Doop van de Heer (B) BEGROETING V Wij zijn hier alle samen in naam van Vader, Zoon en heilige Geest. ofwel V Mogen wij hier samen zijn in naam van de eeuwige Vader, de levende Zoon en de altijd aanwezige Geest. INLEIDING L Op deze tweede openbaringszondag vieren wij de doop van de Heer. Voordat Hij in de openbaarheid treedt, daalt Jezus af naar de Jordaan, geeft Hij gehoor aan de oproep van Johannes en ondergaat Hij zijn doopsel van bekering. Hij wordt gedoopt én bevestigd. Immers… de hemel scheurt open en er klinkt een stem: 'Jij bent mijn geliefde Zoon, in wie Ik vreugde vind.' BEKERINGSMOMENT V Laten wij aan het begin van deze viering een ogenblik stil staan en stil worden (bij deze gebeurtenis)… En bidden wij om vergeving: 1 L Heer Jezus, tot op de bodem van het leven bent U afgedaald, mens in heel uw wezen. Vergeef ons, als wij verdwalen in hoogmoed… V Heer, ontferm U over ons. L Christus, U bent mede-mens voor ons geworden om te delen in ons lijden en sterven. Vergeef ons, als wij onze medemens niet willen zien staan… V Christus, ontferm U over ons. L Heer Jezus, tot op het kruis bent U gegaan opdat wij zouden leven in liefde. Vergeef ons, als wij hard zijn en onbarmhartig… V Heer, ontferm U over ons. V Moge de goede God zich over ons ontfermen, onze fouten en tekorten vergeven en ons geleiden tot het eeuwig leven. ofwel V Als kind zijn wij gedoopt met water en op latere leeftijd met Geest. Als jonge volwassene hebben we onze doopbeloften hernieuwd. Bidden wij om kracht als we desondanks wel eens andere wegen gaan: L Heer Jezus, Gij laat ons niet vallen, ook niet als alles ons teveel wordt... V Heer, ontferm U over ons. L Christus, Gij hebt uw leven totaal in dienst gesteld van kleine en zwakke mensen... V Christus, ontferm U over ons. 2 L Heer, Gij geeft overvloed van leven aan allen die zich tot U wenden... V Heer, ontferm U over ons. V Barmhartige God, kijk niet naar onze tekorten en reken ons onze fouten niet aan. Doe ons leven tot eer van U en van alle mensen, door Jezus, uw Zoon en onze Heer. Amen. OPENINGSGEBED V God, onze Vader, wij vieren en gedenken de doop van Jezus, uw geliefde Zoon in wie Gij vreugde vindt. Doop ons allen in zijn Geest, beziel ons met zijn vuur, opdat ook wij worden: mensen naar uw welbehagen. Dat vragen wij U door diezelfde Jezus, uw uitverkorene tot in eeuwigheid. ofwel V God, bij de doop in de Jordaan hebt Gij uw Zoon gezalfd met de heilige Geest en Hem met kracht bekleed. Hij is van U het hart, het woord van trouw dat Gij ons toespreekt. Wij vragen dat uw welbehagen op ons rust en dat ook wij al weldoende door het leven gaan. Door onze Heer Jezus Christus, uw Zoon, die met U leeft en heerst in de eenheid van de heilige Geest, God, door de eeuwen der eeuwen. ofwel 3 V Gezegend zij uw naam, God, want Gij komt ons bestaan verlichten en verrijken in Jezus, uw beminde knecht. Schenk ons zijn Geest als zijn woord geopend wordt opdat ook wij blinden de ogen openen en de armen uw genade aanzeggen. Zo moge het worden: God, alles in allen, alle dagen van ons leven tot in eeuwigheid. ofwel V Almachtige eeuwige God, toen Christus Jezus bij zijn doop opstond uit het water van de Jordaan en de Geest over Hem neerdaalde, hebt Gij Hem geopenbaard als uw veelgeliefde Zoon. Ook ons hebt Gij als uw kinderen aangenomen toen wij uit het water en de heilige Geest herboren zijn. Wij vragen dat Gij ons staande houdt in uw welbehagen. Door onze Heer Jezus Christus, uw Zoon, die met U leeft en heerst in de eenheid van de heilige Geest, God, door de eeuwen der eeuwen. INLEIDING OP DE LEZINGEN L De Schriftlezingen van dit feest belichten de betekenis van het doopsel: de doop van Jezus en ook onze doop. 