellingen: investeringsbijdragen Economische code 59.12 Van EU-instellingen: overige kapitaaloverdrachten Economische code 59.21 Van lidstaten van de EU (overheden): investeringsbijdragen Economische code 59.22 Van lidstaten van de EU (overheden): overige kapitaaloverdrachten Economische code 59.30 Van lidstaten van de EU (niet-overheden): overige kapitaaloverdrachten Economische code 59.41 Van internationale instellingen andere dan de EU-instellingen: investeringsbijdragen Economische code 59.42 Van internationale instellingen andere dan de EU-instellingen: overige kapitaaloverdrachten Economische code 59.51 Van landen andere dan de lidstaten van de EU (overheden): investeringsbijdragen Economische code 59.52 Van landen andere dan de lidstaten van de EU (overheden): overige kapitaaloverdrachten Economische code 59.60 Van landen andere dan de lidstaten van de EU (niet-overheden): overige kapitaaloverdrachten Definitie In groep 59 worden de kapitaaloverdrachten uit het buitenland geboekt. Net als in groep 54 onderscheidt men investeringsbijdragen en overige kapitaaloverdrachten. 190 Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN De boeking van subsidies vanwege de Europese Unie gebeurt met de economische code 39.10 (lopende subsidies) of met de economische code 59.11 (kapitaalsubsidies). Voor meer detail zie bijlage 4. 191 Hoofdgroep 6 Kapitaaloverdrachten binnen de overheidssector Definitie De samenstelling van de hoofdgroep 6 inzake kapitaaloverdrachten binnen de overheidssector komt overeen met die van hoofdgroep 4 (inkomensoverdrachten binnen de overheidssector). Er wordt een onderscheid gemaakt tussen kapitaaloverdrachten die “investeringsbijdragen” vormen voor de begunstigde en “overige kapitaaloverdrachten”. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 192 Hoofdgroep 6 Kapitaaloverdrachten binnen de overheidssector Groep 61 Kapitaaloverdrachten binnen een institutionele groep Economische code 61.11 Investeringsbijdragen aan de institutionele overheid Economische code 61.12 Overige kapitaaloverdrachten aan de institutionele overheid Economische code 61.21 Investeringsbijdragen aan niet-organieke begrotingsfondsen Economische code 61.22 Overige kapitaaloverdrachten aan niet-organieke begrotingsfondsen Economische code 61.31 Investeringsbijdragen aan administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie (ADBA) Economische code 61.32 Overige kapitaaloverdrachten aan administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie (ADBA) Economische code 61.41 Investeringsbijdragen aan administratieve openbare instellingen (AOI) Economische code 61.42 Overige kapitaaloverdrachten aan administratieve openbare instellingen (AOI) Economische code 61.51 Investeringsbijdragen aan onderwijsinstellingen van de institutionele overheid Economische code 61.52 Overige kapitaaloverdrachten aan onderwijsinstellingen van de institutionele overheid Economische code 61.61 Investeringsbijdragen aan vzw’s van de overheid Economische code 61.62 Overige kapitaaloverdrachten aan vzw’s van de overheid Economische code 61.71 Investeringsbijdragen aan andere eenheden van de overheid 193 Economische code 61.72 Overige kapitaaloverdrachten aan andere eenheden van de overheid Definitie Kapitaaloverdrachten binnen eenzelfde institutionele groep worden geboekt in groep 61. Onder institutionele groep verstaat men de verschillende entiteiten die samen de centrale overheid vormen, namelijk de federale overheid, de gewesten, de gemeenschappen en de gemeenschapscommissies. Een institutionele groep is meestal samengesteld uit verschillende eenheden waarvan de begrotingen en de rekeningen met die van de institutionele overheid moeten worden samengevoegd om de economische hergroepering van de institutionele groep in kwestie te verkrijgen. De institutionele overheden zijn de federale overheid, de gewesten, de gemeenschappen en de gemeenschapscommissies. Om te weten welke eenheid bij welke institutionele overheid hoort, kan men teruggrijpen naar de lijst van de eenheden van de overheidssector opgesteld door het Instituut voor de Nationale Rekeningen en gepubliceerd op de website van de NBB en in het jaarverslag van de Algemene Gegevensbank. De eenheden die bij de federale overheid horen, vallen onder sector S.1311 terwijl deze die met de verschillende gewesten, gemeenschappen of gemeenschapscommissies moeten worden samengevoegd, onder sector S.1312 vallen. Inbegrepen De structuur van de groep 61 is gelijk aan die van groep 41. Er wordt evenwel een onderscheid gemaakt tussen investeringsbijdragen en overige kapitaaloverdrachten. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 194 Hoofdgroep 6 Kapitaaloverdrachten binnen de overheidssector Groep 62 Kapitaaloverdrachten aan de socialezekerheidsinstellingen Economische code 62.10 Investeringsbijdragen Economische code 62.20 Overige kapitaaloverdrachten Definitie Kapitaaloverdrachten aan de socialezekerheidsinstellingen worden geboekt in groep 62 waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen investeringsbijdragen (code 62.10) en overige kapitaaloverdrachten (code 62.20). Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 195 Hoofdgroep 6 Kapitaaloverdrachten binnen de overheidssector Groep 63 Kapitaaloverdrachten aan lokale overheden Economische code 63.11 Investeringsbijdragen aan provincies Economische code 63.12 Overige kapitaaloverdrachten aan provincies Economische code 63.21 Investeringsbijdragen aan gemeenten Economische code 63.22 Overige kapitaaloverdrachten aan gemeenten Economische code 63.31 Niet gebruikt Economische code 63.32 Niet gebruikt Economische code 63.41 Investeringsbijdragen aan vzw’s van de lokale overheden Economische code 63.42 Overige kapitaaloverdrachten aan vzw’s van de lokale overheden Economische code 63.51 Politiezones Economische code 63.52 OCMW's Economische code 63.53 Intercommunales van de sector S.1313 Economische code 63.54 Hulpverleningszones Economische code 63.59 Overige lokale overheden 196 Definitie Kapitaaloverdrachten aan lokale overheden worden geboekt in groep 63. De structuur van de groep 63 is gelijk aan die van groep 43. Er wordt in de subgroepen 63.1 tot 63.4 evenwel een onderscheid gemaakt tussen investeringsbijdragen en overige kapitaaloverdrachten. Inbegrepen Uitgesloten Kapitaaloverdrachten aan intercommunales die niet behoren tot de sector S.1313 (groep 51). OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 197 Hoofdgroep 6 Kapitaaloverdrachten binnen de overheidssector Groep 64 Kapitaaloverdrachten aan het gesubsidieerd autonoom onderwijs Economische code 64.10 Investeringsbijdragen Economische code 64.20 Overige kapitaaloverdrachten Definitie Kapitaaloverdrachten aan het gesubsidieerd autonoom onderwijs worden geboekt in groep 64 waarbij investeringsbijdragen (code 64.10) onderscheiden worden van overige kapitaaloverdrachten (code 64.20). Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 198 Hoofdgroep 6 Kapitaaloverdrachten binnen de overheidssector Groep 65 Kapitaaloverdrachten aan andere institutionele groepen (federale overheid, gemeenschappen, gewesten, gemeenschapscommissies) Economische code 65.11 Franse Gemeenschapscommissie Economische code 65. 12 Vlaamse Gemeenschapscommissie Economische code 65.13 Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie Economische code 65.24 Franse Gemeenschap Economische code 65.25 Vlaamse Gemeenschap Economische code 65.26 Duitstalige Gemeenschap Economische code 65.34 Waals gewest Economische code 65.35 Brussels Hoofdstedelijk Gewest Economische code 65.40 Federale overheid Economische code 65.50 Interregionale eenheden Definitie Kapitaaloverdrachten van een institutionele groep (federale overheid, gemeenschappen, gewesten, gemeenschapscommissies) aan een andere institutionele groep worden geboekt in groep 65. De structuur van de groep 65 is gelijk aan die van de groep 45. 199 Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Als een gewest tussenkomt in de investering in een Belgische ambassade in het buitenland moet deze tussenkomst worden geboekt onder de code 65.40. 200 Hoofdgroep 6 Kapitaaloverdrachten binnen de overheidssector Groep 65 Kapitaaloverdrachten aan andere institutionele groepen (federale overheid, gemeenschappen, gewesten, gemeenschapscommissies) Subgroep 65.5 Kapitaaloverdrachten aan interregionale eenheden Economische code 65.50 Interregionale eenheden Definitie Onder code 65.50 worden de kapitaaloverdrachten naar interregionale eenheden geboekt. Het gaat om eenheden van de overheidssector die onder het toezicht vallen van verschillende institutionele groepen (federale overheid, gewesten, gemeenschappen, gemeenschapscommissies) zonder dat dit toezicht in meerderheid kan worden toegekend aan een enkele institutionele groep. Inbegrepen In de lijst van de eenheden van de overheidssector van 17 april 2015 meent het INR dat volgende eenheden moeten worden beschouwd als interregionaal: Vitrufin Krediet voor sociale woonbouw Epsynomics Belgian Mobility Card Theodorus II GIEI (Groupement d'intérêt économique et informatique) Theodorus III Viapass Participatiefonds Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Deze code mag enkel worden gebruikt voor overdrachten naar die enkele eenheden die als interregionaal worden beschouwd. De lijst van deze eenheden kan met de tijd veranderen maar zal in principe zeer beperkt blijven. 201 Hoofdgroep 6 Kapitaaloverdrachten binnen de overheidssector Groep 66 Kapitaaloverdrachten binnen een institutionele groep Economische code 66.11 Investeringsbijdragen van de institutionele overheid Economische code 66.12 Overige kapitaaloverdrachten van de institutionele overheid Economische code 66.21 Investeringsbijdragen van niet-organieke begrotingsfondsen Economische code 66.22 Overige kapitaaloverdrachten van niet-organieke begrotingsfondsen Economische code 66.31 Investeringsbijdragen van administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie (ADBA) Economische code 66.32 Overige kapitaaloverdrachten van administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie (ADBA) Economische code 66.41 Investeringsbijdragen van administratieve openbare instellingen (AOI) Economische code 66.42 Overige kapitaaloverdrachten van administratieve openbare instellingen (AOI) Economische code 66.51 Investeringsbijdragen van onderwijsinstellingen van de institutionele overheid Economische code 66.52 Overige kapitaaloverdrachten van onderwijsinstellingen van de institutionele overheid Economische code 66.61 Investeringsbijdragen van vzw’s van de overheid Economische code 66.62 Overige kapitaaloverdrachten van vzw’s van de overheid Economische code 66.71 Investeringsbijdragen van andere eenheden van de overheid 202 Economische code 66.72 Overige kapitaaloverdrachten van andere eenheden van de overheid Definitie Ontvangsten komende uit een kapitaaloverdracht binnen een institutionele groep worden geboekt in groep 66. De structuur van de groep 66 is gelijk aan die van de groep 61. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 203 Hoofdgroep 6 Kapitaaloverdrachten binnen de overheidssector Groep 67 Kapitaaloverdrachten van de socialezekerheidsinstellingen Economische code 67.00 Kapitaaloverdrachten van de socialezekerheidsinstellingen Definitie Ontvangsten komende uit een kapitaaloverdracht van de socialezekerheidsinstellingen worden geboekt onder de economische code 67.00. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 204 Hoofdgroep 6 Kapitaaloverdrachten binnen de overheidssector Groep 68 Kapitaaloverdrachten van lokale overheden Economische code 68.11 Investeringsbijdragen van provincies Economische code 68.12 Overige kapitaaloverdrachten van provincies Economische code 68.21 Investeringsbijdragen van gemeenten Economische code 68.22 Overige kapitaaloverdrachten van gemeenten Economische code 68.31 Niet gebruikt Economische code 68.32 Niet gebruikt Economische code 68.41 Investeringsbijdragen van vzw’s van de lokale overheden Economische code 68.42 Overige kapitaaloverdrachten van vzw’s van de lokale overheden Economische code 68.51 Politiezones Economische code 68.52 OCMW's Economische code 68.53 Intercommunales van de sector S. 1313 Economische code 68.54 Hulpverleningszones Economische code 68.59 Overige lokale overheden 205 Definitie Ontvangsten komende uit een kapitaaloverdracht van de lokale overheden worden geboekt in groep 68. De structuur van de groep 68 is gelijk aan die van de groep 63. