Klik steeds met je muis om verder te gaan Hoofdstuk 9 havo KWADRATEN EN LETTERS Boek: Getal en ruimte 1 vmbo-T/havo2 Paragraaf 9.1 Kwadraten Inhoud Wat zijn kwadraten? Kwadraten Rekenen en kwadraten Kwadraten en negatieve getallen Klik op deze knop om een stap terug te doen Klik op deze knop om terug te gaan naar de inhoud 3 x 3 = 9 Wordt er wel eens gezongen. 3 x 3 is 3 in het kwadraat is 9 schrijf je zo: 3 × 3 = 32 = 9 42 = 4 × 4 = 16 Een kwadraat is het getal 92 = 9 × 9 = 81 keer zichzelf 81 is 9 in het kwadraat 7 in het kwadraat is: 72 = 7 × 7 = 49 Rekenen en kwadraten De volgorde van rekenen is: Haakjes Kwadraten Keer en delen Plus en min (steeds van links naar rechts) Zitten er haakjes in de som? Doe die van links naar rechts Zitten er kwadraten in de som? Doe die van links naar rechts Zit er keer of delen in de som? Doe die van links naar rechts Zit er plus of min in de som? Doe die van links naar rechts Schrijf de rest over! Haakjes Kwadraten Keer en delen Plus en min 4 - (5-3)2 : (7-6) 42 + 30= : 1 42 + 30= 4 - 4 : 1 16 + 30= 4 4 16 + 30= 22 4- 4 - 64 + 30= -60 + 30=-30 32 = 3 × 3 = 9 (-3)2 = -3 × -3 = 9 Waarom staan er haakjes? -32 = -(3 × 3) = -9 Weet je nog? -×-=+ a b c d e f -3 -92 = 3 - 92 = 3 (-9)2 = (3 -9)2 = -(3 – 9)2 = -3 – (-9)2 = g h i j k l -32 + 7 92 = (-6)2 : 32 = 32 : -22= 32 – (-8)2= -(-7)2 + 3 -52= -202 – 5 -152 Probeer deze sommen eerst zelf. Hierna worden deze sommen uitgelegd. kwadraat haakjes - 27 -6 - -9 -9 -6 -27 -gaan gaat = =+ +… +… voor voor Let kwadraat keer min op de - a -3 -92 = -3 -81 = 243 b 3 - 92 = 3 - 81 = -78 c 3 (-9)2 = 3 81 = 243 d (3 -9)2 = (-27)2 = 729 e -(3 – 9)2 = - (–6)2 = -36 f -3 – (-9)2 = -3 – 81 = -84 a -3 -92 = -3 -81 = 243 b Kwadraten 3Kwadraten --8 Keer keer Kwadraat -6 -922=-+gaat -6 -8 --2===+-+… voor -… gaat van kwadraat gaat Keer gaat voor 3 - voor 81 =plus -78 links Let voor naar op delen min de rechts voor keer en plus c 3 (-9)2plus = 3Let 81op: = 243 +-=d (3 -9)2 = (-27)2 = 729 e -(3 – 9)2 = - (–6)2 = -36 f -3 – (-9)2 = -3 – 81 =-84 g -32 + 7 92 = -9 + 7 81 = -9 + 567 = 558 h (-6)2 : 32 = 36 : 9 = 4 i 32 : -22= 32 : -4 = -8 j 32 – (-8)2= 32 – 64 = -32 k -(-7)2 + 3 -52= - 49 + 3 -25= -49 + -75 = -49 - 75 = -124 l -202 – 5 -152 = -400 – 5 -225= -400 - -1125 = -400 + 1125 = 725 Wat heb je nu geleerd? Wat kwadraten zijn Kwadraten Rekenvolgorde en kwadraten Met uitleg en de sommen 8, 9 en 11 Kwadraten en negatieve getallen Met som 14