'Kom naar het water en luister naar Gods woord', zegt Jesaja in de eerste lezing. 'God zelf legt getuigenis af aangaande zijn Zoon', leert Johannes in de tweede lezing. 4 En in het evangelie horen wij dat getuigenis in het verhaal van Jezus' doop door Johannes. EERSTE LEZING L Uit de profeet Jesaja. (55,1-11) Zo spreekt God de Heer: 'Kom, wie dorst heeft, hier is water; en allen die geen geld hebt, kom, koop koren en eet zonder geld, en drink wijn en melk zonder betaling. Waarom besteedt u geld aan wat geen brood is, en loon aan iets dat niet verzadigt? Luister aandachtig naar Mij, en u zult eten wat goed is, en uw honger stillen met uitgelezen spijs. Buig uw oor en kom naar Mij, luister en u zult leven; een eeuwig verbond zal Ik met u sluiten, de gunstbewijzen die Ik aan David heb gezworen. Zie, hem had Ik tot getuige voor de volken aangesteld, tot vorst en gebieder over de volksstammen. Zie, een volk dat u niet kent roept u op, en een volk dat u niet kent, snelt op u af, omwille van de Heer uw God, en wegens de Heilige van Israël, omdat Hij u luister heeft verleend. Zoek de Heer, nu Hij te vinden is, roep Hem aan: Hij is dichtbij. De goddeloze moet zijn weg verlaten, de boosdoener zijn gedachten, en terugkeren naar de Heer, die zich over hem ontfermen zal; naar onze God, want Hij vergeeft rijkelijk. Want uw gedachten zijn niet mijn gedachten, en mijn wegen zijn niet uw wegen - godsspraak van de Heer. Want zoals de hemel hoger is dan de aarde, 5 zo gaan ook mijn wegen uw wegen te boven, en mijn gedachten uw gedachten. Want zoals de regen en de sneeuw uit de hemel neerdalen en pas daarheen terugkeren wanneer zij de aarde hebben gedrenkt, haar hebben bevrucht en met planten bedekt, wanneer zij zaad hebben gegeven aan de zaaier, en brood aan de eter, zo zal het ook gaan met mijn woord. Het komt voort uit mijn mond; het keert niet vruchteloos naar Mij terug, maar pas wanneer het heeft gedaan wat Mij behaagt, en alles heeft volvoerd, waartoe Ik het heb gezonden.' TUSSENZANG (Js 12) Ja, God is mijn heil, ik verlaat mij op Hem, ik hoef voor geen onheil te vrezen. De Heer is mijn sterkte, de Heer geeft mij kracht, Hij toont zich mijn helper en redder. Gij zult in vreugde water putten aan de bronnen van uw redder. Brengt dank aan de Heer en huldigt zijn naam, verkondigt de volken zijn machtige daden, maakt alom zijn grootheid bekend. Gij zult in vreugde water putten aan de bronnen van uw redder. Zingt luid voor de Heer, die wonderen deed, laat heel de aarde het horen. Verheugt u en juicht, gij die Sion bewoont, want Israëls Heilige woont in uw midden. Gij zult in vreugde water putten aan de bronnen van uw redder. 