BEWUSTZIJN GEEST ≠ BEWUSTE GEEST DENKEN ≠ BEWUST-DENKEN BEWUSTZIJN BEWUSTZIJN ≠ ZELFBEWUST-ZIJN N.B. KANT (APPERCEPTIE) BEWUSTZIJN LEVEND WEZEN BEWUSTZIJN (CREATURE CONSCIOUSNESS) BEWUSTZIJN VAN MENTALE TOESTANDEN (MENTAL STATE CONSCIOUSNESS) BEWUSTZIJN BEWUSTZIJN VAN IETS (TRANSITIVE CONSCIOUSNESS) BEWUSTZIJN SIMPLICITER (INTRANSITIVE CONSCIOUSNESS) BEWUSTZIJN TOEGANGSBEWUSTZIJN (ACCESS CONSCIOUSNESS) “A representation is A-conscious if it is poised for free use in reasoning and for direct ‘rational’ control of action and speech… An A-state is one that consists in having an A-representation.” BEWUSTZIJN Phenomenal consciousness: “Something it is like to be in that state.” (cf. Nagel) BEWUSTZIJN HIGHER ORDER THOUGHTS (HOT) A MENTAL STATE IS CONSCIOUS WHEN IT IS THE BEING THOUGHT ABOUT BY A HIGHER ORDER MENTAL STATE. (DAVID ROSENTHAL) BEWUSTZIJN IS BEWUSTZIJN INTENTIONEEL? BEWUSTZIJN EN QUALIA QUALIA: NON-INTENTIONAL CONSCIOUS PROPERTIES OF MENTAL STATES QUALIA PHENOMENAL STATES: ALLE FENOMENAAL BEWUSTE TOESTANDEN/ HANDELINGEN/EIGENSCHAPPEN QUALITATIEVE TOESTANDEN: ZINTUIGLIJKE TOESTANDEN, AL DIE FENOMENAAL BEWUSTE TOESTANDEN/ HANDELINGEN/EIGENSCHAPPEN MET EEN ZINTUIGLIJK FENOMENAAL KARAKTER QUALIA QUALIA: NIET-INTENTIONELE EIGENSCHAPPEN WAARVAN DE REALISERING HET FENOMENALE KARAKTER VAN QUALITATIVE TOESTANDEN VERKLAART QUALIA VAN MENTALE TOESTANDEN VAN WAARNEMINGEN VAN ZINTUIGLIJKE ERVARINGEN (PIJN, JEUK) QUALIA DAVID CHALMERS: QUALIA VORMEN HET HARDE PROBLEEM VOOR FYSICALISME BEWUSTZIJN EXPLANATORY GAP (JOSEPH LEVINE) KNOWLEDGE ARGUMENT (FRANK JACKSON) ZOMBIE ARGUMENT EXPLANATORY GAP ALLE OBJECTEN KUNNEN FYSIEK ZIJN (OF BEPAALD DOOR FYSIEKE OBJECTEN) IEDERE GEBEURTENIS KAN EEN FYSIEKE OORZAAK HEBBEN DIE VOLDOENDE IS OM HET TEWEEG TE BRENGEN, ZONDER DAT ER EEN EEN FYSISCHE VERKLARING VAN FENOMENAAL BEWUSTZIJN IS. EXPLANATORY GAP COLIN McGINN: “Can we solve the Mind-Body Problem?” – nee, ‘cognitive closure’ Daarvoor ontberen we de noodzakelijke begrippen (geïnspireerd door Thomas Nagel “What is it like to be a bat?” EXPLANATORY GAP ASSUMPTIES 1. FYSICALISME HOUDT IN DAT NATUURWETENSCHAPPELIJKE THEORIEËN NIET SLECHTS ONTOLOGISCH EN CAUSAAL ADEQUAAT ZIJN, MAAR OOK EEN VOLLEDIGE VERKLARING BIEDEN EXPLANATORY GAP ASSUMPTIES 2. ADEQUATE VERKLARING ZIJN ALTIJD DEDUCTIEF-NOMOLOGISCH VAN AARD EXPLANATORY GAP ASSUMPTIES 3. DE WAARHEID VAN EEN VERZAMELING FYSISCHE BEWERINGEN