bodemonderzoek 1. De Braakman Benodigdheden: Dit gebied, de Braakman, is vroeger een zeearm geweest waar de zee vrij in en uit kon stromen. - zoekkaart ‘schelpen’ - schepje Opdracht Waaraan kun je zien dat hier vroeger de zee is geweest? Ga ergens in het gebied op zoek naar oude sporen van de zee. Denk aan schelpen en zand. Waar ga je zoeken? Ieder neemt de mooiste schat mee in de schatkist. Braakman Zeeland bodemonderzoek 2. Hoog en laag Benodigdheden: De kleine plas in het open gedeelte is niet voor niets nat. - touw - waterpas - duimstok Opdracht Meet het hoogteverschil tussen punt A en B: 1- Zoek het paaltje en maak het touw vast aan de haak. 2- Loop met het touw richting het water. 3- Trek het touw met hulp van de waterpas horizontaal. 4- Meet de hoogte van het touw op beide plekken. 5- Bereken het hoogteverschil. Bespreek met elkaar hoe het komt dat hier een verschil in hoogte is. Zoek een stokje dat net zo lang is als het hoogteverschil dat jullie hebben gemeten. Neem dit stokje mee. Braakman Zeeland bodemonderzoek 3. Kleine plas Benodigdheden: Het gebied tussen de poel en de Dennen is vlak en laag. Hier is namelijk de grond afgegraven. - regenpijp - grondboor - verrekijker (2x) - druk- en sluitzakjes Opdracht Onderzoek de bodem aan de rand van de poel. Maak hiervoor een grondmonster met de grondboor. Leg nu beide monsters naast elkaar. Bespreek met elkaar welke verschillen je ziet en welke verschillen je voelt. Kun je van de grond een worstje kneden? Met de verrekijker kun je de korrels goed bekijken. Hiervoor moet je door de “verkeerde” kant van de verrekijker kijken. Stop ook nu weer verschillende grondsoorten in een zakje en zet er op wat voor soort grond het volgens jullie is. Braakman Zeeland bodemonderzoek 4. Dennen op zand Benodigdheden: In dit gebied groeien ook een aantal Dennen. Dennen groeien graag met hun voeten in het zand. - regenpijp - grondboor - druk- en sluitzakjes Opdracht Ga naar de hoge bomen. Onderzoek de grondsoort met een grondboor. Klei kleeft, zand valt uit elkaar. Stop de verschillende grondsoorten in een zakje en zet er op wat voor soort grond dat volgens jullie is. Neem het grondmonster mee. Zodat je deze straks kunt vergelijken met een monster die je gaat maken op een andere plek. Braakman Zeeland bodemonderzoek 5. Bodemdiertjes Benodigdheden: In de bodem leven allerlei dieren. Zij zorgen er voor dat de bodem lekker luchtig blijft met al hun gangen. Ook …. - zoekkaart ‘bodemdieren’ - loeppotje - tekenpapier - potlood en gum Opdracht Ga op zoek naar bodemdieren, vang ze voorzichtig en bekijk ze heel goed. Gebruik de zoekkaart om de naam van de beestjes te vinden. Kies één beestje uit om het beter te bekijken met het loeppotje: - Hoeveel pootjes heeft het beestje? - Heeft het vleugels? - Zie je zijn ogen? - Heeft het haren op zijn lijf? Je mag ook een tekening maken van jouw beestje. Laat alle beestjes weer vrij en kijk hoe ze wegkruipen. Neem je tekening mee in de schatkist. Braakman Zeeland bodemonderzoek 6. Meegenomen Benodigdheden: Op de bodem vind je altijd verassende dingen. Soms zijn deze meegebracht door dieren of door mensen. Ook kan de wind iets meenemen. - geen Opdracht Zoek de bodem af naar: - iets waar je vrolijk van wordt - iets dat kan stuiteren - iets roods - iets glads - iets ruws Welke ga jij zoeken? Bespreek na afloop jullie “bodemschatten”. Hoe is jouw bodemschat hier gekomen? Alles wat niet leeft mag je meenemen in jullie schatkist. Zet de levende dieren terug op de plek waar je ze hebt gevonden. Braakman Zeeland bodemonderzoek 7. Woordvoerders Benodigdheden: Je weet nu heel veel over de planten en bomen in dit gebied. Met behulp van jullie schatten mogen jullie aan de andere kinderen vertellen wat je hebt geleerd. - schatten uit de schatkist Opdracht Bespreek