6 TWEEDE LEZING L Uit de eerste brief van Johannes. (5,1-9) Geliefden, Wie gelooft dat Jezus de Messias is, is uit God geboren. Welnu, wie de Vader liefheeft, heeft ook liefde voor wie uit Hem is geboren. Hoe weten wij dat we de kinderen van God liefhebben? Er is maar één bewijs: dat we God liefhebben en ons houden aan zijn geboden. God liefhebben wil zeggen zijn geboden onderhouden, en zijn geboden zijn niet moeilijk te onderhouden, want ieder die uit God geboren is, overwint de wereld. En het wapen waarmee wij de wereld overwinnen, is geen ander dan ons geloof. Wie anders kan de wereld overwinnen dan hij die gelooft dat Jezus de Zoon van God is? Hij is gekomen met water en bloed, Jezus Christus. Hij is niet door water alleen gekomen, maar door water en door bloed. De Geest getuigt het, omdat de Geest de waarheid is. Want er zijn drie getuigen, de geest, het water en het bloed, en deze drie stemmen overeen. Als wij het getuigenis van mensen aannemen, dan nemen we zeker dat van God aan, dat zoveel groter gezag heeft; God zelf waarborgt het getuigenis dat Hij heeft afgelegd aangaande zijn Zoon. ALLELUJA (Joh 1) Alleluja. Johannes zag Jezus naar zich toekomen en zei: Zie het Lam Gods dat de zonde van de wereld wegneemt. Alleluja. 7 EVANGELIE V Uit de blijde boodschap van onze Heer Jezus Christus zoals die voor ons werd opgetekend door Marcus. (1,7-11) In die tijd verkondigde Johannes de Doper: ‘Na mij komt er iemand die meer vermag dan ik; ik ben zelfs niet goed genoeg om me voor hem te bukken en de riem van zijn sandalen los te maken. Ik heb jullie gedoopt met water, maar hij zal jullie dopen met de heilige Geest.’ In die tijd kwam Jezus vanuit Nazaret, dat in Galilea ligt, naar Johannes om zich door hem in de Jordaan te laten dopen. Op het moment dat hij omhoogkwam uit het water, zag hij de hemel openscheuren en de Geest in de vorm van een duif op zich neerdalen; en er klonk een stem uit de hemel: ‘Jij bent mijn geliefde zoon, ik ben je welgezind.’ VOORBEDE V Bij de doop van Jezus in de Jordaan maakt God duidelijk wie deze Jezus is: zijn geliefde Zoon, de redder van de wereld. In zijn naam bidden wij: L Voor allen die in Christus gedoopt zijn: dat God hen bij staat om te leven als zijn geliefde kinderen… Laat ons bidden. L Voor allen die leiding geven aan Gods volk onderweg: dat God hen bijstaat met zijn heilige Geest om voor te gaan als wijze mensen… Laat ons bidden. L Voor allen die geloven 8 in de blijde boodschap van bevrijding en recht: dat God hen bijstaat om daadwerkelijk te zoeken naar vrede en eenheid… Laat ons bidden. L Voor allen die onze samenleving en onze wereld regeren: dat God hen bij staat bewust te ijveren voor een plek om te leven voor iedereen… Laat ons bidden... L Voor allen die gebukt gaan onder zorgen: dat God hen bijstaat in hun zoeken naar oplossingen voor een acceptabel leven… Laat ons bidden. L Voor allen die deel uitmaken van onze gemeenschap/parochie: de dopelingen …, de huwenden …, de ernstig zieken, de overledenen… dat zij een teken zijn van het liefdesverbond tussen God en ons… Laat ons bidden. V God, trouwe Vader, wij leggen deze gebeden aan U voor omdat we er zeker van zijn dat U naar ons luistert op voorspraak van uw Zoon, Jezus Christus, onze Heer. ofwel V We ontvingen in het doopsel de Geest van Jezus, die ons doet bidden: Abba, Vader. L Voor hen die gedoopt zijn; voor allen die de veelbelovende naam van Christus dragen: om vastberadenheid en om bescheidenheid. Voor mensen, ontluisterd