Auteur: Pieter Veldstra. Gras en bomen leven vaak op gespannen voet met elkaar op een golfbaan. Daar waar bomen staan doet het gras het niet zo goed en daar waar veel gras is kan de jonge boom lastig aanslaan. De greenkeeper heeft iets met gras, maar kan zeker niet zonder bomen! Een golfterrein zonder bomen is haast ondenkbaar in Nederland. Dit komt omdat de boom in de beleving van het landschap een prominente rol speelt en ook harde functies heeft. Kap alle bomen en het landschap is kaal, de wind krijgt meer vat op de spelers én de bal en voor het spel gaan markante hindernissen verloren. Het is niet voor niets, dat bij de aanleg van een golfbaan behoorlijke bedragen worden geïnvesteerd in de aanleg van bosjes en het planten van solitaire bomen. Planten van bomen Eén eikje van 80-100 (cm) kost al snel één euro inclusief het planten. Een hectare bosplantsoen met 6000 planten kost dus duizenden euro’s. Met het planten van een (laan)boom met boompaal zijn al snel bedragen van _ 100,- per stuk gemoeid. Al met al redenen genoeg om zorgvuldige keuzen te maken, in de aanlegfase, maar ook in het beheer. Hieronder volgt een aantal praktische richtlijnen voor het aanplanten van bomen. Welke boom? Het is gebruikelijk om op een golfbaan het inheemse sortiment toe te passen. Het gaat om boomsoorten die zijn aangepast aan de in Nederland aanwezige groeiomstandigheden. Een golfbaan krijgt tegenwoordig ook ecologische beheerdoelstellingen mee. Een inheemse soort past daarbij. Een inheemse boom kan echter gekweekt zijn van zaad dat uit het buitenland komt. Wie een stapje verder wil gaan zoekt daarom naar een regionaal goed groeiende herkomst van de soort. Het is zelfs mogelijk bomen en struiken aan te schaffen die een autochtone herkomst hebben. Het zaad van deze bomen is in Nederland geoogst van exemplaren die reeds lang in ons landschap groeien. Het voordeel is dat meegewerkt wordt aan het behoud van biodiversiteit. www.greenkeeper.nl Het is van groot belang dat er goed gekeken wordt naar de groeiomstandigheden waarin de boom geplant wordt. Belangrijk is niet alleen te beoordelen of de boom in het landschap thuis hoort, maar ook of de groeiomstandigheden geschikt zijn. Er kunnen door het grondverzet dat is voorafgegaan aan de inrichting van de golfbaan zeer afwijkende groeiomstandigheden ontstaan. In droog zand zonder ontwikkelde humuslaag willen veel soorten niet goed groeien. Bodem en soortensamenstelling moeten dus op elkaar afgestemd worden. Welke kwaliteit? Bomen kunnen als 2 tot 4 jarig opgekweekt bosen haagplantsoen aangeschaft worden of als boom met een kale stam: een laanboom. Voor beide typen plantsoen zijn verschillende gespecialiseerde kwekers. Er zijn ook verschillende normen van toepassing.Voor bosplantsoen is er een NEN norm 7412 die eisen stelt aan te leveren plantsoen. Het gaat om een voldoende stevige plant. Een stevige goed gegroeide plant heeft meer reserve in zich om de verplantschok te overleven. Een stevige plant zal minder snel verdrogen en beter aanslaan. De stevigheid van de plant wordt gemeten aan de dikte van de wortelhals. Een eik van 1 meter moet bijvoorbeeld een wortelhals van 10 millimeter hebben. De 17 bomen is het voorkomen van uitdrogen. Een plantgat moet groot genoeg zijn, iets groter dan de wortelkluit. De wortels moeten vrij in het gat kunnen hangen en groeien. Dit om de vochtopname zo goed mogelijk te waarborgen. Een van tevoren gemaakt gat kan uitdrogen, maar bij het planten van meerdere bomen op een dag kan het efficiënter zijn om toch van tevoren de gaten te graven en later pas de bomen aan te voeren. De naakte wortelkluit van een boom droogt boven de grond erg snel uit. Bij de opslag en het transport kan het al fout gaan. Wortels moeten daarom altijd afgedekt zijn bij opslag en transport. Het