Brief - Gemeente Leiden

advertisement
B en W-nummer 15.0867;
Onderwerp
besluit d.d. 13-10-2015
Beleid gegevensbescherming
Besluiten:
1. Het beleid gegevensbescherming, d.d. 20 augustus 2015, vast te stellen en daarmee in
te stemmen met de volgende (uitgangs)punten:
a. Het bevat richtlijnen die de gemeente Leiden in staat stelt om persoonsgegevens
zorgvuldig, doelmatig en veilig te verwerken,
b. Het zorgt ervoor dat de gemeente Leiden overzicht en inzicht krijgt en houdt rond
het verwerken van persoonsgegevens. Ook wanneer dit wordt uitgevoerd door een
derde partij,
c.
Het zorgt voor handvaten om open communicatie te realiseren wat betreft het
verwerken van persoonsgegevens,
d. Het zorgt dat de rechten van betrokkene inzichtelijk zijn en nageleefd worden.
2. De raad op de hoogte te brengen van het beleid gegevensbescherming, d.d. 20
augustus 2015 en daarmee in te stemmen met de brief burgemeester en wethouders,
kenmerk Z/15/220080.
Perssamenvatting:
Het college van burgemeester en wethouders heeft op 13 oktober 2015 het beleid
gegevensbescherming vastgesteld, dat is ontwikkeld in samenwerking met de Leidse regio
gemeenten. In het beleid zijn richtlijnen opgenomen die ervoor zorgen dat
persoonsgegevens van inwoners zorgvuldig, doelmatig en veilig verwerkt worden.
Daarnaast wordt met het nieuwe beleid voldaan aan alle wettelijke eisen.
Het beleid gegevensbescherming is een uitwerking van de Wet bescherming
persoonsgegevens (Wbp) en de Wet meldplicht datalekken die ingaat per 1 januari 2016. Er
zijn ook aspecten in opgenomen vanuit de Algemene Verordening Gegevensbescherming
(AVG) die binnen enkele jaren in werking treedt.
In eerste instantie werd het beleid gegevensbescherming ontwikkeld voor het sociaal
domein, maar al snel werd duidelijk dat de richtlijnen voor de hele gemeentelijke organisatie
gelden. Daarom wordt het beleid nu gemeentebreed ingevoerd.
Beleid Gegevensbescherming
Privacy en veiligheid verwerking
persoonsgegevens
Gemeente Leiden, Leiderdorp, Oegstgeest &
Zoeterwoude
Versie 1.1
20-8-2015
Versiebeheer
Datum: 17-92015
Tekstuele aanpassingen: Ondertitel, Koptekst, Inleiding, Paragraaf 1.1,
1.3, 3.1.2., 3.1.3., 4 (inleiding)
Inhoudsopgave
1.
2.
Inleiding ............................................................................................................................................ 5
1.1.
Visie op gegevensbescherming ................................................................................................ 6
1.2.
Reikwijdte................................................................................................................................. 6
1.3.
Juridisch kader.......................................................................................................................... 6
1.4.
Ingangsdatum........................................................................................................................... 7
Governance en organisatorische borging gegevensverwerking ...................................................... 8
2.1.
Verantwoordelijk vanuit de Wbp ............................................................................................. 8
2.2.
Verantwoording aan de Gemeenteraad .................................................................................. 8
2.3.
Wijze van inrichten gegevensverwerking ................................................................................ 8
2.3.1.
Expert ondersteuning: functionaris gegevensbescherming (privacy officer) .................. 8
2.3.2.
Expert ondersteuning: coördinator informatiebeveiliging ............................................10
2.3.3.
Sturing en monitoring ....................................................................................................10
2.4.
3.
Werkprocessen ..............................................................................................................................12
3.1.
4.
5.
Bewerkersovereenkomst met derden ...................................................................................10
Omgaan met persoonsgegevens............................................................................................12
3.1.1.
Meldplicht datalekken ...................................................................................................12
3.1.2.
Bewust omgaan met persoonsgegevens .......................................................................13
3.1.3.
Bewaren van gegevens...................................................................................................13
3.1.4.
Toestemming .................................................................................................................13
3.1.5.
Open communicatie .......................................................................................................14
Waarborgen voor gegevensbescherming ......................................................................................14
4.1.
Privacy Impact Assessment ....................................................................................................15
4.2.
Dataclassificatie......................................................................................................................15
4.3.
Logging van gegevensgebruik ................................................................................................15
4.4.
Statuut informatiebeveiliging ................................................................................................16
4.5.
Melding gegevensverwerking CBP .........................................................................................16
Rechten van betrokkene ................................................................................................................17
5.1.
Recht tot inzage en correctie van persoonsgegevens ...........................................................17
5.2.
Recht van verzet .....................................................................................................................17
5.3.
Indienen bezwaar ...................................................................................................................17
Bijlage 1: Onderwerpen bewerkersovereenkomst ................................................................................18
Bijlage 2: Werken met/zonder toestemming.........................................................................................20
1. Inleiding
In de maatschappij is privacy een onderwerp dat veel in de belangstelling staat. Voor het
omgaan met persoonsgegevens door overheden, instellingen, bedrijven en burgers is het
informatie- en privacy recht volop in ontwikkeling.
Gegevensbescherming en verwerken van privacygevoelige informatie is dan ook een
relevant onderwerp voor de gemeenten Leiden, Leiderdorp, Oegstgeest en Zoeterwoude
(hierna te noemen gemeenten). Ter uitvoering van beleidstaken en aan haar opgedragen
wettelijke taken verwerkt de gemeente persoonsgegevens van haar inwoners, bedrijven en
medewerkers.
Bij gegevensbescherming gaat het om het zorgvuldig, veilig en doelmatig verwerken van
persoonsgegevens. Het verwerken van persoonsgegevens omvat alle handelingen in die
met persoonsgegevens uitgevoerd kunnen worden zoals het verzamelen, vastleggen,
bewaren, wijzigen, opvragen, gebruiken en inzien1.