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 206 Hoofdgroep 6 Kapitaaloverdrachten binnen de overheidssector Groep 69 Kapitaaloverdrachten van andere institutionele groepen (federale overheid, gemeenschappen, gewesten, gemeenschapscommissies) Economische code 69.11 Franse Gemeenschapscommissie Economische code 69.12 Vlaamse Gemeenschapscommissie Economische code 69.13 Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie Economische code 69.24 Franse Gemeenschap Economische code 69.25 Vlaamse Gemeenschap Economische code 69.26 Duitstalige Gemeenschap Economische code 69.34 Waals Gewest Economische code 69.35 Brussels Hoofdstedelijk Gewest Economische code 69.40 Federale overheid Economische code 69.50 Interregionale eenheden Definitie Ontvangsten komende uit kapitaaloverdrachten van andere institutionele groepen worden geboekt in groep 69. De structuur van deze groep is gelijk aan die van de groep 65. 207 Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 208 Hoofdgroep 6 Kapitaaloverdrachten binnen de overheidssector Groep 69 Kapitaaloverdrachten van andere institutionele groepen (federale overheid, gemeenschappen, gewesten, gemeenschapscommissies) Economische code 69.50 Interregionale eenheden Definitie Onder de economische code 69.50 worden de kapitaaloverdrachten geboekt die worden geïnd door de federale overheid, de gemeenschappen, de gewesten of de gemeenschapscommissies en komen van interregionale eenheden. Inbegrepen In de lijst van de eenheden van de overheidssector van 17 april 2015 meent het INR dat volgende eenheden moeten worden beschouwd als interregionaal: Vitrufin Krediet voor sociale woonbouw Epsynomics Belgian Mobility Card Theodorus II GIEI (Groupement d'intérêt économique et informatique) Theodorus III Viapass Participatiefonds De uitkeringen van het Federale Participatiefonds aan de gewesten naar aanleiding van de staatshervorming en de daaraan gekoppelde ontbinding en de regionalisering van het Federale Participatiefonds. Uitgesloten OPMERKINGEN - AANTEKENINGEN Deze code mag enkel worden gebruikt voor overdrachten van die enkele eenheden die als interregionaal worden beschouwd. De lijst van deze eenheden kan mettertijd veranderen maar zal in principe zeer beperkt blijven. 209 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Definitie In deze hoofdgroep worden de verrichtingen ondergebracht in verband met de bruto-investeringen in vaste activa door de overheid, met inbegrip van de zuiver militaire investeringen. Deze investeringen hebben zowel betrekking op aankopen als op productie van kapitaalgoederen. Ook de bijkomende kosten (onder meer registratiekosten bij aankoop van vaste activa en immateriële activa, architectenhonoraria, enz.) en de herstellingskosten met betrekking tot vaste activa, voor zover deze kosten de waarde vermeerderen, worden beschouwd als investeringen. Inbegrepen De volgende grensgevallen worden als investeringen beschouwd: dieren gedurende verschillende jaren voor productiedoeleinden gebruikt: kweekdieren, melkvee, schapen gekweekt voor de wol en trekdieren; planten met permanente productie: fruitbomen, wijngaarden, palmbomen, enz.; verbeteringen aan bestaande vaste activa die het kader van courante onderhouds- en herstellingswerkzaamheden te buiten gaan; vaste activa verworven via financiële leasing; letterkundige werken en originele kunstwerken; aankopen of gebruikslicenties voor software worden opgenomen als investeringen voor zover ze herhaaldelijk of ononderbroken kunnen gebruikt worden in het productieproces gedurende meer dan een jaar. De ontwikkeling van software “op maat” volgt deze zelfde dubbele regel, ongeacht of ze worden ontwikkeld door een firma buitenhuis of voor eigen rekening. Als ze voor eigen rekening worden ontwikkeld, zullen ze tegen kostprijs worden gewaardeerd. Uitgesloten goedkope kleine duurzame goederen gebruikt voor eerder eenvoudige werkzaamheden of verrichtingen (handgereedschap zoals zagen, hamers en schroevendraaiers) of klein bureaumateriaal zoals zakrekenmachines, GSM’s, smartphones, fototoestellen, USB-sleutels, navigatietoestellen, enz.; vaatwasmachines, koffiethermossen,…: zoals voorgeschreven boekt het ESR als intermediair verbruik alle uitgaven voor de aanschaf van dergelijke duurzame goederen zonder enige prijsbeperking. In het ESR 95 werd een limiet van 500 euro (indexeerbaar) vastgelegd. In het ESR 2010 is die drempel opgeheven. courante onderhouds- en herstellingswerkzaamheden OPMERKINGEN – AANMERINGEN De aankoop en verkoop door de overheid van onroerende goederen in het buitenland, alsook de bouw buiten de territoriale enclaves worden niet geklasseerd in hoofdgroep 7, maar in de groepen 84 en 88, deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen in het buitenland. De bouw binnen deze territoriale enclaves (bijvoorbeeld van ambassadegebouwen) wordt dan weer wel beschouwd als investering. 210 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 71 Aankoop van gronden en gebouwen in het binnenland Definitie In groep 71 boekt men de aankoop van gronden en gebouwen in het binnenland. Inbegrepen Deze groep wordt onderverdeeld in volgende subgroepen: 71.1: aankoop van gronden; 71.2: aankoop van bestaande wegen- en waterbouwkundige werken; 71.3: aankoop van bestaande gebouwen. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 211 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 71 Aankoop van gronden en gebouwen in het binnenland Subgroep 71.1 Aankoop van gronden Economische code 71.11 Binnen de overheidssector Economische code 71.12 In andere sectoren dan de overheidssector Definitie Onder subgroep 71.1 boekt men de aankoop van gronden in het binnenland. Deze subgroep wordt onderverdeeld in de economische codes 71.11 (aankoop van gronden binnen de overheidssector) en 71.12 (aankoop van gronden in andere sectoren dan de overheidssector). Inbegrepen Onder aankoop van gronden worden ook deze geklasseerd die aangekocht worden om gebouwen op te bouwen of voor wegenbouwkundige werken, voor zover men beide verrichtingen kan onderscheiden. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Als de bijkomende kosten kunnen worden afgezonderd van de aankoopprijs, zullen deze worden geboekt onder de code 74.30. 212 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 71 Aankoop van gronden en gebouwen in het binnenland Subgroep 71.2 Aankoop van bestaande wegen- en waterbouwkundige werken Economische code 71.21 Binnen de overheidssector Economische code 71.22 In andere sectoren dan de overheidssector Definitie Onder subgroep 71.2 boekt men de aankopen van bestaande wegen- en waterbouwkundige werken. Deze subgroep wordt onderverdeeld in de economische codes 71.21 (aankoop van bestaande wegen- en waterbouwkundige werken binnen de overheidssector) en 71.22 (aankoop van bestaande wegen- en waterbouwkundige werken in andere sectoren dan de overheidssector). Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 213 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 71 Aankoop van gronden en gebouwen in het binnenland Subgroep 71.3 Aankoop van bestaande gebouwen Economische code 71.31 Binnen de overheidssector Economische code 71.32 In andere sectoren dan de overheidssector Definitie Onder subgroep 71.3 wordt de aankoop van bestaande gebouwen in het binnenland geboekt. Deze subgroep wordt onderverdeeld onder de economische codes 71.31 (aankoop van bestaande gebouwen binnen de overheidssector) en 71.32 (aankoop van bestaande gebouwen in andere sectoren dan de overheidssector). Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Als de bijkomende kosten kunnen worden afgezonderd van de aankoopprijs, zullen deze worden geboekt onder de code 74.30. 214 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 72 Nieuwbouw van gebouwen Economische code 72.00 Nieuwbouw van gebouwen Definitie Onder de economische code 72.00 wordt de nieuwbouw van gebouwen geboekt, ongeacht of deze wordt uitgevoerd door privébedrijven, overheidsbedrijven, overheden, …. Het betreft hier vooral burgerlijke dienstgebouwen en scholen. Ook andere burgerlijke gebouwen gebouwd door de overheid, zoals laboratoria, musea en dienstwoningen worden hieronder begrepen. Tot de nieuwbouw worden eveneens de eventuele sloopwerkzaamheden gerekend. Inbegrepen Alles wat integraal deel uitmaakt van gebouwen (centrale verwarming, sanitaire voorzieningen, liften, airconditioning, enz.) wordt inbegrepen in de rubriek nieuwbouw van gebouwen. Voor zover werken aan bestaande gebouwen de waarde ervan verhogen of voor groot onderhoud bestemd zijn, worden die eveneens als investeringen behandeld, of men al dan niet eigenaar van het gebouw is. Voorbeeld: plaatsing van een inbouwkeuken Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Herstel van schade als gevolg van oorlog of natuurrampen wordt beschouwd als nieuwbouw. 215 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 72 Nieuwbouw van gebouwen Economische code 72.90 Werken in onroerende staat uitgevoerd in eigen beheer Definitie Werken in eigen beheer komen overeen met vaste activa die de eenheid voor zichzelf aanmaakt. Haar personeel voert deze werkzaamheden uit met materiaal dat zij aankoopt. Deze vaste activa worden geboekt (code 19) door hun productiekosten op te tellen; deze worden steeds geboekt als uitgaven en komen overeen met de personeelskosten (code 11), plus de kostprijs van de grondstoffen en de andere productiekosten (code 12), met uitsluiting van de financiële kosten. Voor werken in onroerende staat uitgevoerd in eigen beheer wordt als tegenboeking een investering in de activa geboekt onder code 72.90. Inbegrepen Bijv.: het personeel van de vennootschap bouwt een niet-residentieel gebouw Uitgesloten OPMERKINGEN - AANTEKENINGEN Er is geen enkele verplichting om deze codes te gebruiken. Enkel eenheden die dergelijke verrichtingen in hun jaarrekening boeken, moeten deze codes gebruiken. 216 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 73 Wegen- en waterbouwkundige werken Definitie Deze groep omvat de aanleg van wegen, straten, havens, kanalen, dijken, waterontruimingsinstallaties, waterzuiveringstations, andere waterbouwkundige werken, grondverbeteringwerken en alle constructies en technische installaties die bij de aanleg worden geplaatst, zoals bruggen, tunnels, viaducten, stuwdammen, sluizen, bebakeningen, wegsignalisatie, wegverlichting en groenvoorzieningen. Tot groep 73 behoren ook de eventuele sloopwerkzaamheden en de uitgaven voor herstel van oorlogs- en natuurrampenschade. Groep 73 omvat zowel de werken uitgevoerd in eigen beheer als deze uitgevoerd door derden (andere overheden en andere sectoren). Inbegrepen Groep 73 wordt onderverdeeld in volgende economische codes: 73.10: wegenbouwkundige werken; 73.20: waterbouwkundige werken; 73.30: pijplijnen; 73.40: overige werken; 73.90: infrastructuurwerken uitgevoerd in eigen beheer. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Herstellingen en onderhoud van wegen- en waterbouwkundige werken die de waarde ervan niet verhogen, worden geboekt in groep 14. 217 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 73 Wegen- en waterbouwkundige werken Economische code 73.10 Wegenbouwkundige werken Definitie Hiertoe behoren de wegen (van autosnelwegen tot fietspaden) met de daarin gelegen burgerlijke bouwwerken (viaducten, tunnels, bruggen, kanaliseringen en verschillende mechanische en elektrotechnische uitrustingen) en groenvoorzieningen. Ook parkeerterreinen worden tot de economische code 73.10 gerekend, voor zover zij niet door een bedrijf worden uitgebaat. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 218 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 73 Wegen- en waterbouwkundige werken Economische code 73.20 Waterbouwkundige werken Definitie Hieronder moeten worden geklasseerd de aanleg van havens, kanalen, vaarwaters, voorzieningen voor ponten, dijken en andere waterbouwkundige werken, alsook de bouw van waterzuiveringstations en systemen van waterverbeteringen van natuurlijke waterwegen (bijvoorbeeld kanaliseringen). Bijkomende werken als groenvoorzieningen en de mechanische en elektrotechnische uitrusting, voor zover deze laatste niet bedrijfsmatig wordt uitgebaat, worden eveneens onder deze code geboekt. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 219 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 73 Wegen- en waterbouwkundige werken Economische code 73.30 Pijplijnen Definitie De investeringen in verband met pijplijnen worden geboekt onder de code 73.30. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 220 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 73 Wegen- en waterbouwkundige werken Economische code 73.40 Overige werken Definitie De overige werken omvatten onder meer de voorbereiding en het egaliseren van gronden en het uitvoeren van grondverbeteringwerken (verkaveling, drainage, enz.) voor het bouwen en de aanleg van sportterreinen. Ook het uitvoeren van sloopwerkzaamheden voorafgaand aan werken genoemd onder 73.10 tot en met 73.30 moet tot deze code worden geklasseerd. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 221 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 73 Wegen- en waterbouwkundige werken Economische code 73.90 Infrastructuurwerken uitgevoerd in eigen beheer Definitie Werken in eigen beheer komen overeen met vaste activa die de eenheid voor zichzelf aanmaakt. Haar personeel voert deze werkzaamheden uit met materiaal dat zij aankoopt. Deze vaste activa worden geboekt (code 19) door hun productiekosten op te tellen; deze worden steeds geboekt als uitgaven en komen overeen met de personeelskosten (code 11), plus de kostprijs van de grondstoffen en de andere productiekosten (code 12), met uitsluiting van de financiële kosten. Voor infrastructuurwerken uitgevoerd in eigen beheer wordt als tegenpost een investering in de activa geboekt onder code 73.90. Inbegrepen Bijv.: het personeel van de vennootschap legt een weg aan, voert er grote herstelwerken aan uit of legt terreinen aan Uitgesloten OPMERKINGEN - AANTEKENINGEN Er is geen enkele verplichting om deze codes te gebruiken. Enkel eenheden die dergelijke verrichtingen in hun jaarrekening boeken, moeten deze codes gebruiken. 222 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 74 Verwerving van overige investeringsgoederen, waaronder immateriële goederen Definitie Onder de groep 74 boekt men de verwerving van investeringsgoederen andere dan onroerende goederen. De verwerving van immateriële goederen behoort eveneens tot deze groep. Inbegrepen Deze groep wordt onderverdeeld in volgende economische codes: 74.10: aankoop van vervoermaterieel; 74.22: verwerving van overig materieel; 74.30: overdrachtskosten bij aan- en verkoop van gronden en gebouwen; 74.40: verwerving van patenten, octrooien en andere immateriële goederen; 74.50: verwerving van waardevolle voorwerpen; 74.60: verwerving van teeltgoederen (planten en dieren); 74.70: verwerving van duurzame militaire goederen; 74.80: verwerving inzake onderzoek en ontwikkeling; 74.90: roerende investeringen uitgevoerd in eigen beheer. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 223 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 74 Verwerving van overige investeringsgoederen, waaronder immateriële goederen Subgroep 74.1 Aankoop van vervoermaterieel Economische code 74.10 Aankoop van vervoermaterieel Definitie Onder de code 74.10 boekt men de aankoop van materieel bestemd voor het vervoer van personen of goederen. Inbegrepen autovoertuigen aanhangwagens, opleggers vaartuigen locomotieven, elektrische treinstellen en ander rollend spoorwegmaterieel vlieg- en ruimtetuigen motorfietsen fietsen Uitgesloten aankoop van specifiek militair vervoermateriaal (cf. code 74.70) OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 224 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 74 Verwerving van overige investeringsgoederen, waaronder immateriële goederen Subgroep 74.2 Verwerving van overig materieel Economische code 74.21 Niet gebruikt Economische code 74.22 Verwerving van overig materieel Definitie De verwerving van materieel andere dan vervoermaterieel wordt geboekt onder de economische code 74.22, ongeacht de sector van fabricage van het materieel. Inbegrepen machines computers printers kantoormeubelen stoelen, zetels gordijnen systemen van videoparlofonie faxtoestellen koelkasten microgolfovens tafellakens, stoffen servetten stofzuigers aankoop van gegevensbanken …. Uitgesloten 225 OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Goedkope kleine duurzame goederen gebruikt voor eerder eenvoudige werkzaamheden of verrichtingen (handgereedschap zoals zagen, hamers en schroevendraaiers) of klein bureaumateriaal zoals zakrekenmachines, GSM’s, smartphones, fototoestellen, USB-sleutels, GPS-toestellen, …; vaatwasmachines, koffiethermossen,…: zoals voorgeschreven boekt het ESR als intermediair verbruik alle uitgaven voor de aanschaf van dergelijke duurzame goederen zonder prijsbeperking. In het ESR 95 was een limiet van 500 euro (indexeerbaar) vastgelegd. Deze limiet verdwijnt in het ESR 2010. Aankopen of gebruikslicenties voor software worden opgenomen als investeringen voor zover ze bestemd zijn voor herhaaldelijk of ononderbroken gebruik in het productieproces gedurende meer dan een jaar. 226 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 74 Verwerving van overige investeringsgoederen, waaronder immateriële goederen Subgroep 74.3 Overdrachtskosten bij aan- en verkoop van gronden en gebouwen Economische code 74.30 Overdrachtskosten bij aan- en verkoop van gronden en gebouwen Definitie De overdrachtskosten bij aan- en verkoop van gronden en gebouwen dienen te worden geboekt onder de code 74.30. Inbegrepen notariskosten heffingen en andere rechten bij eigendomsoverdracht erelonen voor vastgoeddeskundigen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Indien de overdrachtskosten bij aan- en verkoop van gronden en gebouwen niet kunnen worden gescheiden van de hoofdverrichting, dienen ze te worden geboekt onder de code die overeenkomt met de aankoop- of verkoopverrichting. 227 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 74 Verwerving van overige investeringsgoederen, waaronder immateriële goederen Subgroep 74.4 Verwerving van patenten, octrooien en andere immateriële goederen Economische code 74.40 Verwerving van patenten, octrooien en andere immateriële goederen Definitie De verwerving van patenten, octrooien en andere immateriële goederen worden geboekt onder de code 74.40. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Naast het EU ETS-mechanisme dat recht geeft op EUA, bestaan er nog andere mechanismen die bepaald zijn in het verdrag van Kyoto. Zo is er de Joint Implementation (die recht geeft op Emission Reduction Units, ERU) en het Clean Development Mechanism (dat geeft recht op Certified Emission Reductions, CER). Voor de berekening van de indirecte belastingen komen enkel de quota in aanmerking die binnen het land zijn geleverd (MGDD, hoofdstuk VI.5, §10). Concreet betekent dit dat enkel "European Union Allowances”-quota in rekening worden gebracht, met uitsluiting van andere soorten quota zoals de CER en de ERU. De quota die landen krijgen in het EU ETS-mechanisme zijn niet-geproduceerde niet-financiële activa die onderling inwisselbaar zijn met deze uit andere mechanismen (elk geeft recht op een uitstoot van 1 ton CO2). Indien de staat verrichtingen van deze aard uitvoert (zoals bijvoorbeeld de CREG), moeten deze verrichtingen worden geboekt onder de economische codes 74.40 (aankoop) en 77.30 (verkoop). 228 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 74 Verwerving van overige investeringsgoederen, waaronder immateriële goederen Subgroep 74.5 Verwerving van waardevolle voorwerpen Economische code 74.50 Verwerving van waardevolle voorwerpen Definitie Onder de code 74.50 boekt men de verwerving van waardevolle voorwerpen. Inbegrepen edelstenen en edele metalen antieke voorwerpen kunstvoorwerpen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Waardevolle voorwerpen zijn niet-financiële goederen die niet hoofdzakelijk voor productie- of consumptiedoeleinden worden gebruikt, die onder normale omstandigheden niet aan slijtage onderhevig zijn en die vooral als beleggingsobject worden verworven en bewaard. 229 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 74 Verwerving van overige investeringsgoederen, waaronder immateriële goederen Subgroep 74.6 Verwerving van teeltgoederen (planten en dieren) Economische code 74.60 Verwerving van teeltgoederen (planten en dieren) Definitie De verwerving van teeltgoederen die rechtstreeks onder het toezicht en de verantwoordelijkheid van de institutionele eenheid worden geplaatst en door deze laatste worden beheerd, worden geboekt onder de code 74.60. Inbegrepen kweekvee melkvee en trekdieren wijngaarden, boomgaarden, duurzame aanplantingen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 230 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 74 Verwerving van overige investeringsgoederen, waaronder immateriële goederen Subgroep 74.7 Verwerving van duurzame militaire goederen Economische code 74.70 Verwerving van duurzame militaire goederen Definitie Onder de economische code 74.70 boekt men de aankoop van duurzame militaire goederen (oorlogswapens en hun lanceermaterieel). Inbegrepen Uitgesloten 231 OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN In het kader van de procedure bij buitensporige tekorten heeft Eurostat op 9 maart 2006 een beslissing genomen over de boeking van uitgaven voor militaire uitrusting. Eurostat bepaalt het moment van boeking volgens het ESR van de overheidsuitgaven voor militaire uitrusting als zijnde het voorwerp van langetermijnovereenkomsten en ook van de huur van de militaire uitrusting. 1. Huur van de militaire uitrusting De huur van de militaire uitrusting wordt altijd gelijkgesteld met financiële leasingovereenkomsten. Er is dus een weerslag op het overheidstekort en op de overheidsschuld op het ogenblik waarop de uitrusting ter beschikking wordt gesteld van de militaire autoriteiten en niet op het moment waarop de huurgelden worden betaald. 2. Langetermijnovereenkomsten Er kunnen zich verschillende gevallen voordoen: Langetermijnovereenkomsten die voorzien in leveringen van identieke elementen over een lange periode; of die voorzien in betalingen die zowel de levering van de goederen als de dienstverlening dekken: boeking in de nationale rekeningen op het ogenblik dat de levering daadwerkelijk plaatsvindt van elk element van de uitrusting of op het ogenblik dat een dienst verleend wordt Langetermijnovereenkomsten voor complexe systemen: boeking op het moment waarop de afzonderlijke stukken die het systeem uitmaken worden geleverd Militaire uitrusting die wordt gebouwd over verschillende jaren: boeking gebeurt op het ogenblik waarop de fysieke levering plaatsvindt van het eindproduct NB: Toch blijft men de militaire uitgaven aanrekenen in de begroting op basis van ordonnanceringen /vereffeningen. Eurostat aanvaardt dit voor kleine leveringen en voor militaire uitgaven waarvan de betaaldatum dicht bij het moment van levering ligt (tot een jaar van de datum van levering). Voor omvangrijkere langetermijnovereenkomsten maakt Landsverdediging aan de Macrobudgettaire Dienst een overgangstabel over die toelaat de overgang te maken van kasbasis (ordonnancering/vereffening) naar boeking op basis van vastgestelde rechten. In de economische hergroepering wordt dan een correctie doorgevoerd. 232 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 74 Verwerving van overige investeringsgoederen, waaronder immateriële goederen Subgroep 74.8 Verwerving inzake onderzoek en ontwikkeling Economische code 74.80 Verwerving inzake onderzoek en ontwikkeling Definitie Onder de economische code 74.80 boekt men de aankopen inzake onderzoek en ontwikkeling in de vorm van onderzoekscontracten met derden waarbij de overheid eigenaar wordt van de resultaten. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN In het ESR 95 werden de aankopen inzake onderzoek en ontwikkeling in de vorm van onderzoekscontracten met derden waarbij de overheid eigenaar wordt van de resultaten beschouwd als aankopen van goederen en diensten. In het ESR 2010 worden de aankopen inzake onderzoek en ontwikkeling in de vorm van onderzoekscontracten met derden beschouwd als investeringen indien de overheid eigenaar wordt van de resultaten (code 74.80) of als overdracht indien de overheid geen eigenaar wordt van de resultaten (economische codes van de groepen 3 en 4 naargelang van de ontvanger van de uitgave (zie bijlage over onderzoek en ontwikkeling)). 