Biologie Samenvatting Hoofdstuk 8 + 12

advertisement
Biologie Samenvatting Hoofdstuk 8 + 12
Vetgedrukt is een deelvraag.
Schuin is uitleg over een begrip
Onderstreept is een begrip
HOOFDSTUK 8 PARAGRAFEN 1,2 EN 3
HOOFDSTUK 1
1. Wat zijn de functies van de huid?
Je huid beschermt je tegen zon, kou, warmte, vuil en ziekte verwekkers. Je huid helpt je bij het
regelen van de lichaamstemperatuur en hij zorgt er voor dat je huid niet uitdroogt. Je huid bestaat
uit een opperhuid en lederhuid (leren bron3 blz. 63)In de lederhuid zitten zintuigjes die informatie
naar je hersentjes stuurt.
2. Hoe regelt je huid je temperatuur?
I.
Kippenvel: je haarspiertjes trekken samen, er blijft een geïsoleerde luchtlaag hangen.
II.
Rillen: Spiertjes in je huid trekken samen, zo komt er warmte vrij.
III.
Zweetklieren: Als de zweet via de zweetklieren verdampt koelt je huid af.
IV.
Bloedvaten: Je bloedvaten trekken samen als het koud is, zo blijft de warmte hangen. Precies
het zelfde gebeurt ook wanneer het warm is, maar dan omgekeerd.
Onder het lederhuid zit bindweefsel de cellen in het bindweefsel zijn vet zij zorgen ervoor dat je
lichaam niet snel warmte verliest.
3. Is zonlicht gezond?
In de zon zit UV-straling die straling geeft vitamine D af dat is gezond voor de groei van je botten. Het
zonlicht kan ook ongezond zijn wanneer je er te lang in zit. Hierdoor word je huid beschadigd en is er
kans op huidkanker , dat veroorzaakt dat je huid ongeremd cellen gaan delen.
4. Waardoor beschermt een bruine huid beter tegen zonlicht?
Een bruine huid heeft meer pigment. Pigment beschermt je huid dat UV-straling niet diep in je huid
komt. Daardoor neemt de kans pop huidkanker af. Je kan pigment indelen in vier huidtypes HT1 heeft
het minst pigment en HT4 het mees. (Zie bron 9 blz. 65)
HOOFDSTUK 2
1. Hoe krijg je puisten, voetschimmels en wratten?
Organismen leven op je huid. Bacteriën worden ingedeeld in blijvende en tijdelijke huidflora.
Blijvende huidflora is nuttig. Tijdelijke huidflora is schadelijk. Acne (puisten) worden veroorzaakt door
bacteriën. Talgklieren produceren in de pubertijd m
eer talg. Daardoor worden poriën verstopt. Er ontstaat een ontsteking, dat verspreid zich en zo krijg je
een puistenkop (bron10 blz. 66). Zwemmerseczeem (voetschimmel) is een schimmel. Iedereen is voor
die schimmel even gevoelig, je kan het krijgen op plekken waar veel mens op blote voeten lopen. Het
wratvirus zorgt ervoor dat je huidcellen extra snel gaan delen. Zo krijg je een gekke bobbel en
ontstaat er een wrat.
2. Waardoor zijn brandwonden zo gevaarlijk?
Biologie Samenvatting Hoofdstuk 8 + 12
Vetgedrukt is een deelvraag.
Schuin is uitleg over een begrip
Onderstreept is een begrip
3. Donor worden?
Doneren is niets anders dan iets van jou transplanteren naar een ander. Dat wil zeggen dat jij kan
aangeven om donor te worden. Meestal wanneer je overlijd gaan dan jou nog goed werkende
organen etc. naar de personen waar een orgaan niet meer (goed) werkt. Je kunt zelf aangeven of je
wel of geen donor wilt worden. Dat doe je doormiddel een donorformulier in te vullen. Donor
worden is een persoonlijke keuze.
