Whitepaper Groep A streptokok Streptococcus pyogenes vulvovaginitis In de eerste maanden van dit jaar is in Nederland een verheffing gevonden in het aantal invasieve Streptococcus pyogenes infecties [Osiris-AIZ, RIVM signaleringsoverleg 16 februari 2017], van januari t/m april 2017 158 gevallen versus gemiddeld 88 gevallen in de voorgaande vijf jaren. In Saltro wordt met regelmaat Streptococcus pyogenes uit genitaal kweken gevonden. Vanwege de landelijke verheffing hebben we onderzocht hoeveel genitaalkweken positief voor Streptococcus pyogenes in dezelfde periode werd gevonden, namelijk 3%, ten opzichte van 2% in 2016. Streptococcus pyogenes, ook wel groep A streptokok (GAS) genoemd, is een verwekker van vulvovaginitis of perianale infectie bij kinderen en volwassen. Dit klinische beeld is echter in de praktijk minder bekend zoals afgelopen periode ook bleek uit het aantal vragen hierover. Reden voor een kort overzicht van de literatuur, Saltro data, advies over de diagnostiek en de behandelopties. Literatuur GAS vulvovaginitis is een onderkende gynaecologische aandoening bij prepuberale meisjes, maar een relatief onbekend ziektebeeld bij volwassen vrouwen. In een case-control studie werd GAS gevonden bij 4,9% (49/1010) van de volwassen vrouwen met vulvovaginitis. In de controlegroep zonder klachten werd geen GAS gevonden [Bruins et al. Eur J Clin Microbiol Infect Dis 2009]. GAS vulvovaginitis bij volwassen vrouwen presenteert zich met klachten van vulvaire pijn/ branderigheid/jeuk, dyspareünie en/of fluor. GAS vulvovaginitis bij volwassen vrouwen wordt vaker gevonden bij de aanwezigheid van de één of meer van de volgende factoren: 1. voorgeschiedenis (persoonlijk of van huisgenoten) van huid- of luchtweginfectie met GAS 2. sexueel contact 3. lactatie-gerelateerde of menopauzale vaginale atrofie. Als onderdeel van behandeling wordt bij de laatstgenoemde risicofactor ook vaginale oestrogeencrème of -ovules voorgeschreven. Een zeldzame complicatie van GAS vaginitis is streptokokken toxic shock syndrome. In een casereport uit 2015 worden twee postmenopauzale patiënten beschreven, die zich presenteren met buikpijn, koorts, hypotensie en multi-orgaanfalen (toxic shock syndrome) en een bloedkweek en/of vaginale kweek positief voor GAS [Hikone et al. J Infect Chemother 2015]. Er was geen sprake van een recente invasieve ingreep in het genitaal gebied. Omdat er geen ander relevant focus dan GAS vaginitis is gevonden, is dit geduid als de porte d’entrée voor het toxic shock syndroom. Saltro data Van januari t/m april 2017 werden 3728 genitaalkweken ingestuurd, waarvan bij 3% (111 monsters van 109 vrouwen en 2 mannen), GAS werd geïsoleerd. In dezelfde periode in 2016 werden 4163 genitaalkweken ingestuurd waarvan bij 2% (86 monsters van 85 vrouwen en 1 man) GAS werd gekweekt (figuur 1). GAS werd vooral gevonden bij meisjes in de leeftijdsgroep van 0-10 jaar, wat een bekend verschijnsel is [Randelovic et al. Eur J Pediatr 2012], maar ook bij 30-40, 5060 en 60-70 jarige vrouwen. Naast de bekende presentatie zoals beschreven in de literatuur presenteren vrouwen zich soms zoals een urineweginfectie met een branderig gevoel bij plassen. Anekdotisch was er ook een casus waarbij de echtgenoot van de vrouwelijk patiënt met GAS uit de vaginakweek rode, pustuleuze laesies op de glans penis had. Alle GAS waren, zoals verwacht, altijd gevoelig voor penicilline. Erythromycine en clindamycine resistentie treden vaak samen op 4 3 2 2016 Mei. Apr. Mrt. Feb. Jan. Dec. Nov. Okt. Sept. Aug. Jul. Jun. Mei. Apr. Mrt. 0 Feb. 1 Jan. % GAS positieve genitaalkweken en werd in 6% van de GAS gevonden. 2017 Figuur 1. Percentage genitaalkweken positief voor GAS van januari 2016 t/m mei 2017 Advies voor diagnostiek GAS zijn Gram-positieve kokken die liggen in ketens (figuur 2). Ze behoren tot de hemolytische streptokokken, omdat op een zogenaamd bloedagarplaat hemolyse zichtbaar is rondom de bacteriekolonies (figuur 3). GAS vulvovaginitis is te diagnosticeren middels een banale bacteriële kweek. In het stappenplan voor aanvullend onderzoek van de NHG richtlijn Fluor vaginalis staat deze vorm van diagnostiek niet genoemd. Bij atypische presentatie en zeker als initiële behandeling faalt is ons advies echter om wél een bacteriële kweek te verrichten om minder vaak voorkomende, maar behandelbare verwekkers van vulvovaginale klachten, zoals GAS, maar ook S. aureus, S. pneumoniae en H. influenzae, op te sporen. Figuur 2. GAS in een Gram-preparaat Figuur 3. Kolonies van GAS met hemolyse op een bloedplaat Behandelopties Er zijn geen richtlijnen over of trials verricht naar de behandeling van GAS vulvovaginitis. Op basis van case reports, zijn behandelopties voor GAS: penicilline 4 dd 500 mg oraal voor 10-14 dagen of clindamycine 2% vaginale crème voor 7-10 dagen [Uptodate.com]. Voor perineale GAS infectie wordt amoxicilline, analoog aan GAS faryngitis, geadviseerd als therapie [Clegg et al. J Ped 2015]. Van perineale GAS in kinderen wordt in een studie een recidief percentage van 12,4% gevonden na amoxicilline [Clegg et al. J Ped 2015]. Over het recidief percentage van GAS vulvovaginitis is weinig bekend. Overdracht naar het genitaal gebied kan genitaal, oraal of via de huid (hand) plaatsvinden. Aangezien GAS dragerschap in de farynx, gastrointestinaal/anaal en genitaal wordt gevonden, is het raadzaam bij recidiverende GAS vulvovaginitis dragerschap van de genoemde plekken van de partner en eventuele andere huisgenoten te onderzoeken en te behandelen [Verstraelen et al. Arch Gynecol Obstet 2011]. Artsen microbiologen Saltro • Man Chi Wong • Ascelijn Reuland • Annemarie van ’t Veen Eventuele reacties naar aanleiding van dit bericht, email: [email protected] [email protected] [email protected] of telefoon: 030 236 11 00 optie 1