en geknakt, in eigen schuld gevangen; voor allen, klein gekregen 9 door de slagen die het leven hen toebracht: om bezorgde handen die het geknakte riet niet breken, om aandacht die de smeulende vlaspit niet dooft… Laat ons bidden. L Voor christenen in de politiek, voor allen die zich inzetten voor vrede en gerechtigheid, voor hen die het opnemen voor vluchtelingen en asielzoekers: om bezieling en om geduld… Laat ons bidden. L Voor hen die om hun geloof of levensovertuiging worden vervolgd of buitengesloten: om solidariteit en kracht… Laat ons bidden. L Voor de kerk, hier en overal ter wereld: om doortastendheid en volharding in navolging van de Heer. Voor onszelf, als mensen van die kerk: om een onvoorwaardelijke keuze en onvermoeibare inzet voor al wat klein en kwetsbaar is… Laat ons bidden. L Voor onze dopelingen; voor hen die binnenkort gaan trouwen; voor hen die ziek zijn; en voor onze overledenen… Laat ons bidden. V God, onze Vader, houd ons staande in uw dienstwerk, houd ons gaande op de weg van Jezus, uw Zoon, de veelgeliefde, in wie Gij uw welbehagen hebt. GEBED OVER DE GAVEN V 10 God, onze Vader, in liefde tot het uiterste en in breken en delen van wat het leven biedt, is Jezus, uw geliefde Zoon, ons altijd voorgegaan. Maak ons tot mensen in zijn Geest gedoopt, gezegend met onbaatzuchtigheid en oprechte zorg voor ieder om ons heen. Dat vragen wij U door diezelfde Jezus, uw uitverkorene tot in eeuwigheid. ofwel V God, aan onze handen hebt Gij uw schepping toevertrouwd. Aanvaard de gaven die wij dankbaar naar uw altaar brengen. Weiger niet wat wij U met een zuiver hart willen aanbieden. Door Christus onze Heer. ofwel V Heilige God, zegen ons in brood en beker met uw welbehagen en doe ons gelijken op Hem, die uw Veelbeminde heet en ons levenslicht is, Jezus, uw knecht, onze broeder en Heer. ofwel V Ontvang de gaven, Heer, die hier zijn neergelegd om de openbaring te gedenken van uw veelgeliefde Zoon. Laat de offerande van uw gelovigen opgaan in het offer van Hem die in zijn grote barmhartigheid de wereld wil zuiveren van zonde, Jezus Christus, onze Heer. PREFATIE (van de doop van de Heer) 11 De Heer zal bij u zijn. De Heer zal u bewaren. Verheft uw hart. Wij zijn met ons hart bij de Heer. En brengen wij dank aan de Heer, onze God. Hij is onze dankbaarheid waardig. Heilige Vader, machtige eeuwige God, om recht te doen aan uw heerlijkheid, om heil en genezing te vinden, zullen wij U danken, altijd en overal. Gij hebt in het water van de Jordaan het nieuwe doopsel geopenbaard door wonderlijke tekenen: een stem klonk uit de hemel om te getuigen dat uw woord onder de mensen woonde; de Geest daalde neer in de gedaante van een duif en zalfde uw dienaar Christus om aan armen de blijde boodschap te brengen. Daarom, met de engelen in de hemel, verheerlijken wij U op aarde zolang er woorden zijn, en zingen (zeggen) U toe vol vreugde: Heilig, heilig, heilig de Heer… VREDESGEBED V Als Jezus opstaat uit het water, scheurt voor Hem de hemel open. Hij hoort diep in zijn hart de stem, Gods eigen Woord. Heer Jezus, kom met uw woord van vrede tot ons, wees de stem van ons diep geweten, opdat wij broers en zussen worden, allen kinderen van God, opdat wij vrede waar maken 12 uit kracht van uw naam. De vrede des Heren zij