Persoonsgegevens zijn de gegevens over een geïdentificeerde of identificeerbaar persoon.
Zoals een naam, adresgegevens of een e-mailadres. Maar ook indirecte gegevens kunnen
persoonsgegevens zijn, zoals bijvoorbeeld een kentekenplaat op een voertuig of een
Burgerservicenummer (BSN).
Privacy is samenvattend te omschrijven als respect voor de persoonlijke levenssfeer van
een individu. Om te voorkomen dat een onnodige of te vergaande inbreuk wordt gemaakt
op de persoonlijke levenssfeer, is onder meer bij wet voorzien in waarborgen.
De gemeenten hechten er veel waarde aan dat de verwerkingen van persoonsgegevens
zorgvuldig, rechtmatig en veilig plaatsvinden. De colleges van burgemeester en wethouders
hebben daarom besloten beleid te formuleren hoe om te gaan met het verwerken van
persoonsgegevens. In dit beleid staan kaders beschreven voor het verwerken van
privacygevoelige informatie of te wel persoonsgegevens, de bescherming van deze
gegevens en omgang met deze gegevens. De kaders gelden voor de gemeenten,
samenwerkingsverbanden die zijn of worden aangegaan en derden die zijn of worden
ingeschakeld. Dit beleid dient als kapstok waaraan voor een specifiek vakgebied een
beheerplan of privacyprotocol2 gehangen kan worden.
Het beschermen van persoonsgegevens kan niet geborgd worden zonder adequate
informatiebeveiliging. Het beleid gegevensbescherming hangt daarom samen met het
Statuut informatiebeveiliging Gemeente Leiden, Leiderdorp, Oegstgeest, Zoeterwoude &
Servicepunt71.
1
voor de volledige omschrijving zie artikel 1 Wet bescherming persoonsgegevens
Dit zijn onder andere het privacyprotocol Jeugd, het beveiligingsplan Suwinet, het
beveiligingshandboek BRP, het beveiligingshandboek Reisdocumenten ect.
2
1.1.
Visie op gegevensbescherming
Het uitgangspunt van dat beleid is, dat de gemeente respect heeft voor de persoonlijke
levenssfeer van haar inwoners, ondernemers en medewerkers. Het zal bijdragen aan
effectieve en efficiënte dienstverlening. Ook zal het een vernieuwende manier van
(samen)met andere gemeenten en derde partijen ondersteunen, maar blijft daarbij binnen
de wettelijke vereisten.
1.2.
Reikwijdte
De richtlijnen die in dit document staan beschreven gelden voor iedereen (zowel intern als
externe bewerkers3) die gegevens verwerken.
1.3.
Juridisch kader
Bij de verwerking van persoonsgegevens staat respect voor de persoonlijke levenssfeer van
de betrokkene(n) voorop. Er moet voorkomen worden dat er onnodige of te vergaande
inbreuken worden gemaakt. De Wet bescherming persoonsgegevens (hierna: Wbp) biedt
hiervoor het wettelijk kader. Vanaf 1 januari 2016 wordt de Wbp uitgebreid met de
meldplicht datalekken. Binnen enkele jaren zal ook de EU Algemene Verordening
Gegevensbescherming (AVG) in werking treden. De AVG heeft als doel om de privacy van
Europese burgers beter te beschermen dat de Wbp nu doet. Wanneer de AVG in werking
treedt, zal deze boven de Wbp komen te staan.
Als algemene regel geldt dat persoonsgegevens op behoorlijke en zorgvuldige wijze
moeten worden verwerkt. De Wbp bepaalt verder dat persoonsgegevens alleen voor een
specifiek beschreven doel mogen worden verwerkt. Maar ook dat deze gegevens niet
langer mogen worden bewaard dan noodzakelijk om het doel waarvoor ze zijn verzameld,
te realiseren. De betrokkene kan altijd inzage of wijziging van de verwerkte
persoonsgegevens vragen.
Om het proces van gegevensverwerking ordelijk te laten verlopen en betrokkenen
makkelijk toegang te geven tot de gemeente moet een functionaris gegevensbescherming
worden aangesteld.
Gegevensbescherming kan alleen gerealiseerd worden door borging van de
informatieveiligheid. Voor de informatieveiligheid werkt de gemeente binnen de kaders
van de Strategische en Tactische Baseline Informatievoorziening Gemeenten (BIG).
In aanvulling daarop, of in voorkomende gevallen ter aanvulling van de Wbp, bevat andere
wetgeving meer specifieke vereisten voor gegevensverwerking4.
De gemeente heeft de wettelijk verplichting om gegevensbescherming te borgen. Dit
moeten zij doen door technische en organisatorische maatregelen te treffen5. Dit beleid
geeft formele kaders aan de verplichtingen en bevoegdheden die uit de Wbp en AVG
voortvloeien.
3
Voor uitleg van de term bewerkers zie artikel 1 Wbp
Dit zijn onder andere de wet Basisregistratie Personen, de wet Suwi, de Wmo, de Jeugdwet.
5
zie artikel 13 Wbp
4
1.4.
Ingangsdatum
Vanaf 1 januari 2016 wordt er begonnen om de beschreven richtlijnen invulling te geven.
Elke twee jaar zal het beleid gegevensbescherming worden geëvalueerd en waar nodig
bijgesteld.
2. Governance en organisatorische borging
gegevensverwerking
2.1.
Verantwoordelijk vanuit de Wbp
Het college van burgemeester en wethouders is verantwoordelijk voor gegevensverwerking
en informatiebeveiliging. Ook de gemeenteraad of de burgemeester zijn voor specifieke
taken verantwoordelijk, zoals het vaststellen van een bestemmingsplan of
vergunningprocedures voor activiteiten en evenementen in de openbare ruimte.
2.2.
Verantwoording aan de Gemeenteraad
Net zoals het college verantwoording moet afleggen over de gemeentelijk uitgaven, wordt
ook verantwoording afgelegd over de uitvoering en realisatie van beleid. Dit geldt ook voor
het beleid gegevensbescherming en de toepassing daarvan. Het beleid
gegevensbescherming wordt om die reden onderdeel van de Planning & Control cyclus.
Met ingang van 2016 neemt het college in de programmabegroting, een passage op over
beleid gegevensbescherming. Als voorbereiding op de AVG wordt het beleid
gegevensbescherming elk jaar geauditeerd.
Naast het jaarlijkse verantwoorden, hebben het college en de burgemeester de algemene
informatieplicht6 om de raad te informeren over bijzonderheden (incidenten) ten aanzien
van gegevensverwerking.
2.3.
Wijze van inrichten gegevensverwerking
De verantwoordelijkheid voor de uitvoering van beleid is belegd bij de afdelingshoofden7
binnen de gemeente.
Het bevoegdhedenregister (mandaatregeling) van de gemeente zal aangepast worden,
zodat elk afdelingshoofd verantwoordelijk wordt voor de zorgvuldige verwerking van
persoonsgegevens binnen zijn of haar afdeling8. Een afdelingshoofd geeft deze
verantwoordelijkheid invulling door taken verder in zijn afdeling te beleggen.
Het borgen van de privacy is onlosmakelijk verbonden met informatiebeveiliging. Om
versnippering van beleid te voorkomen en afdelingen te ondersteunen zullen experts
ingezet worden op het gebied van gegevensverwerking en informatiebeveiliging. Deze
experts werken nauw met elkaar samen. In de onderstaande alinea’s wordt de expert
ondersteuning beschreven.
2.3.1. Expert ondersteuning: functionaris gegevensbescherming (privacy
officer)
Vanwege het grote belang dat de gemeente hecht aan gegevensbescherming en ter
voorkoming van versnippering van het beleid, zal een functionaris gegevensbescherming
6
Artikelen 169 en 180, lid 2 van de Gemeentewet
hier wordt ook een clusterdirecteur en afdelingsmanagers mee bedoeld.
8
hier wordt ook cluster mee bedoeld
7
worden aangesteld9. De functionaris gegevensbescherming heeft een onafhankelijke
positie in de organisatie. De werkzaamheden die een functionaris gegevensbescherming
uitvoert hebben een wettelijke grondslag10.
De functionaris gegevensbescherming zal de volgende werkzaamheden uitvoeren:
 houdt toezicht op de naleving van de uit de Wbp, en in de toekomst AVG,
voortvloeiende eisen,

