Plant 1 boom, struik of klimplant Heb je een grote of een kleine tuin? Maakt niet uit. In elke tuin is er wel een plek voor een boom, struik of klimplant. Ze vormen de perfecte vluchtplek voor heel wat vogels, insecten of zoogdieren. En ook de Groene Gorilla kan er naar hartenlust klimmen en slingeren. Bomen en struiken Voorbereiding Meet goed na hoeveel plaats je hebt en bedenk dat bomen en struiken uitbundig kunnen groeien. Ze nemen dus plaats in, creëren schaduw en vragen vooral in kleinere tuinen wel eens een snoeibeurt. Elke soort heeft zo haar eigen voor- en nadelen. Linde en plataan laten zich makkelijk snoeien, wilgen trekken massaal veel vocht uit drassige bodems en notelaar heeft dan weer een muggenwerende werking. Ook fruitbomen kan je overwegen. Zo heeft een hoogstam appelboom veel troeven. De kruin ontwikkelt zich boven je hoofd zodat je er gemakkelijk onderdoor kan. De bloesems zijn prachtig om naar te kijken en heerlijk om aan te ruiken. Met de vruchten kan je alle kanten uit. Vers van de tak of geperst als appelsap. Heerlijk! Tip: voor activiteiten en info rond fruitbomen: www.boomgaardenstichting.be Struiken zijn vooral interessant als ze inheems zijn. Hazelaar lokt spechten en eekhoorns met zijn heerlijk nootjes. Ook de groeivorm is interessant. De lange, rechte takken zijn ideaal als pijl en boog voor indianenkinderen of om duurzame hekjes mee te vlechten. Ook bloeiende en vruchtdragende struiken lokken veel bezoekers : bestuivers in het voorjaar en vogels in de herfst. Enkele voorbeelden zijn lijsterbes, sporkehout en vlier. Tip: kijk of er in jouw buurt een behaagactie of een plantenbeurs doorgaat, dan kan je je inheemse struiken makkelijk bestellen. Wat mag en wat niet? Bomen in de tuin moeten volgens het veldwetboek twee meter afstand houden van de perceelgrens, maar als je voor een appelboom de kans hebt om 4 meter aan te houden, dan heb je zeker geen problemen met overhangende takken. In kleine tuinen kan je kiezen voor een boompje dat je regelmatig snoeit. Hagen kunnen gemeenschappelijk op de perceelgrens geplant worden of anders minstens 50 cm op je eigendom. Wanneer plant je ze best? De beste periode om bomen te planten is wanneer ze in rust zijn. In principe is dat van november tot maart, op een vochtige dag zonder vrieskou. Zogenaamde containerplanten, die in pot werden opgekweekt, kunnen ook tijdens het groeiseizoen. • Maak het plantgat zeker groot genoeg, dwz twee keer zo diep en drie 3 keer zo breed als de wortelkluit. • Meng flink wat compost (geen mest) onder de teelaarde en breng een deel alvast terug in het plantgat. Zo kan je de plantdiepte bepalen. • Zorg ervoor dat de boom iets minder diep komt te staan als op de kwekerij. Dat zie je aan de stambasis. Spreid de wortels goed uit en knip beschadigde wortels eventueel bij. • Gooi het plantgat verder dicht en schudt af en toe eens met de boom zodat de aarde goed tussen de wortels zakt. • Op het einde trappel je de aarde nog wat aan en geef je een flinke scheut water. • Aan de rand van het plantgat maak je best nog een bermpje. Dat vergemakkelijkt het gieten. Nazorg Bomen geef je best nog wat extra steun gedurende de eerste 2 jaar. Plaats aan de rand van het plantgat 3 palen van (50cm-1m) en maak de boom telkens vast met een brede band (bv oude fietsband). Gebruik geen touw, want dat beschadigd de schors en groeit in. De eerste weken na het planten, tijdens de bladontwikkeling in het voorjaar en de droogte van de zomer, geef je best regelmatig extra