De calvinistische reformatie in de Lage Landen was minder calvinistisch dan het hedendaagse spraakgebruik wil doen geloven. Toen predikanten in de jaren vijftig van de zestiende eeuw vanuit het zuiden hun invloed in de Lage Landen deden gelden, was hier de reformatie al in volle gang. Deze reformatie was in gang gezet door dopers, lutheranen, humanisten, sacramentariers en andere vernieuwingsgezinden. Deze predikanten vanuit het zuiden verkondigden bovendien geen calvinisme maar een gereformeerd protestantisme. Deze Zwitserse tak van de reformatie had Johannes Calvijn als belangrijk leidsman, maar naast hem stond een Heinrich Bullinger. Deze Heinrich Bullinger, actief in Zürich, vertegenwoordigde de tak binnen het gereformeerd protestantisme die een slag anders dacht over predestinatie dan Calvijn, een andere verhouding tussen kerk en staat voorstond dan Calvijn en ook nog eens grotere aarzelingen had tegenover de lutheranen dan Calvijn. Deze Heinrich Bullinger werd in de Lage Landen misschien wel net zo belangrijk als Calvijn. Zijn prekenboek ging in ieder geval standaard mee op ieder VOC schip. De Publieke Kerk die in de jaren van de opstand tegen Spanje in de Republiek ontstond, zoog als een spons verschillende protestantse invloeden in zich op. Protestantse helden waren er genoeg en roergangers van de Publieke Kerk aarzelden niet om Wessel Gansvoort, Johannes Hus, Juan Waldes, Zwingli, Erasmus, Calvijn, Bullinger, Luther en Melanchthon naast elkaar tot hun geestelijke voorvaderen te rekenen. Deze breedte van blik, of annexatiedrang, hielp om een belangrijke plaats in het religieuze landschap te claimen. Maar de idee dat de Publieke Kerk vele voorvaderen had gekend, stemde deels ook met de feiten overeen. Wie kijkt naar de Nederlandse vertalingen van Calvijn ziet een voorliefde voor zijn bijbelcommentaren en ziet ook dat midden 17e eeuw de belangstelling voor zijn geschriften taant. Pas Abraham Kuyper zou eind 19e eeuw de belangstelling voor Calvijn nieuw leven inblazen. De belangstelling voor Bullinger was op de Nederlandse markt groot; Melanchthon werd gebruikt bij classicale examens; en kerkgangers in het oosten van het land zongen graag de liederen van Luther. Abraham Kuyper creëerde met succes het beeld van een calvinistische reformatie die het Nederlandse volkskarakter tot in zijn haarvaten zou hebben beïnvloed. Zijn leerlingen zeiden het hem graag na: volgens Rutgers was niemand voor de Nederlandse reformatie zo belangrijk geweest als Calvijn. Dit beeld van de geschiedenis paste wonderwel bij Kuypers visie op de samenleving. Calvijn werd de grote roerganger van de vrijheid en democratie die Kuyper nastreefde. Van deze vrije, democratisch geregeerde burgers waren gelovigen in vluchtelingengemeentes volgens Kuyper de voorlopers geweest. Deze protestantse vluchtelingen werden in Kuypers beschrijvingen voorlopers van de leden van zijn gereformeerde kerk: gecommitteerd aan de gereformeerde belijdenis, en zich vrijwillig scharend onder de kerkelijke tucht. Kuypers beeld van de Nederlandse reformatie en van het calvinistisch karakter ervan heeft algemene ingang gevonden. Het reformatiejaar 2017 is een goede gelegenheid dit eenzijdige beeld te corrigeren.