informeert en adviseert de verantwoordelijke en bewerkers over hun
verplichtingen op grond van de Wbp en in de toekomst de AVG,

houdt toezicht op de implementatie en toepassing van het beleid
gegevensbescherming,

houdt een register bij van de verschillende meldingsplichtige
gegevensverwerkingen, de processen waar persoonsgegevens verwerkt worden en
de door de gemeente gesloten bewerkersovereenkomsten, convenanten en
vastgestelde privacyprotocollen,

ziet toe dat inbreuken in verband met persoonsgegevens (incidenten) worden
gedocumenteerd, geanalyseerd en wanneer nodig gemeld bij toezichthouder en
betrokkene(n),

adviseert in specifieke kwesties of bij de totstandkoming van nieuw beleid of weten regelgeving,

voert analyses11 uit en coördineert de nodige vervolgacties,

treft maatregelen bij calamiteiten of geconstateerde gebreken,

rapporteert periodiek en bij calamiteiten aan het college van burgemeester en
wethouders,

is contactpersoon voor het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP).
Om ervoor te zorgen dat de uitvoering van het beleid gegevensbescherming niet stagneert
totdat een functionaris gegevensbescherming is aangesteld, zal een andere medewerker de
uitvoer van het beleid oppakken.
Hiermee wordt gedoeld op de functionaris voor de gegevensbescherming als bedoeld in
artikel 62 Wbp. In de nieuwe EU-Algemene verordening gegevensbescherming wordt het
aanstellen van een ‘functionaris gegevensbescherming (privacy officer)’ verplicht gesteld
(Europese Commissie 2012/0011). In de verordening wordt van organisaties geëist dat bij
het inrichten en het toepassen van bedrijfsprocessen, informatiesystemen en ook producten
en diensten, van het begin tot het eind wordt nagedacht over de privacyaspecten en dat
passende maatregelen worden genomen. De Verordening treedt naar verwachting in 2018
in werking.
10
Artikel 18 lid 2 95/46/EG en artikelen 62 t/m 64 Wbp
11
Bijvoorbeeld een Privacy Impact Analyse (PIA)
9
2.3.2. Expert ondersteuning: coördinator informatiebeveiliging
Gegevensbescherming kan niet geborgd worden zonder adequate informatiebeveiliging. De
coördinator informatiebeveiliging draagt zorg voor de informatiebeveiliging. De
werkzaamheden die de coördinator informatiebeveiliging uitvoert worden beschreven in
het Statuut informatiebeveiliging Gemeente Leiden, Leiderdorp, Oegstgeest, Zoeterwoude
& Servicepunt7112.
2.3.3. Sturing en monitoring
Elke afdelingshoofd is verantwoordelijk voor de zorgvuldige verwerking van
persoonsgegevens die binnen zijn of haar afdeling plaatsvindt. Zij zijn daarom ook
verantwoordelijk om te monitoren of persoonsgegevens zorgvuldig verwerkt worden, en
dit zo nodig bij te sturen.
De functionaris gegevensbescherming en coördinator informatiebeveiliging hebben de
verantwoordelijkheid om structureel te toetsen of de wettelijke eisen en de gemeentelijk
richtlijnen op het gebied van privacy en informatiebeveiliging zijn geïmplementeerd en
worden uitgevoerd. Hoe zij dit doen staat beschreven in hoofdstuk 4 Waarborgen
voor gegevensbescherming.
2.4.
Bewerkersovereenkomst met derden
Bij veel gemeentelijke processen worden gegevens verwerkt door derden13. Denk hierbij
aan werkzaamheden die uitgevoerd worden door Servicepunt71, informatiesystemen die in
een Cloudoplossing draaien, maar ook aan uitbestede werkzaamheden of
samenwerkingsverbanden.
Het delegeren van werkzaamheden aan derden brengt risico’s met zich mee op het gebied
van gegevensverwerking en informatiebeveiliging. Het college van burgemeester en
wethouders blijft verantwoordelijk voor de verwerking van de gegevens. Zij moeten er
daarom op toezien dat gegevens juist verwerkt14 en beveiligd worden.
De Wbp en AVG schrijven voor dat er passende technische en organisatorische
beveiligingsmaatregelen getroffen worden om de gegevens te beveiligen tegen verlies of
tegen enige vorm van onrechtmatige verwerking15. De Wet meldplicht datalekken, die op 1
januari 2016 in werking treedt, wordt van de verantwoordelijke verwacht dat hij overzicht
en inzicht heeft in alle gegevensverwerkingen waar hij verantwoordelijk voor is. Naast deze
wetten bevat andere wetgeving soms specifieke eisen voor gegevensverwerking door
derden. Zo geldt, wanneer er persoonsgegevens verwerkt worden, ook artikel 4.1 van de
Wet Basisregistratie Personen (BRP).
12
http://virtueel.servicepunt71.nl/fileadmin/user_upload/2013_03_13_Statuut_informatiebeveiliging
_v1_0.pdf
13
Zie voor betekenis artikel 1 Wbp
14
Zie artikel 14 Wbp
15
Zie artikel 14 en 77 Wbp
Om aan de wettelijke vereisten te voldoen moeten afspraken met derden vastgelegd
worden in een contract. Afspraken over gegevensverwerking worden vastgelegd in een
bewerkersovereenkomst. In Bijlage 1: Onderwerpen
bewerkersovereenkomst is aangegeven welke onderwerpen minimaal
opgenomen moeten worden.
Het afdelingshoofd die een dergelijke uitbesteding, samenwerking of uitwisseling aangaat,
ziet toe op de totstandkoming van deze afspraken. De functionaris gegevensbescherming
wordt bij de totstandkoming betrokken en ziet toe op de naleving daarvan.
3. Werkprocessen
3.1.
Omgaan met persoonsgegevens
Persoonsgegevens worden alleen verwerkt voor het uitvoeren van bepaalde wettelijke
taken en vastgestelde regelingen. Dit ter uitvoering van de in de Wbp en AVG
voorgeschreven doelbinding en proportionaliteit. Dit houdt in dat persoonsgegevens alleen
voor specifieke, uitdrukkelijke en legitieme doeleinden mogen worden verzameld en dat er
niet meer persoonsgegevens worden verwerkt dan voor het doeleind nodig is.
In het merendeel van de gevallen worden persoonsgegevens door de betrokkene zelf
verstrekt. Veel gebruikte gegevens of al bekende gegevens die zijn opgenomen in
basisregistraties of andere authentieke bronnen, worden daaruit opgevraagd16. Dit is in
overeenstemming met het principe van 'eenmalige uitvraag en meervoudig gebruik' dat
door de overheid en de gemeente wordt gepropageerd. Wanneer voor het uitvoeren van
bepaalde wettelijke taken en regelingen persoonsgegevens verwerkt moeten worden, dan
worden deze gegevens opgevraagd uit de basisregistratie personen17.
Wat er precies met de verzamelde gegevens gebeurt, is afhankelijk van het doel waarvoor
ze verzameld worden. Meestal worden ze in een informatiesysteem opgenomen waar ze
alleen toegankelijk zijn voor de medewerkers die belast zijn met het uitvoeren van de taak.
Gegevens worden niet zonder toestemming van de betrokkene of wettelijke grondslag
gedeeld. Informatiesystemen moeten voldoen aan de eisen van de Baseline
Informatiebeveiliging Nederlandse Gemeenten (BIG).
Bijzondere gegevens18 worden niet verwerkt, tenzij dit nodig is voor het uitvoeren van een
wettelijke taak of regeling. Zo kunnen op grond van de Jeugdwet of de Wet
maatschappelijke ondersteuning medische- en gezondheidsgegevens worden gebruikt bij
de behandeling van een hulpvraag of een ondersteuningsverzoek.
3.1.1. Meldplicht datalekken
Vanaf 1 januari 2016 treedt de Wet meldplicht datalekken in werking. Dit is een aanvulling
op de Wbp. Een datalek is een inbreuk op de beveiliging, waarbij een kans bestaat dat dit
ernstige gevolgen dan wel ernstige nadelige gevolgen heeft voor de bescherming van de
persoonsgegevens. Hierbij kan gedacht worden aan het kwijtraken van een USB stick met
persoonsgegevens, inbraak door een hacker, maar ook onbevoegde autorisaties in een
informatiesysteem.
Als deze wet in werking treedt is een gemeente verplicht om datalekken te melden bij het
CBP. Het gaat hier om datalekken waar de gemeente voor verantwoordelijk is. Daaronder
vallen ook datalekken die ontstaan bij een derde partij die werkzaamheden uitvoert voor
de gemeente. Het CBP is bevoegd om datalekken te beboeten. Om aan deze wet te kunnen
voldoen worden er de volgende maatregelen getroffen:
16
Dit zijn gegevens zoals persoonsgegevens, gezinssamenstelling, adresgegevens, bedrijfsgegevens,
inkomen, uitkeringen, onderwijsgegevens, zorgindicaties ect.
17
Zie artikel 1.7 BRP.
18
Zie artikel 18 en 21 t/m 23 Wbp

er wordt een procedure voor goed incidentbeheer ingericht,

er worden richtlijnen bepaald waaraan informatiesystemen moeten voldoen om
gegevensbescherming te borgen. Deze richtlijnen zullen gelden voor nieuwe en
bestaande informatiesystemen,