OVER EEN INDIVIDU IS VERENIGBAAR MET HET AFWEZIG ZIJN VAN FENOMENAAL BEWUSTZIJN KNOWLEDGE ARGUMENT FRANK JACKSON: “WHAT MARY DOESN’T KNOW” MARY WEET ALLE FYSISCHE FEITEN OVER HET ZIEN VAN ROOD, ZONDER OOIT ROOD GEZIEN TE HEBBEN KNOWLEDGE ARGUMENT FRANK JACKSON: “WHAT MARY DOESN’T KNOW” MARY WEET ALLE FYSISCHE FEITEN OVER HET ZIEN VAN ROOD, ZONDER OOIT ROOD GEZIEN TE HEBBEN MARY LEERT IETS NIEUWS, WANNEER ZIJ ROOD ZIET KNOWLEDGE ARGUMENT MARY WEET ALLE FYSISCHE FEITEN OVER HET ZIEN VAN ROOD, ZONDER OOIT ROOD GEZIEN TE HEBBEN MARY LEERT IETS NIEUWS, WANNEER ZIJ ROOD ZIET DERHALVE: NIET ALLE FEITEN ZIJN FYSISCHE FEITEN KNOWLEDGE ARGUMENT WAT ZIJN FYSISCHE FEITEN? 1. WAT ALS WE ‘FYSISCH’ LATEN VALLEN? DAN NOG IS DE REDENERING VAN TOEPASSING. HET PUNT IS NIET DAT FYSICA KENNIS NIET HELPT. HET PUNT IS DAT (PROPOSITIONELE) KENNIS UEBERHAUPT NIET HELPT. KNOWLEDGE ARGUMENT WAT ZIJN FEITEN? 1. OBJECT VAN PROPOSITONELE KENNIS TEGENARGUMENT. MARY LEERT GEEN NIEUWE FEITEN, ALLEEN WORDT HAAR EEN AL BEKEND FEIT OP EEN NIEUWE WIJZE GEPRESENTEERD KNOWLEDGE ARGUMENT WEERLEGGING. TEGENARGUMENT KLOPT NIET: NEEM FREGE’S ARGUMENT JAN WEET DAT HESPERUS DE AVONDSTER IS. HESPERUS IS POSPHORUS *JAN WEET DE POSPHORUS DE AVONDSTER IS. KNOWLEDGE ARGUMENT TEGENARGUMENT: KNOWLEDGE THAT ≠ KNOW HOW KNOWLEDGE ARGUMENT TEGENARGUMENT: KNOWLEDGE THAT ≠ KNOW HOW WEERLEGGING 1. KUNNEN SAMENGAAN 2. ER WORDT WEL DEGELIJK EEN NIEUWE PROPOSITE GEKEND KNOWLEDGE ARGUMENT FYSICALISME IS GEEN EPISTEMOLOGISCHE POSITIE ER BESTAAT KENNIS DIE ALLEEN VERKREGEN KAN WORDEN VANUIT EEN BEPAALD GEZICHTSPUNT (PERSPECTIEF) ‘IK BEN HIER’ – PERRY IN DE SUPERMARKT ZOMBIES 1. ZOMBIES ZIJN DENKBAAR 2. ALS ZOMBIES DENKBAAR, DAN ZIJN ZE METAFYSICH MOGELIJK 3. INDIEN ZOMBIES MOGELIJK ZIJN, DAN IS FYSICALISME ONWAAR 4. ERGO: FYSICALISME IS ONWAAR ZOMBIES CONTROVERSIËLE PREMISSE ALS ZOMBIES DENKBAAR, DAN ZIJN ZE METAFYSICH MOGELIJK KLOPT DIT? ZOMBIES HET IS DENKBAAR DAT WATER GEEN H20 IS. HET IS METAFYSISCH NIET MOGELIJK DAT WATER GEEN H20 IS. ZOMBIES IDEM PIJN? NEE! KRIPKE, DESCARTES ALLES DAT VOELT ALS PIJN, IS PIJN. WE KUNNEN ONS NIET VOORSTELLEN DAT DE ZOMBIE PIJN ALLEEN MAAR SCHIJNT TE MISSEN, MAAR IN HET ECHT WEL PIJN HEEFT. ZOMBIES REDEN: ALLES WAT VOELT ALS PIJN, IS PIJN. WE KUNNEN ONS NIET VOORSTELLEN DAT IETS PIJN IS, MAAR NIET ALS PIJN VOELT. MAAR WE KUNNEN ONS VOORSTELLEN DAT DE ZOMBIE GEEN PIJN VOELT, EN ALLEEN