met elkaar: - Wat je wil laten zien. - Wat je daarbij wilt vertellen. - Wat de beste plek is. Verdeel de taken: wie gaat wat vertellen? Braakman Zeeland dierenonderzoek 1. Watervogels Benodigdheden: Dit gebied is belangrijk voor watervogels. Elke vogel voelt zich op een andere plek thuis. - zoekkaart ‘watervogels’ - verrekijker - potlood en gum - turflijst ‘vogels’ Opdracht Ga naar de vogelkijkmuur. Zorg er voor dat de vogels jou niet zien en horen. Gebruik de zoekkaart en kruis aan welke vogels je ziet en ook hoeveel. Kies één vogel en observeer een paar minuten het gedrag. Wat doet jouw vogel? Poetsen, eten, zingen enz. Neem de lijst mee in jullie schatkist. Braakman Zeeland dierenonderzoek 2. Weidevogels Benodigdheden: In de wei vind je weer andere vogels dan bij het open water. - zoekkaart ‘weidevogels/ganzen’ - verrekijker Opdracht Ga op zoek naar vogels die hun voedsel tussen het gras vinden. Welke vogels zijn het? Let ook op snavels van deze vogels. Zoek een takje of een blad dat lijkt op een snavel van één van de vogels. Neem deze mee in jullie schatkist. Braakman Zeeland dierenonderzoek 3. Kleine beestjes Benodigdheden: In de heg vinden vogels ook hun voedsel, zoals insecten. - wit kleed - zoekkaart ‘kleine beestjes’ - loeppotjes - lijm Opdracht Leg het kleed onder de struik en schud voorzichtig aan de takken. Bekijk de kleine beestjes met een loep. Hoeveel verschillende insecten heb je gevonden? Doe één insect in een loeppotje en bouw deze na met natuurlijke materialen. Neem jullie zelf gebouwde insect mee in jullie schatkist. Braakman Zeeland dierenonderzoek 4. Speuren naar sporen Benodigdheden: Bomen en struiken trekken altijd veel dieren aan. Denk aan vogels, vossen en insecten. De Braakman heeft veel verschillende soorten bewoners. Enkele van deze bewoners hebben jullie gezien. Maar niet alle bewoners laten zich eenvoudig bekijken. - zoekkaart ‘sporen’ Opdracht Wie leven er nog meer in de Braakman? Ga hiervoor op zoek naar de sporen die zij hebben achtergelaten. Bijvoorbeeld veren, braakballen, konijnenkeutels. Bespreek met elkaar wat je hebt gevonden. En neem de sporen mee in jullie schatkist. Braakman Zeeland dierenonderzoek 5. Nestje bouwen Benodigdheden: Vroeger werden struiken als een heg geplant om koeien en schapen tegen te houden. In de heg vinden vogels beschutting om bijvoorbeeld een nestje te bouwen. - geen Opdracht Bouw samen een vogelnestje na. Bespreek eerst met elkaar: - Waar je als vogel het nestje zou bouwen. - Welke materialen je nodig hebt. - Hoe het er uit komt te zien. Ga nu aan de slag! Neem jullie zelfgebouwde vogelnestje mee in jullie schatkist. Braakman Zeeland dierenonderzoek 6. Woordvoerders Benodigdheden: Je weet nu heel veel over de dieren in dit gebied. Met behulp van jullie schatten mogen jullie aan de andere kinderen vertellen wat je hebt geleerd. - schatten uit de schatkist Opdracht Bespreek met elkaar: - Wat je wil laten zien. - Wat je daarbij wilt vertellen. Verdeel de taken: wie gaat wat vertellen? Braakman Zeeland plantenonderzoek 1. Hoge bomen Benodigdheden: De oude bomen die hier staan zijn lang geleden geplant door kinderen op boomfeestdagen. Die kinderen zijn nu volwassen en de bomen ook. - twee rechte takjes die even lang zijn - stift Opdracht Kies met z’n allen één boom uit. Vertel elkaar hoe lang je denkt dat deze boom is. Controleer jouw antwoord met hulp van de “neuskruis”, zoals op de foto. Zoek twee even lange stokjes. Het maakt niet uit hoe lang ze zijn. Houd de stokjes als een hoofdletter T tegen elkaar. Zet de “poot” van de T tegen je neus (zie foto). Kijk langs het verticale stokje. Ga net zo ver van de boom af staan, tot je die precies (van top tot teen) net zo lang lijkt als het stokje. Loop vanaf dat punt naar de boom toe en tel je passen. Een