Opdracht celorganellen De organellen die in een cel voorkomen worden verdeeld onder groepjes van maximaal 4 leerlingen. Elk groepje neemt een organel voor zijn rekening, verzamelt de nodige informatie en bereidt de presentatie voor. De informatie over het organel wordt zowel schriftelijk als mondeling gepresenteerd. Je kunt kiezen uit de onderstaande organellen: De kern De celmembraan De mitochondriën De ribosomen Het endoplasmatisch reticulum (E.R.) De chloroplasten De lysosymen Het Golgi-systeem Microtubuli en microfilamenten De vacuolen in plantencellen De (overige) plastiden in plantencellen De celwand van plantencellen Let op: Niet alle organellen worden in het theorieboek besproken. Informatie over deze organellen kan via internet, boeken of bij je docent verkregen worden. Bovendien mag ieder organel maar door één groepje besproken worden. De bovenstaande organellen worden allemaal besproken en want je moet ze allemaal kennen. De organellen die niet gekozen worden, zullen tijdens een klassikale les behandeld worden. Aanpak 1. Begin met het opzoeken van jullie organel in het theorieboek. Daar heb je al de belangrijkste informatie. Staat jullie organel niet in het theorieboek vraag dan informatie aan je docent. 2. Zoek het organel ook eens op in een encyclopedie of via internet. Probeer ook achter de afmetingen te komen en bv. hoeveel er in een cel zitten, of ze in alle cellen voorkomen, maar het belangrijkste is natuurlijk de functie van het organel. 3. Op internet of via Encarta kun je mooie afbeeldingen en informatie vinden. Kies de beste afbeelding die je gevonden hebt voor je presentatie. De presentatie van het organel De schriftelijke presentatie van het organel moet aan de volgende eisen voldoen: 1. Maximaal 2 kantjes (A4) groot, inclusief plaatjes. 2. De presentatie moet 3 zaken bevatten: a) Waar kun je het organel in de cel vinden? b) Hoe ziet het organel eruit; liefst een duidelijk plaatje. c) Wat is de functie van het organel? Welke rol speelt het organel in de cel? d) Eventueel nog speciale kenmerken van het organel. Zorg ervoor dat je niet teveel informatie gebruikt en dat je presentatie helder en overzichtelijk is. De presentatie wordt ook aan de andere leerlingen gegeven en alle presentaties samen heb je nodig bij het voorbereiden van de toets. Tevens zal elk groepje kort (max. 5 minuten) de bovenstaande zaken mondeling presenteren.