MAAR SCHIJNT PIJN NIET TE VOELEN ZOMBIES MAAR DE ZOMBIE IS IDENTIEK AAN ONS, WANNEER WE PIJN VOELEN. ERGO: FYSICALISME IS ONWAAR FUNCTIONALISME PROBLEMEN Chinese kamer Chinese volk Qualia (in het algemeen) Omgedraaide spectrum FUNCTIONALISME PROBLEMEN Chinese kamer Chinese volk Qualia (in het algemeen) Omgedraaide spectrum Afwezige qualia DENNETT Consciousness explained Geen cartesiaans theater Interpretationisme Consciousness explained Geen cartesiaans theater Fenomenologie versus materialisme Interpretationisme Consciousness explained Geen cartesiaans theater Fenomenologie versus materialisme Heterofenomenologie Interpretationisme Consciousness explained Geen cartesiaans theater Fenomenologie versus materialisme Heterofenomenologie Het ‘multiple drafts model’ Interpretationisme Het ‘multiple drafts model’ - Geen eindpunt Orwell versus Stalin Verkeerd geheugen of verkeerde waarneming? Interpretationisme De evolutie van bewustzijn Interpretationisme De evolutie van bewustzijn Taal en zelfbewustzijn Interpretationisme De evolutie van bewustzijn Taal en zelfbewustzijn De architectuur van de menselijke geest Interpretationisme De evolutie van bewustzijn Taal en zelfbewustzijn De architectuur van de menselijke geest ‘Filling in’ versus ‘finding out’ Interpretationisme De evolutie van bewustzijn Taal en zelfbewustzijn De architectuur van de menselijke geest ‘Filling in’ versus ‘finding out’ Quining qualia (How its like to be a bat) ORWELL STALIN EXTERNALISME SEMANTISCH EXTERNALIMSE GEDACHTEN EXTERNALISME PUTNAM BURGE EXTERNALISME TWEELING AARDE (PUTNAM) TWEELING AARDE DE INHOUD VAN EEN GEDACHTE BEPAALT WAAR DE GEDACHTE OVER GAAT (HET WOORD NAAR VERWIJST) (SINN BEPAALT DE BEDEUTUNG) TWEELING AARDE DE TWEELINGEN VERWIJZEN NAAR VERSCHILLENDE DINGEN WANNEER HET WOORD WATER GEBRUIKEN DERHALVE DENKEN DE TWEELINGEN AAN IETS ANDERS EN DENKEN ZE ANDERE GEDACHTEN TWEELING AARDE AANGEZIEN DE TWEELINGEN FYSIEKE DUPLICATEN VAN ELKAAR ZIJN, MAAR VERSCHILLENDE GEDACHTEN HEBBEN, WORDEN HUN GEDACHTEN NIET BEPAALD DOOR DE FYSIEKE EIGENSCHAPPEN VAN HUN LICHAMEN GEDACHTEN WORDEN DUS BEPAALD DOOR DE CONTEXT VAN HET DENKEN EXTERNALISME BURGE FYSIEK EXTERNALISME (WATER, XYZ) SOCIAAL EXTERNALISME (REUMA) EXTERNALISME REACTIE INTERNALISTEN BROAD VERSUS NARROW CONTENT (FODOR) VOOR EEN WETENSCHAPPELIJKE PSYCHOLOGIE IS ALLEEN NARROW CONTENT VAN BELANG, WANT DIE VERKLAART OVEREENKOMSTEN IN GEDRAG