alle gegevensverwerkingen waar persoonsgegevens worden verwerkt worden in
beeld gebracht en vastgelegd. Dit geldt voor zowel interne gegevensverwerking als
bij bewerkers,

er wordt vastgelegd hoe betrokkene(n) worden geïnformeerd bij een datalek,

er wordt vastgelegd hoe de gemeente omgaat met signalen over mogelijke
datalekken,

de afspraken met bewerkers worden geëvalueerd en bijgesteld waar nodig.
3.1.2. Bewust omgaan met persoonsgegevens
Gegevensbescherming wordt niet alleen geborgd door het uitvoeren van analyses,
checklists en het maken van maatregelen. Het is ook van belang dat er bewust met
persoonsgegevens wordt omgegaan.
De gemeente vindt het heel belangrijk dat haar medewerkers bewust met
persoonsgegevens omgegaan. Om bewustwording te realiseren is kennisoverdracht nodig.
De functionaris gegevensbescherming en de coördinator informatiebeveiliging zullen
ervoor zorgen dat informatie over gegevensbescherming en informatiebeveiliging
herhaaldelijk onder de aandacht wordt gebracht van afdelingshoofden en medewerkers.
3.1.3. Bewaren van gegevens
De Wbp en AVG schrijven voor dat gegevens niet langer bewaard mogen worden dan het
doel waar ze voor nodig zijn19. Dit doel wordt beschreven in de wet, daarom lopen de
bewaartermijnen van persoonsgegevens uiteen. In diverse wetten zijn minimale en
maximale bewaartermijnen opgenomen. Daar waar er geen wettelijke regeling is die
voorziet in een verplichte bewaartermijn, kan het college een besluit over de
bewaartermijn nemen. Daarnaast geldt de Archiefwet voor het bewaren van papieren en
elektronische documenten.
Voor vernietiging van gegevens is altijd een getekend proces verbaal van vernietiging van
de gemeentearchivaris vereist. Bij het overbrengen van te bewaren gegevens naar de
archiefbewaarplaats van de gemeente is het mogelijk om privacygevoelige gegevens van
openbaarheid uit te zonderen voor een periode van maximaal 75 jaar.
3.1.4. Toestemming
Een rechtstreeks gevolg van het uitvoeren van wettelijke taken en regelingen is het
verwerken van persoonsgegevens. Een betrokkene moet daarom inzien dat wanneer er
een melding of aanvraag gedaan wordt, dit gepaard gaat met verwerking van zijn/haar
19
zie artikel 10 Wbp
gegevens. Het is hierom van belang dat de gemeente betrokkene informeert hoe zijn of
haar gegevens verwerkt worden.
In sommige situaties kan het nodig zijn dat gegevens gedeeld worden. Het delen van deze
gegevens wordt niet uitgevoerd zonder toestemming of wettelijke grondslag.
Het geven van toestemming houdt niet in dat er overal voor getekend moet worden. In
Bijlage 2: Werken met/zonder toestemming wordt uitgelegd hoe er met
toestemming omgegaan moet worden.
3.1.5. Open communicatie
Voor de gemeente is het heel belangrijk dat inwoners en ondernemers erop kunnen
vertrouwen dat wij zijn of haar persoonsgegevens zorgvuldig verwerken. Dat vertrouwen
wordt gecreëerd door inzichtelijk te maken op welke wijze gegevens worden verwerkt en
beheerd20. Hierbij wordt duidelijk:
 welke gegevens worden verzameld,

waarom deze gegevens worden verzameld,

wat vervolgens met deze gegevens gebeurt,

wie toegang heeft tot deze gegevens,

welke rechten inwoners en ondernemers hebben.
Dit wordt vastgelegd in privacyprotocollen.
Open communicatie staat dus voorop maar is niet absoluut. In uitzonderingsgevallen kan
de gemeente besluiten om vertrouwelijk persoonsgegevens te verwerken. Dit kan
bijvoorbeeld het geval zijn bij kwesties van openbare orde en veiligheid, zoals bij het
vervolgen, voorkomen en opsporen van een strafbaar feit21.
Elke aanleiding voor gegevensverwerkingen wordt gedocumenteerd.
4. Waarborgen voor gegevensbescherming
De Wbp en AVG bevatten geen verplichtingen over de manier hoe de
gegevensbescherming geborgd moeten worden. De Wbp geeft aan dat er technische en
organisatorische maatregelen getroffen moeten worden22. Er zijn verschillende
instrumenten om gegevensbescherming te waarborgen. In dit hoofdstuk worden
verschillende instrumenten door de gemeenten ingezet worden.
20
Informatie over gegevensverwerking wordt via de website en door middel van folders beschikbaar
gesteld.
21
zie artikel 43 Wbp
22
zie artikel 13 Wbp
4.1.
Privacy Impact Assessment
Bij de invoering van nieuw beleid of regelgeving wordt de bescherming van de persoonlijke
levenssfeer mee gewogen. Eén van de instrumenten om dit te doen, is de uitvoering van
een Privacy Impact Assessment23 (PIA). Waar het bijvoorbeeld om de uitvoering van nieuwe
taken of de aanleg van nieuwe informatiesystemen gaat, kan het wenselijk zijn vooraf een
PIA uit te voeren. Het college beoordeelt de noodzaak daartoe van geval tot geval.
De volgende indicatoren worden daarbij als toetsingskader gehanteerd:
 een nieuwe of veranderde gemeentelijke taak,