233 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 74 Verwerving van overige investeringsgoederen, waaronder immateriële goederen Subgroep 74.9 Roerende investeringen uitgevoerd in eigen beheer Economische code 74.90 Roerende investeringen uitgevoerd in eigen beheer Definitie Werken in eigen beheer komen overeen met vaste activa die de eenheid voor zichzelf aanmaakt. Haar personeel voert deze werkzaamheden uit met materiaal dat zij aankoopt. Deze vaste activa worden geboekt (code 19) door hun productiekosten op te tellen; deze worden steeds geboekt als uitgaven en komen overeen met de personeelskosten (code 11), plus de kostprijs van de grondstoffen en de andere productiekosten (code 12), met uitsluiting van de financiële kosten. Voor andere werken (dan aan gebouwen of infrastructuur) in eigen beheer wordt als tegenboeking een investering in de activa geboekt onder code 74.90. Inbegrepen Bijv.: het personeel van de vennootschap vervangt een motor in een voertuig, ontwikkelt een programmatuur of legt een gegevensbank aan. Uitgesloten OPMERKINGEN - AANTEKENINGEN Er is geen enkele verplichting om deze codes te gebruiken. Enkel eenheden die dergelijke verrichtingen in hun jaarrekening boeken, moeten deze codes gebruiken. 234 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 75 Voorraadtoename Economische code 75.00 Voorraadtoename Definitie Het gaat om alle voorraden die een vennootschap kan aanleggen: voorraden voor spoedeisende gevallen en normale voorraden van goederen; de vennootschap kan deze gebruiken voor haar normale werking of het kan gaan om voorraden van duurzame roerende goederen. We herinneren eraan dat de aankopen van deze goederen naargelang van het geval geboekt worden als aankopen van niet-duurzame goederen (code 12) of als aankopen van duurzame roerende goederen (code 74). Deze boekingen moeten vervolgens worden gecorrigeerd met de bedragen in voorraad of afgenomen op de voorraden. Als de verrichtingen op de voorraden niet worden geboekt op bruto- maar op nettobasis wordt een toename van de voorraden geboekt onder code 75 en een afname onder code 78. Inbegrepen Voorbeeld: in het jaar t koopt men voor 1000 euro niet-duurzame goederen (economische code 12.11). Er wordt voor 200 euro aan goederen in voorraad opgeslagen. Code 12.11 wordt met 200 verminderd en code 75.00 wordt verhoogd met 200. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Er is geen enkele verplichting om deze codes te gebruiken. Enkel eenheden die dergelijke verrichtingen in hun jaarrekening boeken, moeten deze codes gebruiken. 235 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 76 Verkoop van onroerende goederen in het binnenland Definitie De verkoop van onroerende goederen in het binnenland wordt geboekt in groep 76. Inbegrepen De groep 76 wordt onderverdeeld in volgende subgroepen: 76.1: verkoop van gronden; 76.2: verkoop van bestaande wegen- en waterbouwkundige werken; 76.3: verkoop van bestaande gebouwen. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 236 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 76 Verkoop van onroerende goederen in het binnenland Subgroep 76.1 Verkoop van gronden Economische code 76.11 Binnen de overheidssector Economische code 76.12 Aan andere sectoren dan de overheidssector Definitie De verkoop van gronden in het binnenland worden geboekt in subgroep 76.1. Deze subgroep wordt opgesplitst onder de codes 76.11 (binnen de overheidssector) en 76.12 (aan andere sectoren dan de overheidssector). Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 237 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 76 Verkoop van onroerende goederen in het binnenland Subgroep 76.2 Verkoop van bestaande wegen- en waterbouwkundige werken Economische code 76.21 Binnen de overheidssector Economische code 76.22 Aan andere sectoren dan de overheidssector Definitie De verkoop van bestaande wegen- en waterbouwkundige werken worden geboekt in subgroep 76.2. Deze subgroep wordt opgesplitst onder de codes 76.21 (binnen de overheidssector) en 76.22 (aan andere sectoren dan de overheidssector). Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 238 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 76 Verkoop van onroerende goederen in het binnenland Subgroep 76.3 Verkoop van bestaande gebouwen Economische code 76.31 Binnen de overheidssector Economische code 76.32 Aan andere sectoren dan de overheidssector Definitie De verkoop van bestaande gebouwen in het binnenland wordt geboekt in subgroep 76.3. Deze subgroep wordt onderverdeeld in de codes 76.31 (binnen de overheidssector) en 76.32 (aan andere sectoren dan de overheidssector). Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 239 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 77 Verkoop van overige investeringsgoederen, waaronder immateriële goederen Economische code 77.10 Verkoop van vervoermaterieel Economische code 77.20 Verkoop van overig materieel Economische code 77.30 Verkoop van patenten, octrooien en andere immateriële goederen Economische code 77.40 Verkoop van waardevolle voorwerpen Economische code 77.50 Verkoop van teeltgoederen (planten en dieren) Definitie De verkoop van roerende investeringsgoederen wordt geboekt in groep 77. Deze groep wordt opgesplitst volgens de aard van het goed (cf. groep 74). Inbegrepen De groep 77 wordt onderverdeeld onder de volgende economische codes: 77.10: verkoop van vervoermaterieel; 77.20: verkoop van overig materieel; 77.30: verkoop van patenten, octrooien en andere immateriële goederen; 77.40: verkoop van waardevolle voorwerpen; 77.50: verkoop van teeltgoederen (planten en dieren). Uitgesloten 240 OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Naast het EU ETS-mechanisme dat recht geeft op EUA, bestaan er nog andere mechanismen die bepaald zijn in het verdrag van Kyoto. Zo is er de Joint Implementation (die recht geeft op Emission Reduction Units, ERU) en het Clean Development Mechanism (dat geeft recht op Certified Emission Reductions, CER). Voor de berekening van de indirecte belastingen komen enkel de quota in aanmerking die binnen het land zijn geleverd (MGDD, hoofdstuk VI.5, §10). Concreet betekent dit dat enkel "European Union Allowances”-quota in rekening worden gebracht, met uitsluiting van andere soorten quota zoals de CER en de ERU. De quota die landen krijgen in het EU ETS-mechanisme zijn niet-geproduceerde niet-financiële activa die onderling inwisselbaar zijn met deze uit andere mechanismen (elk geeft recht op een uitstoot van 1 ton CO2). Indien de staat verrichtingen van deze aard uitvoert (zoals bijvoorbeeld de CREG), moeten deze verrichtingen worden geboekt onder de economische codes 74.40 (aankoop) en 77.30 (verkoop). 241 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 77 Verkoop van overige investeringsgoederen, waaronder immateriële goederen Subgroep 77.7 Verkoop van duurzame militaire goederen Economische code 77.70 Verkoop van duurzame militaire goederen Definitie Onder de economische code 77.70 boekt men de verkoop van duurzame militaire goederen zoals oorlogswapens en hun lanceermaterieel. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 242 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 77 Verkoop van overige investeringsgoederen, waaronder immateriële goederen Subgroep 77.8 Verkoop inzake onderzoek en ontwikkeling Economische code 77.80 Verkoop inzake onderzoek en ontwikkeling Definitie Onder de economische code 77.80 boekt men de verkoop van investeringen inzake onderzoek en ontwikkeling. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 243 Hoofdgroep 7 Investeringen en desinvesteringen Groep 78 Voorraadverminderingen Economische code 78.00 Voorraadverminderingen Definitie Het gaat om alle voorraden die een eenheid kan aanleggen: voorraden voor spoedeisende gevallen en normale voorraden van goederen; de vennootschap kan deze gebruiken voor haar normale werking of het kan gaan om voorraden van duurzame roerende goederen. We herinneren eraan dat aankopen van goederen naargelang van het geval worden geboekt als aankopen van niet-duurzame goederen (code 12) of als aankopen van duurzame roerende goederen (code 74). Deze boekingen moeten vervolgens worden gecorrigeerd met de bedragen in voorraad of afgenomen op de voorraden. Als de verrichtingen op de voorraden niet worden geboekt op bruto- maar op nettobasis wordt een toename van de voorraden geboekt onder code 75 en een afname onder code 78. Inbegrepen Voorbeeld: in het jaar t worden voor 1000 euro niet-duurzame goederen weggenomen uit de voorraden. Code 12.11 wordt met 1000 verhoogd en code 78.00 wordt verhoogd met 1000. Uitgesloten OPMERKINGEN - AANTEKENINGEN Er is geen enkele verplichting om deze codes te gebruiken. Enkel eenheden die dergelijke verrichtingen in hun jaarrekening boeken, moeten deze codes gebruiken. 244 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Definitie Deze hoofdgroep omvat aan de uitgavenzijde de diverse vormen van kapitaalverstrekkingen door de overheid aan andere sectoren, met uitsluiting van de kapitaaloverdrachten, en aan de ontvangstenzijde de terugbetalingen daarvan. Ook de aan- en verkopen van aandelen en obligaties zijn hieronder begrepen. Al deze verrichtingen worden opgenomen tegen aan- en verkoopprijs. Voor het onderscheid tussen kapitaaloverdrachten en kredietverleningen en deelnemingen, zie commentaar bij de hoofdgroep 5. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN De voorschotten die klaarblijkelijk niet zullen worden terugbetaald, moeten niet worden geklasseerd als kredietverlening maar als overdracht (hoofdgroep 5). 245 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 81 Kredietverleningen aan en deelnemingen in bedrijven en financiële instellingen en andere financiële producten Definitie Groep 81 heeft betrekking op kredietverleningen en deelnemingen in bedrijven, kredietinstellingen en verzekeringsmaatschappijen, alsook op andere verrichtingen in verband met financiële producten. Inbegrepen Groep 81 wordt onderverdeeld in de volgende subgroepen: 81.1: kredietverleningen aan bedrijven; 81.2: kredietverleningen aan kredietinstellingen; 81.3: kredietverleningen aan verzekeringsmaatschappijen; 81.4: deelnemingen in bedrijven; 81.5: deelnemingen in kredietinstellingen; 81.6: deelnemingen in verzekeringsmaatschappijen; 81.7: andere financiële producten. Uitgesloten Deelnemingen in natura (bv. gebouwen of resultaten van onderzoekswerken) moeten niet geboekt worden in de economische hergroepering want het zijn geen verrichtingen voor het ESR. OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN De rentestromen in verband met SWAPS moeten niet meer worden geboekt in de economische groep 21 (uitgave) of 26 (ontvangst) maar onder de codes 81.70 (uitgaven) of 86.70 (ontvangsten). 246 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 81 Kredietverleningen aan en deelnemingen in bedrijven en financiële instellingen en andere financiële producten Economische code 81.11 Kredietverleningen aan overheidsbedrijven Economische code 81.12 Kredietverleningen aan privébedrijven Economische code 81.21 Kredietverleningen aan openbare kredietinstellingen Economische code 81.22 Kredietverleningen aan privékredietinstellingen Economische code 81.31 Kredietverleningen aan openbare verzekeringsmaatschappijen Economische code 81.32 Kredietverleningen aan privéverzekeringsmaatschappijen Economische code 81.41 Deelnemingen in overheidsbedrijven Economische code 81.42 Deelnemingen in privébedrijven Economische code 81.51 Deelnemingen in openbare kredietinstellingen Economische code 81.52 Deelnemingen in privékredietinstellingen Economische code 81.61 Deelnemingen in openbare verzekeringsmaatschappijen Economische code 81.62 Deelnemingen in privéverzekeringsmaatschappijen 247 Definitie In de kredietverleningen en deelnemingen wordt een onderscheid gemaakt tussen enerzijds kredietverleningen (waarbij de overheid als bankier of als obligatiehouder optreedt, subgroepen 81.1 tot 81.3) en anderzijds deelnemingen en kapitaalverstrekkingen die met deelnemingen kunnen worden gelijkgesteld (waarbij de overheid optreedt als aandeelhouder of als enige eigenaar, subgroepen 81.4 tot 81.6). Bedrijven, kredietinstellingen en verzekeringsmaatschappijen worden onderverdeeld in privébedrijven enerzijds en in overheidsbedrijven, al dan niet met rechtspersoonlijkheid, anderzijds. Inbegrepen Uitgesloten Kredietverleningen of deelnemingen in bedrijven die deel uitmaken van de overheidssector (S.13) (samen met de overheidssector te consolideren) moeten worden geboekt in groep 85. OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN De huurwaarborgen worden geboekt onder de code 81.12. Als op het einde van de huuroveenkomst de entiteit de eigenaar moet vergoeden voor, bijvoorbeeld, schade, zal er een overdracht moeten worden geboekt. 