kent u de boom in het gemeentewapen eigenlijk wel

advertisement
Kent u de boom in het
gemeentewapen eigenlijk wel?
Toen de wapenkundigen Jhr. Mr. Victor de
Stuers en F.A. Hoefer eind 19e eeuw in
opdracht van de gemeente Hellendoorn een
wapen mochten ontwerpen, kwamen ze tot
het volgende voorstel: een veld van azuur
(hemelsblauw) met ongekleurde strepen
beladen met een Vlierboom en klimmend hert
van goud(geel) op een terrasse van sinopel
(groen). (A. Ponsteen: Het kerkdorp
Hellendoorn in vroeger eeuwen.)
De Raad van Hellendoorn gaf op 20 juli 1898
zijn goedkeuring aan het voorstel en de
tekening, vandaar dat sedert die tijd de Vlier
het wapen "siert". De Vlierboom werd niet
zomaar gekozen. Volgens enkele
naamkundigen uit die tijd was de naam
Hellendoorn namelijk afgeleid van Holunder,
dat Vlierboom betekent. Dat net als
tegenwoordig grote vraagtekens gezet werden
bij deze conclusie is misschien, bedoeld of
onbedoeld, af te lezen uit de tekening. De
toenmalig directeur van het Overijssels
Museum heeft de Vlier namelijk zodanig
afgebeeld, dat je er alle kanten mee uit kan.
De mensen, die het wapen hebben nagebootst
in het portaal van het Gemeentehuis, zagen
er zelfs een Berk in?????? De Vlier is echter wel
een plaats in het gemeentewapen waardig, zij
het waarschijnlijk om een andere reden dan
hierboven is vermeld. Het is namelijk een
boom, die hier vaak voorkomt. Op heel wat
excursies kunnen we de mensen op de pracht
en de praal van de Vlieren wijzen: in
wegbermen, tussen heggen, langs bosranden,
in de buurt van boerderijen. Ja, eigenlijk kun
je hem overal aantreffen en vooral op
plaatsen waar door vertering van allerlei
organisch materiaal stikstof vrij komt.
Eén zo’n plek is b.v. de oude vuilstortplaats
op de hoek van de Bergleidingweg –
Holterweg. Na de Tweede Wereldoorlog werd
tot rond 1960 hier het huisvuil van de
gemeentebewoners gestort. De jaren daarna
is die plek "verwaarloosd" en veranderd in een
prachtig natuurterrein, waar allerlei wilde
planten onbekommerd kunnen groeien
temidden van enkele tientallen
"geestverwante" kruidachtigen. Naast, door en
over elkaar vind je er Fluitenkruid,
Kleefkruid, Hondsdraf, Grote Brandnetel,
Smeerwortel, Vogelwikke, St. Janskruid etc.
Bij deze planten voelt de Vlier zich thuis. In
de lente, zomer, herfst en winter is hij te
bekijken, ruiken, beproeven en te betasten.
Voor alle zintuigen is er aan de Vlier iets
speciaals te beleven, want de verhalen rond
de Vlier bezorgen ons ook veel luistergenot.
De bloei
Eind juni waren de Vlieren op de voormalige
vuilstortplaats getooid met grote roomwitte
bloesemtuilen, waaraan je ze in de verte al
kon herkennen. Dichtbij gekomen bleken die
uit vele kleine bloempjes te bestaan. Elk
bloempje had 5 kelk- en kroonblaadjes, 5
meeldraden en een driedelige stamper.
Omdat ik benieuwd was of het ondanks het
regenachtige weer, toch weer een goed
vlierbessenjaar zou worden, heb ik de
stampers en de vruchtbeginsels eens wat
beter bekeken. Hoewel er, zowel op zonnige
als op donkere dagen, betrekkelijk weinig
insecten te bespeuren waren, bleken de
meeste stampers onder het stuifmeel te
zitten. Eind juli bleek evenwel, dat de
bestuiving niet optimaal was geweest, want
niet elk vruchtbeginsel bleek uitgegroeid te
zijn tot een vrucht.
Toen ik me nog maar pas met bomen bezig
hield en ik het erg moeilijk vond om aan de
hand van de bladeren de bomen te
herkennen, deed iemand mij een hulpmiddel
aan de hand: "Ik herken de Vlier altijd aan de
eigenaardige geur, die ontstaat wanneer je
een blad fijnwrijft", zei hij. En inderdaad, die
geur is zo apart, dat je hem uit duizenden
(nou ja) kunt herkennen. Ook de bloesem van
de Vlier is opvallend geurig, hoewel die niet
erg aantrekkelijk schijnt te zijn voor
insecten.
Een geneeskrachtige lekkernij.
Het is bekend, dat de Vlier vroeger werd
beschouwd als de huisapotheek voor de
gewone mensen. Vele kwalen en ziektes
werden bestreden met "brouwsels" van
vlierbloesem en vlierbessen. Ook nu worden
zijn geneeskrachtige eigenschappen nog vaak
aangewend. In het boekje "Overzicht van de
meest gebruikte Geneeskrachtige Kruiden en
Keukenkruiden" van het plaatselijk Reformhuis Scala staan een twintigtal kwalen
waartegen de Vlier een genezende werking
heeft. In verband met het schrijven van dit
stukje heb ik enkele recepten beproefd en
ervaren, dat ze in ieder geval heel smakelijk
zijn. Probeer het zelf ook maar eens. Over
een maand zijn er weer vlierbessen in
overvloed en in de bibliotheek staan
voldoende kruidenboeken waarin
"vlierrecepten" te vinden zijn.
Het viel mij op dat de jonge wrattige twijgen
kantig en gemakkelijk door te breken waren,
terwijl de schors van de oude stam sterk
gegroefd was en het hout keihard bleek te
zijn. De schors van enkele Vlieren op de
vuilnisbelt was voor een groot gedeelte
bedekt met fluweelmos. Een mossoort met
kleine blaadjes, die je vaak op Vlieren
aantreft.
Judasoor
Paddestoelen hebben vaak betekenisvolle
namen. Denk daarbij aan de Aardappelbovist,
het Eekhoorntjesbrood, het Geweizwammetje
enz. Zo is er ook een paddestoel, die de naam
Judasoor draagt. Een tamelijk zeldzame
paddestoel, die hoofdzakelijk te vinden is aan
…… de Vlier. Op plaatsen waar oude
vlierbomen staan, moet u maar eens naar die
paddestoel zoeken. Hij heeft de vorm van een
oor en is bruinrood van kleur en zacht
behaard. Vorig jaar heb ik die paddestoel
tijdens een excursie in Bakkeveen gevonden
op een oude Vlier. Een van de deelnemers
wist toen te vertellen, dat Judas zich, nadat
hij Jezus verraden had, opgehangen had aan
een Vlier. Door het afbreken van een tak was
hij daarbij een oor kwijt geraakt. Sinds die
tijd komt, als herinnering daaraan, op
sommige oude Vlieren het zogenaamde
Judasoor voor. Legenden rond bomen maken
deze nog interessanter dan ze al vaak zijn.
augustus 1984
Jan van Rijn
Download