De complexiteit van psychotherapie: een mixed

advertisement
Practice-based Evidence: voorbeelden uit het veld
Inleiding
De kloof tussen wetenschappelijk onderzoek en de klinische praktijk is een
veelbesproken probleem in het veld van de klinische psychologie. Meer en meer
initiatieven tonen echter hoe samenwerking tussen het academische veld en de praktijk
mogelijk is en dit op een manier die zowel toelaat om fundamentele inzichten te
verwerven in bijvoorbeeld processen van verandering in psychotherapie als
waardevolle en concrete inzichten op te leveren voor hulpverleners die midden in de
klinische praktijk staan. In dit symposium zullen we vertrekkende vanuit een algemeen
kader over het belang van idiografische en kwalitatieve methoden in het veld van het
psychotherapie-onderzoek een concrete studie belichten die werd gedaan in een
samenwerking tussen de Universiteit Gent en Psychotherapeutisch Centrum Elim uit
Kapellen. Hierbij zullen enerzijds de onderzoeksresultaten gepresenteerd worden en
anderzijds de klinische implicaties en reflecties vanuit het team van hulpverleners van
Elim uiteen gezet worden. Daarbij zal er ook aandacht zijn voor de ervaringen met het
uitwerken van een studie die vertrekt vanuit een concrete klinische praktijk in nauwe
samenwerking met de hulpverleners zelf.
Bijdrage 1
Psychische fenomenen als complexe en dynamische systemen: de noodzaak van
een paradigmashift in psychologisch onderzoek
Hedendaags psychologisch onderzoek wordt meer en meer geconfronteerd met
methodologische problemen zoals de moeilijkheid om resultaten te repliceren. Deze
presentatie argumenteert dat deze problemen gebaseerd zijn op een meer fundamenteel
probleem op het niveau van het meten van psychische fenomenen. Dit is op zijn beurt
gerelateerd aan de fundamenteel foute assumptie dat psychische fenomenen kunnen
beschouwd worden als statische systemen en vanuit een nomothetisch paradigma
kunnen bestudeerd worden. Vertrekkende vanuit een overzicht van de meest
belangrijke bevindingen omtrent betrouwbaarheid en validiteit in het nomothetisch
paradigma en voorbeelden uit concreet psychotherapie-onderzoek argumenteren we
dat psychische fenomenen dienen begrepen te worden als complexe en dynamische
systemen. De academische psychologie zal bijgevolg moeten bewegen in de richting van
methoden die geschikt zijn om dergelijke systemen te onderzoeken. Dit leidt tot een
focus op meer idiografische methoden met narratieve en mathematische beschrijving
eerder dan kwantitatieve beschrijving op groepsniveau. Implicaties van een dergelijke
noodzakelijke paradigmashift voor de ambities van de academische psychologie met
betrekking tot generalisatie en voorspellen zullen worden besproken.
Bijdrage 2
De complexiteit van outcome in psychotherapie: een mixed method studie bij
voormalige cliënten van Psychotherapeutisch Centrum Elim
Zowel in onderzoek naar de uitkomsten van psychotherapie als in
effectiviteitsbevragingen in de klinische praktijk wordt veelal gebruik gemaakt van
zelfrapportagevragenlijsten. Het gebruik van deze instrumenten is echter niet
onomstreden en de mate waarin ze in staat zijn om iets van de effecten van
psychotherapie in kaart te brengen wordt wel eens in vraag gesteld. Bij langdurige
psychotherapie, waar het accent ligt op meer structurele veranderingen in de
interpersoonlijke verhouding en het ruimere functioneren, wordt het in kaart brengen
van verandering bovendien nog een stuk complexer. In deze kwantitatief-kwalitatieve
studie wordt de onderlinge verhouding tussen outcome zoals gemeten met de veel
gebruikte Outcome Questionnaire (OQ-45) en subjectieve ervaring van verandering
zoals nagegaan aan de hand van thematische analyse van open interviews nagegaan. De
interviews worden gedaan bij voormalige patiënten van psychotherapeutisch centrum
Elim die tijdens hun behandeling reeds deelnamen aan het kwantitatieve luik van de
studie.
Bijdrage 3
De effecten van langdurige psychotherapie: een kwalitatieve studie naar de
subjectieve ervaring van verandering bij voormalige cliënten van
Psychotherapeutisch Centrum Elim
Onderzoek naar de effecten van psychotherapie gebeurt meestal op groepsniveau aan de
hand van zelfrapportagematen. Bij langdurige residentiële psychotherapie, waar het
accent ligt op meer structurele veranderingen in de interpersoonlijke verhouding en het
ruimere functioneren, kunnen we veronderstellen dat verandering een stuk complexer
is dan kan gemeten worden aan de hand van dergelijke instrumenten. Bovendien is het
cruciaal om meer inzicht te krijgen in processen van verandering en hoe patiënten zelf
een intensief therapieproces beleven (eerste persoonsperspectief). In deze kwalitatieve
studie wordt aan de hand van een kwalitatieve analyse van interviews nagegaan op
welke manier mensen zelf verandering ervaren en waaraan ze die toeschrijven. De
interviews werden afgenomen bij voormalige patiënten van psychotherapeutisch
centrum Elim waar gedurende maximaal één jaar intensieve therapie wordt geboden
aan mensen met een langdurige psychische problematiek.
Bijdrage 4
Reflecties uit de praktijk: implicaties van de onderzoeksbevindingen voor
hulpverleners werkzaam in Psychotherapeutisch Centrum Elim
Een aantal jaar terug werd vanuit de vraag naar de effectiveit van het
psychotherapeutisch programma dat wordt aangeboden in Elim een onderzoek gestart
waarbij cliënten op verschillende momenten tijdens en na hun behandeling de OQ-45
invulden. In samenwerking met onderzoekers van de Universiteit Gent werd hier een
aantal jaar later een vervolgstudie aan gekoppeld waarin ook een kwalitatief luik werd
opgenomen. Het team van hulpverleners van Elim reflecteerde in groep over de
resultaten van deze interviewstudie. In deze presentatie zal dieper ingegaan worden op
de ervaringen omtrent het onderzoek en op de reflecties die naar aanleiding van de
resultaten naar voor kwamen. Concreet zal hier ingegaan worden op de implicaties voor
het klinische werk binnen een setting zoals Elim.
Download