flinke pas is één meter. En, hoe hoog is de boom? Zet de hoogte van de boom met stift op de takjes. Neem jullie boomhoogtemeters mee. Braakman Zeeland plantenonderzoek 2. De oude heg Benodigdheden: Er staan hier ook veel struiken. Vroeger werden struiken als een heg geplant om koeien en schapen tegen te houden. Struiken met doornen hielpen daarbij het beste. Maar natuurlijk helpen doornen ook de struiken te beschermen tegen vraat. - geen Opdracht Ga naar de heg en onderzoek welke struik hier het meeste groeit. Is dat de Meidoorn of de Vlier? Bespreek met elkaar de verschillen. Zoek samen een plek in de heg waar het vee: 1- nog wel doorheen zou kunnen. 2- echt niet meer doorheen kan. Neem één takje van de Vlier en Meidoorn mee. Braakman Zeeland plantenonderzoek 3. Pioniers Benodigdheden: De natuur verspreidt zelf ook bomen. Bijvoorbeeld doordat de wind de zaden meeneemt. In dit gebied gaan vanzelf boompjes groeien. Je noemt deze boompjes pioniers. - zoekkaart ‘bladeren’ - zoekkaart ‘knoppen en takken’ - zelf meegebrachte envelop Opdracht Ga op zoek naar de pioniers van de Braakman. Wie van jullie vindt het allerkleinste boompje? Verzamel één blad van één pioniersboompje. Bekijk elkaars vondsten. Kijk naar de vorm van het blad. Hou het blad ook eens tegen het licht. Wat zie je dan? Hoeveel verschillende boompjes hebben jullie gevonden? Neem de blaadjes mee in jullie schatkist. Braakman Zeeland plantenonderzoek 4. Wilde planten Benodigdheden: Hier groeien veel verschillende wilde planten. Met de bloemen lokt een plant insecten. Met stekels voorkomt de plant dat hij wordt opgegeten. Ook passen de planten zich aan, aan hun omgeving. - zwart fotopapier - plakplastic - schaar - witschrijvend potlood Opdracht Maak jullie eigen herbarium. Een herbarium is een verzameling planten op papier. Zoek voor jullie herbarium een plant die je zelf heel bijzonder vindt. Kijk of de planten verschillend zijn. Hoe denk je dat de plant heet? Verzin anders zelf een naam. Plak jouw plant met behulp van een stukje plakplastic op een zwart vel. Zet daarop de naam van de plant, de vindplaats, datum en de naam van de vinder. Braakman Zeeland plantenonderzoek 5. Geurcocktail Benodigdheden: Planten kunnen heerlijke geuren. Denk aan Kamille of Watermunt. Ook de naalden van een Den geven een geur. Om planten goed te kunnen ruiken moet je ze soms wel een beetje kneuzen. - glaasje - etiket - stift Opdracht Maak een geurencocktail. Verzamel hiervoor kleine stukjes van planten of bomen. Zoek ook een mooie versiering voor jouw cocktail. Tot slot verzin je een leuke naam die past bij jouw cocktail. Kom in een kring staan en snuffel aan elkaars cocktail. Probeer te vertellen wat je ruikt. Schrijf de namen van de cocktail op een sticker en plak deze aan de versiersels. Neem de versiersels mee. Braakman Zeeland plantenonderzoek 6. Woordvoerders Benodigdheden: Je weet nu heel veel over de planten en bomen in dit gebied. Met behulp van jullie schatten mogen jullie aan de andere kinderen vertellen wat je hebt geleerd. - schatten uit de schatkist Opdracht Bespreek met elkaar: - Wat je wil laten zien. - Wat je daarbij wilt vertellen. Verdeel de taken: wie gaat wat vertellen? Braakman Zeeland wateronderzoek 1. Zoet en zout Op allerlei plaatsen in dit gebied vind je water. De Braakman, was vroeger een deel van de zee. In 1952 werd de zeearm afgesloten van de zee. Water is heel belangrijk voor de planten en dieren in de Braakman. In de poel kunnen vogels drinken en zich wassen. De planten aan de waterkant bieden schuilplaatsen voor veel insecten. Ook kunnen watervogels daar hun nesten bouwen. Benodigdheden: - plattegrond Opdracht Onderzoek of het water zout, zoet of brak is. Brak betekent dat het water wel zout is, maar minder zout dan de zee. Doe dit op twee