aanleg van een groot databestand,

verwerking van bijzondere persoonsgegevens,

aanschaf van een nieuw informatiesysteem,

systematische gegevensuitwisseling met een derde.
4.2.
Dataclassificatie
De maatregelen die getroffen moeten worden om de gegevensbescherming te kunnen
borgen24, is niet voor elk proces en informatiesysteem hetzelfde. Hierom is het nodig dat
alle processen en informatiesystemen die gegevens verwerken een dataclassificatie
ontvangen. Dataclassificatie heeft als doel om de continuïteit, integriteit en
vertrouwelijkheid van het proces en het informatiesysteem te benoemen. Dit maakt
inzichtelijk welke maatregelen genomen moeten worden om de gegevens die verwerkt
worden te beschermen.
De functionaris gegevensbescherming en coördinator informatiebeveiliging voorzien elk
proces en informatiesysteem van dataclassificatie zoals deze is voorgeschreven door de
Informatiebeveiligingsdienst25.
4.3.
Logging van gegevensgebruik
Elk geautomatiseerde systeem dat persoonsgegevens verwerkt, moet logging bijhouden
van de verwerkingen. In deze logging staat minimaal vermeld welke gebruiker, op welke
moment, welke gegevens heeft verwerkt.
Logging houdt in:
 chronologische registratie van gegevens over van belang zijnde gebeurtenissen, die
zich gedurende een periode in een verwerking voordoen,