is goed op de plantplaats over water te beschikken. De wortels vlak voor het planten nat maken of direct na het planten water geven is erg belangrijk. kwekers moeten deze norm hanteren, maar de koper moet daarop controleren. Om het makkelijk te maken kan de koper vragen naar een NAK-B goedgekeurde partij. Vergeet echter nooit te controleren! Bij laanbomen zijn ook normen gesteld. De belangrijkste eisen zijn: • kale stam van ten minste 1.50 m; • een goede stamomvang ten opzichte van de lengte (1: 30); • een rechte doorgaande spil; • ten minste 4 goede gesteltakken; • de diameter van de wortelpruik moet ten minste 5 x de stamomvang zijn; 18 • goed vertakte wortels; • geen bastbeschadigingen of gebroken takken of verse snoeiwonden. Er is momenteel sprake van een trend voor het leveren van zwaardere bomen die vanaf de grond nog betakt zijn. Niet alle bomen hebben een kale stam nodig in de toekomst. Een mooi van onder vertakte boom kan met het planten van een klein 3 jarig boompje gerealiseerd worden, maar het kan dan jaren duren voordat een boom van enige omvang is ontstaan. Het plantwerk Het belangrijkste zorgpunt bij het planten van Praktische richtlijnen bij het planten: • Maak het plantgat ruim genoeg; • Steek onder in het plantgat de grond nog even om; • Zorg dat de zijkanten van het plantgat niet versmeren; • Geef de boom géén mest mee in het plantgat; • Snoei de boom niét aan wortels en takken; • Plaats de paal onder in het plantgat voordat de boom geplaatst wordt; • Open de eventuele gaaskluit aan de bovenkant; • Plant niet dieper dan de boom op de kwekerij is gegroeid; • Zet de boom 10-15 centimeter van de paal af, ten noord-oosten van de paal; • Schudt de grond tussen de wortels en duw met de vlakke voet de grond stevig aan; • Bindt de boom zo laag mogelijk aan, ca. 5 centimeter onder de kop van de paal; • Werk de boomspiegel af met een rond grondwalletje voor het water geven; • Geef dezelfde dag nog water, véél water, zo’n 100 liter per boom (maat 14/16); De boompaal Er is al enige tijd bekend dat een laag aangehechte boom in de eerste levensjaren na het planten een steviger stam maakt en betere wortelvorming vertoont. Als er dus geen sprake is van een grote windbelasting, is een zogenaamde kniepaal voldoende. Het spreekt vanzelf dat dit kostentechnisch ook aantrekkelijker is. Als er veel problemen met omwaaien te verwachten zijn, kunnen meer palen en langere palen toegepast worden. Twee of zelfs drie www.greenkeeper.nl Foto links: “Groen op Wit” De Stichting Afzetbevordering Groot Groenproducten in Zundert heeft een handig boekje ontwikkeld waarmee u heel makkelijk de kwaliteit van plantgoed kunt controleren. Dit boekje is te bestellen via mail [email protected] of 076 597 29 77. palen komen in de praktijk voor. Zelfs worden verduurzaamde palen toegepast. Het is echter duidelijk dat dit voor 2 á 3 jaar bevestiging niet nodig is. Verduurzaamde zijn onnodig milieubelastend en duur. De boom kan met een dure of met een simpele boomband bevestigd worden aan de paal. De meeste systemen voldoen, mits er een goede controle plaats vindt in de jaren na het planten. Water geven Als nazorg is het van belang dat er veel en regelmatig water gegeven wordt. Dit geldt voor de eerste twee groeiseizoenen, tot dat de boom aangeslagen is. Dit is verreweg de belangrijkste maatregel die heel vaak slecht wordt uitgevoerd. Dat levert in de zogenaamde nazorgfase dan ook veel inboet op, waarbij de dode boom wordt vervangen door een nieuwe. Inboeten moet zoveel mogelijk worden voorkomen omdat de kosten hiervoor beduidend hoger liggen dan het planten. Door op tijd en voldoende water per keer te geven is geld te besparen. De auteur Pieter Veldstra is trainer/docent beheer van bomen en groen bij IPC Groene Ruimte in Arnhem www.greenkeeper.nl 19