HOOFDSTUK 3
1. Hoe krijg je een infectieziekte?
Een infectie loop je op door besmetting. Je word besmet met een ziekteverwekker. Die komt via je
mond, neus, urinebuis (en wat daar omheen zit) of een open wond binnen. Een infectie loop je op
door water, voedsel of lichamelijk contact. Je lichaam heeft weerstand, dat betekend dat je lichaam
een klein aantal ziekteverwekkers kan bestrijden. Als dat er te veel worden vind een incubatietijd
plaats. Dat is een tijd waarin ziekteverwekkers zich gaan verdubbelen. Wanneer je, je ziek gaat voelen
en er bepaalde symptomen gaan voordoen kan de dokter een diagnose vast stellen wat voor ziekte je
hebt. Hij stelt ook een vaak een prognose vast. Dat is een voorspelling hoelang de ziekte nog duurt.
2. Hoe word je weer beter?
Je word meestal weer beter door de witte bloedcellen die in je bloed zitten. Die eten een
ziekteverwekkers met mayo als avond eten. En ze scheiden afvalstoffen uit. Als ze geen zin hebben in
een portie ziekteverwekkers moeten er maatregelen worden genomen. Je dokter kan je antibiotica
voorschrijven. Antibiotica beschadigen de celwanden van bacteriën. Ze werken dan ook alleen tegen
infectieziekten door bacteriën.
Deelvraag 3 is belangrijk goed door te lezen! Het is belangrijk om alle 3 stichtingen GGD, VWA en
WHO te kennen.
4. Waardoor is inenten nodig?
Om te verkomen ziek te worden kan je een inenting aanvragen. Dat zijn ziekteverwekkers. Je
afweerstoffen maakt je dan immuun voor de ziekte. Als je later de actieve ziekteverwekkers
binnenkrijgt, herkent je lichaam ze. Je lichaam kan dan snel reageren en afweerstoffen maken, dat
voorkomt ziek worden. In Nederland hebben wij de regel dat bepaalde inentingen gratis zijn voor
kinderen, dit heet een vaccinatie.
Hoofdstuk 12
Paragraaf 1
1.Hoe raak je besmet met ziekteverwekkers?
Overal zitten ziekteverwekkers: virussen, schimmels en bacteriën. De meeste ziekteverwekkers
worden tegengehouden. je speeksel en je maagspeeksel schakelen ziekteverwekkers uit je eten uit.
Toch kan je elk moment besmet worden. Als de ziekteverwekkers zich vermeerderen dan noem je
dat een infectie. De meeste infecties worden veroorzaakt door bacteriën en virussen. Bacteriën leven
van organische stoffen in je lichaam. ze maken je ziek doordat ze giftige stoffen uitscheiden. Virussen
kunnen niet zelfstandig leven en hebben lichaamscellen nodig om zich te vermeerderen.
Biologie Samenvatting Hoofdstuk 8 + 12
Vetgedrukt is een deelvraag.
Schuin is uitleg over een begrip
Onderstreept is een begrip
2. Hoe herkent je lichaam ziekteverwekkers?
Witte bloedcellen herkennen ziekteverwekker aan eiwitten die aan de buitenkant van hun cel zitten.
De eiwitten zijn anders dan jouw eigen lichaamscellen. Die vreemde eiwitten noem je antigenen.
Ziekteverwekkers worden herken aan hun antigenen.
3. Wat doen antistoffen?
Soms lukt het de witte bloedcellen niet om alle ziekteverwekkers op te ruimen. Dan maakt een
tweede soort witte bloedcellen antistoffen (afweerstoffen). Elke antistof eet een ander antigeen op.
Na de ziekte verdwijnen de antistoffen. Gelukkig onthouden de witte bloedcellen de antigenen.
Bij een tweede keer dezelfde ziekte produceren de witte bloedcellen sneller de antistoffen. Dan ben je
immuun.