23
het vastleggen in een log, bijvoorbeeld een systeem log of een security log, van
feitelijk uitgevoerde bewerkingen en/of pogingen daartoe.
https://cbpweb.nl/nl/zelf-doen/privacycheck/privacy-impact-assessment-pia
Denk hierbij aan encryptie van gegevens, bewaartermijnen, wachtwoord vereisten
25
https://www.ibdgemeenten.nl/wp-content/uploads/2014/04/13-1018-handreikingdataclassificatie.pdf
24
4.4.
Statuut informatiebeveiliging
Het kunnen borgen van de privacy kan niet gerealiseerd worden zonder adequate
informatiebeveiliging. Het beleid gegevensbescherming hangt samen met het Statuut
informatiebeveiliging Gemeente Leiden, Leiderdorp, Oegstgeest, Zoeterwoude &
Servicepunt71. Het Statuut informatiebeveiliging is vastgesteld in maart 2013 en wordt in
2015 geëvalueerd en aangepast naar de richtlijnen van de BIG.
In dit statuut staan beveiligingseisen opgenomen die gelden voor informatiesystemen26,
gedragscodes en richtlijnen hoe de ambtelijke organisatie moet omgaan met
privacygevoelige informatie en de fysieke maatregelen die noodzakelijk zijn27.
De gemeenten Leiden, Leiderdorp, Oegstgeest en Zoeterwoude en het Servicepunt71
hebben gezamenlijk beleidsafspraken gemaakt rondom informatiebeveiliging, het e-mailen
internetgebruik en de privacybescherming daarbij.
4.5.
Melding gegevensverwerking CBP
In een aantal gevallen is het wettelijk verplicht om bij het CBP te melden dat er
persoonsgegevens verwerkt worden28. Een organisatie moet elke verwerking van
persoonsgegevens melden, bijvoorbeeld wanneer de organisatie persoonlijke gegevens
opvraagt, gebruikt of verspreidt29. De meldingen van de verwerking van persoonlijke
gegevens zijn openbaar30, dit is geregeld in de Wbp. In de melding staat wat een
organisatie met welke gegevens doet en aan wie de gegevens worden verstrekt.
De functionaris gegevensbescherming houdt intern toezicht op de verwerking van
persoonsgegevens. Hij of zij zal onderzoeken of alle wettelijk verplichte meldingen bij het
CBP gedaan zijn en zal ontbrekende alsnog doen. Dit geldt ook wanneer er bij de invoering
van nieuw beleid of regelgeving een nieuwe melding of een wijziging aan het CBP
doorgegeven moet worden.
Wanneer de AVG in werking treedt zal de functionaris gegevensbescherming dit niet meer
doorgeven aan het CBP, maar zal zelf een register bijhouden.
26
denk hierbij aan eisen voor gebruikersnamen, wachtwoorden, doorzoekbaarheidsbeperkingen,
autorisatieniveaus ect
27
denk hierbij aan toegang tot kantoorruimtes, afsluiten van kasten ect
28
zie artikel 27 t/m 30 Wbp.
29
Voor gegevensverwerkingen van overheden en overheidsorganisaties zijn vrijstellingen van de
meldplicht opgenomen in het vrijstellingenbesluit op grond van de Wbp.
30
https://www.collegebeschermingpersoonsgegevens.nl/asp/orsearch.asp
5. Rechten van betrokkene
In hoofdstuk 3 staat beschreven dat transparantie bij de verwerking van privacygevoelige
gegevens voorop staat. Hier staat bijvoorbeeld beschreven dat persoonsgegevens alleen
gedeeld worden bij het uitvoeren van een wettelijke taak en wanneer de betrokkene hier
toestemming voor geeft.
Die openheid geldt ook bij verdere rechten van de betrokkene.
5.1.
Recht tot inzage en correctie van persoonsgegevens
Iedere betrokkene heeft het recht om op te vragen welke persoonsgegevens van hem of
haar voor welke doeleinde verwerkt worden. Dit wordt het inzagerecht genoemd.
Daarnaast heeft de betrokkene ook het recht om deze gegevens te laten verbeteren, aan te
vullen, te verwijderen of af te schermen, als deze feitelijk onjuist, onvolledig of niet ter zake
zijn. Dit wordt het correctierecht genoemd.31 Dit verzoek kan mondeling en schriftelijk
worden ingediend.
Het inzagerecht is niet van toepassing op interne notities die de persoonlijke gedachten
van medewerkers bevatten en uitsluitend bedoeld zijn voor intern overleg en beraad.
Het kan voorkomen dat persoonsgegevens van meerdere personen in één dossier of
document staan; denk hierbij aan een plan van aanpak in het sociaal domein. Er moet dan
rekening gehouden worden met de privacy van de andere gezinsleden bij het beschikbaar
stellen van de gegevens. Dit wil zeggen dat de informatie over partners en kinderen ouder
dan 16 jaar niet zonder toestemming van die personen verstrekt mag worden.
5.2.
Recht van verzet
De gemeente voert publiekrechtelijke taken uit, dit is de grondslag voor
gegevensverwerking32. Ondanks dat heeft iedere betrokkene het recht om, vanwege
bijzondere persoonlijke omstandigheden, te vragen zijn of haar persoonsgegevens niet
meer te gebruiken. Dit heet het recht van verzet33. De gemeente zal bij dit verzoek
beoordelen of de gegevensverwerking gerechtvaardigd is of dat de bijzondere
omstandigheden van de betrokkene dusdanig zijn, dat het verzoek moet worden
ingewilligd.
5.3.
Indienen bezwaar
Wanneer er een verzoek voor inzage, correctie, verzet van persoonsgegevens wordt