altijd met u. Geef elkaar een teken van vrede… UITNODIGING TOT DE COMMUNIE V Wij allen hier samen, gedoopt met water en geest, zijn uitgenodigd deel te nemen aan de maaltijd van de Heer. Kom, eet (en drink), en zoekt de Heer, nu Hij te vinden is, in deze gaven van brood (en wijn). Zie dit gebroken Brood, het Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld… NA DE COMMUNIE L Net zoals Ik het eertijds aan Jezus toevertrouwde, zo wil Ik het vandaag ook in jouw oor fluisteren – zegt God: Ik heb je lief! Ik hou van je, zoals een moeder en een vader van hun kind! Als Ik je mensen zie troosten, dan weet Ik dat je mijn boodschap begrepen hebt. Als Ik je zie lachen, dan ben ik blij dat je mijn kind bent en dat Ik jouw God mag zijn. Ik wil voor je zorgen, als een herder en een gids, en je mijn liefde geven, want liefde maakt je mooi, vanbinnen én vanbuiten! ofwel (Ode aan de duif: Adri Bosch) L Denkend aan jou hoor ik een vleugelslag achter in mijn tuin en snel ik toe, vrezend dat een reiger het op de visjes in mijn vijver heeft voorzien, maar dichterbij gekomen zie ik jou op de vlonder zitten, terwijl je van het water drinkt 13 en dan aandachtig naar de zilverwitte winden kijkt en weet ik: jij was erbij toen God het water en de vissen en de mensen schiep, zo aandachtig was jij erbij dat God zelf er nog meer aandachtig van werd en heel precies en vol mededogen en o zo slim en wijs het edele vak van het scheppen bedreef, en toen vloog je weg met een kalme vleugelslag, zo rustig en vredelievend dat ik me heel even voelde als een veelgeliefde zoon van God zelf. SLOTGEBED V God, onze Vader, met woorden van leven hebt Gij ons gevoed. Wij bidden U: zegen ons - vóór wij gaan - met geestkracht en vertrouwen, opdat wij uw levenwekkend woord ter harte nemen, het met ons mee dragen en ten uitvoer brengen. Dat vragen wij door Jezus, uw uitverkorene tot in eeuwigheid. ofwel V Heer, onze God, Gij hebt ons uw Zoon geschonken, uw Veelgeliefde, waarin Gij welbehagen hebt. Wij vragen U: leer ons verstaan dat Gij niets anders wilt dan de ziel van ons bestaan te zijn, en ons de vreugde te schenken van uw tegenwoordigheid. Door Christus onze Heer. ofwel 14 V God, verkwikkende bron van leven, doop ons allen met uw heilige Geest om met hoofd en hart goed te zijn voor elkaar, om de zwakken niet voorbij te gaan, maar op te richten en te sterken. Zo moge uw koninkrijk groeien onder ons alle dagen dat wij leven tot in eeuwigheid. ofwel V Heer, wij zijn verzadigd door uw goddelijke gaven en beroepen ons op uw genade. Geef dat wij trouw het woord bewaren van uw eengeboren Zoon. Dan zullen wij uw naam met ere dragen en terecht uw kinderen zijn. Door Christus onze Heer. ZENDING EN SLOTZEGEN V Met zijn doop begint Jezus zijn openbare leven. Hij weet zich daarin door God gekend en bevestigd, dankzij de woorden die klonken uit de hemel: 'Jij bent mijn veelgeliefde Zoon.' Als een zegenbede klonken deze woorden Hem in de oren. Ze gaven Hem de kracht om tegen alle weerstand in te blijven vertellen over God. Laten ook wij deze woorden meenemen. Ook wij worden door God gekend en bemind. Moge dit ons kracht geven, dan zijn wij een zegen voor elkaar en worden wij gezegend door de goede God: Vader, Zoon en heilige Geest. En gaan wij van hier heen in vrede… 15