water. De kale bodem rond de stam hou je in het begin ook best onbegroeid. Leg er bijvoorbeeld een flinke laag compost op. Dat remt de onkruidgroei en verhindert het uitdrogen van de bodem. Op termijn kan je hier een humuslaag maken: afgevallen herfstbladeren, meer compost en wat houtsnippers heb je daarvoor nodig. Het wordt dan een ideale groeiplaats voor voorjaarsbloeiers als meiklokje, sneeuwklokje, daslook of boshyacint. Prachtig! Klimplanten Niet iedereen heeft genoeg ruimte om een boom of struik in de tuin te planten, maar ook met klimplanten kan je de hoogte opzoeken. Sommige soorten voelen zich prima tegen een gevel, met of zonder extra klimhulp om zich aan vast te hechten. Anderen slingeren zich liever rond een boom of paal. Heb je de mogelijkheid om een pergola, schommel, hangmat of klimtouw te installeren in je tuin? Zeker doen en probeer vooral te combineren. Waarom geen klim- en slingerplanten tegen de constructie planten? Kies ook hier weer voor inheemse soorten of varianten. Klimmers zonder klimhulp Klimop Heeft als voordeel dat hij wintergroen blijft en ook in de schaduw doet hij het goed. Het is een ideale schuil- en broedplaats voor tuinvogels. De bloemetjes verschijnen in september-oktober en lokken bijen, zweefvliegen en late vlinders. Wilde wingerd Klimt met kleine hechtschijfjes en geeft een prachtige dieprode herfstkleur. Klimmers met klimhulp Bosrank (clematis) De meeste clematissen worden in pot aangeboden en kunnen het hele jaar worden aangeplant. De beste periode blijft echter tussen september en mei. Afhankelijk van het ras plant je dieper dan of gelijk met het niveau van de pot. In de handel zijn honderden varianten te vinden, maar kijk zeker eens of je de inheemse bosrank (Clematis vitalba) vindt. Heggenrank De heggenrank is prachtige klimplant die tussen struiken klimt. Hij groeit best op kalkrijke bodems en heeft een bijzondere band met het heggenranklieveheersbeestje en de heggenrankbij. Druif Prachtige klimplant voor zuidgerichte gevels. Druiven hebben wel een goede voorbereiding en regelmatig een snoeibeurt nodig. Tip: tik ‘Leefmilieu Brussel Druivelaar’ in op Google en je krijgt een infofiche met extra tips. Rozen Rozen houden van veel zon en een goed doorlatende humusrijke bodem. Klimmende rozen moeten aangebonden worden aan de klimhulp. Liaanrozen (rambler-rozen) groeien uitbundig en kunnen in bomen klimmen. Kies voor rozen met open bloemen. Dwz dat ze een enkele laag kroonblaadjes hebben en binnenin de stuifmeeldraden goed zichtbaar zijn. Enkel dit type van bloemen is bruikbaar voor insecten. Slingerplanten Kamperfoelie Staat van nature in halfschaduw. Hij slingert zich rond boomstammetjes die hij mogelijk te sterk kan wurgen. Een houten of ijzeren paal is daarom een betere klimhulp. Dat kunnen de palen zijn van een schommelconstructie, pergola of wasdraad. Kamperfoelie ruikt vooral ’s avonds heerlijk en lokt daarmee prachtige nachtvlinders. Tip: zowel stad Gent als Antwerpen hebben een mooie folder over geveltuintjes: • Tik ‘Geveltuin Stad Gent’ in op Google • Tik ‘Geveltuin Stad Antwerpen’ in op Google Voor meer advies over welke bomen, struiken of klimplanten kan je terecht bij: • Tuinadviseurs van Wonderlijk Wild • www.wonderlijkwild.be/advies • Velt vzw Facebook • www.facebook.com/groups/veltvzw • Ecoflora • www.ecoflora.be • Natuurpunt Winkel • www.natuurpunt.be/winkel (planten) • Velt Plantenzoeker • www.velt.be/plantenzoeker Tuincheck afgerond? Geef het door op www.wonderlijkwild.be WETENSCHAP