gedaan, zal de gemeente een besluit nemen. Bij een besluit over een verzoek kan de
betrokkene schriftelijk bezwaar indienen. Hierbij is de Algemene wet bestuursrecht van
toepassing.
31
Zie artikel 35 en 36 Wpb
Zie artikel 8 Wbp
33
zie artikel 40 Wbp
32
Bijlage 1: Onderwerpen bewerkersovereenkomst
Bij veel gemeentelijke processen worden gegevens verwerkt door derden34. Denk hierbij
aan informatiesystemen die in een Cloudoplossing draaien, werkzaamheden die worden
uitbesteed of samenwerkingsverbanden.
Gegevensverwerking door derden brengt risico’s met zich mee. Het college van
burgemeester en wethouders blijft verantwoordelijk voor de verwerking van de gegevens.
Zij moeten er daarom op toezien dat gegevens juist verwerkt en beveiligd worden.
Afspraken over de gegevenswerking worden vastgelegd in een bewerkersovereenkomst.
De onderwerpen die in een bewerkersovereenkomst opgenomen moeten worden zijn:
 Instructies van verantwoordelijke
De bewerking mag alleen uitgevoerd worden in overeenstemming met instructies van de
verantwoordelijke.
De bewerker mag de persoonsgegevens niet voor eigen doeleinden gebruiken, maar alleen
om uitvoering te geven aan de instructies van de verantwoordelijke.
 Geheimhouding
In deze bepaling wordt aan de bewerker een geheimhoudingsplicht opgelegd, eventueel
gecombineerd met een boetebeding. Overigens is opzettelijke niet-naleving van deze
geheimhoudingsplicht strafbaar gesteld in het Wetboek van Strafrecht.
 Beveiligingsmaatregelen
De verantwoordelijke draagt zorg dat de bewerker passende technische en
organisatorische maatregelen neemt om de persoonsgegevens te beveiligen tegen verlies
e.d.
Inschakelen van derden en onderaannemers
In de overeenkomst wordt vastgelegd of, en onder welke voorwaarden, de bewerker
subbewerkers mag inschakelen.
 Locatie van de data
De verantwoordelijke moet weten in welke landen zijn data worden opgeslagen. Dit is
mede van belang met het oog op de verplichtingen die gelden bij doorgifte van
persoonsgegevens naar landen buiten de EU35.
 Audits/verantwoording
De verantwoordelijke moet kunnen controleren of de bewerker zich houdt aan de
gemaakte afspraken. Dit gebeurt vaak in de vorm van een audit (onderzoek) door de
verantwoordelijke of door een onafhankelijke derde. In de bewerkersovereenkomst
kunnen partijen hier nadere afspraken over maken.
 Aansprakelijkheid
De wet bepaalt dat de verantwoordelijke kan worden aangesproken als iemand schade lijdt
doordat de Wet Bescherming Persoonsgegevens niet wordt nageleefd. Dit geldt zelfs als de
schade het gevolg is van nalatigheid van de bewerker, die in dat geval ook zelfstandig
34
Zie voor betekenis artikel 1 Wbp
https://www.cbpweb.nl/nl/onderwerpen/internationaal-gegevensverkeer/doorgifte-binnen-enbuiten-de-eu?qa=EU
35
aansprakelijk is. In de bewerkersovereenkomst worden heldere afspraken gemaakt over
deze verdeling.
 Structurele gegevensuitwisseling
Indien er sprake is van structurele uitwisseling of samenwerking met een externe
organisatie of andere gemeente(n), dan worden er over de gegevensuitwisselingen
afspraken opgenomen in de samenwerkingsovereenkomst.
Bijlage 2: Werken met/zonder toestemming
Wat is toestemming precies? Toestemming heeft vooral te maken met goede
communicatie tussen de gemeente en de betrokkene(n). Een heel belangrijk element
hierbij is open en helder te communiceren met de betrokkene(n).
Voor het werken met toestemming zijn drie stappen van belang:
1. Bepaal de noodzaak
De eerste vraag die elke medewerker zich moet stellen voor hij of zij gegevens uitvraagt,
vastlegt of registreert is: welke gegevens zijn noodzakelijk om het doel waarvoor de
persoonsgegevens nodig zijn te bereiken?
Het maken van die afweging kan het beste gebeuren aan het begin en eind van elke fase in
het werkproces. Dat is een natuurlijk moment om met de betrokkene te concluderen wat
de vervolgstappen zullen zijn en welke gegevens daarvoor noodzakelijk zijn om op te
vragen. Het is daarbij van belang om gegevens die opgevraagd moeten worden bij
professionals met een (medisch) beroepsgeheim, apart te vermelden en te motiveren. In
alle gevallen geldt het uitgangspunt, dat als met minder gegevens, of minder diepgaande
gegevens kan worden volstaan, dat altijd de voorkeur heeft.
2. Toestemming vragen
Dit houdt in: betrokkene informeren welke gegevens voor welk doeleind wordt verwerkt.
Als helder is welke gegevens noodzakelijk zijn voor de volgende stap in het proces, kan de
medewerker dit met de betrokkene bespreken. De waarborgen en rechten van de
betrokkene ten aanzien van gegevensverwerking door de gemeente, worden ook
besproken. Bijvoorbeeld waar een betrokkene terecht kan om te controleren welke
gegevens er werkelijk worden verwerkt, hoe lang ze worden bewaard, en hoe ze eventueel
kunnen worden gecorrigeerd36.
3. Toestemming registreren