248 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 81 Kredietverleningen aan en deelnemingen in bedrijven en financiële instellingen en andere financiële producten Economische code 81.70 Andere financiële producten Definitie Onder de code 81.70 worden de verrichtingen in verband met financiële producten geboekt die niet elders worden geboekt. Inbegrepen de aankoop van eigen effecten om ze in portefeuille te houden allerlei optiepremies (aankopen) negatieve premies voor annulatie van wisselswaps het verschil (verlies) tussen de nominale waarde en de prijs van de verrichting voor: - de terugkoop van effecten en andere terugbetalingen; - de aankoop van effecten om ze in portefeuille te houden; - de doorverkoop van effecten uit portefeuille; - de rentestromen verbonden aan SWAP-verrichtingen. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 249 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 82 Kredietverleningen aan vzw’s ten behoeve van de gezinnen Economische code 82.00 Kredietverleningen aan vzw’s ten behoeve van de gezinnen Definitie Onder de code 82.00 boekt men de kredietverleningen aan vzw’s ten behoeve van de gezinnen. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 250 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 83 Kredietverleningen aan gezinnen Economische code 83.00 Kredietverleningen aan gezinnen Definitie Onder de economische code 83.00 boekt men de kredietverleningen aan gezinnen. Inbegrepen leningen, renteloze voorschotten toegekend aan het personeel Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 251 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 84 Kredietverleningen aan en deelnemingen in het buitenland Definitie Onder groep 84 boekt men de kredietverleningen aan en deelnemingen in het buitenland. Inbegrepen Groep 84 bevat volgende subgroepen: 84.1: kredietverleningen aan het buitenland; 84.2: deelnemingen in het buitenland. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 252 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 84 Kredietverleningen aan en deelnemingen in het buitenland Subgroep 84.1 Kredietverleningen aan het buitenland Economische code 84.11 Aan EU-instellingen Economische code 84.12 Aan lidstaten van de EU (overheden) Economische code 84.13 Aan lidstaten van de EU (niet-overheden) Economische code 84.14 Aan internationale instellingen andere dan de EU-instellingen Economische code 84.15 Aan landen andere dan de lidstaten van de EU (overheden) Economische code 84.16 Aan landen andere dan de lidstaten van de EU (niet-overheden) Definitie Onder subgroep 84.1 boekt men kredietverleningen aan het buitenland. Inbegrepen Deze subgroep wordt onderverdeeld in de economische codes 84.11 tot 84.16 naargelang van de aard van de verkrijger. 84.11: aan EU-instellingen 84.12: aan EU-lidstaten (overheden) 84.13: aan EU-lidstaten (niet-overheden) 84.14: aan internationale andere dan EU-instellingen 84.15: aan landen andere dan EU-lidstaten (overheden) 84.16: aan landen andere dan EU-lidstaten (niet-overheden) 253 Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 254 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 84 Kredietverleningen aan en deelnemingen in het buitenland Subgroep 84.1 Kredietverleningen aan het buitenland Economische code 84.17 Prefinanciering in het kader van Europese subsidies Definitie In deze code boekt men de prefinancieringen uitgevoerd in het kader van Europese subsidies. Inbegrepen De subsidies die zullen worden ontvangen van de EU na het einde van het jaar waarin de effectieve uitgaven werden gedaan in termen van vereffening in het kader van een project A, worden geboekt op een basisallocatie in de uitgaven met een economische code 84.17 in de loop van het jaar waarin deze effectieve uitgaven in termen van vereffening van het project A gebeuren en dit op het ogenblik van deze uitgaven in termen van vereffening. In de loop van het jaar waarin deze subsidies van de EU effectief worden ontvangen, wordt het bedrag van deze subsidies geboekt op een artikel met economische code 88.17. Het gaat om een boeking die de tegenpost is van de uitgave die voorheen werd geboekt op een basisallocatie met een economische code 84.17. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 255 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 84 Kredietverleningen aan en deelnemingen in het buitenland Subgroep 84.2 Deelnemingen in het buitenland Economische code 84.21 In EU-instellingen Economische code 84.22 In lidstaten van de EU (niet-overheden) Economische code 84.23 In internationale instellingen andere dan de EU-instellingen Economische code 84.24 In landen andere dan de lidstaten van de EU (niet-overheden) Definitie Deelnemingen in het buitenland worden geboekt in de subgroep 84.2. Deze subgroep wordt onderverdeeld onder de economische codes 84.21 tot 84.24 volgens de aard van de verkrijger. Inbegrepen Volgende economische codes zijn inbegrepen: 84.21: in EU-instellingen; 84.22: in EU-lidstaten (niet-overheden); 84.23: in internationale andere dan EU-instellingen; 84.24: in landen andere dan EU-lidstaten (niet-overheden). Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 256 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 85 Kredietverleningen en deelnemingen binnen de overheidssector Definitie De kredietverleningen en deelnemingen binnen de overheidssector worden onderverdeeld onder de subgroepen 85.1 tot 85.6. Inbegrepen De groep 85 wordt onderverdeeld onder volgende subgroepen: 85.1: kredietverleningen binnen een institutionele groep; 85.2: kredietverleningen aan de socialezekerheidsinstellingen; 85.3: kredietverleningen aan lokale overheden; 85.4: kredietverleningen aan het gesubsidieerd autonoom onderwijs; 85.5: kredietverleningen aan andere institutionele groepen; 85.6: deelnemingen binnen de overheidssector (S.13) Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 257 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 85 Kredietverleningen en deelnemingen binnen de overheidssector Subgroep 85.1 Kredietverleningen binnen een institutionele groep Economische code 85.11 Aan de institutionele overheid Economische code 85.12 Aan niet-organieke begrotingsfondsen Economische code 85.13 Aan administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie (ADBA) Economische code 85.14 Aan administratieve openbare instellingen (AOI) Economische code 85.15 Aan onderwijsinstellingen van de institutionele overheid Economische code 85.16 Aan vzw’s van de overheid Economische code 85.17 Aan andere eenheden van de overheid Definitie Kredietverleningen binnen een institutionele groep worden verdeeld over de economische codes 85.11 tot 85.17 volgens dezelfde structuur als de groepen 41 en 61. Inbegrepen Kredietverleningen binnen een institutionele groep worden verdeeld over de volgende economische codes: 85.11: kredietverleningen aan de institutionele overheid; 85.12: kredietverleningen aan niet-organieke begrotingsfondsen; 85.13: kredietverleningen aan administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie; 85.14: kredietverleningen aan administratieve openbare instellingen; 85.15: kredietverleningen aan onderwijsinstellingen van de institutionele overheid; 85.16: kredietverleningen aan vzw’s van de overheid; 258 85.17: kredietverleningen aan andere overheidseenheden. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 259 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 85 Kredietverleningen en deelnemingen binnen de overheidssector Subgroep 85.2 Kredietverleningen aan de socialezekerheidsinstellingen Economische code 85.20 Kredietverleningen aan de socialezekerheidsinstellingen Definitie Kredietverleningen aan de socialezekerheidsinstellingen worden geboekt onder de economische code 85.20. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 260 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 85 Kredietverleningen en deelnemingen binnen de overheidssector Subgroep 85.3 Kredietverleningen aan lokale overheden Economische code 85.31 Aan provincies Economische code 85.32 Aan gemeenten Economische code 85.33 Niet gebruikt Economische code 85.34 Aan vzw’s van de lokale overheden Economische code 85.35 Aan overige lokale overheden Definitie Kredietverleningen aan lokale overheden worden geboekt in de subgroep 85.3. Inbegrepen Kredietverleningen aan lokale overheden worden verdeeld over de volgende economische codes: 85.31: kredietverleningen aan de provincies; 85.32: kredietverleningen aan de gemeenten; 85.33: niet gebruikt; 85.34: kredietverleningen aan vzw’s van de lokale overheden; 85.35: kredietverleningen aan overige lokale overheden. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 261 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 85 Kredietverleningen en deelnemingen binnen de overheidssector Subgroep 85.4 Kredietverleningen aan het gesubsidieerd autonoom onderwijs Economische code 85.40 Kredietverleningen aan het gesubsidieerd autonoom onderwijs Definitie Onder de economische code 85.40 boekt men de kredietverleningen aan het gesubsidieerd autonoom onderwijs. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 262 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 85 Kredietverleningen en deelnemingen binnen de overheidssector Subgroep 85.5 Kredietverleningen aan andere institutionele groepen Economische code 85.50 Kredietverleningen aan andere institutionele groepen Definitie Onder de economische code 85.50 boekt men kredietverleningen van een institutionele groep (federale overheid, gemeenschappen, gewesten, gemeenschapscommissies) naar een andere institutionele groep. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 263 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 85 Kredietverleningen en deelnemingen binnen de overheidssector Subgroep 85.6 Deelnemingen binnen de overheidssector Economische code 85.61 Binnen de institutionele groep Economische code 85.62 Sociale zekerheid Economische code 85.63 Lokale overheden Economische code 85.64 Gesubsidieerd autonoom onderwijs Economische code 85.65 Andere institutionele groepen Definitie Deelnemingen in een vennootschap die behoort tot de overheidssector (S.13) moeten worden geboekt in groep 85.6. Inbegrepen Voorbeeld: deelneming van de federale overheid in de Belgische Investeringsmaatschappij voor Ontwikkelingslanden (BIO) (code 85.61). Uitgesloten 264 OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Een deelneming binnen de overheid wordt geboekt in de subgroep 85.6 die wordt onderverdeeld in de codes: 85.61: Deelnemingen binnen de overheidssector 85.62: Deelnemingen in de sociale zekerheid 85.63: Deelnemingen in de lokale overheden 85.64: Deelnemingen in het gesubsidieerd autonoom onderwijs 85.65: Deelnemingen binnen een andere institutionele groep Voor de entiteit die geniet van deze deelneming, moet de verrichting geboekt worden onder de code 98.00 (inbreng van eigen middelen). In geval van vereffening van deelneming binnen de overheid, zal de entiteit die zijn deelnemingen vereffent de ontvangstencodes 89.61 tot 89.65 gebruiken en de entiteit die zijn eigen middelen ziet verminderen zal de code 93.00 gebruiken (vermindering van eigen middelen). 