verschillende plekken: (1) de poel en (2) de oude zeearm. Kijk op de plattegrond. Steek je vinger in het water en vertel de ander wat je proeft. Bespreek met elkaar hoe het komt dat de één zouter is dan de ander. Braakman Zeeland wateronderzoek 2. Helderheid van water Benodigdheden: Voor veel dieren is helder water belangrijk om voedsel te kunnen vinden. IJsvogels en snoeken zien bij helder water beter hun prooi zwemmen. Sommige dieren kunnen ook in troebel water hun prooi vinden, zoals lepelaars. Zij voelen met hun snavel elk diertje dat zij tegenkomen. - doorzichtige glazen potten (2x) - helderheidschijf Opdracht Vul de grote potten met water. Eén pot met water uit de uit de oude zeearm (2) en één pot met water uit de poel (1) Zorg er voor dat je geen plantenresten meeneemt. Vertel elkaar: hoe het water ruikt, welke kleur het water heeft en welke dingetjes er in drijven. Kijk met behulp van de helderheidschijf hoe helder het water is. In hoeveel vlakjes zie je na 10 minuten nog de 3 stippen? Is er een verschil tussen het water uit de poel en het water uit de oude zeearm? Bespreek met elkaar hoe dat komt. Zoek iets wat dezelfde kleur heeft als jullie water en neem dat mee in jullie schatkist. Braakman Zeeland wateronderzoek 3. Waterdiertjes Benodigdheden: In het water leven heel veel verschillende dieren. Zo ook veel insecten. Deze hebben geen kieuwen en kunnen niet ademhalen onder water. Gelukkig hebben ze daarop iets gevonden. - zoekkaart ‘waterdiertjes’ - schepnetje - witte bak - loeppotje - aquarium - tekenpapier en een potlood Opdracht Je gaat nu waterbeestjes scheppen. Welke dieren komen hier voor? Maak een tekening (of een foto) van het meest vreemde waterdiertje dat je hebt gezien en geef het een naam. Bespreek met elkaar hoe jij denkt dat dit diertje ademhaalt onder water. Richt het aquarium in voor jullie presentatie. Neem de tekening mee in jullie schatkist. Braakman Zeeland wateronderzoek 4. Langs de waterkant Benodigdheden: Als de mens niets meer zou doen in de Braakman, dan groeit dit gebied uiteindelijk helemaal vol met bomen. Staatsbosbeheer wil het graag open en nat houden, zodat er meer soorten vogels komen en meer soorten planten. - geen Opdracht Struin langs de waterkant en ga op zoek naar: - iets waar je vrolijk van wordt - iets dat kan stuiteren - iets roods - iets glads - iets ruws Welke ga jij zoeken? Bespreek na afloop jullie “bodemschatten”. Hoe is jouw bodemschat hier gekomen? Alles wat niet leeft mag je meenemen in jullie schatkist. Zet de levende dieren terug op de plek waar je ze hebt gevonden. Braakman Zeeland wateronderzoek 5. Kringloop Benodigdheden: De poel in de Braakman is ontstaan door afgraving. Op deze manier komen er natte plekken in het gebied. Natte plekken zijn belangrijk voor verschillende soorten planten en dieren. Maar deze plek is niet altijd even nat. De waterstand in deze poel wisselt heel erg. Soms ligt de poel zelfs helemaal droog. - plattegrond Opdracht Bespreek met elkaar waar het water vandaan komt en waar het naar toe gaat. Ga op de plek op de oever staan waar het water komt als er heel veel water in de poel zit. Let hierbij op de bodem, kleur en soorten planten. Doe je laarzen aan en neem een rietstengel mee. Meet met de rietstengel de diepte van de poel. Kun je naar de overkant? Neem de rietstengel mee in jullie schatkist . Braakman Zeeland plantenonderzoek 6. Woordvoerders Benodigdheden: Je weet nu heel veel over het water en waterleven in dit gebied. Met behulp van jullie schatten mogen jullie aan de andere kinderen vertellen wat je hebt geleerd. - schatten en vangst uit de schatkist Opdracht Bespreek met elkaar: - Wat je wil laten zien. - Wat je daarbij wilt vertellen. - Wat daarvoor de beste plek is. Verdeel de taken: wie gaat wat vertellen? Braakman Zeeland