Wanneer de bovenstaande stappen zijn doorlopen is schriftelijke toestemming over het
algemeen niet nodig. De toestemming moet op enigerlei wijze worden vastgelegd. Dat kan
op eenvoudige wijze door bij het verslag van het gesprek met de betrokkene, bij de
conclusies en vervolgstappen ook op te nemen welke gegevens voor die vervolgstappen
worden opgevraagd en met welk doeleind.
Bij het vragen van toestemming is er altijd de mogelijkheid dat betrokkene geen
toestemming verleent, ook nadat hij of zij is geïnformeerd over belang en noodzaak. Het is
hierbij belangrijk dat de bezwaren serieus in overweging worden meegenomen. Er zal nu
een nieuwe afweging moeten worden genomen. Samengevat zijn er drie mogelijkheden:
1. De dienstverlening stopt, omdat het niet mogelijk is verdere diensten te verlenen,
2. De dienstverlening blijft beperkt tot het deel dat op basis van de beschikbare gegevens
verleend kan worden,
3. Naar het professionele oordeel van de medewerker is de situatie dusdanig, dat er toch
stappen gezet moeten worden omdat de gezondheid of veiligheid van betrokkene of
mensen in de omgeving in het geding zijn. Dan kom je in de onvrijwillige dienstverlening.
Het laatste betekent een zware inperking van de persoonlijke levenssfeer van de
betrokkene(n), omdat er een hoger algemeen en wettelijk geregeld belang is dat het
36
Deze informatie wordt verwerkt in een informatiefolder, zodat deze kan worden meegegeven.
persoonlijke belang overstijgt. Een stap die dan ook alleen na zeer zorgvuldige afweging
gezet mag worden. Houd daarbij altijd de volgende twee vuistregels in het oog:
1. Is het de betrokkene echt duidelijk waarom de gevraagde dienstverlening nu geen
doorgang kan vinden?
2. Bespreek op basis van geanonimiseerde gegevens de situatie met een collega of expert
om te beoordelen of onvrijwillige dienstverlening gerechtvaardigd is .
Retouradres: Postbus 9100, 2300 PC Leiden
Gemeente Leiden
Bezoekadres Stadhuis
Aan de gemeenteraad van Leiden
T.a.v. de commissie L&B en O&S
Postbus 9100
2300 PC LEIDEN
Stadhuisplein 1
Postadres Postbus 9100
2300 PC Leiden
Telefoon 14 071
E-mail [email protected]
Website www.leiden.nl/gemeente
13 oktober 2015
Ons kenmerk Z/15/220080
Onderwerp Beleid gegevensbescherming
Datum
Maîte van den Outenaar
Doorkiesnummer 5565
Contactpersoon
Geachte leden van de commissie L&B en O&S,
Op 13 oktober 2015 heeft het college het Beleid gegevensbescherming vastgesteld. Dit beleid
is samen met de Leidse regio gemeenten opgesteld in opdracht van de bestuurlijk
opdrachtgever 3D Leidse regio. Bij deze ontvangt u hier een nadere toelichting op. In eerste
instantie werd er alleen beleid gemaakt voor het sociaal domein. Tijdens het opstellen van het
beleid kwam de projectgroep tot de conclusie dat de nodige maatregelen voor de hele
gemeentelijke organisatie gelden. Daarom is het resultaat een organisatiebreed beleid.
Het beleid gegevensbescherming is een uitwerking van de Wet bescherming
persoonsgegevens en de Wet meldplicht datalekken die ingaat per 1 januari 2016. Er zijn ook
aspecten in opgenomen vanuit de Algemene Verordening Gegevensbescherming die binnen
enkele jaren in werking treedt. Het is gemaakt in samenwerking met de Leidse regio
gemeenten en het is juridisch getoetst door het Servicepunt71.
Het doel van het beleid
Het beleid gegevensbescherming bevat de volgende uitgangspunten:
 Het bevat richtlijnen die de gemeente Leiden in staat stelt om persoonsgegevens
zorgvuldig, doelmatig en veilig te verwerken,
 Het zorgt ervoor dat de gemeente Leiden overzicht en inzicht krijgt en houdt rond het
verwerken van persoonsgegevens. Ook wanneer dit wordt uitgevoerd door een derde
partij,
 Het zorgt voor handvaten om open te communiceren naar onze inwoners wat betreft
het verwerken van persoonsgegevens,
 Het zorgt dat de rechten van betrokkene inzichtelijk zijn en nageleefd worden.
Dit beleid dient als kapstok waaraan voor een specifiek vakgebied een beveiligingsplan of
privacyprotocol kan hangen.
De maatregelen die opgenomen zijn, moeten uitgewerkt worden in een uitvoeringsplan.
Wanneer de maatregelen geen vervolg krijgen, loopt de gemeente het risico dat er niet
voldaan wordt aan de Wet meldplicht datalekken. Vanaf de inwerkingtreding van de Wet
meldplicht datalekken, heeft het College Bescherming Persoonsgegevens (CPB) de
bevoegdheid om bestuurlijke boetes op te leggen bij elke overtreding die gemaakt wordt.
Het werkt samen met informatiebeveiliging
De bescherming van persoonsgegevens kan niet geborgd worden zonder adequate
informatiebeveiliging. Via het Programma Informatisering wordt onder andere de huidige
informatiebeveiliging geoptimaliseerd. De maatregelen in het beleid gegevensbescherming
hangt hierom samen met het Programma Informatisering. De projectleden zorgen ervoor dat
de samenhang en afstemming geborgd wordt.
Burgemeester en Wethouders van Leiden,
de Secretaris,
de Burgemeester,
Download