265 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 86 Kredietaflossingen door en vereffeningen van deelnemingen in bedrijven en financiële instellingen en andere financiële producten Definitie Groep 86 heeft betrekking op kredietaflossingen door en vereffeningen van deelnemingen in bedrijven en financiële instellingen, alsook op andere verrichtingen in verband met financiële producten. Inbegrepen Groep 86 is onderverdeeld in de volgende economische codes: 86.10: kredietaflossingen door bedrijven; 86.20: kredietaflossingen door kredietinstellingen; 86.30: kredietaflossingen door verzekeringsmaatschappijen; 86.40: vereffeningen van deelnemingen in bedrijven; 86.50: vereffeningen van deelnemingen in kredietinstellingen; 86.60: vereffeningen van deelnemingen in verzekeringsmaatschappijen; 86.70: andere financiële producten. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN De rentestromen in verband met SWAPS moeten niet meer worden geboekt in de groep 21 (uitgave) of 26 (ontvangst) maar onder de codes 81.70 (uitgaven) of 86.70 (ontvangsten). 266 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 86 Kredietaflossingen door en vereffeningen van deelnemingen in bedrijven en financiële instellingen en andere financiële producten Economische code 86.10 Kredietaflossingen door bedrijven Economische code 86.20 Kredietaflossingen door kredietinstellingen Economische code 86.30 Kredietaflossingen door verzekeringsmaatschappijen Economische code 86.40 Vereffeningen van deelnemingen in bedrijven Economische code 86.50 Vereffeningen van deelnemingen in kredietinstellingen Economische code 86.60 Vereffeningen van deelnemingen in verzekeringsmaatschappijen Definitie Kredietaflossingen en vereffeningen van deelnemingen in bedrijven en financiële instellingen worden geboekt onder de economische codes 86.10 tot 86.60. Inbegrepen Volgende economische codes zijn inbegrepen: 86.10: kredietaflossingen door bedrijven; 86.20: kredietaflossingen door kredietinstellingen; 86.30: kredietaflossingen door verzekeringsmaatschappijen; 86.40: vereffeningen van deelnemingen in bedrijven; 86.50: vereffeningen van deelnemingen in kredietinstellingen; 86.60: vereffeningen van deelnemingen in verzekeringsmaatschappijen. Uitgesloten 267 OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 268 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 86 Kredietaflossingen door en vereffeningen van deelnemingen in bedrijven en financiële instellingen en andere financiële producten Economische code 86.70 Andere financiële producten Definitie Onder de code 86.70 worden de ontvangsten geboekt die betrekking hebben op verrichtingen in verband met financiële producten die niet elders zijn geboekt. Inbegrepen de doorverkoop van eigen effecten uit portefeuille allerlei optiepremies (verkopen) positieve premies voor annulatie van wisselswaps het verschil (winst) tussen de nominale waarde en de prijs van de verrichting voor: - de terugkoop van effecten en andere terugbetalingen - de aankoop van effecten om ze in portefeuille te houden - de doorverkoop van effecten uit portefeuille - de rentestromen verbonden aan SWAP-verrichtingen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 269 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 87 Kredietaflossingen door vzw’s ten behoeve van de gezinnen en door gezinnen Economische code 87.10 Kredietaflossingen door vzw’s ten behoeve van de gezinnen Economische code 87.20 Kredietaflossingen door gezinnen Definitie Onder de groep 87 boekt men kredietaflossingen door vzw’s ten behoeve van de gezinnen (code 87.10) en door gezinnen (code 87.20). Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 270 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 88 Kredietaflossingen door en vereffeningen van deelnemingen in het buitenland Definitie Onder de groep 88 boekt men kredietaflossingen door en vereffeningen van deelnemingen in het buitenland. Inbegrepen De groep 88 omvat de volgende subgroepen: 88.1: kredietaflossingen door het buitenland; 88.2: vereffeningen van deelnemingen in het buitenland. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 271 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 88 Kredietaflossingen door en vereffeningen van deelnemingen in het buitenland Subgroep 88.1 Kredietaflossingen door het buitenland Economische code 88.11 Door EU-instellingen Economische code 88.12 Door lidstaten van de EU (overheden) Economische code 88.13 Door lidstaten van de EU (niet-overheden) Economische code 88.14 Door internationale instellingen andere dan de EU-instellingen Economische code 88.15 Door landen andere dan de lidstaten van de EU (overheden) Economische code 88.16 Door landen andere dan de lidstaten van de EU (niet-overheden) Definitie Onder subgroep 88.1 boekt men kredietaflossingen door het buitenland. Inbegrepen Deze groep wordt opgesplitst over de economische codes 88.11 tot 88.16: 88.11: door EU-instellingen; 88.12: door EU-lidstaten (overheden); 88.13: door EU-lidstaten (niet-overheden); 88.14: door internationale andere dan EU instellingen; 88.15: door landen andere dan EU-lidstaten (overheden); 88.16: door landen andere dan EU-lidstaten (niet-overheden). 272 Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 273 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 88 Kredietaflossingen door en vereffeningen van deelnemingen in het buitenland Subgroep 88.1 Kredietaflossingen door het buitenland Economische code 88.17 Terugbetaling van de EU in het kader van uitgaven geprefinancierd door de entiteit Definitie In de code 88.17 boekt men de terugbetalingen van de EU in het kader van de uitgaven geprefinancierd door de entiteit. Inbegrepen De subsidies die zullen worden ontvangen van de EU na het einde van het jaar waarin de effectieve uitgaven werden gedaan in termen van vereffening in het kader van een project A, worden geboekt op een basisallocatie in de uitgaven met een economische code 84.17 in de loop van het jaar waarin deze effectieve uitgaven in termen van vereffening van het project A gebeuren en dit op het ogenblik van deze uitgaven in termen van vereffening. In de loop van het jaar waarin deze subsidies van de EU effectief worden ontvangen, wordt het bedrag van deze subsidies geboekt op een artikel met economische code 88.17. Het gaat om een boeking die de tegenpost is van de uitgave die voorheen werd geboekt op een basisallocatie met een economische code 84.17. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 274 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 88 Kredietaflossingen door en vereffeningen van deelnemingen in het buitenland Subgroep 88.2 Vereffeningen van deelnemingen in het buitenland Economische code 88.21 In EU-instellingen Economische code 88.22 In lidstaten van de EU (niet-overheden) Economische code 88.23 In internationale instellingen andere dan de EU-instellingen Economische code 88.24 In landen andere dan de lidstaten van de EU (niet-overheden) Definitie Onder subgroep 88.2 boekt men vereffeningen van deelnemingen in het buitenland. Inbegrepen Deze subgroep wordt opgesplitst onder de economische codes: 88.21: in EU-instellingen; 88.22: in EU-lidstaten (niet-overheden); 88.23: in internationale andere dan EU-instellingen; 88.24: in landen andere dan EU-lidstaten (niet-overheden). Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 275 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 89 Kredietaflossingen en vereffeningen van deelnemingen binnen de overheidssector Definitie De kredietaflossingen binnen de overheidssector worden opgedeeld onder de subgroepen 89.1 tot 89.5. Ontvangsten uit de vereffening van deelnemingen moeten worden geboekt in de subgroep 89.6. Inbegrepen De groep 89 wordt opgesplitst onder volgende subgroepen: 89.1: kredietaflossingen binnen een institutionele groep; 89.2: kredietaflossingen door de socialezekerheidsinstellingen; 89.3: kredietaflossingen door lokale overheden; 89.4: kredietaflossingen door het gesubsidieerd autonoom onderwijs; 89.5: kredietaflossingen door een andere institutionele groep. 89.6: vereffening van deelnemingen binnen de overheidssector Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 276 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 89 Kredietaflossingen en vereffeningen van deelnemingen binnen de overheidssector Subgroep 89.1 Kredietaflossingen binnen een institutionele groep Economische code 89.11 Van de institutionele overheid Economische code 89.12 Van niet-organieke begrotingsfondsen Economische code 89.13 Van administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie (ADBA) Economische code 89.14 Van administratieve openbare instellingen (AOI) Economische code 89.15 Van onderwijsinstellingen van de institutionele overheid Economische code 89.16 Van vzw’s van de overheid Economische code 89.17 Van andere eenheden van de overheid Definitie Kredietaflossingen binnen een institutionele groep worden opgesplitst onder de economische codes 89.11 tot 89.17 volgens dezelfde structuur als de groepen 46 en 66. 277 Inbegrepen Kredietaflossingen binnen een institutionele groep worden opgesplitst onder de volgende economische codes: 89.11: kredietaflossingen van de institutionele overheid; 89.12: kredietaflossingen van niet-organieke begrotingsfondsen; 89.13: kredietaflossingen van administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie; 89.14: kredietaflossingen van administratieve openbare instellingen; 89.15: kredietaflossingen van onderwijsinstellingen van de institutionele overheid; 89.16: kredietaflossingen van vzw’s van de overheid; 89.17: kredietaflossingen van andere overheidseenheden. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 278 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 89 Kredietaflossingen en vereffeningen van deelnemingen binnen de overheidssector Subgroep 89.2 Kredietaflossingen door de socialezekerheidsinstellingen Economische code 89.20 Kredietaflossingen door de socialezekerheidsinstellingen Definitie Kredietaflossingen door de socialezekerheidsinstellingen worden geboekt onder de economische code 89.20. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 279 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 89 Kredietaflossingen en vereffeningen van deelnemingen binnen de overheidssector Subgroep 89.3 Kredietaflossingen door lokale overheden Economische code 89.31 Door provincies Economische code 89.32 Door gemeenten Economische code 89.33 Niet gebruikt Economische code 89.34 Door vzw’s van de lokale overheden Economische code 89.35 Door overige lokale overheden Definitie Kredietaflossingen door lokale overheden worden geboekt in de subgroep 89.3. Inbegrepen De kredietaflossingen door lokale overheden worden opgesplitst onder de volgende economische codes: 89.31: kredietaflossingen door de provincies; 89.32: kredietaflossingen door de gemeenten; 89.33: niet gebruikt; 89.34: kredietaflossingen door vzw’s van de lokale overheden; 89.35: kredietaflossingen door overige lokale overheden. Uitgesloten 280 OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 281 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 89 Kredietaflossingen en vereffeningen van deelnemingen binnen de overheidssector Subgroep 89.4 Kredietaflossingen door het gesubsidieerd autonoom onderwijs Economische code 89.40 Kredietaflossingen door het gesubsidieerd autonoom onderwijs Definitie Onder de economische code 89.40 boekt men kredietaflossingen komende van het gesubsidieerd autonoom onderwijs. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 282 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 89 Kredietaflossingen en vereffeningen van deelnemingen binnen de overheidssector Subgroep 89.5 Kredietaflossingen door andere institutionele groepen Economische code 89.50 Kredietaflossingen door andere institutionele groepen Definitie Onder de economische code 89.50 boekt men kredietaflossingen afkomstig van een andere institutionele groep. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 283 Hoofdgroep 8 Kredietverleningen en kredietaflossingen; deelnemingen en vereffeningen van deelnemingen; andere financiële producten Groep 89 Kredietaflossingen en vereffeningen van deelnemingen binnen de overheidssector Subgroep 89.6 Vereffeningen van deelnemingen binnen de overheidssector Economische code 89.61 Binnen een institutionele groep Economische code 89.62 Sociale zekerheid Economische code 89.63 Lokale overheden Economische code 89.64 Gesubsidieerd autonoom onderwijs Economische code 89.65 Andere institutionele groepen Definitie Onder de subgroep 89.6 boekt men de vereffeningen van deelnemingen binnen de overheidssector. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 284 Hoofdgroep 9 Overheidsschuld Definitie Deze hoofdgroep 9 betreft verrichtingen die in het ESR 95 worden beschouwd als financiële verrichtingen andere dan de verrichtingen uit de hoofdgroep 8. Inbegrepen Volgende groepen behoren tot de hoofdgroep 9: 91: aflossingen van leningen met een looptijd van meer dan één jaar; 92: ontmuntingen; 93: verlaginn van het eigen vermogen; 96: opbrengst van leningen met een looptijd van meer dan één jaar; 97: aanmuntingen; 98: verhoging van het eigen vermogen. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 285 Hoofdgroep 9 Overheidsschuld Groep 91 Aflossingen van leningen met een looptijd van meer dan één jaar Economische code 91.10 Aflossingen van de schuld in euro Economische code 91.20 Aflossingen van de schuld in vreemde valuta Economische code 91.30 Aflossingen van de schuld binnen de overheidssector Economische code 91.70 Aflossingen bij financiële leasings Definitie De groep 91 betreft aflossingen/terugbetalingen van leningen met een looptijd van meer dan één jaar. Tot deze groep behoren ook aflossingen bij financiële leasings. Inbegrepen Volgende economische codes zijn in groep 91 inbegrepen: 91.10: 91.20: 91.30: 91.70: aflossingen van de schuld in euro; aflossingen van de schuld in vreemde valuta; aflossingen van de schuld binnen de overheidssector; aflossingen bij financiële leasings (cf. opmerking bij economische code 04.00). Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 286 Hoofdgroep 9 Overheidsschuld Groep 92 Ontmuntingen Economische code 92.00 Ontmuntingen Definitie Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 287 Hoofdgroep 9 Overheidsschuld Groep 93 Verlaging van het eigen vermogen Economische code 93.00 Verlaging van het eigen vermogen Definitie Onder de code 93.00 boekt men de verlaging van het eigen vermogen. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Een deelneming binnen de overheid wordt geboekt in de subgroep 85.6 die wordt onderverdeeld in de codes: 85.61: Deelnemingen binnen de institutionele groep 85.62: Deelnemingen in de sociale zekerheid 85.63: Deelnemingen in de lokale overheden 85.64: Deelnemingen in het gesubsidieerd autonoom onderwijs 85.65: Deelnemingen binnen een andere institutionele groep Voor de entiteit die geniet van deze deelneming, moet de verrichting geboekt worden onder de code 98.00 (verhoging van het eigen vermogen). In geval van vereffening van deelneming binnen de overheid, zal de entiteit die zijn deelnemingen vereffent de ontvangstencodes 89.61 tot 89.65 gebruiken en de entiteit die zijn eigen middelen ziet verminderen zal de code 93.00 gebruiken (verlaging van het eigen vermogen). 288 Hoofdgroep 9 Overheidsschuld Groep 96 Opbrengst van leningen met een looptijd van meer dan één jaar Economische code 96.10 Opbrengst van leningen in euro Economische code 96.20 Opbrengst van leningen in vreemde valuta Economische code 96.30 Opbrengst van leningen binnen de overheidssector Economische code 96.70 Opbrengst van leningen betreffende financiële leasings Definitie De groep 96 betreft de opbrengst van leningen met een looptijd van meer dan één jaar. De opbrengsten van leningen betreffende financiële leasings behoren eveneens tot deze groep. Inbegrepen In groep 96 zijn volgende economische codes inbegrepen: 96.10: 96.20: 96.30: 96.70: opbrengst van leningen in euro; opbrengst van leningen in vreemde valuta; opbrengst van leningen binnen de overheidssector; opbrengst van leningen inzake financiële leasings. Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 289 Hoofdgroep 9 Overheidsschuld Groep 97 Aanmuntingen Economische code 97.00 Aanmuntingen Definitie Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN 290 Hoofdgroep 9 Overheidsschuld Groep 98 Verhoging van het eigen vermogen Economische code 98.00 Verhoging van het eigen vermogen Definitie Onder de code 98.00 boekt men de verhoging van het eigen vermogen. Inbegrepen Uitgesloten OPMERKINGEN – AANTEKENINGEN Een deelneming binnen de overheid wordt geboekt in de subgroep 85.6 die wordt onderverdeeld in de codes: 85.61: Deelnemingen binnen de institutionele groep 85.62: Deelnemingen in de sociale zekerheid 85.63: Deelnemingen in de lokale overheden 85.64: Deelnemingen in het gesubsidieerd autonoom onderwijs 85.65: Deelnemingen binnen een andere institutionele groep Voor de entiteit die geniet van deze deelneming, moet de verrichting geboekt worden onder de code 98.00 (verhoging van het eigen vermogen). In geval van vereffening van deelneming binnen de overheid, zal de entiteit die zijn deelnemingen vereffent de ontvangstencodes 89.61 tot 89.65 gebruiken en de entiteit die zijn eigen middelen ziet verminderen zal de code 93.00 gebruiken (verlaging van het eigen vermogen). 291 292 DEEL III BIJLAGEN 293 Bijlage 1 : Definitie Onderzoek en Ontwikkeling 1.1. O&O-activiteiten en aanverwante activiteiten De UNESCO heeft het concept "wetenschappelijke en technologische activiteiten (WTA’s)" uitgewerkt. Volgens de "Aanbeveling betreffende de internationale normalisatie van de statistieken inzake wetenschap en technologie", omhelzen de WTA’s de volgende types van activiteiten : - onderzoek en experimentele ontwikkeling (O&O); wetenschappelijk en technologisch onderwijs en opleiding; de andere wetenschappelijke en technologische activiteiten (WTA’s) die verband houden met O&O. Volgens de « Frascati Handleiding » van de OESO omvat onderzoek en experimentele ontwikkeling (O&O) creatief werk dat op systematische basis wordt ondernomen ter vergroting van de hoeveelheid kennis, met inbegrip van de kennis van de mens, de cultuur en de samenleving, evenals het gebruik van deze hoeveelheid kennis voor het ontwerpen van nieuwe toepassingen. De term O&O refereert aan drie activiteiten: fundamenteel onderzoek, toegepast onderzoek en experimentele ontwikkeling. Fundamenteel onderzoek bestaat uit experimentele of theoretische activiteiten die voornamelijk worden verricht om nieuwe kennis te verwerven over de fundamentele aspecten van verschijnselen en waarneembare feiten, zonder dat hiermee een bepaalde toepassing of gebruik wordt beoogd. Toegepast onderzoek bestaat ook uit oorspronkelijke activiteiten die worden verricht om nieuwe kennis te verwerven. Het is evenwel in de eerste plaats gericht op een bepaald praktisch doel. Experimentele ontwikkeling omvat systematische activiteiten op basis van bestaande kennis die is verkregen door onderzoek en/of praktische ervaring, met het oog op het initiëren van de vervaardiging van nieuwe materialen, producten of middelen of het instellen van nieuwe processen, systemen en diensten, dan wel het aanzienlijk verbeteren van degene die reeds bestaan. 1.2. Activiteiten uit te sluiten van O&O Het criterium dat O&O daadwerkelijk kan onderscheiden van niet-O&O, is de aanwezigheid van een belangrijk vernieuwend element in O&O. Deze met O&O verband houdende activiteiten kunnen worden onderverdeeld in drie rubrieken : 1. Onderwijs en opleiding 2. Andere aanverwante wetenschappelijke en technologische activiteiten 3. Aanverwante industriële activiteiten 294 1.2.1. Onderwijs en opleiding Al het onderwijs en alle opleidingen van het personeel op het gebied van exacte en natuuren ingenieurswetenschappen, geneeskunde, landbouwwetenschappen, sociale en menswetenschappen, verstrekt in de universiteiten en in de gespecialiseerde instellingen van het hoger en postsecundair onderwijs, dienen te worden uitgesloten. Met het onderzoek verricht door studenten op doctoraal niveau in de universiteiten, moet echter in de mate van het mogelijke wel rekening worden gehouden in de O&O-activiteiten. 1.2.2. Andere aanverwante wetenschappelijke en technologische activiteiten De hieronder vermelde activiteiten zouden moeten worden uitgesloten van O&O, behalve indien ze uitsluitend of hoofdzakelijk worden verricht ten behoeve van een O&O-project. 1.2.2.1. Wetenschappelijke en technische informatievoorziening De gespecialiseerde activiteiten van: - inzameling - indexering - registratie - classificatie - verspreiding - vertaling - analyse - evaluatie - verricht door: - - het wetenschappelijk en technisch personeel de bibliografische diensten de octrooidiensten de diensten voor het verspreiden van wetenschappelijke en technische informatie en de consultancydiensten de wetenschappelijke conferenties moeten worden uitgesloten, behalve wanneer ze uitsluitend of hoofdzakelijk worden verricht om O&O te ondersteunen (de voorbereiding van het oorspronkelijke verslag over de resultaten van O&O zal bijvoorbeeld worden opgenomen in de O&O-activiteiten). 1.2.2.2. Het verzamelen van gegevens van algemeen belang Deze activiteit wordt doorgaans verricht door overheidsinstellingen om natuurlijke, biologische of sociale verschijnselen in kaart te brengen die van algemeen belang zijn of waarvoor alleen de overheid beschikt over de middelen om ze te verrichten. Voorbeelden hiervan zijn de routinematige activiteiten voor het opmaken van topografische kaarten, geologische, hydrologische, oceanografische en meteorologische overzichten, alsook astronomische waarnemingen. Het verzamelen van gegevens dat uitsluitend of hoofdzakelijk geschiedt als onderdeel van het O&O-proces, is opgenomen in de O&O-activiteiten (bijvoorbeeld de gegevens over de banen en kenmerken van de deeltjes in een kernreactor). Dezelfde redenering is tevens van toepassing op het verwerken en interpreteren van deze gegevens. Met name de sociale wetenschappen zijn sterk afhankelijk van de nauwkeurige vastlegging van feiten met betrekking tot de samenleving in de vorm van volkstellingen, steekproefenquêtes, enz. Indien deze gegevens speciaal worden verzameld of verwerkt met het oog op wetenschappelijk onderzoek, moeten hun kosten worden toegerekend aan onderzoek en moeten zij betrekking hebben op de planning, systematisering enz. van de gegevens. Gegevens die voor andere of algemene doeleinden worden verzameld, zoals de driemaandelijkse werkloosheidsenquêtes, dienen te worden uitgesloten, zelfs als ze worden gebruikt voor onderzoeksdoeleinden. Marktonderzoek is eveneens uitgesloten. 295 1.2.2.3. Proeven en normalisatieactiviteiten Deze rubriek heeft betrekking op het handhaven van nationale normen, het ijken van secundaire normen, routinematige proeven en analyses van materialen, componenten, producten, processen, grondstalen, de atmosfeer, enz. 1.2.2.4. Haalbaarheidsstudies Het betreft met name het onderzoek naar voorgenomen technische projecten waarbij gebruik wordt gemaakt van bestaande technieken om aanvullende informatie te verschaffen voordat een beslissing over de uitvoering wordt genomen. Bij de sociale wetenschappen zijn haalbaarheidsstudies onderzoeken naar de sociaaleconomische kenmerken en de gevolgen van specifieke situaties (bijvoorbeeld een haalbaarheidsstudie om een petrochemisch complex te vestigen in een bepaalde regio). Haalbaarheidsstudies met betrekking tot onderzoeksprojecten maken echter deel uit van O&O. 1.2.2.5. Gespecialiseerde medische zorg Deze rubriek heeft betrekking op routinematige activiteiten en op de normale toepassing van gespecialiseerde medische kennis. Er kan echter een O&O-element vervat zijn in wat doorgaans "geavanceerde medische zorg" wordt genoemd, die bijvoorbeeld in universitaire ziekenhuizen wordt verstrekt. 1.2.2.6. Verlenen van octrooien en licenties Het betreft alle administratieve en juridische activiteiten die verband houden met octrooien en licenties. Activiteiten die rechtstreeks verband houden met O&O-projecten, maken echter wel deel uit van O&O. 1.2.2.7. Politieke en operationele studies Het woord "politiek" omhelst hier niet alleen de nationale politiek, maar tevens de gewestelijke en lokale politiek alsook het beleid van de ondernemingen die een bepaalde economische doelstelling nastreven. Studies van politieke aard hebben betrekking op activiteiten zoals de analyse en beoordeling van de lopende programma’s, het beleid en de activiteit van de ministeries en andere overheidsinstellingen ; de werkzaamheden van eenheden die zich bezighouden met de permanente analyse en controle van externe fenomenen (bijvoorbeeld de analyse van problemen met betrekking tot defensie en de nationale veiligheid); en de werkzaamheden van de wetgevende commissies die onderzoek voeren naar het beleid en de activiteiten van de regering en de ministeries. 