Paragraaf 2
1. Helpen medicijnen tegen infectieziektes?
Soms heb je medicijnen nodig. Bijvoorbeeld als de klachten heel vervelend zijn of te lang duren. De
dokter schrijft dan bacterieziektes oftewel antibiotica. Deze groep medicijnen beschadigen de
celwanden van bacterien. Het nadeel van antibiotica is dat het vaak leid tot ongevoeligheid of
resistentie. Dat is dat de bacteriën niet meer dood gaan door antibiotica. Virussen uitschakelen
zonder de lichaamscellen te doden is onmogelijk. De medicijnen die er zijn, heten virusremmers.
2. Waarmee wordt je ingeënt?
Soms word je kunstmatig immuun gemaakt. Daar heb je verschillende manieren voor:
- Vaccinatie: Bij vaccinatie word je opzettelijk besmet. Het vaccin bevat stukjes of stoffen van
de ziekteverwekker. Je word dan niet ziek, maar wel besmet. een vaccin is een middel om
ziekte te voorkomen. Je spreekt van actieve immunisatie als je lichaam met een injectie de
antistoffen zelf maakt
- Serum: In een serum zitten de antistoffen al. Zo kan de ziekte snel bestreden worden. Je
spreekt van passieve immunisatie als je lichaam de antistoffen ingespoten krijgt.
3. Waardoor komt allergie?
Bij allergie werkt de afweer te heftig tegen lichaamsvreemde stoffen. Bij allergie worden er ook
antistoffen gemaakt.
4. Wat is een auto-immuunziekte?
Diabetes is een auto-immuunziekte. Je witte bloedcellen maken dan antistoffen, die eigen
lichaamscellen vernietigen. Hoe auto-immuunziekte ontstaan is vaak niet bekend. Sommige dingen
hebben wel impact erop, Zoals erfelijke aanleg en een virusinfectie.
Paragraaf 3
1. Waarvoor zijn er bloeddonoren nodig?
Soms verliezen mensen door een ongeluk of bij een operatie veel bloed. Dat bloed kan door een
bloedtransfusie worden aangevuld. Het bloed komt van een bloeddonor. Het bloed word gescheiden
in 3 delen:
- Rode bloedcellen zijn voor patiënten met heel ernstige bloedarmoede of veel bloedverlies bij
een ongeluk.
- Bloedplasma bevat antistoffen en stollingseiwitten waarvan medicijnen kunnen worden
gemaakt.
- Bloedplaatjes worden toegediend aan mensen met leukemie.
Biologie Samenvatting Hoofdstuk 8 + 12
Vetgedrukt is een deelvraag.
Schuin is uitleg over een begrip
Onderstreept is een begrip
2. Welke bloedtransfusie kan?
Een ontvanger kan niet zo maar van iedere donor bloed ontvangen. Sommige bloedgroepen strijden
weren elkaar af. Hieronder een plaatje die het wat verduidelijkt.
3. Waardoor ontstaat orgaanafstoting?
Orgaanafstoting ontstaat doordat de ontvanger zijn lichaamsdelen de donor zijn lichaamsdelen als
vreemd herkend. Om de kans op orgaanafstoting te verkleinen moeten de lichaamsdelen zoveel
mogelijk op elkaar lijken. Vooral bij gezinsleden is de kans het grootst.
4.Waardoor is er een tekort aan organen?
Er heerst een groot tekort aan donororganen, de wachtlijsten zijn lang. Daarvoor zijn twee oorzaken:
-
Niet iedereen wil zijn organen afstaan
De donororganen blijven maar een korte tijd goed.
5. Wat is xenontransplantatie?
Een van de oplossingen van het orgaantekort is xenontransplantatie. Het transplanteren van
organen, weefsels of cellen van dieren naar mensen. ook hierbij geld: de organen moeten veel op de
echte lijken. daarom worden de dieren door genetische modificatie wat menselijker gemaakt
Lees alles nog een keer goed door! Sommige informatie is nog niet vermeld in onze samenvatting.
Gemaakt door Jelmer en Jelle
Download