1.2.2.8. Routinematige activiteiten inzake softwareontwikkeling De routinematige activiteiten die verband houden met software, worden niet beschouwd als O&O. Deze activiteiten omvatten de werkzaamheden in verband met specifieke verbeteringen aan systemen of programma’s die voor het publiek beschikbaar waren vóór het begin van die werkzaamheden. De technische problemen die werden opgelost tijdens voorgaande projecten die betrekking hadden op dezelfde besturingssystemen en ITarchitecturen, zijn eveneens uitgesloten. Activiteiten die verband houden met software, zoals: - de ondersteuning van bestaande systemen; - het omzetten en/of vertalen van computertalen; - de toevoeging van gebruikersfuncties aan de applicatieprogramma’s; 296 - het debuggen van systemen; - de aanpassing van bestaande software; - het voorbereiden van de documentatie bestemd voor de gebruikers, die geen wetenschappelijke en/of technologische vooruitgang met zich brengen, worden niet ingedeeld in O&O. Routinematige werkzaamheden inzake IT-onderhoud zijn niet in O&O opgenomen. De kwaliteitsborging, de normale gegevensverzameling en de marktstudies zijn eveneens uitgesloten. 1.2.3. Aanverwante industriële activiteiten activiteiten die verband houden met de preproductie, productie en distributie van goederen en diensten technische diensten die verband houden met de bedrijfsactiviteit 297 Bijlage 2: Definitie van de verschillende sectoren Classificatie van institutionele sectoren (S) S.1 Gehele economie3 S.11 Niet-financiële vennootschappen S.11001 Niet-financiële vennootschappen in handen van de overheid S.11002 Niet-financiële vennootschappen in handen van de particuliere sector S.11003 Niet-financiële vennootschappen in handen van het buitenland S.12 Financiële instellingen S.121 Centrale bank (in handen van de overheid) S.122 Deposito-instellingen m.u.v. de centrale bank S.12201 In handen van de overheid S.12202 In handen van de particuliere sector S.12203 In handen van het buitenland S.123 Geldmarktfondsen S.12301 In handen van de overheid S.12302 In handen van de particuliere sector S.12303 In handen van het buitenland S.124 Beleggingsfondsen m.u.v. geldmarktfondsen S.12401 In handen van de overheid S.12402 In handen van de particuliere sector S.12403 In handen van het buitenland S.125 Overige financiële intermediairs m.u.v. verzekeringsinstellingen en pensioenfondsen S.12501 In handen van de overheid S.12502 In handen van de particuliere sector S.12503 In handen van het buitenland S.126 Financiële hulpbedrijven S.12601 In handen van de overheid S.12602 In handen van de particuliere sector S.12603 In handen van het buitenland S.127 Financiële instellingen en kredietverstrekkers binnen concernverband S.12701 In handen van de overheid S.12702 In handen van de particuliere sector S.12703 In handen van het buitenland S.128 Verzekeringsinstellingen S.12801 In handen van de overheid S.12802 In handen van de particuliere sector S.12803 In handen van het buitenland S.129 Pensioenfondsen S.12901 In handen van de overheid S.12902 In handen van de particuliere sector S.12903 In handen van het buitenland S.13 Overheid S.1311 Centrale overheid (m.u.v. sociale zekerheid) S.1312 Deelstaatoverheid (m.u.v. sociale zekerheid) S.1313 Lagere overheid (m.u.v. sociale zekerheid) S.1314 Socialezekerheidsfondsen S.14 Huishoudens S.141 Werkgevers S.142 Zelfstandigen S.143 Werknemers S.144 Huishoudens met inkomen uit vermogen en overdrachten S.1441 Huishoudens met inkomen uit vermogen S.1442 Huishoudens met pensioeninkomen S.1443 Huishoudens met overige overdrachten S.15 Instellingen zonder winstoogmerk t.b.v. huishoudens 3 In alle codes van de sectoren S.11 en S.12 staat het vijfde cijfer – 1, 2 of 3 – voor in handen van de overheid, in handen van de particuliere sector of in handen van het buitenland. 298 S.15002 In handen van de particuliere sector S.15003 In handen van het buitenland S.2 Buitenland S.21 Lidstaten en instellingen en organen van de Europese Unie S.211 Lidstaten van de Europese Unie S.2111 Lidstaten van de eurozone S.2112 Lidstaten buiten de eurozone S.212 Instellingen en organen van de Europese Unie S.2121 Europese Centrale Bank (ECB) S.2122 Europese instellingen en organen m.u.v. de ECB S.22 Niet-lidstaten en internationale organisaties die niet in de EU gevestigd zijn 299 Bijlage 3: Gedelegeerde opdrachten 1) Definitie Het Europees stelsel van rekeningen (ESR) gebruikt de term "gedelegeerde opdrachten" niet. Toch wordt de behandeling van verrichtingen uitgevoerd in gedelegeerde opdrachten aangesneden in de paragraaf over de identificatie van de hoofdpartij bij een verrichting. Deze paragraaf luidt als volgt: "De verrichting die een eenheid verricht voor rekening van een andere wordt enkel geboekt in de rekeningen van de hoofdpartij van deze verrichting." Het nationaal rekeningstelsel (NRS) voegt daar nog het volgende aan toe: "... Zo is het mogelijk dat een dienstenlevering aangerekend wordt op de tussenpersoon" en "De aankopen die een commercieel tussenpersoon verricht in opdracht van en voor rekening van een andere partij, worden, bijvoorbeeld, rechtstreeks toegeschreven aan deze laatste. In de rekeningen van de tussenpersoon verschijnen enkel de erelonen die gefactureerd werden voor de gepresteerde dienstverlening van de tussenpersoon." 2) Behandeling op het vlak van de economische hergroepering Wij herinneren eraan dat verrichtingen uitgevoerd in gedelegeerde opdrachten rechtstreeks moeten worden geboekt in de rekeningen van de delegerende entiteit, volgens een gepaste economische aard (ontvangsten, uitgaven, financiële verrichtingen, activa, passiva) en op het ogenblik waarop volgens de regels van het ESR de rechten worden vastgesteld. Als een instelling die een delegatie verkreeg (ongeacht of deze tot de overheid behoort) een gedelegeerde opdracht Y uitvoert voor een delegerende overheid, wordt een fictieve instelling X opgericht die de gedelegeerde opdracht Y uitvoert om de verrichtingen betreffende deze opdracht te consolideren in de economische hergroepering. - - - - De overdrachten van financiële middelen tussen de delegerende overheid en de instelling die de delegatie verkreeg betreffende de gedelegeerde opdracht Y (gelijkwaardig met de inkomstenoverdrachten tussen subsectoren van de overheid geboekt onder de economische codes 4 en 6) worden geboekt onder de codes 03.10 (resp. 08.10) en 08.10 (resp. 03.10) van de overheid (resp. van de fictieve instelling X); Alle verrichtingen van de instelling die de delegatie verkreeg, uitgevoerd in het kader van de gedelegeerde opdracht Y voor rekening van de delegerende overheid, worden correct geboekt in de rekeningen van de fictieve instelling X onder de passende economische codes. Het gaat niet alleen om de uitgaven uitgevoerd in het kader van de gedelegeerde opdracht Y maar ook om eventuele inkomsten die ermee gepaard gaan en die in de toekomst zullen worden geïnd. Voorbeeld: een financiële investering uitgevoerd in gedelegeerde opdracht Y onder code 8 in het jaar t kan renten en dividenden opleveren, die geboekt zullen worden onder de codes 26 en 28 gedurende de volgende jaren; Uiteindelijk zal de economische hergroepering van de fictieve instelling X die de gedelegeerde opdracht Y uitvoert worden geconsolideerd met de economische hergroepering van de begroting van de delegerende overheid; De erelonen die de delegerende overheid eventueel betaalt aan de instelling die de delegatie verkreeg worden geboekt onder een code 12 in de begroting van de overheid en onder code 16 in de rekeningen van de instelling die de delegatie verkreeg. 300 Bijlage 4: Boeking van EU-subsidies Wat er eigenlijk in de rekeningen dient te worden geregistreerd hangt af van de uiteindelijke begunstigde van de subsidies (indiener van het projectdossier). Het betreft enkel de bedragen ten belope van de EU-subsidies en dus niet de bedragen van de cofinanciering door een binnenlandse overheid. Volgende gevallen kunnen zich voordoen: 1) 2) Als het gaat om EU-subsidies die uiteindelijk naar een eenheid (indiener van een dossier) gaan die geen deel uitmaakt van de overheid (= d.w.z. die geen deel uitmaakt van sector S.13), dan dienen deze subsidies in de nationale rekeningen te worden geregistreerd als subsidies van de EU naar deze eenheid en dienen deze stromen niet in de rekeningen van de overheid te worden geregistreerd die deze uitbetaalt aan die eenheid (de intermediaire overheden van de lidstaat werken in dit kader voor rekening van de EU). Als men deze stromen toch wil registeren om o.a. praktische reden (bv. in het ERP is het nodig om op een basisallocatie vast te leggen en te vereffenen alvorens ook uiteindelijk te kunnen betalen), om wettelijke redenen (wet/decreet/ordonnantie stelt dat alle verrichtingen met een uiteindelijke financiële afwikkeling in het budget moeten worden opgenomen) of om andere redenen (transparantie,…), dan kan dit langs de ontvangstenzijde evenals langs de uitgavenzijde op uitgaven- en ontvangstenbasisallocaties met de respectievelijke economische codes 03.10 en 08.10. Deze codes worden immers niet opgenomen in de berekening van het vorderingensaldo. Als een overheid (d.w.z. deel uitmakend van de sector S.13) zelf de eindbegunstigde is (indiener dossier) van de EU-subsidies, dit wil zeggen dat deze overheid de Europese subsidies gebruikt om zelf uitgaven (lonen, intermediair verbruik en andere te doen), dan dienen de stromen wel in de rekeningen van deze overheid te worden geregistreerd. Gelet op het principe van de budgettaire neutraliteit van ‘EU-grants’ (d.w.z. EU-subsidies), mag dit geen impact hebben op het vorderingensaldo van deze overheid. Voorbeeld: Overheidscomponent X dient een projectdossier A in dat aanvaard wordt in het kader van de EU-subsidiëring. Onderstaande handelt enkel over het deel van het project A dat gedekt wordt door de EUsubsidies. De effectieve uitgaven in vereffeningstermen van het project A in het jaar t, die gefinancierd of gedekt worden met EU-subsidies (dus niet door de eigen cofinanciering van de betrokken overheid), bepalen het bedrag dat geboekt dient te worden in datzelfde jaar t op ontvangstenartikels met economische codes 39.10 bij een inkomensoverdracht en/of 59.11 bij een kapitaaloverdracht. De uitgaven van het project A worden geboekt op de verschillende uitgavenbasisallocaties van de begroting in toepassing van de economische classificatie en de daarin opgenomen gebruikelijke economische codes. De subsidievoorschotten die de overheidscomponent vanwege de EU ontvangt, voorafgaand aan het jaar van de effectieve uitgaven in vereffeningstermen in het kader van het project A, worden geboekt op een ontvangstenartikel met economische code 96.10 op het moment van de realisatie van deze ontvangst. In het jaar dat de effectieve uitgaven in vereffeningstermen van project A plaatsvinden, wordt voor het bedrag van deze uitgaven in vereffeningstermen een boeking uitgevoerd op een uitgavenbasisallocatie met economische code 91.10. Dit is a.h.w. een tegenboeking van de eerder geboekte ontvangst op het artikel met economische code 96.10. De subsidies die vanwege de EU zullen worden ontvangen na afloop van het jaar van de effectieve uitgaven in vereffeningstermen in het kader van het project A, worden geboekt op 301 een uitgavenbasisallocatie met economische code 84.17 in het jaar dat deze effectieve uitgaven in vereffeningstermen van het project A zich realiseren en dit voor het bedrag van deze uitgaven in vereffeningstermen. In het jaar dat deze betrokken subsidies vanwege de EU dan effectief worden ontvangen, wordt het bedrag van deze subsidies geboekt op een ontvangstenartikel met economische code 88.17. Dit is als het ware een tegenboeking van de eerder geboekte uitgave op een basisallocatie met economische code 84.17. 302 Het secretariaat van de Algemene Gegevensbank wordt verzekerd door het DG Begroting en Beleidsevaluatie van de FOD Beleid en Ondersteuning: FOD Beleid en Ondersteuning Koningstraat 138 bus 2 1000 BRUSSEL t +32 (0) 2 212 37 54 [email protected] • www.bosa.be 303